Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering |
---|---|
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID |
9 JULI 2000. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk | 9 JULI 2000. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk |
besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering | besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering |
(1) | (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de | Gelet op de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de |
maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 7, | maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 7, |
gewijzigd bij de wetten van 14 juli 1951, 14 februari 1961, 16 april | gewijzigd bij de wetten van 14 juli 1951, 14 februari 1961, 16 april |
1963, 11 januari 1967, 10 oktober 1967, de koninklijke besluiten nr. | 1963, 11 januari 1967, 10 oktober 1967, de koninklijke besluiten nr. |
13 van 11 oktober 1978 en nr. 28 van 24 maart 1982, de wetten van 22 | 13 van 11 oktober 1978 en nr. 28 van 24 maart 1982, de wetten van 22 |
januari 1985, 30 december 1988, 26 juni 1992 en 30 maart 1994, het | januari 1985, 30 december 1988, 26 juni 1992 en 30 maart 1994, het |
koninklijk besluit van 14 november 1996 en de wetten van 13 maart | koninklijk besluit van 14 november 1996 en de wetten van 13 maart |
1997, 13 februari 1998, 22 december 1998 en 26 maart 1999; | 1997, 13 februari 1998, 22 december 1998 en 26 maart 1999; |
Gelet op het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de | Gelet op het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de |
werkloosheidsreglementering, inzonderheid op de artikelen 78quater, | werkloosheidsreglementering, inzonderheid op de artikelen 78quater, |
vervangen bij het koninklijk besluit van 8 augustus 1997, 116, § 1, | vervangen bij het koninklijk besluit van 8 augustus 1997, 116, § 1, |
gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 25 mei 1993, 27 december | gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 25 mei 1993, 27 december |
1993 en 19 juni 1997, 118, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 | 1993 en 19 juni 1997, 118, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 |
mei 1993, 126, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 9 november | mei 1993, 126, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 9 november |
1994 en 22 november 1995, 131quinquies, ingevoegd bij het koninklijk | 1994 en 22 november 1995, 131quinquies, ingevoegd bij het koninklijk |
besluit van 8 augustus 1997 en 133, gewijzigd bij de koninklijke | besluit van 8 augustus 1997 en 133, gewijzigd bij de koninklijke |
besluiten van 25 mei 1993, 14 maart 1995, 22 november 1995, 22 | besluiten van 25 mei 1993, 14 maart 1995, 22 november 1995, 22 |
december 1995, 9 juni 1997 en 8 augustus 1997; | december 1995, 9 juni 1997 en 8 augustus 1997; |
Gelet op het advies van het beheerscomité van de Rijksdienst voor | Gelet op het advies van het beheerscomité van de Rijksdienst voor |
Arbeidsvoorziening, gegeven op 18 mei 2000; | Arbeidsvoorziening, gegeven op 18 mei 2000; |
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financïen, gegeven op 14 | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financïen, gegeven op 14 |
juni 2000; | juni 2000; |
Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 22 | Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 22 |
juni 2000; | juni 2000; |
