Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2014, gesloten in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende de toekenning van een aanvullende vergoeding in geval van ontslag in het kader van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere mindervalide arbeiders en voor arbeiders met ernstige lichamelijk problemen | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2014, gesloten in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende de toekenning van een aanvullende vergoeding in geval van ontslag in het kader van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere mindervalide arbeiders en voor arbeiders met ernstige lichamelijk problemen |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
10 APRIL 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 10 APRIL 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2014, gesloten | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2014, gesloten |
in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het | in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het |
administratief arrondissement Verviers, betreffende de toekenning van | administratief arrondissement Verviers, betreffende de toekenning van |
een aanvullende vergoeding in geval van ontslag in het kader van het | een aanvullende vergoeding in geval van ontslag in het kader van het |
stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere | stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere |
mindervalide arbeiders en voor arbeiders met ernstige lichamelijk | mindervalide arbeiders en voor arbeiders met ernstige lichamelijk |
problemen (1) | problemen (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de |
textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers; | textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2014, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2014, gesloten |
in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het | in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het |
administratief arrondissement Verviers, betreffende de toekenning van | administratief arrondissement Verviers, betreffende de toekenning van |
een aanvullende vergoeding in geval van ontslag in het kader van het | een aanvullende vergoeding in geval van ontslag in het kader van het |
stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere | stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere |
mindervalide arbeiders en voor arbeiders met ernstige lichamelijk | mindervalide arbeiders en voor arbeiders met ernstige lichamelijk |
problemen. | problemen. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 10 april 2015. | Gegeven te Brussel, 10 april 2015. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Vertaling | Vertaling |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief | Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief |
arrondissement Verviers | arrondissement Verviers |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2014 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2014 |
Toekenning van een aanvullende vergoeding in geval van ontslag in het | Toekenning van een aanvullende vergoeding in geval van ontslag in het |
kader van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor | kader van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor |
sommige oudere mindervalide arbeiders en voor arbeiders met ernstige | sommige oudere mindervalide arbeiders en voor arbeiders met ernstige |
lichamelijk problemen | lichamelijk problemen |
(Overeenkomst geregistreerd op 24 juli 2014 onder het nummer | (Overeenkomst geregistreerd op 24 juli 2014 onder het nummer |
122614/CO/120.01) | 122614/CO/120.01) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
alle textielondernemingen en op alle daarin tewerkgestelde arbeiders | alle textielondernemingen en op alle daarin tewerkgestelde arbeiders |
en arbeidsters (hierna "arbeiders" genoemd) die onder de bevoegdheid | en arbeidsters (hierna "arbeiders" genoemd) die onder de bevoegdheid |
vallen van het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het | vallen van het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het |
administratief arrondissement Verviers (PSC 120.01). | administratief arrondissement Verviers (PSC 120.01). |
Art. 2.§ 1. Deze overeenkomst is van toepassing op de mindervalide |
Art. 2.§ 1. Deze overeenkomst is van toepassing op de mindervalide |
arbeiders en op de arbeiders met ernstige lichamelijke problemen die | arbeiders en op de arbeiders met ernstige lichamelijke problemen die |
tewerkgesteld zijn in het kader van een arbeidsovereenkomst. | tewerkgesteld zijn in het kader van een arbeidsovereenkomst. |
§ 2. Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder : | § 2. Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder : |
1° "mindervalide arbeiders erkend door de bevoegde overheid" : | 1° "mindervalide arbeiders erkend door de bevoegde overheid" : |
a) de arbeiders die aan de medische voorwaarden voldoen om te worden | a) de arbeiders die aan de medische voorwaarden voldoen om te worden |
ingeschreven bij een agentschap voor gehandicapte personen, en meer | ingeschreven bij een agentschap voor gehandicapte personen, en meer |
bepaald bij het Vlaams Agentschap voor personen met een handicap, bij | bepaald bij het Vlaams Agentschap voor personen met een handicap, bij |
het "Agence wallonne pour l'intégration des personnes handicapées", | het "Agence wallonne pour l'intégration des personnes handicapées", |
bij de Brusselse Dienst voor gehandicapte Personen en bij de | bij de Brusselse Dienst voor gehandicapte Personen en bij de |
"Dienststelle der Deutschsprachigen Gemeinschaft für Personen mit | "Dienststelle der Deutschsprachigen Gemeinschaft für Personen mit |
einer Behinderung"; | einer Behinderung"; |
b) de arbeiders die voldoen aan de medische voorwaarden om recht te | b) de arbeiders die voldoen aan de medische voorwaarden om recht te |
hebben op een inkomens-vervangende tegemoetkoming of op een | hebben op een inkomens-vervangende tegemoetkoming of op een |
integratietegemoetkoming overeenkomstig de wet van 27 februari 1987 | integratietegemoetkoming overeenkomstig de wet van 27 februari 1987 |
betreffende de tegemoetkomingen aan personen met een handicap; | betreffende de tegemoetkomingen aan personen met een handicap; |
