| Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 november 1998 betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 november 1998 betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE |
| 11 JANUARI 2007. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk | 11 JANUARI 2007. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk |
| besluit van 19 november 1998 betreffende de verloven en afwezigheden | besluit van 19 november 1998 betreffende de verloven en afwezigheden |
| toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen | toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet; | Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 19 november 1998 betreffende de | Gelet op het koninklijk besluit van 19 november 1998 betreffende de |
| verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de | verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de |
| Rijksbesturen, inzonderheid, op artikel 25, vervangen bij het | Rijksbesturen, inzonderheid, op artikel 25, vervangen bij het |
| koninklijk besluit van 12 oktober 2005, op artikel 26, gewijzigd bij | koninklijk besluit van 12 oktober 2005, op artikel 26, gewijzigd bij |
| de koninklijke besluiten van 26 mei 1999 en 12 oktober 2005, op | de koninklijke besluiten van 26 mei 1999 en 12 oktober 2005, op |
| artikel 28, vervangen bij het koninklijke besluit van 12 december 2002 | artikel 28, vervangen bij het koninklijke besluit van 12 december 2002 |
| en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 oktober 2005; | en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 oktober 2005; |
| Overwegende dat de bezoldiging geregeld dient te worden voor de extra | Overwegende dat de bezoldiging geregeld dient te worden voor de extra |
| week postnataal verlof in het geval van een problematische | week postnataal verlof in het geval van een problematische |
| zwangerschap; | zwangerschap; |
| Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 |
| september 2006; | september 2006; |
| Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 21 | Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 21 |
| september 2006; | september 2006; |
| Gelet op het protocol nr. 566 van 27 september 2006 van het Comité | Gelet op het protocol nr. 566 van 27 september 2006 van het Comité |
| voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke | voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke |
| overheidsdiensten; | overheidsdiensten; |
| Gelet op advies 41.566/3 van de Raad van State, gegeven op 6 december | Gelet op advies 41.566/3 van de Raad van State, gegeven op 6 december |
| 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de | 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de |
| gecoördineerde wetten op de Raad van State; | gecoördineerde wetten op de Raad van State; |
| Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken en op het | Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken en op het |
| advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, | advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.In artikel 25 van het koninklijk besluit van 19 november |
Artikel 1.In artikel 25 van het koninklijk besluit van 19 november |
| 1998 betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de | 1998 betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de |
| personeelsleden van de Rijksbesturen, vervangen bij het koninklijk | personeelsleden van de Rijksbesturen, vervangen bij het koninklijk |
| besluit van 12 oktober 2005, wordt tussen het eerste en het tweede lid | besluit van 12 oktober 2005, wordt tussen het eerste en het tweede lid |
| het volgende ingevoegd, luidende : | het volgende ingevoegd, luidende : |
| « De bezoldiging voor de verlenging van de postnatale rust toegestaan | « De bezoldiging voor de verlenging van de postnatale rust toegestaan |
| in toepassing van artikel 28, derde lid, mag niet meer dan één week | in toepassing van artikel 28, derde lid, mag niet meer dan één week |
| bestrijken. ». | bestrijken. ». |
Art. 2.In de Nederlandse tekst van artikel 26, eerste lid, van |
Art. 2.In de Nederlandse tekst van artikel 26, eerste lid, van |
| hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 26 mei | hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 26 mei |
| 1999 en 12 oktober 2005, worden de woorden « in bevallingsverlof » | 1999 en 12 oktober 2005, worden de woorden « in bevallingsverlof » |
| vervangen door de woorden « in moederschapsverlof ». | vervangen door de woorden « in moederschapsverlof ». |
Art. 3.In artikel 28 van hetzelfde besluit, vervangen bij het |
Art. 3.In artikel 28 van hetzelfde besluit, vervangen bij het |
| koninklijke besluit van 12 december 2002 en gewijzigd bij het | koninklijke besluit van 12 december 2002 en gewijzigd bij het |
| koninklijk besluit van 12 oktober 2005, worden de volgende wijzigingen | koninklijk besluit van 12 oktober 2005, worden de volgende wijzigingen |
| aangebracht : | aangebracht : |
| 1° tussen het tweede en derde lid wordt het volgende lid ingevoegd, | 1° tussen het tweede en derde lid wordt het volgende lid ingevoegd, |
| luidende : | luidende : |
| « Op vraag van de vrouwelijke ambtenaar wordt de periode van | « Op vraag van de vrouwelijke ambtenaar wordt de periode van |
| arbeidsonderbreking na de negende week, verlengd met één week, wanneer | arbeidsonderbreking na de negende week, verlengd met één week, wanneer |
| de vrouwelijke ambtenaar afwezig is geweest wegens ziekte te wijten | de vrouwelijke ambtenaar afwezig is geweest wegens ziekte te wijten |
| aan de zwangerschap gedurende de ganse periode vanaf de zesde week | aan de zwangerschap gedurende de ganse periode vanaf de zesde week |
| voorafgaand aan de werkelijke datum van de bevalling, of de achtste | voorafgaand aan de werkelijke datum van de bevalling, of de achtste |
| week wanneer de geboorte van een meerling wordt verwacht. »; | week wanneer de geboorte van een meerling wordt verwacht. »; |
| 2° in het vroegere derde lid, dat het vierde lid is geworden, worden | 2° in het vroegere derde lid, dat het vierde lid is geworden, worden |
| de woorden « in het tweede lid » vervangen door de woorden « in het | de woorden « in het tweede lid » vervangen door de woorden « in het |
| tweede en het derde lid ». | tweede en het derde lid ». |
Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2006. |
Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2006. |
| De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing op de bevallingen | De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing op de bevallingen |
| die plaatsvinden na de inwerkingtreding van dit artikel. | die plaatsvinden na de inwerkingtreding van dit artikel. |
Art. 5.Onze Ministers en Onze Staatssecretarissen zijn, ieder wat hen |
Art. 5.Onze Ministers en Onze Staatssecretarissen zijn, ieder wat hen |
| betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. | betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 11 januari 2007. | Gegeven te Brussel, 11 januari 2007. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Ambtenarenzaken, | De Minister van Ambtenarenzaken, |
| C. DUPONT | C. DUPONT |