← Terug naar "Koninklijk besluit tot vaststelling van de herintegratievergoedingen voorzien in artikel 16 van het koninklijk besluit van 11 mei 2003 tot vaststelling van het statuut, de bezoldiging en de plichten van de voorzitter en de leden van de Raad van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie "
Koninklijk besluit tot vaststelling van de herintegratievergoedingen voorzien in artikel 16 van het koninklijk besluit van 11 mei 2003 tot vaststelling van het statuut, de bezoldiging en de plichten van de voorzitter en de leden van de Raad van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie | Koninklijk besluit tot vaststelling van de herintegratievergoedingen voorzien in artikel 16 van het koninklijk besluit van 11 mei 2003 tot vaststelling van het statuut, de bezoldiging en de plichten van de voorzitter en de leden van de Raad van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE |
10 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de | 10 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de |
herintegratievergoedingen voorzien in artikel 16 van het koninklijk | herintegratievergoedingen voorzien in artikel 16 van het koninklijk |
besluit van 11 mei 2003 tot vaststelling van het statuut, de | besluit van 11 mei 2003 tot vaststelling van het statuut, de |
bezoldiging en de plichten van de voorzitter en de leden van de Raad | bezoldiging en de plichten van de voorzitter en de leden van de Raad |
van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie | van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie |
ADVIES 55.797/4 VAN 3 APRIL 2014 VAN DE RAAD VAN STATE, AFDELING | ADVIES 55.797/4 VAN 3 APRIL 2014 VAN DE RAAD VAN STATE, AFDELING |
WETGEVING, OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT `TOT VASTSTELLING | WETGEVING, OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT `TOT VASTSTELLING |
VAN DE HERINTEGRATIEVERGOEDINGEN VOORZIEN IN ARTIKEL 16 VAN HET | VAN DE HERINTEGRATIEVERGOEDINGEN VOORZIEN IN ARTIKEL 16 VAN HET |
KONINKLIJK BESLUIT VAN 11 MEI 2003 TOT VASTSTELLING VAN HET STATUUT, | KONINKLIJK BESLUIT VAN 11 MEI 2003 TOT VASTSTELLING VAN HET STATUUT, |
DE BEZOLDIGING EN DE PLICHTEN VAN DE VOORZITTER EN DE LEDEN VAN DE | DE BEZOLDIGING EN DE PLICHTEN VAN DE VOORZITTER EN DE LEDEN VAN DE |
RAAD VAN HET BELGISCH INSTITUUT VOOR POSTDIENSTEN EN TELECOMMUNICATIE' | RAAD VAN HET BELGISCH INSTITUUT VOOR POSTDIENSTEN EN TELECOMMUNICATIE' |
Op 18 maart 2014 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de | Op 18 maart 2014 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de |
Vice-Eerste Minister en Minister van Economie verzocht binnen een | Vice-Eerste Minister en Minister van Economie verzocht binnen een |
termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp | termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp |
van koninklijk besluit `tot vaststelling van de | van koninklijk besluit `tot vaststelling van de |
herintegratievergoedingen voorzien in artikel 16 van het koninklijk | herintegratievergoedingen voorzien in artikel 16 van het koninklijk |
besluit van 11 mei 2003 tot vaststelling van het statuut, de | besluit van 11 mei 2003 tot vaststelling van het statuut, de |
bezoldiging en de plichten van de voorzitter en de leden van de Raad | bezoldiging en de plichten van de voorzitter en de leden van de Raad |
van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie'. | van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie'. |
Het ontwerp is door de vierde kamer onderzocht op 3 april 2014. | Het ontwerp is door de vierde kamer onderzocht op 3 april 2014. |
De kamer was samengesteld uit Pierre Liénardy, kamervoorzitter, | De kamer was samengesteld uit Pierre Liénardy, kamervoorzitter, |
Jacques Jaumotte en Bernard Blero, staatsraden, en Colette Gigot, | Jacques Jaumotte en Bernard Blero, staatsraden, en Colette Gigot, |
griffier. | griffier. |
Het verslag is uitgebracht door Yves Delval, auditeur. | Het verslag is uitgebracht door Yves Delval, auditeur. |
De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het | De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het |
advies is nagezien onder toezicht van Pierre Liénardy. | advies is nagezien onder toezicht van Pierre Liénardy. |
Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 3 april 2014. | Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 3 april 2014. |
Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, | Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, |
eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, | eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, |
beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de | beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de |
voormelde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van | voormelde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van |
het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te | het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te |