c) de arbeiders die een blijvende arbeidsongeschiktheid hebben van | c) de arbeiders die een blijvende arbeidsongeschiktheid hebben van |
meer dan 65 pct. in het kader van de wetgeving betreffende de | meer dan 65 pct. in het kader van de wetgeving betreffende de |
arbeidsongevallen of van de wetgeving betreffende de beroepsziekten; | arbeidsongevallen of van de wetgeving betreffende de beroepsziekten; |
2° "arbeiders die ernstige lichamelijke problemen hebben" : de | 2° "arbeiders die ernstige lichamelijke problemen hebben" : de |
arbeiders die ernstige lichamelijke problemen hebben die volledig of | arbeiders die ernstige lichamelijke problemen hebben die volledig of |
gedeeltelijk werden veroorzaakt door hun beroepsactiviteit of elke | gedeeltelijk werden veroorzaakt door hun beroepsactiviteit of elke |
vroegere beroepsactiviteit en die duidelijk verhinderen dat zij hun | vroegere beroepsactiviteit en die duidelijk verhinderen dat zij hun |
beroep verder uitoefenen, met uitsluiting van de personen die, op het | beroep verder uitoefenen, met uitsluiting van de personen die, op het |
ogenblik van de aanvraag, een invaliditeitsuitkering genieten | ogenblik van de aanvraag, een invaliditeitsuitkering genieten |
krachtens de wetgeving betreffende de ziekte- en | krachtens de wetgeving betreffende de ziekte- en |
invaliditeitsverzekering en die niet tewerkgesteld zijn in die zin dat | invaliditeitsverzekering en die niet tewerkgesteld zijn in die zin dat |
zij geen effectieve arbeidsprestaties verrichten; | zij geen effectieve arbeidsprestaties verrichten; |
3° "arbeiders gelijkgesteld met werknemers die ernstige lichamelijke | 3° "arbeiders gelijkgesteld met werknemers die ernstige lichamelijke |
problemen hebben" : de arbeiders die rechtstreeks werden blootgesteld | problemen hebben" : de arbeiders die rechtstreeks werden blootgesteld |
aan asbest in de loop van hun vroegere beroepsactiviteit vóór 1 | aan asbest in de loop van hun vroegere beroepsactiviteit vóór 1 |
januari 1993 gedurende minimaal twee jaar : | januari 1993 gedurende minimaal twee jaar : |
- in bedrijven of werkplaatsen waar producten of voorwerpen op basis | - in bedrijven of werkplaatsen waar producten of voorwerpen op basis |
van asbest worden vervaardigd of verwerkt; | van asbest worden vervaardigd of verwerkt; |
- of in fabrieken van materialen in vezelcement. | - of in fabrieken van materialen in vezelcement. |
HOOFDSTUK II. - Rechthebbenden | HOOFDSTUK II. - Rechthebbenden |
Art. 3.§ 1. De in artikel 2 bedoelde arbeiders die werden ontslagen |
Art. 3.§ 1. De in artikel 2 bedoelde arbeiders die werden ontslagen |
in de loop van de geldigheidsperiode van deze collectieve | in de loop van de geldigheidsperiode van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst, die de leeftijd van 58 jaar hebben bereikt | arbeidsovereenkomst, die de leeftijd van 58 jaar hebben bereikt |
gedurende de periode van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014 en | gedurende de periode van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014 en |
uiterlijk op het einde van de arbeidsovereenkomst en die op dat | uiterlijk op het einde van de arbeidsovereenkomst en die op dat |
ogenblik een beroepsverleden kunnen bewijzen van tenminste 35 jaar als | ogenblik een beroepsverleden kunnen bewijzen van tenminste 35 jaar als |
loontrekkende, ontvangen een aanvullende vergoeding ten laste van het | loontrekkende, ontvangen een aanvullende vergoeding ten laste van het |
fonds voor bestaanszekerheid, behalve in geval van ontslag om | fonds voor bestaanszekerheid, behalve in geval van ontslag om |
dringende reden. | dringende reden. |
§ 2. Bovendien moeten de in § 1 hierboven bedoelde ontslagen arbeiders | § 2. Bovendien moeten de in § 1 hierboven bedoelde ontslagen arbeiders |
de volgende bewijzen voorleggen : | de volgende bewijzen voorleggen : |
- voor de mindervalide arbeiders, dat zij behoren tot één van de in | - voor de mindervalide arbeiders, dat zij behoren tot één van de in |
artikel 2, § 2, 1° van deze overeenkomst opgesomde categorieën; | artikel 2, § 2, 1° van deze overeenkomst opgesomde categorieën; |
- voor de arbeiders die ernstige lichamelijke problemen hebben, dat | - voor de arbeiders die ernstige lichamelijke problemen hebben, dat |
zij beschikken over een attest van het Fonds voor arbeidsongevallen, | zij beschikken over een attest van het Fonds voor arbeidsongevallen, |
overeenkomstig artikel 19, § 2 van deze overeenkomst; | overeenkomstig artikel 19, § 2 van deze overeenkomst; |
- voor de arbeiders die gelijkgesteld worden met werknemers die | - voor de arbeiders die gelijkgesteld worden met werknemers die |
ernstige lichamelijke problemen hebben, dat zij beschikken over een | ernstige lichamelijke problemen hebben, dat zij beschikken over een |
attest van het Fonds voor de beroepsziekten overeenkomstig artikel 20, | attest van het Fonds voor de beroepsziekten overeenkomstig artikel 20, |
§ 2 van deze overeenkomst. | § 2 van deze overeenkomst. |
§ 3. Onder het in § 1 hiervoor bedoeld "ogenblik van de beëindiging | § 3. Onder het in § 1 hiervoor bedoeld "ogenblik van de beëindiging |
van de arbeidsovereenkomst" wordt verstaan : het ogenblik waarop de | van de arbeidsovereenkomst" wordt verstaan : het ogenblik waarop de |
arbeider zijn arbeidsprestaties beëindigt na het verstrijken van de | arbeider zijn arbeidsprestaties beëindigt na het verstrijken van de |
opzeggingstermijn of, wanneer er geen opzegging werd betekend of | opzeggingstermijn of, wanneer er geen opzegging werd betekend of |
wanneer aan de betekende opzeggingstermijn voortijdig een einde wordt | wanneer aan de betekende opzeggingstermijn voortijdig een einde wordt |
gemaakt, het ogenblik waarop de arbeider de onderneming verlaat. | gemaakt, het ogenblik waarop de arbeider de onderneming verlaat. |
§ 4. In afwijking van § 1 hierboven, kan de opzeggingstermijn of de | § 4. In afwijking van § 1 hierboven, kan de opzeggingstermijn of de |
door de opzeggingsvergoeding van de ontslagen arbeider gedekte periode | door de opzeggingsvergoeding van de ontslagen arbeider gedekte periode |
een einde nemen buiten de geiligheidsduur van de collectieve | een einde nemen buiten de geiligheidsduur van de collectieve |