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, ingevoegd bij de wet van van 4 | 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, ingevoegd bij de wet van van 4 |
juli 1989 en gewijzigd bij de wet 4 augustus 1996; | juli 1989 en gewijzigd bij de wet 4 augustus 1996; |
Gelet op de dringende noodzakelijkheid; | Gelet op de dringende noodzakelijkheid; |
Overwegende dat de Regering in een antwoord aan de sociale partners | Overwegende dat de Regering in een antwoord aan de sociale partners |
ervan uitgegaan is dat de maatregelen voorzien bij dit besluit in | ervan uitgegaan is dat de maatregelen voorzien bij dit besluit in |
werking moeten treden op 1 juli 2000; dat derhalve, teneinde dit | werking moeten treden op 1 juli 2000; dat derhalve, teneinde dit |
objectief te bereiken, alle instanties betrokken bij de uitvoering van | objectief te bereiken, alle instanties betrokken bij de uitvoering van |
dit besluit zo snel mogelijk op de hoogte dienen gebracht worden, | dit besluit zo snel mogelijk op de hoogte dienen gebracht worden, |
zodanig dat zij de nodige voorbereidingen kunnen treffen om deze | zodanig dat zij de nodige voorbereidingen kunnen treffen om deze |
maatregelen tijdig te kunnen toepassen; | maatregelen tijdig te kunnen toepassen; |
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, | Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Artikel 78quater, vierde lid, van het koninklijk besluit |
Artikel 1.Artikel 78quater, vierde lid, van het koninklijk besluit |
van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering, | van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering, |
vervangen bij het koninklijk besluit van 8 augustus 1997, wordt | vervangen bij het koninklijk besluit van 8 augustus 1997, wordt |
vervangen door de volgende bepaling : | vervangen door de volgende bepaling : |
« De toekenning van deze uitkering is echter beperkt tot een periode | « De toekenning van deze uitkering is echter beperkt tot een periode |
van ten hoogste 72 maanden. Deze beperking geldt niet vanaf de maand | van ten hoogste 72 maanden. Deze beperking geldt niet vanaf de maand |
waarin de werknemer de leeftijd van 45 jaar bereikt. ». | waarin de werknemer de leeftijd van 45 jaar bereikt. ». |
Art. 2.In artikel 116, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
Art. 2.In artikel 116, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
koninklijke besluiten van 25 mei 1993, 27 december 1993 en 19 juni | koninklijke besluiten van 25 mei 1993, 27 december 1993 en 19 juni |
1997, worden de volgende wijzigingen aangebracht : | 1997, worden de volgende wijzigingen aangebracht : |
A) tussen het derde en het vierde lid worden de volgende leden | A) tussen het derde en het vierde lid worden de volgende leden |
ingevoegd : | ingevoegd : |
« Een nieuwe werkloosheidsperiode in de zin van artikel 114, § 2, | « Een nieuwe werkloosheidsperiode in de zin van artikel 114, § 2, |
vangt aan na een werkhervatting als deeltijdse werknemer met behoud | vangt aan na een werkhervatting als deeltijdse werknemer met behoud |
van rechten met inkomensgarantie-uitkering, gedurende een | van rechten met inkomensgarantie-uitkering, gedurende een |
ononderbroken periode van : | ononderbroken periode van : |
1° 24 maanden, wanneer de deeltijdse arbeidsregeling gemiddeld per | 1° 24 maanden, wanneer de deeltijdse arbeidsregeling gemiddeld per |
week 18 uren bedraagt of ten minste de helft bedraagt van het normaal | week 18 uren bedraagt of ten minste de helft bedraagt van het normaal |
gemiddeld wekelijks aantal arbeidsuren van de maatman; | gemiddeld wekelijks aantal arbeidsuren van de maatman; |
