Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 10/08/1998
← Terug naar "Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 maart 1996 tot hernieuwing van de Raad van bestuur van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau "
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 maart 1996 tot hernieuwing van de Raad van bestuur van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 maart 1996 tot hernieuwing van de Raad van bestuur van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau
MINISTERIE VAN MIDDENSTAND EN LANDBOUW MINISTERIE VAN MIDDENSTAND EN LANDBOUW
10 AUGUSTUS 1998. - Koninklijk besluit tot wijziging van het 10 AUGUSTUS 1998. - Koninklijk besluit tot wijziging van het
koninklijk besluit van 11 maart 1996 tot hernieuwing van de Raad van koninklijk besluit van 11 maart 1996 tot hernieuwing van de Raad van
bestuur van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau bestuur van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 10 november 1967 houdende oprichting van het Gelet op de wet van 10 november 1967 houdende oprichting van het
Belgisch Interventie- en Restitutiebureau, gecoördineerd bij het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau, gecoördineerd bij het
koninklijk besluit van 3 februari 1995, inzonderheid op artikel 6; koninklijk besluit van 3 februari 1995, inzonderheid op artikel 6;
Gelet op het koninklijk besluit van 11 maart 1996 tot hernieuwing van Gelet op het koninklijk besluit van 11 maart 1996 tot hernieuwing van
de Raad van bestuur van het Belgisch Interventie- en Restitutibureau; de Raad van bestuur van het Belgisch Interventie- en Restitutibureau;
Overwegende dat de samenstelling van de Raad van bestuur van het Overwegende dat de samenstelling van de Raad van bestuur van het
Belgisch Interventie- en Restitutiebureau moet aangepast worden ten Belgisch Interventie- en Restitutiebureau moet aangepast worden ten
gevolge van het ontslag van sommige leden en dat de samenstelling gevolge van het ontslag van sommige leden en dat de samenstelling
dient rekening te houden met de taakomschrijving van deze instelling, dient rekening te houden met de taakomschrijving van deze instelling,
bepaald bij de artikelen 2 en 3 van de gecoördineerde wet tot bepaald bij de artikelen 2 en 3 van de gecoördineerde wet tot
oprichting van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau; oprichting van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau;
Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw en de Kleine en
Middelgrote Ondernemingen, Middelgrote Ondernemingen,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Eervol ontslag uit hun functie van lid van de raad van

Artikel 1.Eervol ontslag uit hun functie van lid van de raad van

bestuur van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau wordt bestuur van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau wordt
verleend aan de heren : verleend aan de heren :
- S. Baudson te Brussel; - S. Baudson te Brussel;
- W. Cools te Brussel. - W. Cools te Brussel.

Art. 2.Worden benoemd tot lid van de Raad van bestuur van het

Art. 2.Worden benoemd tot lid van de Raad van bestuur van het

Belgisch Interventie- en Restitutiebureau de heer en Mevr. : Belgisch Interventie- en Restitutiebureau de heer en Mevr. :
- G. Hamtiaux te Comblain-Fairon, in vervanging van de heer S. - G. Hamtiaux te Comblain-Fairon, in vervanging van de heer S.
Baudson; Baudson;
- G. Goossens te Vlezenbeek, in vervanging van de heer W. Cools. - G. Goossens te Vlezenbeek, in vervanging van de heer W. Cools.

Art. 3.De nieuwe leden beëindigen het mandaat van de leden die zij

Art. 3.De nieuwe leden beëindigen het mandaat van de leden die zij

vervangen. vervangen.

Art. 4.Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote

Art. 4.Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote

Ondernemingen is belast met de uitvoering van dit besluit. Ondernemingen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 10 augustus 1998. Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 10 augustus 1998.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen,
K. PINXTEN K. PINXTEN
^