arbeidsovereenkomst, op voorwaarde dat de opzegging werd betekend of | arbeidsovereenkomst, op voorwaarde dat de opzegging werd betekend of |
de overeenkomst werd verbroken tijdens de geldigheidsduur van de | de overeenkomst werd verbroken tijdens de geldigheidsduur van de |
collectieve arbeidsovereenkomst en de arbeider de in § 1 bepaalde | collectieve arbeidsovereenkomst en de arbeider de in § 1 bepaalde |
leeftijd heeft bereikt tijdens de geldigheidsduur van de collectieve | leeftijd heeft bereikt tijdens de geldigheidsduur van de collectieve |
arbeidsovereenkomst. | arbeidsovereenkomst. |
Art. 4.De arbeider behoudt eveneens het recht op de aanvullende |
Art. 4.De arbeider behoudt eveneens het recht op de aanvullende |
vergoeding als hij voldoet aan de in artikel 3, § 1 hierboven | vergoeding als hij voldoet aan de in artikel 3, § 1 hierboven |
vastgestelde voorwaarden inzake leeftijd en beroepsverleden en als hij | vastgestelde voorwaarden inzake leeftijd en beroepsverleden en als hij |
: | : |
- een aanvraag heeft ingediend om te worden erkend op basis van deze | - een aanvraag heeft ingediend om te worden erkend op basis van deze |
overeenkomst; | overeenkomst; |
- kan bewijzen dat hij de werkgever daarvan heeft op de hoogte | - kan bewijzen dat hij de werkgever daarvan heeft op de hoogte |
gebracht ofwel per aangetekende brief, ofwel door een brief waarvan | gebracht ofwel per aangetekende brief, ofwel door een brief waarvan |
een kopie werd ondertekend door de werkgever, ofwel door de | een kopie werd ondertekend door de werkgever, ofwel door de |
medeondertekening van het aanvraagformulier door de werkgever; | medeondertekening van het aanvraagformulier door de werkgever; |
- wordt ontslagen tijdens de in de artikelen 19 en 20 van deze | - wordt ontslagen tijdens de in de artikelen 19 en 20 van deze |
overeenkomst vastgestelde erkenningsprocedure; | overeenkomst vastgestelde erkenningsprocedure; |
- en op het einde van de procedure beschikt over een attest dat | - en op het einde van de procedure beschikt over een attest dat |
bewijst dat hij erkend is overeenkomstig de artikelen 19 en 20 van | bewijst dat hij erkend is overeenkomstig de artikelen 19 en 20 van |
deze overeenkomst. | deze overeenkomst. |
Art. 5.Bovenop het vereiste beroepsverleden als loontrekkende, moeten |
Art. 5.Bovenop het vereiste beroepsverleden als loontrekkende, moeten |
de arbeiders, om recht te kunnen hebben op werkloosheid met | de arbeiders, om recht te kunnen hebben op werkloosheid met |
bedrijfstoeslag, voldoen aan één van de volgende sectorale | bedrijfstoeslag, voldoen aan één van de volgende sectorale |
anciënniteitsvoorwaarden : | anciënniteitsvoorwaarden : |
- ofwel 15 jaar loondienst in de sectoren textiel, breigoed, kleding, | - ofwel 15 jaar loondienst in de sectoren textiel, breigoed, kleding, |
confectie, vlasbereiding en/of juteverwerking; | confectie, vlasbereiding en/of juteverwerking; |
- ofwel 5 jaar betaalde arbeid in de sectoren textiel, breiwerk, | - ofwel 5 jaar betaalde arbeid in de sectoren textiel, breiwerk, |
kleding, confectie, vlasbereiding en/of juteverwerking in de loop van | kleding, confectie, vlasbereiding en/of juteverwerking in de loop van |
de laatste 10 jaar waarvan ten minste 1 jaar in de laatste 2 jaar. | de laatste 10 jaar waarvan ten minste 1 jaar in de laatste 2 jaar. |
Voor de gelijkstelling met arbeidsdagen dient verwezen naar de | Voor de gelijkstelling met arbeidsdagen dient verwezen naar de |
gelijkstellingen voor het beroepsverleden als loontrekkende. | gelijkstellingen voor het beroepsverleden als loontrekkende. |
HOOFDSTUK III. - Betaling van de aanvullende vergoeding | HOOFDSTUK III. - Betaling van de aanvullende vergoeding |
Art. 6.De aanvullende vergoeding betreft de toekenning van voordelen |
Art. 6.De aanvullende vergoeding betreft de toekenning van voordelen |
die gelijk zijn aan die welke vastgesteld zijn in de collectieve | die gelijk zijn aan die welke vastgesteld zijn in de collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 17 gesloten op 19 december 1974 in de | arbeidsovereenkomst nr. 17 gesloten op 19 december 1974 in de |
Nationale Arbeidsraad. | Nationale Arbeidsraad. |
Art. 7.§ 1. Aan de arbeiders die tot onderhavig stelsel van |
Art. 7.§ 1. Aan de arbeiders die tot onderhavig stelsel van |
werkloosheid met bedrijfstoeslag toetreden, wordt de aanvullende | werkloosheid met bedrijfstoeslag toetreden, wordt de aanvullende |
vergoeding betaald door het sociaal fonds genaamd "Fonds de sécurité | vergoeding betaald door het sociaal fonds genaamd "Fonds de sécurité |
d'existence de l'industrie textile de l'arrondissement administratif | d'existence de l'industrie textile de l'arrondissement administratif |
de Verviers" (hierna het fonds genoemd). Die aanvullende vergoeding | de Verviers" (hierna het fonds genoemd). Die aanvullende vergoeding |
wordt beperkt tot het bedrag dat berekend wordt overeenkomstig de | wordt beperkt tot het bedrag dat berekend wordt overeenkomstig de |
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad, | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad, |
ongeacht de toepassing van het in artikel 12 bepaald | ongeacht de toepassing van het in artikel 12 bepaald |
garantiemechanisme. | garantiemechanisme. |
De door de wettelijke bepalingen en de uitvoeringsbesluiten opgelegde | De door de wettelijke bepalingen en de uitvoeringsbesluiten opgelegde |
bijzondere werkgeversbijdragen die verschuldigd zijn op het bedrag van | bijzondere werkgeversbijdragen die verschuldigd zijn op het bedrag van |
de overeenkomstig collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de | de overeenkomstig collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de |
Nationale Arbeidsraad, ongeacht de toepassing van het in artikel 12 | Nationale Arbeidsraad, ongeacht de toepassing van het in artikel 12 |
bepaalde garantiemechanisme, berekende aanvullende vergoeding, zijn | bepaalde garantiemechanisme, berekende aanvullende vergoeding, zijn |
eveneens ten laste van het fonds. | eveneens ten laste van het fonds. |
§ 2. In afwijking op § 1 hiervoor wordt, in uitvoering van en | § 2. In afwijking op § 1 hiervoor wordt, in uitvoering van en |