2° 36 maanden, wanneer de deeltijdse arbeid waarvan de regeling | 2° 36 maanden, wanneer de deeltijdse arbeid waarvan de regeling |
beantwoordt aan de voorwaarden van 1° verricht wordt in een | beantwoordt aan de voorwaarden van 1° verricht wordt in een |
wedertewerkstellingsprogramma. | wedertewerkstellingsprogramma. |
Het voordeel dat toegekend werd krachtens het vorige lid vervalt voor | Het voordeel dat toegekend werd krachtens het vorige lid vervalt voor |
de periode tijdens dewelke de werknemer het werk hervat als deeltijdse | de periode tijdens dewelke de werknemer het werk hervat als deeltijdse |
werknemer bij dezelfde werkgever, indien de werkhervatting plaats | werknemer bij dezelfde werkgever, indien de werkhervatting plaats |
vindt binnen de periode van 3 maanden te rekenen vanaf de aanvang van | vindt binnen de periode van 3 maanden te rekenen vanaf de aanvang van |
de nieuwe werkloosheidsperiode toegekend in toepassing van het vorige | de nieuwe werkloosheidsperiode toegekend in toepassing van het vorige |
lid. | lid. |
B) in het laatste lid worden de woorden « derde lid » vervangen door | B) in het laatste lid worden de woorden « derde lid » vervangen door |
de woorden « derde of in het vierde lid ». | de woorden « derde of in het vierde lid ». |
Art. 3.Artikel 118, § 1, derde lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd |
Art. 3.Artikel 118, § 1, derde lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd |
bij het koninklijk besluit van 25 mei 1993, wordt aangevuld als volgt | bij het koninklijk besluit van 25 mei 1993, wordt aangevuld als volgt |
: | : |
« 5° indien het een werknemer betreft die het werk heeft hervat na 30 | « 5° indien het een werknemer betreft die het werk heeft hervat na 30 |
juni 2000 en ten minste 45 jaar was op het tijdstip van de | juni 2000 en ten minste 45 jaar was op het tijdstip van de |
werkhervatting, en voor zover het loon dat voorheen als | werkhervatting, en voor zover het loon dat voorheen als |
berekeningsbasis gold, hoger is dan het laatste loon. ». | berekeningsbasis gold, hoger is dan het laatste loon. ». |
Art. 4.In artikel 126 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
Art. 4.In artikel 126 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
koninklijke besluiten van 9 november 1994 en 22 november 1995, worden | koninklijke besluiten van 9 november 1994 en 22 november 1995, worden |
de volgende wijzigingen aangebracht : | de volgende wijzigingen aangebracht : |
A) het 3° wordt vervangen door de volgende bepaling : | A) het 3° wordt vervangen door de volgende bepaling : |
« 3° geen recht meer hebben op de aanpassingstoeslag voorzien in | « 3° geen recht meer hebben op de aanpassingstoeslag voorzien in |
artikel 114, § 2; »; | artikel 114, § 2; »; |
B) het wordt aangevuld met het volgende lid : | B) het wordt aangevuld met het volgende lid : |
« De werknemer die voorheen reeds de anciënniteitstoeslag genoot en na | « De werknemer die voorheen reeds de anciënniteitstoeslag genoot en na |
een werkhervatting aanspraak zou kunnen maken op de | een werkhervatting aanspraak zou kunnen maken op de |
aanpassingstoeslag, is gerechtigd op de uitkering die geldt na de | aanpassingstoeslag, is gerechtigd op de uitkering die geldt na de |
eerste 12 maanden, met inbegrip van een anciënniteitstoeslag, indien | eerste 12 maanden, met inbegrip van een anciënniteitstoeslag, indien |
