| Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 26 april 2009 tot instelling van een systeem voor de identificatie en de traceerbaarheid van springstoffen voor civiel gebruik | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 26 april 2009 tot instelling van een systeem voor de identificatie en de traceerbaarheid van springstoffen voor civiel gebruik |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE |
| 11 OKTOBER 2012. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk | 11 OKTOBER 2012. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk |
| besluit van 26 april 2009 tot instelling van een systeem voor de | besluit van 26 april 2009 tot instelling van een systeem voor de |
| identificatie en de traceerbaarheid van springstoffen voor civiel | identificatie en de traceerbaarheid van springstoffen voor civiel |
| gebruik | gebruik |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 28 mei 1956 betreffende de ontplofbare en voor de | Gelet op de wet van 28 mei 1956 betreffende de ontplofbare en voor de |
| deflagratie vatbare stoffen en mengsels en de daarmede geladen tuigen, | deflagratie vatbare stoffen en mengsels en de daarmede geladen tuigen, |
| artikel 1; | artikel 1; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 26 april 2009 tot instelling van | Gelet op het koninklijk besluit van 26 april 2009 tot instelling van |
| een systeem voor de identificatie en de traceerbaarheid van | een systeem voor de identificatie en de traceerbaarheid van |
| springstoffen voor civiel gebruik; | springstoffen voor civiel gebruik; |
| Gelet op het advies 51.159/1 van de Raad van State, gegeven op 3 april | Gelet op het advies 51.159/1 van de Raad van State, gegeven op 3 april |
| 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de | 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de |
| wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
| Gelet op het advies 51.600/1/V van de Raad van State, gegeven op 19 | Gelet op het advies 51.600/1/V van de Raad van State, gegeven op 19 |
| juli 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de | juli 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de |
| wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
| Op de voordracht van de Minister van Economie, | Op de voordracht van de Minister van Economie, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van |
Artikel 1.Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van |
| Richtlijn 2012/4/EU van de Commissie van 22 februari 2012 tot | Richtlijn 2012/4/EU van de Commissie van 22 februari 2012 tot |
| wijziging van Richtlijn 2008/43/EG ter invoering, overeenkomstig | wijziging van Richtlijn 2008/43/EG ter invoering, overeenkomstig |
| Richtlijn 93/15/EEG van de Raad, van een systeem voor de identificatie | Richtlijn 93/15/EEG van de Raad, van een systeem voor de identificatie |
| en de traceerbaarheid van explosieven voor civiel gebruik. | en de traceerbaarheid van explosieven voor civiel gebruik. |
Art. 2.Artikel 2 van het koninklijk besluit van 26 april 2009 tot |
Art. 2.Artikel 2 van het koninklijk besluit van 26 april 2009 tot |
| instelling van een systeem voor de identificatie en de traceerbaarheid | instelling van een systeem voor de identificatie en de traceerbaarheid |
| van springstoffen voor civiel gebruik wordt aangevuld met de | van springstoffen voor civiel gebruik wordt aangevuld met de |
| bepalingen onder 4°, 5° en 6°, luidende : | bepalingen onder 4°, 5° en 6°, luidende : |
| « 4° lonten, dat wil zeggen niet-exploderende ontstekingsvoorzieningen | « 4° lonten, dat wil zeggen niet-exploderende ontstekingsvoorzieningen |
| in de vorm van een snoer; | in de vorm van een snoer; |
| 5° veiligheidslonten, die bestaan uit een kern van fijngemalen zwart | 5° veiligheidslonten, die bestaan uit een kern van fijngemalen zwart |