overeenkomstig de voorwaarden gesteld in artikel 52 van de wet van 26 | overeenkomstig de voorwaarden gesteld in artikel 52 van de wet van 26 |
juni 2002 betreffende de sluiting van ondernemingen, de aanvullende | juni 2002 betreffende de sluiting van ondernemingen, de aanvullende |
vergoeding aan de arbeiders die vanaf 50 jaar in de onderneming werden | vergoeding aan de arbeiders die vanaf 50 jaar in de onderneming werden |
aangeworven, door het Fonds voor sluiting van ondernemingen betaald, | aangeworven, door het Fonds voor sluiting van ondernemingen betaald, |
vanaf de eerste dag van de maand volgend op deze waarop de arbeider | vanaf de eerste dag van de maand volgend op deze waarop de arbeider |
die recht heeft op deze aanvullende vergoeding bij werkloosheid met | die recht heeft op deze aanvullende vergoeding bij werkloosheid met |
bedrijfstoeslag, de leeftijd van 60 jaar heeft bereikt. | bedrijfstoeslag, de leeftijd van 60 jaar heeft bereikt. |
Art. 8.De in artikelen 2 en 5 bedoelde arbeiders hebben, voorzover |
Art. 8.De in artikelen 2 en 5 bedoelde arbeiders hebben, voorzover |
zij de wettelijke werkloosheidsuitkeringen ontvangen, recht op de | zij de wettelijke werkloosheidsuitkeringen ontvangen, recht op de |
aanvullende vergoeding tot op de datum dat zij de leeftijd bereiken | aanvullende vergoeding tot op de datum dat zij de leeftijd bereiken |
waarop zij wettelijk pensioengerechtigd zijn en binnen de door de | waarop zij wettelijk pensioengerechtigd zijn en binnen de door de |
pensioenreglementering vastgestelde voorwaarden. | pensioenreglementering vastgestelde voorwaarden. |
In afwijking van het voorgaande lid, hebben die arbeiders ook recht op | In afwijking van het voorgaande lid, hebben die arbeiders ook recht op |
een aanvullende vergoeding vanaf de eerste dag van de kalendermaand | een aanvullende vergoeding vanaf de eerste dag van de kalendermaand |
volgend op de maand tijdens welke zij geen werkloosheidsuitkeringen | volgend op de maand tijdens welke zij geen werkloosheidsuitkeringen |
meer genieten, alleen omdat zij de leeftijdsgrens hebben bereikt die | meer genieten, alleen omdat zij de leeftijdsgrens hebben bereikt die |
is vastgesteld in artikel 64 van het koninklijk besluit van 25 | is vastgesteld in artikel 64 van het koninklijk besluit van 25 |
november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering, tot de laatste | november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering, tot de laatste |
dag van de kalendermaand waarin zij 65 jaar worden. | dag van de kalendermaand waarin zij 65 jaar worden. |
De regeling geldt eveneens voor de arbeiders die tijdelijk uit het | De regeling geldt eveneens voor de arbeiders die tijdelijk uit het |
stelsel zouden getreden zijn en nadien opnieuw van de regeling wensen | stelsel zouden getreden zijn en nadien opnieuw van de regeling wensen |
te genieten, voor zover zij opnieuw de wettelijke | te genieten, voor zover zij opnieuw de wettelijke |
werkloosheidsuitkeringen ontvangen. | werkloosheidsuitkeringen ontvangen. |
Art. 9.In afwijking van artikel 8, hebben de in de artikels 2 tot en |
Art. 9.In afwijking van artikel 8, hebben de in de artikels 2 tot en |
met 5 bedoelde arbeiders die hun hoofdverblijfplaats hebben in een | met 5 bedoelde arbeiders die hun hoofdverblijfplaats hebben in een |
land van de europese Economische Ruimte eveneens recht op een | land van de europese Economische Ruimte eveneens recht op een |
aanvullende vergoeding ten laste van het fonds voor zover zij geen | aanvullende vergoeding ten laste van het fonds voor zover zij geen |
werkloosheidsuitkeringen kunnen genieten of blijven genieten in het | werkloosheidsuitkeringen kunnen genieten of blijven genieten in het |
kader van de reglementering inzake werkloosheid met bedrijfstoeslag, | kader van de reglementering inzake werkloosheid met bedrijfstoeslag, |
enkel omdat zij hun hoofdverblijfplaats niet of niet meer hebben in | enkel omdat zij hun hoofdverblijfplaats niet of niet meer hebben in |
België in de zin van artikel 66 van het koninklijk besluit van 25 | België in de zin van artikel 66 van het koninklijk besluit van 25 |
november 1991 houdende reglementering van de werkloosheid en voor | november 1991 houdende reglementering van de werkloosheid en voor |
zover zij werkloosheidsuitkeringen ontvangen krachtens de wetgeving | zover zij werkloosheidsuitkeringen ontvangen krachtens de wetgeving |
van hun land waar zij verblijven. | van hun land waar zij verblijven. |
Die aanvullende vergoeding moet berekend worden alsof die arbeiders | Die aanvullende vergoeding moet berekend worden alsof die arbeiders |
werkloosheidsuitkeringen zouden genieten op basis van de Belgische | werkloosheidsuitkeringen zouden genieten op basis van de Belgische |
wetgeving. | wetgeving. |
Art. 10.§ 1. In afwijking van het eerste lid van artikel 8 en van |
Art. 10.§ 1. In afwijking van het eerste lid van artikel 8 en van |
artikel 9 blijft het recht op de aanvullende vergoeding, toegekend aan | artikel 9 blijft het recht op de aanvullende vergoeding, toegekend aan |
de in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst ontslagen | de in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst ontslagen |
arbeiders, behouden ten laste van het fonds wanneer deze arbeiders het | arbeiders, behouden ten laste van het fonds wanneer deze arbeiders het |
werk hervatten als loontrekkende bij een andere werkgever dan deze die | werk hervatten als loontrekkende bij een andere werkgever dan deze die |
hen heeft ontslagen en die niet behoort tot dezelfde technische | hen heeft ontslagen en die niet behoort tot dezelfde technische |
bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen. | bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen. |
§ 2. In afwijking van het eerste lid van artikel 8 en van artikel 9 | § 2. In afwijking van het eerste lid van artikel 8 en van artikel 9 |
blijft het recht op de aanvullende vergoeding, toegekend aan de in het | blijft het recht op de aanvullende vergoeding, toegekend aan de in het |
kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst ontslagen arbeiders, | kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst ontslagen arbeiders, |
behouden ten laste van het fonds wanneer deze arbeiders het werk | behouden ten laste van het fonds wanneer deze arbeiders het werk |