hij voldoet aan de voorwaarden van het eerste lid, behalve de | hij voldoet aan de voorwaarden van het eerste lid, behalve de |
voorwaarde voorzien in dat lid, 3°, en voor zover deze uitkering hoger | voorwaarde voorzien in dat lid, 3°, en voor zover deze uitkering hoger |
is dan de uitkering met aanpassingstoeslag waarop hij aanspraak zou | is dan de uitkering met aanpassingstoeslag waarop hij aanspraak zou |
kunnen maken. ». | kunnen maken. ». |
Art. 5.Artikel 131quinquies, eerste lid, van hetzelfde besluit, |
Art. 5.Artikel 131quinquies, eerste lid, van hetzelfde besluit, |
ingevoegd bij het koninklijk besluit van 8 augustus 1997, wordt | ingevoegd bij het koninklijk besluit van 8 augustus 1997, wordt |
vervangen door de volgende bepaling : | vervangen door de volgende bepaling : |
« Het bedrag van de herinschakelingsuitkering waarop de werknemer | « Het bedrag van de herinschakelingsuitkering waarop de werknemer |
bedoeld in artikel 78quater gerechtigd is, bedraagt, voor iedere | bedoeld in artikel 78quater gerechtigd is, bedraagt, voor iedere |
kalendermaand waarin hij verbonden is door een arbeidsovereenkomst die | kalendermaand waarin hij verbonden is door een arbeidsovereenkomst die |
minstens voorziet in een halftijds uurrooster in het kader van een | minstens voorziet in een halftijds uurrooster in het kader van een |
erkende werkpost : | erkende werkpost : |
- 17 500 F, voor een minstens halftijds uurrooster, gedurende de | - 17 500 F, voor een minstens halftijds uurrooster, gedurende de |
eerste 36 maanden van een dergelijke tewerkstelling, in de volledige | eerste 36 maanden van een dergelijke tewerkstelling, in de volledige |
beroepsloopbaan; | beroepsloopbaan; |
- 22 000 F, voor een uurrooster van minstens 4/5 tijds, gedurende de | - 22 000 F, voor een uurrooster van minstens 4/5 tijds, gedurende de |
eerste 36 maanden van een dergelijke tewerkstelling, in de volledige | eerste 36 maanden van een dergelijke tewerkstelling, in de volledige |
beroepsloopbaan; | beroepsloopbaan; |
- 6 000 F, na de eerste 36 maanden van een dergelijke tewerkstelling, | - 6 000 F, na de eerste 36 maanden van een dergelijke tewerkstelling, |
in de volledige beroepsloopbaan. ». | in de volledige beroepsloopbaan. ». |
Art. 6.In hetzelfde besluit wordt een artikel 131septies ingevoegd, |
Art. 6.In hetzelfde besluit wordt een artikel 131septies ingevoegd, |
luidend als volgt : | luidend als volgt : |
« § 1. Het bedrag van de werkloosheids- of de wachtuitkering, | « § 1. Het bedrag van de werkloosheids- of de wachtuitkering, |
overeenkomstig de bepalingen van dit besluit vastgesteld in toepassing | overeenkomstig de bepalingen van dit besluit vastgesteld in toepassing |
van de artikelen 100 of 103 voor de laatst vergoede werkloosheidsdag | van de artikelen 100 of 103 voor de laatst vergoede werkloosheidsdag |
van de maand waarin de tewerkstelling met een arbeidsovereenkomst voor | van de maand waarin de tewerkstelling met een arbeidsovereenkomst voor |
een onbepaalde duur een aanvang neemt of van de daaraan voorafgaande | een onbepaalde duur een aanvang neemt of van de daaraan voorafgaande |
maand, wordt verhoogd met een toeslag van 30.000 F, mobiliteitstoeslag | maand, wordt verhoogd met een toeslag van 30.000 F, mobiliteitstoeslag |
genaamd, indien gelijktijdig voldaan wordt aan volgende voorwaarden : | genaamd, indien gelijktijdig voldaan wordt aan volgende voorwaarden : |
1° de overeengekomen deeltijdse arbeidsregeling bedraagt gemiddeld per | 1° de overeengekomen deeltijdse arbeidsregeling bedraagt gemiddeld per |
