| Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 5 augustus 1991 tot uitvoering van de artikelen 8, 8bis en 9 van de wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 5 augustus 1991 tot uitvoering van de artikelen 8, 8bis en 9 van de wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN | FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN |
| 8 MAART 2010. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk | 8 MAART 2010. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk |
| besluit van 5 augustus 1991 tot uitvoering van de artikelen 8, 8bis en | besluit van 5 augustus 1991 tot uitvoering van de artikelen 8, 8bis en |
| 9 van de wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en | 9 van de wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en |
| ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de | ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de |
| burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen | burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen |
| VERSLAG AAN DE KONING | VERSLAG AAN DE KONING |
| Sire, | Sire, |
| Het ontwerp van koninklijk besluit dat we de eer hebben aan Uwe | Het ontwerp van koninklijk besluit dat we de eer hebben aan Uwe |
| Majesteit voor te leggen, strekt ertoe het koninklijk besluit van 5 | Majesteit voor te leggen, strekt ertoe het koninklijk besluit van 5 |
| augustus 1991 te wijzigen en een systeem van jaarlijkse definitieve | augustus 1991 te wijzigen en een systeem van jaarlijkse definitieve |
| betaling in te voeren. | betaling in te voeren. |
| Het koninklijk besluit van 5 augustus 1991 behandelt de | Het koninklijk besluit van 5 augustus 1991 behandelt de |
| burgerrechtelijke aansprakelijkheid voor lichamelijke en materiële | burgerrechtelijke aansprakelijkheid voor lichamelijke en materiële |
| schade die wordt veroorzaakt aan derden door een brand of ontploffing. | schade die wordt veroorzaakt aan derden door een brand of ontploffing. |
| Elke inrichting die voor het publiek is opengesteld moet gedekt zijn | Elke inrichting die voor het publiek is opengesteld moet gedekt zijn |
| door een verzekering die is afgesloten bij | door een verzekering die is afgesloten bij |
| een erkende verzekeringsonderneming. Momenteel betaalt de | een erkende verzekeringsonderneming. Momenteel betaalt de |
| verzekeringsmaatschappij elk trimester 3 % van het totaal van de | verzekeringsmaatschappij elk trimester 3 % van het totaal van de |
| premies die betrekking hebben op dit risico, aan de staat. De | premies die betrekking hebben op dit risico, aan de staat. De |
| periodiciteit van deze betaling blijkt ondoeltreffend. De storting zal | periodiciteit van deze betaling blijkt ondoeltreffend. De storting zal |
| voortaan op jaarlijkse wijze plaatsvinden. | voortaan op jaarlijkse wijze plaatsvinden. |
| Het ontwerp werd voor advies voorgelegd aan de Commissie voor | Het ontwerp werd voor advies voorgelegd aan de Commissie voor |
| Verzekeringen en de Commissie voor het Bank-, Financie- en | Verzekeringen en de Commissie voor het Bank-, Financie- en |
| Assurantiewezen (CBFA). | Assurantiewezen (CBFA). |
| Het advies van de Raad van State werd volledig gevolgd, met | Het advies van de Raad van State werd volledig gevolgd, met |
| uitzondering van twee opmerkingen. In de eerste plaats stelt de Raad | uitzondering van twee opmerkingen. In de eerste plaats stelt de Raad |
| van State dat de adviezen van de CBFA en de Commissie voor | van State dat de adviezen van de CBFA en de Commissie voor |
| Verzekeringen niet verplicht zijn. Artikel 8, laatste lid, van de wet | Verzekeringen niet verplicht zijn. Artikel 8, laatste lid, van de wet |
| van 30 juli 1979 verplicht deze adviezen echter wel. In de tweede | van 30 juli 1979 verplicht deze adviezen echter wel. In de tweede |
| plaats stelt de Raad van State dat de Minister van Economische Zaken | plaats stelt de Raad van State dat de Minister van Economische Zaken |
| ook bevoegd is voor de aangelegenheden waarop het besluit betrekking | ook bevoegd is voor de aangelegenheden waarop het besluit betrekking |
| heeft. De wet van 30 juli 1979 vermeldt inderdaad de Minister van | heeft. De wet van 30 juli 1979 vermeldt inderdaad de Minister van |
| Economische Zaken als minister die bevoegd was voor | Economische Zaken als minister die bevoegd was voor |
| verzekeringsaangelegenheden. Deze bevoegdheid werd bij het koninklijk | verzekeringsaangelegenheden. Deze bevoegdheid werd bij het koninklijk |