hervatten als loontrekkende bij een andere werkgever dan deze die hen | hervatten als loontrekkende bij een andere werkgever dan deze die hen |
heeft ontslagen en die niet behoort tot dezelfde technische | heeft ontslagen en die niet behoort tot dezelfde technische |
bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen. | bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen. |
§ 3. In de gevallen bedoeld in § 1 en § 2, wanneer de ontslagen | § 3. In de gevallen bedoeld in § 1 en § 2, wanneer de ontslagen |
arbeiders het werk hervatten tijdens de periode die gedekt wordt door | arbeiders het werk hervatten tijdens de periode die gedekt wordt door |
de ontslagvergoeding, hebben zij slechts recht op de aanvullende | de ontslagvergoeding, hebben zij slechts recht op de aanvullende |
vergoeding ten vroegste vanaf de dag waarop zij recht zouden hebben | vergoeding ten vroegste vanaf de dag waarop zij recht zouden hebben |
gehad op de werkloosheidsuitkeringen als zij de arbeid niet hadden | gehad op de werkloosheidsuitkeringen als zij de arbeid niet hadden |
hervat. | hervat. |
§ 4. In de gevallen bedoeld in § 1 en § 2, blijft het recht op de | § 4. In de gevallen bedoeld in § 1 en § 2, blijft het recht op de |
aanvullende vergoeding behouden tijdens de volledige duur van de | aanvullende vergoeding behouden tijdens de volledige duur van de |
tewerkstelling onder arbeidsovereenkomst of tijdens de volledige duur | tewerkstelling onder arbeidsovereenkomst of tijdens de volledige duur |
van de uitoefening van een zelfstandige activiteit in hoofdberoep, | van de uitoefening van een zelfstandige activiteit in hoofdberoep, |
volgens de voorwaarden bepaald door deze collectieve | volgens de voorwaarden bepaald door deze collectieve |
arbeidsovereenkomst en voor de volledige periode waarin de arbeiders | arbeidsovereenkomst en voor de volledige periode waarin de arbeiders |
die recht hebben op de aanvullende vergoeding geen | die recht hebben op de aanvullende vergoeding geen |
werkloosheidsuitkeringen meer genieten als volledig | werkloosheidsuitkeringen meer genieten als volledig |
uitkeringsgerechtigde werkloze. | uitkeringsgerechtigde werkloze. |
De in § 1 en § 2 bedoelde arbeiders leveren aan het fonds het bewijs | De in § 1 en § 2 bedoelde arbeiders leveren aan het fonds het bewijs |
dat zij opnieuw in dienst zijn genomen op grond van een | dat zij opnieuw in dienst zijn genomen op grond van een |
arbeidsovereenkomst of dat zij een zelfstandige activiteit in | arbeidsovereenkomst of dat zij een zelfstandige activiteit in |
hoofdberoep uitoefenen. | hoofdberoep uitoefenen. |
HOOFDSTUK IV. - Bedrag van de aanvullende vergoeding | HOOFDSTUK IV. - Bedrag van de aanvullende vergoeding |
Art. 11.Het bedrag van de aanvullende vergoeding is gelijk aan de |
Art. 11.Het bedrag van de aanvullende vergoeding is gelijk aan de |
helft van het verschil tussen het netto-referteloon en de | helft van het verschil tussen het netto-referteloon en de |
werkloosheidsuitkering. | werkloosheidsuitkering. |
Art. 12.De in het kader van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor |
Art. 12.De in het kader van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor |
arbeiders toegekende aanvullende vergoeding, waarvan het bruto bedrag | arbeiders toegekende aanvullende vergoeding, waarvan het bruto bedrag |
lager ligt dan 99,16 EUR per maand, wordt verhoogd tot 99,16 EUR bruto | lager ligt dan 99,16 EUR per maand, wordt verhoogd tot 99,16 EUR bruto |
per maand. Deze verhoging van het bedrag van de aanvullende vergoeding | per maand. Deze verhoging van het bedrag van de aanvullende vergoeding |
mag echter niet tot gevolg hebben dat het totale maandelijkse bruto | mag echter niet tot gevolg hebben dat het totale maandelijkse bruto |
bedrag van deze aanvullende vergoeding en van de | bedrag van deze aanvullende vergoeding en van de |
werkloosheidsuitkeringen de drempel overschrijdt die in aanmerking | werkloosheidsuitkeringen de drempel overschrijdt die in aanmerking |
genomen wordt voor de berekening van de bijdrage van 6,5 pct. van de | genomen wordt voor de berekening van de bijdrage van 6,5 pct. van de |
werknemer zonder gezinslast, die wordt afgehouden van het totaalbedrag | werknemer zonder gezinslast, die wordt afgehouden van het totaalbedrag |
van de sociale uitkering en van de aanvullende vergoeding. | van de sociale uitkering en van de aanvullende vergoeding. |
Art. 13.Het netto-referteloon is gelijk aan het bruto maandloon |
Art. 13.Het netto-referteloon is gelijk aan het bruto maandloon |
begrensd tot 3 780,69 EUR (bedrag op 1 januari 2014) en verminderd met | begrensd tot 3 780,69 EUR (bedrag op 1 januari 2014) en verminderd met |
de persoonlijke sociale zekerheidsbijdrage en de fiscale inhouding. | de persoonlijke sociale zekerheidsbijdrage en de fiscale inhouding. |
Voor de berekening van de persoonlijke sociale zekerheidsbijdrage, op | Voor de berekening van de persoonlijke sociale zekerheidsbijdrage, op |
het loon aan 100 pct., dient rekening gehouden met de bepalingen van | het loon aan 100 pct., dient rekening gehouden met de bepalingen van |
de wet van 20 december 1999 tot toekenning van een werkbonus onder de | de wet van 20 december 1999 tot toekenning van een werkbonus onder de |
vorm van een vermindering van de persoonlijke sociale | vorm van een vermindering van de persoonlijke sociale |
zekerheidsbijdragen aan werknemers met lage lonen en aan sommige | zekerheidsbijdragen aan werknemers met lage lonen en aan sommige |
werknemers die het slachtoffer werden van een herstructurering. | werknemers die het slachtoffer werden van een herstructurering. |
De bovengrens van het maandelijks brutoloon wordt gekoppeld aan de | De bovengrens van het maandelijks brutoloon wordt gekoppeld aan de |
schommelingen van de index der consumptieprijzen, overeenkomstig de | schommelingen van de index der consumptieprijzen, overeenkomstig de |
bepalingen van de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een | bepalingen van de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een |
stelsel voor koppeling aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. | stelsel voor koppeling aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. |