week 18 uren of ten minste de helft van het normaal gemiddeld | week 18 uren of ten minste de helft van het normaal gemiddeld |
wekelijks aantal arbeidsuren van de maatman; | wekelijks aantal arbeidsuren van de maatman; |
2° de werknemer voldoet op het tijdstip van de in dit lid bedoelde | 2° de werknemer voldoet op het tijdstip van de in dit lid bedoelde |
laatst vergoede werkloosheidsdag aan de voorwaarden inzake het statuut | laatst vergoede werkloosheidsdag aan de voorwaarden inzake het statuut |
en de duur van de werkloosheid of van de daarmee gelijkgestelde | en de duur van de werkloosheid of van de daarmee gelijkgestelde |
gebeurtenissen voor het verkrijgen van een banenkaart, bedoeld in het | gebeurtenissen voor het verkrijgen van een banenkaart, bedoeld in het |
koninklijk besluit van 27 december 1994 tot uitvoering van Hoofdstuk | koninklijk besluit van 27 december 1994 tot uitvoering van Hoofdstuk |
II van Titel IV van de wet van 21 december 1994 houdende sociale | II van Titel IV van de wet van 21 december 1994 houdende sociale |
bepalingen; | bepalingen; |
3° het betreft een tewerkstelling die, gezien de afstand en de duur | 3° het betreft een tewerkstelling die, gezien de afstand en de duur |
van de verplaatsing naar het werk en de duur van de afwezigheid, | van de verplaatsing naar het werk en de duur van de afwezigheid, |
overeenkomstig de criteria bepaald krachtens artikel 51, § 2, niet als | overeenkomstig de criteria bepaald krachtens artikel 51, § 2, niet als |
passend kan worden beschouwd; in geval van verhuis van de werknemer | passend kan worden beschouwd; in geval van verhuis van de werknemer |
tijdens de kalendermaand waarin de tewerkstelling aanvangt of tijdens | tijdens de kalendermaand waarin de tewerkstelling aanvangt of tijdens |
de daaraan voorafgaande maand, worden deze criteria toegepast rekening | de daaraan voorafgaande maand, worden deze criteria toegepast rekening |
houdend met de voorgaande verblijfplaats. | houdend met de voorgaande verblijfplaats. |
De mobiliteitstoeslag kan slechts eenmaal worden toegekend. | De mobiliteitstoeslag kan slechts eenmaal worden toegekend. |
§ 2. Het bedrag van de werkloosheids- of de wachtuitkering, | § 2. Het bedrag van de werkloosheids- of de wachtuitkering, |
overeenkomstig de bepalingen van dit besluit vastgesteld in toepassing | overeenkomstig de bepalingen van dit besluit vastgesteld in toepassing |
van de artikelen 100 of 103 voor de laatst vergoede werkloosheidsdag | van de artikelen 100 of 103 voor de laatst vergoede werkloosheidsdag |
van de maand waarin de tewerkstelling met een arbeidsovereenkomst voor | van de maand waarin de tewerkstelling met een arbeidsovereenkomst voor |
een onbepaalde duur een aanvang neemt of van de daaraan voorafgaande | een onbepaalde duur een aanvang neemt of van de daaraan voorafgaande |
maand, wordt verhoogd met een toeslag van 30.000 F, | maand, wordt verhoogd met een toeslag van 30.000 F, |
kinderopvangtoeslag genaamd, indien gelijktijdig voldaan wordt aan | kinderopvangtoeslag genaamd, indien gelijktijdig voldaan wordt aan |
volgende voorwaarden : | volgende voorwaarden : |
1° de voorwaarden vermeld in § 1, eerste lid, 1° en 2°; | 1° de voorwaarden vermeld in § 1, eerste lid, 1° en 2°; |
2° de werknemer wordt op de in dit lid bedoelde laatst vergoede | 2° de werknemer wordt op de in dit lid bedoelde laatst vergoede |
werkloosheidsdag beschouwd als werknemer met gezinslast in de zin van | werkloosheidsdag beschouwd als werknemer met gezinslast in de zin van |