| besluit van 17 april 2008 tot vaststelling van bepaalde ministeriële | besluit van 17 april 2008 tot vaststelling van bepaalde ministeriële |
| bevoegdheden echter toegewezen aan de Minister van Financiën. | bevoegdheden echter toegewezen aan de Minister van Financiën. |
| De artikelen van het ontwerp vereisen geen verdere commentaar. | De artikelen van het ontwerp vereisen geen verdere commentaar. |
| Wij hebben de eer te zijn, | Wij hebben de eer te zijn, |
| Sire, van Uwe Majesteit, | Sire, van Uwe Majesteit, |
| de zeer eerbiedige | de zeer eerbiedige |
| en zeer getrouwe dienaars, | en zeer getrouwe dienaars, |
| De Minister van Binnenlandse Zaken, | De Minister van Binnenlandse Zaken, |
| Mevr. A. TURTELBOOM | Mevr. A. TURTELBOOM |
| De Minister van Financiën, | De Minister van Financiën, |
| D. REYNDERS | D. REYNDERS |
| 8 MARS 2010. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk | 8 MARS 2010. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk |
| besluit van 5 augustus 1991 tot uitvoering van de artikelen 8, 8bis en | besluit van 5 augustus 1991 tot uitvoering van de artikelen 8, 8bis en |
| 9 van de wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en | 9 van de wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en |
| ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de | ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de |
| burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen | burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en | Gelet op de wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en |
| ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de | ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de |
| burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen, | burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen, |
| inzonderheid op artikel 9; | inzonderheid op artikel 9; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 5 augustus 1991 tot uitvoering van | Gelet op het koninklijk besluit van 5 augustus 1991 tot uitvoering van |
| de artikelen 8, 8bis en 9 van de wet van 30 juli 1979 betreffende de | de artikelen 8, 8bis en 9 van de wet van 30 juli 1979 betreffende de |
| preventie van brand en ontploffing en betreffende de verplichte | preventie van brand en ontploffing en betreffende de verplichte |
| verzekering van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke | verzekering van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke |
| gevallen; | gevallen; |
| Gelet op het advies van de Commissie voor Verzekeringen, gegeven op 1 | Gelet op het advies van de Commissie voor Verzekeringen, gegeven op 1 |
| juli 2009; | juli 2009; |
| Gelet op het advies van de Commissie voor het Bank-, Financie- en | Gelet op het advies van de Commissie voor het Bank-, Financie- en |
| Assurantiewezen, gegeven op 9 juli 2009; | Assurantiewezen, gegeven op 9 juli 2009; |
| Gelet op het advies nr. 47.342/2 van de Raad van State, gegeven op 23 | Gelet op het advies nr. 47.342/2 van de Raad van State, gegeven op 23 |
| november 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van | november 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van |
| de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
| Op voordracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en van de | Op voordracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en van de |
| Minister van Financiën, | Minister van Financiën, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.In artikel 9, tweede lid, van het koninklijk besluit van 5 |
Artikel 1.In artikel 9, tweede lid, van het koninklijk besluit van 5 |
| augustus 1991 tot uitvoering van de artikelen 8, 8bis en 9 van de wet | augustus 1991 tot uitvoering van de artikelen 8, 8bis en 9 van de wet |
| van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en ontploffing en | van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en ontploffing en |
| betreffende de verplichte verzekering van de burgerrechtelijke | betreffende de verplichte verzekering van de burgerrechtelijke |
| aansprakelijkheid in dergelijke gevallen, worden de woorden « de | aansprakelijkheid in dergelijke gevallen, worden de woorden « de |
| Schatkist » vervangen door de woorden « het veiligheidsfonds voor | Schatkist » vervangen door de woorden « het veiligheidsfonds voor |
| preventie en bestrijding tegen brand en ontploffing bedoeld in artikel | preventie en bestrijding tegen brand en ontploffing bedoeld in artikel |
| 6, § 2, van de wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand | 6, § 2, van de wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand |
| en ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de | en ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de |
| burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen ». | burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen ». |
Art. 2.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : |
Art. 2.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : |
| « Art 10. De verzekeringsonderneming voert een jaarlijkse definitieve | « Art 10. De verzekeringsonderneming voert een jaarlijkse definitieve |
| betaling uit van 3 % van het totaal der handelspremies, vrij van | betaling uit van 3 % van het totaal der handelspremies, vrij van |
| gehele of gedeeltelijke vernietigingen en van ristorno's, door haar | gehele of gedeeltelijke vernietigingen en van ristorno's, door haar |
| gedurende het laatste afgesloten boekjaar uitgegeven. | gedurende het laatste afgesloten boekjaar uitgegeven. |
| De storting gebeurt ten laatste op 30 juni van elk jaar als bijdrage | De storting gebeurt ten laatste op 30 juni van elk jaar als bijdrage |
| voor het laatst afgelopen boekjaar. » | voor het laatst afgelopen boekjaar. » |
Art. 3.Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : |
Art. 3.Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : |
| « Art. 11.§ 1. De verzekeringsondernemingen die niet zijn overgegaan |
« Art. 11.§ 1. De verzekeringsondernemingen die niet zijn overgegaan |
| tot de storting binnen de termijn die voorzien is in artikel 10, | tot de storting binnen de termijn die voorzien is in artikel 10, |
| worden binnen de 30 kalenderdagen aangemaand om de storting alsnog te | worden binnen de 30 kalenderdagen aangemaand om de storting alsnog te |
| voldoen. | voldoen. |
| § 2. Vanaf de verzendingsdatum van aanmaning is de wettelijke interest | § 2. Vanaf de verzendingsdatum van aanmaning is de wettelijke interest |
| verschuldigd, overeenkomstig artikel 1153 van het Burgerlijk Wetboek. | verschuldigd, overeenkomstig artikel 1153 van het Burgerlijk Wetboek. |
| § 3. De verzekeringsonderneming die niet tot de betaling kon overgaan | § 3. De verzekeringsonderneming die niet tot de betaling kon overgaan |
| door een geval van overmacht brengt de Minister van Binnenlandse Zaken | door een geval van overmacht brengt de Minister van Binnenlandse Zaken |
| of zijn afgevaardigde hiervan schriftelijk op de hoogte binnen de 14 | of zijn afgevaardigde hiervan schriftelijk op de hoogte binnen de 14 |
| dagen na de termijn voorzien in artikel 10. | dagen na de termijn voorzien in artikel 10. |
| § 4. De Minister van Binnenlandse Zaken of zijn afgevaardigde kan aan | § 4. De Minister van Binnenlandse Zaken of zijn afgevaardigde kan aan |
| de onderneming vragen om hem bijkomende informatie te verstrekken | de onderneming vragen om hem bijkomende informatie te verstrekken |
| teneinde zich te verzekeren van de wezenlijkheid van de ingeroepen | teneinde zich te verzekeren van de wezenlijkheid van de ingeroepen |
| overmacht. Hij beslist vervolgens of deze al dan niet gegrond wordt | overmacht. Hij beslist vervolgens of deze al dan niet gegrond wordt |
| verklaard. | verklaard. |
| § 5. Indien de Minister van Binnenlandse Zaken of zijn afgevaardigde | § 5. Indien de Minister van Binnenlandse Zaken of zijn afgevaardigde |
| beslist dat de overmacht gegrond wordt verklaard, dan deelt hij de | beslist dat de overmacht gegrond wordt verklaard, dan deelt hij de |
| onderneming de bijkomende termijn mee die toegekend wordt om de | onderneming de bijkomende termijn mee die toegekend wordt om de |
| betaling uit te voeren. | betaling uit te voeren. |
Art. 4.Artikel 12 van hetzelfde besluit wordt opgeheven. |
Art. 4.Artikel 12 van hetzelfde besluit wordt opgeheven. |
Art. 5.In artikel 13 van hetzelfde besluit, worden de woorden « de |
Art. 5.In artikel 13 van hetzelfde besluit, worden de woorden « de |
| Controledienst voor de Verzekeringen » vervangen door de woorden « de | Controledienst voor de Verzekeringen » vervangen door de woorden « de |
| Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen », worden de | Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen », worden de |
| woorden « het Fonds voor beveiliging tegen brand en ontploffing » | woorden « het Fonds voor beveiliging tegen brand en ontploffing » |
| vervangen door de woorden « het Veiligheidsfonds voor preventie en | vervangen door de woorden « het Veiligheidsfonds voor preventie en |
| bestrijding tegen brand en ontploffing » en worden de woorden « deze | bestrijding tegen brand en ontploffing » en worden de woorden « deze |
| Controledienst » vervangen door de woorden « deze Commissie ». | Controledienst » vervangen door de woorden « deze Commissie ». |
Art. 6.In artikel 13 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid, |
Art. 6.In artikel 13 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid, |
| luidend als volgt, ingevoegd : | luidend als volgt, ingevoegd : |
| « De Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen maakt een | « De Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen maakt een |
| definitieve lijst met de door de verzekeringsondernemingen | definitieve lijst met de door de verzekeringsondernemingen |
| verschuldigde bedragen voor het laatste afgesloten boekjaar en | verschuldigde bedragen voor het laatste afgesloten boekjaar en |
| verschaft die aan de Algemene Directie van de Civiele Veiligheid van | verschaft die aan de Algemene Directie van de Civiele Veiligheid van |
| de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken en dit ten laatste op 1 | de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken en dit ten laatste op 1 |
| juni van elk jaar. » | juni van elk jaar. » |
Art. 7.In hetzelfde besluit wordt een artikel 13bis ingevoegd, |
Art. 7.In hetzelfde besluit wordt een artikel 13bis ingevoegd, |
| luidend als volgt : | luidend als volgt : |
| « Art. 13bis.Als de verzekeringsovereenkomst bedoeld in dit besluit |
« Art. 13bis.Als de verzekeringsovereenkomst bedoeld in dit besluit |
| onderschreven wordt bij een verzekeringsonderneming naar buitenlands | onderschreven wordt bij een verzekeringsonderneming naar buitenlands |
| recht, moeten de verplichtingen vermeld in de artikelen 9 tot en met | recht, moeten de verplichtingen vermeld in de artikelen 9 tot en met |
| 13 van dit besluit nagekomen worden : | 13 van dit besluit nagekomen worden : |
| 1° door het bijkantoor, het agentschap, de onder artikel 178 van het | 1° door het bijkantoor, het agentschap, de onder artikel 178 van het |
| Wetboek diverse rechten en taksen bedoelde aansprakelijke | Wetboek diverse rechten en taksen bedoelde aansprakelijke |
| vertegenwoordiger of de zetel van verrichting, gelegen in België; | vertegenwoordiger of de zetel van verrichting, gelegen in België; |
| 2° door de makelaar of elke andere in België verblijvende | 2° door de makelaar of elke andere in België verblijvende |
| tussenpersoon, voor de overeenkomsten onderschreven door zijn | tussenpersoon, voor de overeenkomsten onderschreven door zijn |
| tussenkomst met niet in België gevestigde verzekeraars die in België | tussenkomst met niet in België gevestigde verzekeraars die in België |
| de onder artikel 178 Wetboek diverse rechten en taksen bedoelde | de onder artikel 178 Wetboek diverse rechten en taksen bedoelde |
| aansprakelijke vertegenwoordiger niet hebben; | aansprakelijke vertegenwoordiger niet hebben; |
| 3° door de niet in België gevestigde verzekeringsondernemingen die in | 3° door de niet in België gevestigde verzekeringsondernemingen die in |
| België geen aansprakelijke vertegenwoordiger hebben en die | België geen aansprakelijke vertegenwoordiger hebben en die |
| verzekeringsovereenkomsten sluiten waarvan het risico in België ligt | verzekeringsovereenkomsten sluiten waarvan het risico in België ligt |
| zonder beroep te doen op in België verblijvende tussenpersonen. » | zonder beroep te doen op in België verblijvende tussenpersonen. » |
Art. 8.De verzekeringsondernemingen waken erover dat de |
Art. 8.De verzekeringsondernemingen waken erover dat de |
| regularisaties van de in 2009 voorlopig gestorte bedragen worden | regularisaties van de in 2009 voorlopig gestorte bedragen worden |
| uitgevoerd. Deze moeten ten laatste op 30 juni 2010 worden betaald. | uitgevoerd. Deze moeten ten laatste op 30 juni 2010 worden betaald. |
Art. 9.Dit besluit heeft uitwerking vanaf 1 januari 2010. |
Art. 9.Dit besluit heeft uitwerking vanaf 1 januari 2010. |
Art. 10.De Minister van Binnenlandse Zaken en de Minister van |
Art. 10.De Minister van Binnenlandse Zaken en de Minister van |
| Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van | Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van |
| dit besluit. | dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 8 maart 2010. | Gegeven te Brussel, 8 maart 2010. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Binnenlandse Zaken, | De Minister van Binnenlandse Zaken, |
| Mevr. A. TURTELBOOM | Mevr. A. TURTELBOOM |
| De Minister van Financiën, | De Minister van Financiën, |
| D. REYNDERS | D. REYNDERS |