Deze grens wordt daarenboven op 1 januari van elk jaar herzien waarbij | Deze grens wordt daarenboven op 1 januari van elk jaar herzien waarbij |
rekening wordt gehouden met de evolutie van de conventionele lonen | rekening wordt gehouden met de evolutie van de conventionele lonen |
overeenkomstig hetgeen dienaangaande wordt beslist in de Nationale | overeenkomstig hetgeen dienaangaande wordt beslist in de Nationale |
Arbeidsraad. | Arbeidsraad. |
Het netto referteloon wordt afgerond naar de hogere euro. | Het netto referteloon wordt afgerond naar de hogere euro. |
Art. 14.1. Het brutoloon omvat de contractuele premies die |
Art. 14.1. Het brutoloon omvat de contractuele premies die |
rechtstreeks gebonden zijn aan de door de werklieden verrichte | rechtstreeks gebonden zijn aan de door de werklieden verrichte |
prestaties waarop inhoudingen voor sociale zekerheid worden gedaan en | prestaties waarop inhoudingen voor sociale zekerheid worden gedaan en |
waarvan de periodiciteit van betaling geen maand overschrijdt. | waarvan de periodiciteit van betaling geen maand overschrijdt. |
Het omvat ook de voordelen in natura die aan inhoudingen voor sociale | Het omvat ook de voordelen in natura die aan inhoudingen voor sociale |
zekerheid onderworpen zijn. | zekerheid onderworpen zijn. |
Daarentegen worden de premies of vergoedingen, die als tegenwaarde van | Daarentegen worden de premies of vergoedingen, die als tegenwaarde van |
werkelijke kosten worden verleend, niet in aanmerking genomen. | werkelijke kosten worden verleend, niet in aanmerking genomen. |
2. Voor de per maand betaalde arbeider wordt als brutoloon beschouwd | 2. Voor de per maand betaalde arbeider wordt als brutoloon beschouwd |
het loon dat hij gedurende de in navolgend punt 6 bepaalde | het loon dat hij gedurende de in navolgend punt 6 bepaalde |
refertemaand heeft verdiend. | refertemaand heeft verdiend. |
3. Voor de arbeider die niet per maand wordt betaald, wordt het | 3. Voor de arbeider die niet per maand wordt betaald, wordt het |
brutoloon berekend op grond van het normale uurloon. | brutoloon berekend op grond van het normale uurloon. |
Het normale uurloon wordt bekomen door het loon voor de normale | Het normale uurloon wordt bekomen door het loon voor de normale |
prestaties van de refertemaand te delen door het aantal tijdens die | prestaties van de refertemaand te delen door het aantal tijdens die |
periode gewerkte normale uren. Het aldus bekomen resultaat wordt | periode gewerkte normale uren. Het aldus bekomen resultaat wordt |
vermenigvuldigd met het aantal arbeidsuren, bepaald in de wekelijkse | vermenigvuldigd met het aantal arbeidsuren, bepaald in de wekelijkse |
arbeidstijdregeling van de werknemer; dat product, vermenigvuldigd met | arbeidstijdregeling van de werknemer; dat product, vermenigvuldigd met |
52 en gedeeld door 12, stemt overeen met het maandloon. | 52 en gedeeld door 12, stemt overeen met het maandloon. |
4. Het brutoloon van een arbeider die niet gedurende de hele | 4. Het brutoloon van een arbeider die niet gedurende de hele |
refertemaand heeft gewerkt, wordt berekend alsof hij aanwezig was | refertemaand heeft gewerkt, wordt berekend alsof hij aanwezig was |
geweest op alle arbeidsdagen die in de beschouwde maand vallen. | geweest op alle arbeidsdagen die in de beschouwde maand vallen. |
Indien een arbeider, krachtens de bepalingen van zijn | Indien een arbeider, krachtens de bepalingen van zijn |
arbeidsovereenkomst, slechts gedurende een gedeelte van de | arbeidsovereenkomst, slechts gedurende een gedeelte van de |
refertemaand moet werken en hij niet al die tijd heeft gewerkt, wordt | refertemaand moet werken en hij niet al die tijd heeft gewerkt, wordt |
zijn brutoloon berekend op grond van het aantal arbeidsdagen dat in | zijn brutoloon berekend op grond van het aantal arbeidsdagen dat in |
zijn arbeidsovereenkomst is vastgesteld. | zijn arbeidsovereenkomst is vastgesteld. |
5. Het door de arbeider verdiende brutoloon, ongeacht of het per maand | 5. Het door de arbeider verdiende brutoloon, ongeacht of het per maand |
of anderzijds wordt betaald, wordt vermeerderd met een twaalfde van | of anderzijds wordt betaald, wordt vermeerderd met een twaalfde van |
het totaal der contractuele premies en van de veranderlijke | het totaal der contractuele premies en van de veranderlijke |
bezoldiging waarvan de periodiciteit van betaling geen maand | bezoldiging waarvan de periodiciteit van betaling geen maand |
overschrijdt en die door die arbeider in de loop van de twaalf maanden | overschrijdt en die door die arbeider in de loop van de twaalf maanden |
die aan het ontslag voorafgaan afzonderlijk werden ontvangen | die aan het ontslag voorafgaan afzonderlijk werden ontvangen |
6. Bij het in artikel 18 bepaald overleg zal in onderling overleg | 6. Bij het in artikel 18 bepaald overleg zal in onderling overleg |
beslist worden welke de refertemaand is die in aanmerking moet genomen | beslist worden welke de refertemaand is die in aanmerking moet genomen |
worden. Indien geen refertemaand is vastgesteld, wordt de | worden. Indien geen refertemaand is vastgesteld, wordt de |
kalendermaand die de datum van het ontslag voorafgaat, in aanmerking | kalendermaand die de datum van het ontslag voorafgaat, in aanmerking |
genomen. | genomen. |
HOOFDSTUK V. - Aanpassing | HOOFDSTUK V. - Aanpassing |
van het bedrag van de aanvullende vergoeding | van het bedrag van de aanvullende vergoeding |
Art. 15.Het bedrag van de uitgekeerde aanvullende vergoedingen wordt |
Art. 15.Het bedrag van de uitgekeerde aanvullende vergoedingen wordt |
gekoppeld aan de schommelingen van het indexcijfer der | gekoppeld aan de schommelingen van het indexcijfer der |
consumptieprijzen, volgens de toepassingsvoorwaarden die gelden inzake | consumptieprijzen, volgens de toepassingsvoorwaarden die gelden inzake |
werkloosheidsuitkeringen, overeenkomstig de bepalingen van de wet van | werkloosheidsuitkeringen, overeenkomstig de bepalingen van de wet van |
2 augustus 1971. | 2 augustus 1971. |
Het bedrag van deze vergoedingen wordt daarenboven elk jaar op 1 | Het bedrag van deze vergoedingen wordt daarenboven elk jaar op 1 |
januari herzien ten opzichte van de ontwikkeling van de conventionele | januari herzien ten opzichte van de ontwikkeling van de conventionele |
