Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 11/04/1999
← Terug naar "Koninklijk besluit betreffende de nachtarbeid van jeugdige werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het hotelbedrijf ressorteren "
Koninklijk besluit betreffende de nachtarbeid van jeugdige werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het hotelbedrijf ressorteren Koninklijk besluit betreffende de nachtarbeid van jeugdige werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het hotelbedrijf ressorteren
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID
11 APRIL 1999. - Koninklijk besluit betreffende de nachtarbeid van 11 APRIL 1999. - Koninklijk besluit betreffende de nachtarbeid van
jeugdige werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen die onder het jeugdige werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen die onder het
Paritair Comité voor het hotelbedrijf ressorteren (1) Paritair Comité voor het hotelbedrijf ressorteren (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 16 maart 1971, inzonderheid op artikel 34bis, § 1, Gelet op de wet van 16 maart 1971, inzonderheid op artikel 34bis, § 1,
ingevoegd bij de wet van 17 februari 1997; ingevoegd bij de wet van 17 februari 1997;
Gelet op het advies van het Paritair Comité voor het hotelbedrijf; Gelet op het advies van het Paritair Comité voor het hotelbedrijf;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari
1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli
1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid; Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat, om een betere organisatie van het werk toe te laten, Overwegende dat, om een betere organisatie van het werk toe te laten,
de werkgevers van de sector van het hotelbedrijf onverwijld op de de werkgevers van de sector van het hotelbedrijf onverwijld op de
hoogte moeten worden gebracht van de grenzen die worden gesteld aan de hoogte moeten worden gebracht van de grenzen die worden gesteld aan de
tewerkstelling 's nachts van jeugdige werknemers; tewerkstelling 's nachts van jeugdige werknemers;
Op de voordracht van onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Op de voordracht van onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het

Artikel 1.In de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het

hotelbedrijf ressorteren, mogen de jeugdige werknemers van meer dan 16 hotelbedrijf ressorteren, mogen de jeugdige werknemers van meer dan 16
jaar tot uiterlijk 23 uur worden tewerkgesteld. jaar tot uiterlijk 23 uur worden tewerkgesteld.

Art. 2.Deze afwijking wordt toegestaan op voorwaarde dat de in

Art. 2.Deze afwijking wordt toegestaan op voorwaarde dat de in

artikel 1 bedoelde jeugdige werknemer na het einde van zijn werk nog artikel 1 bedoelde jeugdige werknemer na het einde van zijn werk nog
over een openbaar vervoermiddel beschikt om zijn woonst te bereiken, over een openbaar vervoermiddel beschikt om zijn woonst te bereiken,
of dat, bij gebreke hiervan, de werkgever in het vervoer voorziet of of dat, bij gebreke hiervan, de werkgever in het vervoer voorziet of
hem de werkelijke gedragen kosten om zijn woonst te bereiken, hem de werkelijke gedragen kosten om zijn woonst te bereiken,
terugbetaalt. terugbetaalt.

Art. 3.De werkgever die gebruik wenst te maken van deze afwijking,

Art. 3.De werkgever die gebruik wenst te maken van deze afwijking,

moet dit vooraf schriftelijk ter kennis brengen van de moet dit vooraf schriftelijk ter kennis brengen van de
inspecteur-districthoofd van de Inspectie van de sociale wetten in inspecteur-districthoofd van de Inspectie van de sociale wetten in
wiens gebied de onderneming gelegen is. wiens gebied de onderneming gelegen is.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het

Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het

Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 5.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de

Art. 5.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de

uitvoering van dit besluit. uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 april 1999. Gegeven te Brussel, 11 april 1999.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, De Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Mevr. M. SMET Mevr. M. SMET
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 16 maart 1971, Belgisch Staatsblad van 30 maart 1971. Wet van 16 maart 1971, Belgisch Staatsblad van 30 maart 1971.
Wet van 17 februari 1997, Belgisch Staatsblad van 8 april 1997. Wet van 17 februari 1997, Belgisch Staatsblad van 8 april 1997.
^