artikel 110, § 1, eerste lid, 2°, a) en de werknemer woont niet samen | artikel 110, § 1, eerste lid, 2°, a) en de werknemer woont niet samen |
met een andere persoon in de zin van artikel 110, § 1, vierde lid. | met een andere persoon in de zin van artikel 110, § 1, vierde lid. |
De kinderopvangtoeslag kan slechts eenmaal worden toegekend. | De kinderopvangtoeslag kan slechts eenmaal worden toegekend. |
§ 3. De in dit artikel bedoelde toeslagen zijn onderling cumuleerbaar | § 3. De in dit artikel bedoelde toeslagen zijn onderling cumuleerbaar |
en zijn tevens cumuleerbaar met de toeslag bedoeld in artikel 131. ». | en zijn tevens cumuleerbaar met de toeslag bedoeld in artikel 131. ». |
Art. 7.Artikel 133, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
Art. 7.Artikel 133, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
koninklijke besluiten van 25 mei 1993, 14 maart 1995, 22 november | koninklijke besluiten van 25 mei 1993, 14 maart 1995, 22 november |
1995, 22 december 1995, 9 juni 1997 en 8 augustus 1997, wordt | 1995, 22 december 1995, 9 juni 1997 en 8 augustus 1997, wordt |
aangevuld als volgt : | aangevuld als volgt : |
« 13° de werknemer die de mobiliteitstoeslag of de kinderopvangtoeslag | « 13° de werknemer die de mobiliteitstoeslag of de kinderopvangtoeslag |
bedoeld in artikel 131septies aanvraagt; dit dossier bevat een kopie | bedoeld in artikel 131septies aanvraagt; dit dossier bevat een kopie |
van de arbeidsovereenkomst en, in geval van aanvraag van de | van de arbeidsovereenkomst en, in geval van aanvraag van de |
mobiliteitstoeslag, het bewijs van het niet passend karakter van de | mobiliteitstoeslag, het bewijs van het niet passend karakter van de |
dienstbetrekking. Dit dossier moet ingediend worden ten vroegste in de | dienstbetrekking. Dit dossier moet ingediend worden ten vroegste in de |
loop van de maand die de aanvang van de tewerkstelling voorafgaat en | loop van de maand die de aanvang van de tewerkstelling voorafgaat en |
uiterlijk binnen de periode van 2 maanden te rekenen vanaf de eerste | uiterlijk binnen de periode van 2 maanden te rekenen vanaf de eerste |
dag van de maand volgend op deze waarin de tewerkstelling een aanvang | dag van de maand volgend op deze waarin de tewerkstelling een aanvang |
neemt De aanvang van de tewerkstelling wordt beschouwd als een | neemt De aanvang van de tewerkstelling wordt beschouwd als een |
wijzigende gebeurtenis voor de toepassing van artikel 148, 3°. ». | wijzigende gebeurtenis voor de toepassing van artikel 148, 3°. ». |
Art. 8.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2000. |
Art. 8.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2000. |
Art. 9.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
Art. 9.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
van dit besluit. | van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 9 juli 2000. | Gegeven te Brussel, 9 juli 2000. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
Besluitwet van 28 december 1944, Belgisch Staatsblad van 30 december | Besluitwet van 28 december 1944, Belgisch Staatsblad van 30 december |
1944; | 1944; |
Wet van 14 juli 1951, Belgisch Staatsblad van 16 december 1951; | Wet van 14 juli 1951, Belgisch Staatsblad van 16 december 1951; |
Wet van 14 februari 1961, Belgisch Staatsblad van 15 februari 1961; | Wet van 14 februari 1961, Belgisch Staatsblad van 15 februari 1961; |
Wet van 16 april 1963, Belgisch Staatsblad van 23 april 1963; | Wet van 16 april 1963, Belgisch Staatsblad van 23 april 1963; |
Wet van 11 januari 1967, Belgisch Staatsblad van 14 januari 1967; | Wet van 11 januari 1967, Belgisch Staatsblad van 14 januari 1967; |
Wet van 10 oktober 1967, Belgisch Staatsblad van 31 oktober 1967; | Wet van 10 oktober 1967, Belgisch Staatsblad van 31 oktober 1967; |
Koninklijk besluit nr. 13 van 11 oktober 1978, Belgisch Staatsblad van | Koninklijk besluit nr. 13 van 11 oktober 1978, Belgisch Staatsblad van |
31 oktober 1978; | 31 oktober 1978; |
Koninklijk besluit nr. 28 van 24 maart 1982, Belgisch Staatsblad van | Koninklijk besluit nr. 28 van 24 maart 1982, Belgisch Staatsblad van |
26 maart 1982; | 26 maart 1982; |
Wet van 22 januari 1985, Belgisch Staatsblad van 24 januari 1985; | Wet van 22 januari 1985, Belgisch Staatsblad van 24 januari 1985; |
Wet van 30 december 1988, Belgisch Staatsblad van 5 januari 1989; | Wet van 30 december 1988, Belgisch Staatsblad van 5 januari 1989; |
Wet van 26 juni 1992, Belgisch Staatsblad van 30 juni 1992; | Wet van 26 juni 1992, Belgisch Staatsblad van 30 juni 1992; |
Wet van 30 maart 1994, Belgisch Staatsblad van 31 maart 1994; | Wet van 30 maart 1994, Belgisch Staatsblad van 31 maart 1994; |
Koninklijk besluit van 14 november 1996, Belgisch Staatsblad van 19 | Koninklijk besluit van 14 november 1996, Belgisch Staatsblad van 19 |
februari 1998; | februari 1998; |
Wet van 13 maart 1997, Belgisch Staatsblad van 10 juni 1997; | Wet van 13 maart 1997, Belgisch Staatsblad van 10 juni 1997; |
Wet van 13 februari 1998, Belgisch Staatsblad van 19 februari 1998; | Wet van 13 februari 1998, Belgisch Staatsblad van 19 februari 1998; |
Wet van 22 december 1998, Belgisch Staatsblad van 10 april 1999; | Wet van 22 december 1998, Belgisch Staatsblad van 10 april 1999; |
Wet van 26 maart 1999, Belgisch Staatsblad van 1 april 1999; | Wet van 26 maart 1999, Belgisch Staatsblad van 1 april 1999; |
Koninklijk besluit van 25 november 1991, Belgisch Staatsblad van 31 | Koninklijk besluit van 25 november 1991, Belgisch Staatsblad van 31 |
december 1991; | december 1991; |
Koninklijk besluit van 25 mei 1993, Belgisch Staatsblad van 28 mei | Koninklijk besluit van 25 mei 1993, Belgisch Staatsblad van 28 mei |
1993; | 1993; |
Koninklijk besluit van 27 december 1993, Belgisch Staatsblad van 31 | Koninklijk besluit van 27 december 1993, Belgisch Staatsblad van 31 |
december 1993; | december 1993; |
Koninklijk besluit van 9 november 1994, Belgisch Staatsblad van 22 | Koninklijk besluit van 9 november 1994, Belgisch Staatsblad van 22 |
november 1994; | november 1994; |
Koninklijk besluit van 14 maart 1995, Belgisch Staatsblad van 1 april | Koninklijk besluit van 14 maart 1995, Belgisch Staatsblad van 1 april |
1995; | 1995; |
Koninklijk besluit van 22 november 1995, Belgisch Staatsblad van 8 | Koninklijk besluit van 22 november 1995, Belgisch Staatsblad van 8 |
december 1995; | december 1995; |
Koninklijk besluit van 22 december 1995, Belgisch Staatsblad van 13 | Koninklijk besluit van 22 december 1995, Belgisch Staatsblad van 13 |
januari 1996; | januari 1996; |
Koninklijk besluit van 9 juni 1997, Belgisch Staatsblad van 21 juni | Koninklijk besluit van 9 juni 1997, Belgisch Staatsblad van 21 juni |
1997; | 1997; |
Koninklijk besluit van 19 juni 1997, Belgisch Staatsblad van 28 juni | Koninklijk besluit van 19 juni 1997, Belgisch Staatsblad van 28 juni |
1997 | 1997 |
Koninklijk besluit van 8 augustus 1997, Belgisch Staatsblad van 9 | Koninklijk besluit van 8 augustus 1997, Belgisch Staatsblad van 9 |
september 1997. | september 1997. |