lonen overeenkomstig hetgeen dienaangaande wordt beslist in de | lonen overeenkomstig hetgeen dienaangaande wordt beslist in de |
Nationale Arbeidsraad. | Nationale Arbeidsraad. |
Voor de arbeiders die tot het stelsel toetreden tijdens het jaar wordt | Voor de arbeiders die tot het stelsel toetreden tijdens het jaar wordt |
de aanpassing aan de evolutie van de conventionele lonen uitgevoerd, | de aanpassing aan de evolutie van de conventionele lonen uitgevoerd, |
rekening houdend met het tijdstip van het jaar waarop de toegang tot | rekening houdend met het tijdstip van het jaar waarop de toegang tot |
het stelsel plaatsvindt; elk kwartaal wordt in aanmerking genomen voor | het stelsel plaatsvindt; elk kwartaal wordt in aanmerking genomen voor |
de berekening van de aanpassing. | de berekening van de aanpassing. |
HOOFDSTUK VI. - Betalingsperiodiciteit van de aanvullende vergoeding | HOOFDSTUK VI. - Betalingsperiodiciteit van de aanvullende vergoeding |
Art. 16.De betaling van de aanvullende vergoeding gebeurt |
Art. 16.De betaling van de aanvullende vergoeding gebeurt |
maandelijks. | maandelijks. |
HOOFDSTUK VII. - Cumulatie | HOOFDSTUK VII. - Cumulatie |
van de aanvullende vergoeding en andere voordelen | van de aanvullende vergoeding en andere voordelen |
Art. 17.De aanvullende vergoeding mag niet worden gecumuleerd met |
Art. 17.De aanvullende vergoeding mag niet worden gecumuleerd met |
andere wegens afdanking verleende speciale vergoedingen of toeslagen, | andere wegens afdanking verleende speciale vergoedingen of toeslagen, |
die worden toegekend krachtens wettelijke of reglementaire bepalingen. | die worden toegekend krachtens wettelijke of reglementaire bepalingen. |
De in artikelen 2 tot en met 5 bedoelde arbeider zal dus eerst de uit | De in artikelen 2 tot en met 5 bedoelde arbeider zal dus eerst de uit |
die bepalingen voortvloeiende rechten moeten uitputten, alvorens | die bepalingen voortvloeiende rechten moeten uitputten, alvorens |
aanspraak te kunnen maken op de in artikel 6 bedoelde aanvullende | aanspraak te kunnen maken op de in artikel 6 bedoelde aanvullende |
vergoeding. | vergoeding. |
HOOFDSTUK VIII. - Overlegprocedure | HOOFDSTUK VIII. - Overlegprocedure |
Art. 18.Vooraleer een of meer bij artikelen 2 tot en met 5 bedoelde |
Art. 18.Vooraleer een of meer bij artikelen 2 tot en met 5 bedoelde |
arbeiders te ontslaan, pleegt de werkgever overleg met de | arbeiders te ontslaan, pleegt de werkgever overleg met de |
vertegenwoordigers van het personeel in de ondernemingsraad of, bij | vertegenwoordigers van het personeel in de ondernemingsraad of, bij |
ontstentenis daarvan, met de vakbondsafvaardiging. Ongeacht de | ontstentenis daarvan, met de vakbondsafvaardiging. Ongeacht de |
bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 9 van 9 maart | bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 9 van 9 maart |
1972, inzonderheid artikel 12, heeft deze beraadslaging tot doel in | 1972, inzonderheid artikel 12, heeft deze beraadslaging tot doel in |
onderling overleg te beslissen of, afgezien van de in de onderneming | onderling overleg te beslissen of, afgezien van de in de onderneming |
geldende ontslagcriteria, arbeiders die aan het in artikel 3, § 1, | geldende ontslagcriteria, arbeiders die aan het in artikel 3, § 1, |
bepaalde leeftijdscriterium voldoen, bij voorrang kunnen worden | bepaalde leeftijdscriterium voldoen, bij voorrang kunnen worden |
ontslagen en derhalve het voordeel van de aanvullende regeling kunnen | ontslagen en derhalve het voordeel van de aanvullende regeling kunnen |
genieten. | genieten. |
Bij ontstentenis van ondernemingsraad of van vakbondsafvaardiging, | Bij ontstentenis van ondernemingsraad of van vakbondsafvaardiging, |
heeft dit overleg plaats met de vertegenwoordigers van de | heeft dit overleg plaats met de vertegenwoordigers van de |
representatieve werknemersorganisaties of, bij ontstentenis, met de | representatieve werknemersorganisaties of, bij ontstentenis, met de |
arbeiders van de onderneming. | arbeiders van de onderneming. |
Vooraleer een beslissing tot ontslag te nemen, nodigt de werkgever | Vooraleer een beslissing tot ontslag te nemen, nodigt de werkgever |
daarenboven de betrokken arbeider bij aangetekende brief uit op een | daarenboven de betrokken arbeider bij aangetekende brief uit op een |
onderhoud tijdens de werkuren op de zetel van de onderneming. Dit | onderhoud tijdens de werkuren op de zetel van de onderneming. Dit |
onderhoud heeft tot doel aan de arbeider de gelegenheid te geven zijn | onderhoud heeft tot doel aan de arbeider de gelegenheid te geven zijn |
bezwaren tegen het door de werkgever voorgenomen ontslag kenbaar te | bezwaren tegen het door de werkgever voorgenomen ontslag kenbaar te |
maken. | maken. |
Overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 1972, | Overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 1972, |
inzonderheid artikel 7, kan de arbeider zich bij dit onderhoud laten | inzonderheid artikel 7, kan de arbeider zich bij dit onderhoud laten |
bijstaan door de vakbondsafgevaardigde. De opzegging kan ten vroegste | bijstaan door de vakbondsafgevaardigde. De opzegging kan ten vroegste |
geschieden de tweede werkdag na de dag waarop dit onderhoud plaats had | geschieden de tweede werkdag na de dag waarop dit onderhoud plaats had |
of gepland was. | of gepland was. |
De ontslagen arbeiders hebben de mogelijkheid de aanvullende regeling | De ontslagen arbeiders hebben de mogelijkheid de aanvullende regeling |
te aanvaarden of deze te weigeren en derhalve deel uit te maken van de | te aanvaarden of deze te weigeren en derhalve deel uit te maken van de |
arbeidsreserve. | arbeidsreserve. |
HOOFDSTUK IX. - Erkenning | HOOFDSTUK IX. - Erkenning |
als werknemer met ernstige lichamelijke problemen | als werknemer met ernstige lichamelijke problemen |
Art. 19.§ 1. De arbeider die wenst te worden erkend ais werknemer met |
Art. 19.§ 1. De arbeider die wenst te worden erkend ais werknemer met |
ernstige lichamelijke problemen dient, samen met een dossier, een | ernstige lichamelijke problemen dient, samen met een dossier, een |
aanvraag in bij het Fonds voor arbeidsongevallen. | aanvraag in bij het Fonds voor arbeidsongevallen. |