| kruit, omhuld door een flexibel weefsel met een of meer beschermende | kruit, omhuld door een flexibel weefsel met een of meer beschermende |
| buitenlagen en die, bij ontsteking, branden in een vooraf bepaald | buitenlagen en die, bij ontsteking, branden in een vooraf bepaald |
| tempo zonder extern explosie-effect; | tempo zonder extern explosie-effect; |
| 6° slaghoedjes, die bestaan uit een metalen of kunststof dop met een | 6° slaghoedjes, die bestaan uit een metalen of kunststof dop met een |
| kleine hoeveelheid van een primair explosief mengsel dat gemakkelijk | kleine hoeveelheid van een primair explosief mengsel dat gemakkelijk |
| ontbrandt door wrijving en die dienen als ontstekingselement in kleine | ontbrandt door wrijving en die dienen als ontstekingselement in kleine |
| wapenpatronen of in ontstekingsmechanismen voor voortdrijvende | wapenpatronen of in ontstekingsmechanismen voor voortdrijvende |
| ladingen. ». | ladingen. ». |
Art. 3.In het artikel 6 van hetzelfde besluit wordt de datum 5 april |
Art. 3.In het artikel 6 van hetzelfde besluit wordt de datum 5 april |
| 2012 vervangen door de datum 5 april 2013 en het artikel wordt | 2012 vervangen door de datum 5 april 2013 en het artikel wordt |
| aangevuld met de woorden « , met uitzondering van artikel 3, § 6 en | aangevuld met de woorden « , met uitzondering van artikel 3, § 6 en |
| artikel 5, die in werking treden op 5 april 2015. ». | artikel 5, die in werking treden op 5 april 2015. ». |
Art. 4.Onderdeel 3° in de bijlage van hetzelfde besluit wordt |
Art. 4.Onderdeel 3° in de bijlage van hetzelfde besluit wordt |
| aangevuld met vier leden, luidende : | aangevuld met vier leden, luidende : |
| « Wat betreft producten die te klein zijn om de in 1°, onder b), i) en | « Wat betreft producten die te klein zijn om de in 1°, onder b), i) en |
| b), ii), en 2°, genoemde informatie aan te brengen of wanneer het | b), ii), en 2°, genoemde informatie aan te brengen of wanneer het |
| vanwege hun vorm of ontwerp technisch onmogelijk is om een unieke | vanwege hun vorm of ontwerp technisch onmogelijk is om een unieke |
| identificatie aan te brengen, wordt een unieke identificatie | identificatie aan te brengen, wordt een unieke identificatie |
| aangebracht op elke kleinste verpakkingseenheid. | aangebracht op elke kleinste verpakkingseenheid. |
| Elke kleinste verpakkingseenheid wordt gesloten met een zegel. | Elke kleinste verpakkingseenheid wordt gesloten met een zegel. |
| Op elke gewone ontsteker of booster die onder de vrijstelling in het | Op elke gewone ontsteker of booster die onder de vrijstelling in het |
| tweede lid valt, wordt de informatie in 1°, onder b), i), en 1°, onder | tweede lid valt, wordt de informatie in 1°, onder b), i), en 1°, onder |
| b), ii) op duurzame wijze en duidelijk leesbaar aangebracht. Het | b), ii) op duurzame wijze en duidelijk leesbaar aangebracht. Het |
| aantal gewone ontstekers of boosters wordt afgedrukt op de kleinste | aantal gewone ontstekers of boosters wordt afgedrukt op de kleinste |
| verpakkingseenheid. | verpakkingseenheid. |
| Op elk slagsnoer dat onder de vrijstelling in het tweede lid valt, | Op elk slagsnoer dat onder de vrijstelling in het tweede lid valt, |
| wordt de unieke identificatie op de rol of dragende spoel en, in | wordt de unieke identificatie op de rol of dragende spoel en, in |
| voorkomend geval, op de kleinste verpakkingseenheden aangebracht. ». | voorkomend geval, op de kleinste verpakkingseenheden aangebracht. ». |
Art. 5.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering |
Art. 5.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering |
| van dit besluit. | van dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 11 oktober 2012. | Gegeven te Brussel, 11 oktober 2012. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Economie, | De Minister van Economie, |
| J. VANDE LANOTTE | J. VANDE LANOTTE |