vervullen voorafgaande vormvereisten. | vervullen voorafgaande vormvereisten. |
Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de | Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de |
volgende opmerkingen. | volgende opmerkingen. |
Onderzoek van het ontwerp | Onderzoek van het ontwerp |
Aanhef | Aanhef |
1. In het eerste lid dient als rechtsgrond niet te worden verwezen | 1. In het eerste lid dient als rechtsgrond niet te worden verwezen |
naar artikel 26 van de wet van 17 januari 2003 `met betrekking tot het | naar artikel 26 van de wet van 17 januari 2003 `met betrekking tot het |
statuut van de regulator van de Belgische post- en | statuut van de regulator van de Belgische post- en |
telecommunicatiesector', maar naar artikel 17, § 4, naar het voorbeeld | telecommunicatiesector', maar naar artikel 17, § 4, naar het voorbeeld |
van het koninklijk besluit van 11 mei 2003 `tot vaststelling van het | van het koninklijk besluit van 11 mei 2003 `tot vaststelling van het |
statuut, de bezoldiging en de plichten van de voorzitter en de leden | statuut, de bezoldiging en de plichten van de voorzitter en de leden |
van de Raad van het Belgisch Instituut voor postdiensten en | van de Raad van het Belgisch Instituut voor postdiensten en |
telecommunicatie'. Artikel 26 betreft immers de personeelsleden van | telecommunicatie'. Artikel 26 betreft immers de personeelsleden van |
het Instituut, terwijl het ontwerp betrekking heeft op de leden van de | het Instituut, terwijl het ontwerp betrekking heeft op de leden van de |
Raad ervan. | Raad ervan. |
2. Het lid met betrekking tot het advies van de Raad van State moet | 2. Het lid met betrekking tot het advies van de Raad van State moet |
als volgt worden geredigeerd : | als volgt worden geredigeerd : |
"Gelet op advies 55.797/4 van de Raad van State, gegeven op 3 april | "Gelet op advies 55.797/4 van de Raad van State, gegeven op 3 april |
2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de | 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de |
wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;" (1). | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;" (1). |
Dispositief | Dispositief |
Artikelen 1 en 2 | Artikelen 1 en 2 |
1. In paragraaf 1 (lees : eerste lid), tweede zin, moet duidelijker | 1. In paragraaf 1 (lees : eerste lid), tweede zin, moet duidelijker |
worden weergegeven dat de begunstigden maandelijks een verklaring op | worden weergegeven dat de begunstigden maandelijks een verklaring op |
erewoord moeten indienen om te bewijzen dat ze voldoen aan de | erewoord moeten indienen om te bewijzen dat ze voldoen aan de |
voorwaarden voor toekenning van de herintegratievergoeding. | voorwaarden voor toekenning van de herintegratievergoeding. |
Voorts heeft de afdeling Wetgeving bedenkingen bij de relevantie van | Voorts heeft de afdeling Wetgeving bedenkingen bij de relevantie van |
het criterium van de voltijdse functie. Dergelijk criterium maakt het | het criterium van de voltijdse functie. Dergelijk criterium maakt het |
immers mogelijk om de herintegratievergoeding te combineren met de | immers mogelijk om de herintegratievergoeding te combineren met de |
inkomsten van een niet-voltijdse functie of met andere | inkomsten van een niet-voltijdse functie of met andere |
beroepsinkomsten, terwijl dit niet het geval is in andere | beroepsinkomsten, terwijl dit niet het geval is in andere |
vergelijkbare regelingen (2). | vergelijkbare regelingen (2). |
2. In paragraaf 2 (lees : tweede lid), wekken de woorden "zolang deze | 2. In paragraaf 2 (lees : tweede lid), wekken de woorden "zolang deze |
geen voltijdse functie uitoefent" de indruk dat de vergoeding op basis | geen voltijdse functie uitoefent" de indruk dat de vergoeding op basis |
van tijdsevenredigheid (prorata temporis) moet worden uitgekeerd. De | van tijdsevenredigheid (prorata temporis) moet worden uitgekeerd. De |
bepaling dient op dat punt nauwkeuriger te zijn (3). | bepaling dient op dat punt nauwkeuriger te zijn (3). |
De griffier, | De griffier, |
C. Gigot. | C. Gigot. |
De voorzitter, | De voorzitter, |
P. Liénardy. | P. Liénardy. |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Beginselen van de wetgevingstechniek - Handleiding voor het | (1) Beginselen van de wetgevingstechniek - Handleiding voor het |
opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, | opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, |
www.raadvst-consetat.be, tab "Wetgevingstechniek", aanbeveling 36.1 en | www.raadvst-consetat.be, tab "Wetgevingstechniek", aanbeveling 36.1 en |
formule F 3-5-2, bij analogie. | formule F 3-5-2, bij analogie. |
(2) Zie artikel 21, § 3, vierde lid, van het koninklijk besluit van 29 | (2) Zie artikel 21, § 3, vierde lid, van het koninklijk besluit van 29 |
oktober 2001 `betreffende de aanduiding en de uitoefening van de | oktober 2001 `betreffende de aanduiding en de uitoefening van de |
managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de | managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de |
programmatorische federale overheidsdiensten'. | programmatorische federale overheidsdiensten'. |
(3) De herintegratievergoeding wordt maandelijks uitgekeerd, in | (3) De herintegratievergoeding wordt maandelijks uitgekeerd, in |
voorkomend geval in dertigsten. | voorkomend geval in dertigsten. |
10 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de | 10 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de |
herintegratievergoedingen voorzien in artikel 16 van het koninklijk | herintegratievergoedingen voorzien in artikel 16 van het koninklijk |
besluit van 11 mei 2003 tot vaststelling van het statuut, de | besluit van 11 mei 2003 tot vaststelling van het statuut, de |
bezoldiging en de plichten van de voorzitter en de leden van de Raad | bezoldiging en de plichten van de voorzitter en de leden van de Raad |
van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie | van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 17 januari 2003 met betrekking tot het statuut van | Gelet op de wet van 17 januari 2003 met betrekking tot het statuut van |
de regulator van de Belgische post- en telecommunicatiesectoren, | de regulator van de Belgische post- en telecommunicatiesectoren, |
artikel 17, § 4; | artikel 17, § 4; |
Gelet op het koninklijk besluit van 11 mei 2003 tot vaststelling van | Gelet op het koninklijk besluit van 11 mei 2003 tot vaststelling van |
het statuut, de bezoldiging en de plichten van de voorzitter en de | het statuut, de bezoldiging en de plichten van de voorzitter en de |
leden van de Raad van het Belgisch Instituut voor postdiensten en | leden van de Raad van het Belgisch Instituut voor postdiensten en |
telecommunicatie, artikel 16; | telecommunicatie, artikel 16; |
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 3 | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 3 |
februari 2014; | februari 2014; |
Gelet op het onderhandelingsprotocol van 21 februari 2014 van | Gelet op het onderhandelingsprotocol van 21 februari 2014 van |
sectorcomité VIII; | sectorcomité VIII; |
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op |
12 maart 2014; | 12 maart 2014; |
Gelet op het advies nr. 55.797/4 van de Raad van State, gegeven op 3 | Gelet op het advies nr. 55.797/4 van de Raad van State, gegeven op 3 |
april 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de | april 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de |
wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
Op de voordracht van de Minister van Economie en op het advies van de | Op de voordracht van de Minister van Economie en op het advies van de |
in Raad vergaderde Ministers, | in Raad vergaderde Ministers, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.§ 1. De herintegratievergoeding van de voorzitter van de |
Artikel 1.§ 1. De herintegratievergoeding van de voorzitter van de |
Raad van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie | Raad van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie |
wordt vastgesteld op een bedrag dat gelijk is aan zijn brutosalaris | wordt vastgesteld op een bedrag dat gelijk is aan zijn brutosalaris |
voor een periode van zes maanden, maandelijks gestort na de vervallen | voor een periode van zes maanden, maandelijks gestort na de vervallen |
termijn, desgevallend in dertigste delen, aan de begunstigde zolang | termijn, desgevallend in dertigste delen, aan de begunstigde zolang |
deze geen voltijdse functie uitoefent. De belanghebbende dient elke | deze geen voltijdse functie uitoefent. De belanghebbende dient elke |
maand eerst een verklaring op erewoord in als bewijs. | maand eerst een verklaring op erewoord in als bewijs. |
§ 2. De herintegratievergoeding van elk gewoon lid van de Raad van het | § 2. De herintegratievergoeding van elk gewoon lid van de Raad van het |
Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie wordt | Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie wordt |
vastgesteld op een bedrag dat gelijk is aan zijn brutosalaris voor een | vastgesteld op een bedrag dat gelijk is aan zijn brutosalaris voor een |
periode van zes maanden, maandelijks gestort na de vervallen termijn, | periode van zes maanden, maandelijks gestort na de vervallen termijn, |
desgevallend in dertigste delen, aan de begunstigde zolang deze geen | desgevallend in dertigste delen, aan de begunstigde zolang deze geen |
voltijdse functie uitoefent. De belanghebbende dient elke maand eerst | voltijdse functie uitoefent. De belanghebbende dient elke maand eerst |
een verklaring op erewoord in als bewijs. | een verklaring op erewoord in als bewijs. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Telecommunicatie is belast met de |
Art. 2.De minister bevoegd voor Telecommunicatie is belast met de |
uitvoering van dit besluit. | uitvoering van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 10 april 2014. | Gegeven te Brussel, 10 april 2014. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Economie, | De Minister van Economie, |
J. VANDE LANOTTE | J. VANDE LANOTTE |