Het dossier omvat twee delen : enerzijds een administratief gedeelte | Het dossier omvat twee delen : enerzijds een administratief gedeelte |
waarin de werknemer voldoende ernstige elementen aanbrengt die | waarin de werknemer voldoende ernstige elementen aanbrengt die |
aantonen dat hij zal voldoen aan de in artikel 3, § 1 van deze | aantonen dat hij zal voldoen aan de in artikel 3, § 1 van deze |
overeenkomst opgelegde voorwaarden inzake leeftijd en beroepsverleden | overeenkomst opgelegde voorwaarden inzake leeftijd en beroepsverleden |
en, anderzijds, een medisch gedeelte waarin hij de nodige medische | en, anderzijds, een medisch gedeelte waarin hij de nodige medische |
elementen aanbrengt om te bewijzen dat hij voldoet aan de in artikel | elementen aanbrengt om te bewijzen dat hij voldoet aan de in artikel |
2, § 2, 2° van deze overeenkomst vermelde voorwaarden om in aanmerking | 2, § 2, 2° van deze overeenkomst vermelde voorwaarden om in aanmerking |
te komen als werknemer met ernstige lichamelijke problemen. | te komen als werknemer met ernstige lichamelijke problemen. |
Voor de samenstelling van het administratief gedeelte kan de arbeider | Voor de samenstelling van het administratief gedeelte kan de arbeider |
een beroep doen op de uitbetalingsinstelling van zijn keuze die erkend | een beroep doen op de uitbetalingsinstelling van zijn keuze die erkend |
is in het kader van de werkloosheidsregiementering en, voor de | is in het kader van de werkloosheidsregiementering en, voor de |
samenstelling van het medisch gedeelte, op de bijstand van de | samenstelling van het medisch gedeelte, op de bijstand van de |
preventieadviseur-arbeidsgeneesheer. | preventieadviseur-arbeidsgeneesheer. |
§ 2. De arbeider wordt beschouwd ais werknemer met ernstige | § 2. De arbeider wordt beschouwd ais werknemer met ernstige |
lichamelijke problemen ais hij beschikt over een attest van het Fonds | lichamelijke problemen ais hij beschikt over een attest van het Fonds |
voor arbeidsongevallen waaruit blijkt dat hij beantwoordt aan de in | voor arbeidsongevallen waaruit blijkt dat hij beantwoordt aan de in |
artikel 2, § 2, 2° van deze overeenkomst vermelde definitie van | artikel 2, § 2, 2° van deze overeenkomst vermelde definitie van |
werknemer met ernstige lichamelijke problemen. | werknemer met ernstige lichamelijke problemen. |
HOOFDSTUK X. - Erkenning als werknemer gelijkgesteld | HOOFDSTUK X. - Erkenning als werknemer gelijkgesteld |
met een werknemer met ernstige lichamelijke problemen | met een werknemer met ernstige lichamelijke problemen |
Art. 20.§ 1. De arbeider die wenst te worden erkend als werknemer |
Art. 20.§ 1. De arbeider die wenst te worden erkend als werknemer |
gelijkgesteld met een werknemer met ernstige lichamelijke problemen | gelijkgesteld met een werknemer met ernstige lichamelijke problemen |
dient een aanvraag in bij het Fonds voor de beroepsziekten, met de | dient een aanvraag in bij het Fonds voor de beroepsziekten, met de |
noodzakelijke bewijsstukken van de blootstelling aan asbest in de zin | noodzakelijke bewijsstukken van de blootstelling aan asbest in de zin |
van artikel 2, § 2, 3° van deze overeenkomst. | van artikel 2, § 2, 3° van deze overeenkomst. |
De aanvraag omvat bovendien voldoende ernstige elementen die bewijzen | De aanvraag omvat bovendien voldoende ernstige elementen die bewijzen |
dat hij zal voldoen aan de in artikel 3, § 1 van deze overeenkomst | dat hij zal voldoen aan de in artikel 3, § 1 van deze overeenkomst |
bepaalde voorwaarden inzake leeftijd en beroepsverleden. | bepaalde voorwaarden inzake leeftijd en beroepsverleden. |
§ 2. De werknemer wordt beschouwd als werknemer gelijkgesteld met een | § 2. De werknemer wordt beschouwd als werknemer gelijkgesteld met een |
werknemer die ernstige lichamelijke problemen heeft als hij beschikt | werknemer die ernstige lichamelijke problemen heeft als hij beschikt |
over een attest van het Fonds voor de beroepsziekten waaruit blijkt | over een attest van het Fonds voor de beroepsziekten waaruit blijkt |
dat hij beantwoordt aan de definitie van werknemer gelijkgesteld met | dat hij beantwoordt aan de definitie van werknemer gelijkgesteld met |
een werknemer die ernstige lichamelijke problemen heeft, zoals | een werknemer die ernstige lichamelijke problemen heeft, zoals |
vastgesteld in artikel 2, § 2, 3° van deze overeenkomst. | vastgesteld in artikel 2, § 2, 3° van deze overeenkomst. |
HOOFDSTUK XI. - Slotbepalingen | HOOFDSTUK XI. - Slotbepalingen |
Art. 21.De voor de uitvoering van onderhavige overeenkomst vereiste |
Art. 21.De voor de uitvoering van onderhavige overeenkomst vereiste |
administratieve formaliteiten worden door het beheerscomité van het | administratieve formaliteiten worden door het beheerscomité van het |
fonds vastgesteld. De administratieve richtlijnen van het | fonds vastgesteld. De administratieve richtlijnen van het |
beheerscomité van het fonds moeten door de werkgever nageleefd worden. | beheerscomité van het fonds moeten door de werkgever nageleefd worden. |
Art. 22.De algemene interpretatiemoeilijkheden van deze collectieve |
Art. 22.De algemene interpretatiemoeilijkheden van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst worden door het beheerscomité van het fonds | arbeidsovereenkomst worden door het beheerscomité van het fonds |
beslecht in de geest van en met verwijzing naar de collectieve | beslecht in de geest van en met verwijzing naar de collectieve |
arbeidsovereenkomsten nr. 17 en nr. 105 van de Nationale Arbeidsraad. | arbeidsovereenkomsten nr. 17 en nr. 105 van de Nationale Arbeidsraad. |
Art. 23.Alle ondertekenende partijen vragen dat onderhavige |
Art. 23.Alle ondertekenende partijen vragen dat onderhavige |
collectieve arbeidsovereenkomst algemeen bindend verklaard wordt bij | collectieve arbeidsovereenkomst algemeen bindend verklaard wordt bij |
koninklijk besluit. | koninklijk besluit. |
Art. 24.Deze overeenkomst is geldig voor de periode van 1 januari |
Art. 24.Deze overeenkomst is geldig voor de periode van 1 januari |
2014 tot en met 31 december 2014. | 2014 tot en met 31 december 2014. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 april | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 april |
2015. | 2015. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |