| Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 84quinquies tot 84decies van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde | Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 84quinquies tot 84decies van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN | FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN |
| 7 JUNI 2007. - Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen | 7 JUNI 2007. - Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen |
| 84quinquies tot 84decies van het Wetboek van de belasting over de | 84quinquies tot 84decies van het Wetboek van de belasting over de |
| toegevoegde waarde | toegevoegde waarde |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, | Gelet op het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, |
| namelijk op artikel 84undecies, ingevoegd door de programmawet van 27 | namelijk op artikel 84undecies, ingevoegd door de programmawet van 27 |
| april 2007; | april 2007; |
| Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 25 | Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 25 |
| april 2007; | april 2007; |
| Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 27 | Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 27 |
| april 2007; | april 2007; |
| Gelet op het advies nr. 43.117/2 van de Raad van State, gegeven op 4 | Gelet op het advies nr. 43.117/2 van de Raad van State, gegeven op 4 |
| juni 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de | juni 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de |
| gecoördineerde wetten op de Raad van State; | gecoördineerde wetten op de Raad van State; |
| Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van | Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van |
| Financiën, | Financiën, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.De behandeling van het verzoek tot onbeperkt uitstel van de |
Artikel 1.De behandeling van het verzoek tot onbeperkt uitstel van de |
| invordering zoals bedoeld in het artikel 84septies, eerste lid, van | invordering zoals bedoeld in het artikel 84septies, eerste lid, van |
| het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, wordt | het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, wordt |
| toevertrouwd aan de ambtenaar belast met de invordering van de | toevertrouwd aan de ambtenaar belast met de invordering van de |
| belastingschulden waarop het verzoek betrekking heeft. | belastingschulden waarop het verzoek betrekking heeft. |
| Indien evenwel, het verzoek tot onbeperkt uitstel van de invordering | Indien evenwel, het verzoek tot onbeperkt uitstel van de invordering |
| betrekking heeft op belastingschulden die tot de bevoegdheid behoren | betrekking heeft op belastingschulden die tot de bevoegdheid behoren |
| van verschillende ambtenaren belast met de invordering, wordt de | van verschillende ambtenaren belast met de invordering, wordt de |
| behandeling van het verzoek toevertrouwd aan de ambtenaar in wiens | behandeling van het verzoek toevertrouwd aan de ambtenaar in wiens |
| ambtsgebied de verzoeker zijn woonplaats heeft op de dag waarop het | ambtsgebied de verzoeker zijn woonplaats heeft op de dag waarop het |
| verzoek werd ingediend of, wanneer de verzoeker zijn woonplaats niet | verzoek werd ingediend of, wanneer de verzoeker zijn woonplaats niet |
| meer in België heeft op de dag waarop hij het verzoek indient, aan de | meer in België heeft op de dag waarop hij het verzoek indient, aan de |
| ambtenaar in wiens ambtsgebied de verzoeker zijn laatste gekende | ambtenaar in wiens ambtsgebied de verzoeker zijn laatste gekende |
| woonplaats in België had. | woonplaats in België had. |
Art. 2.§ 1. De ambtenaar belast met de invordering aan wie de |
Art. 2.§ 1. De ambtenaar belast met de invordering aan wie de |
| behandeling van het verzoek wordt toevertrouwd, stelt, in alle | behandeling van het verzoek wordt toevertrouwd, stelt, in alle |
| gevallen, een solvabiliteitsonderzoek in ten laste van de | gevallen, een solvabiliteitsonderzoek in ten laste van de |
| belastingschuldige of zijn echtgenoot om tegelijkertijd de | belastingschuldige of zijn echtgenoot om tegelijkertijd de |
| vermogenssituatie en de inkomsten en uitgaven van de huishouding vast | vermogenssituatie en de inkomsten en uitgaven van de huishouding vast |
| te stellen. | te stellen. |
| § 2. Met dit doel wordt de belastingschuldige of zijn echtgenoot | § 2. Met dit doel wordt de belastingschuldige of zijn echtgenoot |
| uitgenodigd zijn verzoek te vervolledigen met een overzicht van de | uitgenodigd zijn verzoek te vervolledigen met een overzicht van de |
| vermogenssituatie en van de inkomsten en uitgaven van de huishouding. | vermogenssituatie en van de inkomsten en uitgaven van de huishouding. |
| De Administratie kan het gebruik van een overzicht van de | De Administratie kan het gebruik van een overzicht van de |
| vermogenssituatie en de inkomsten en uitgaven van de huishouding onder | vermogenssituatie en de inkomsten en uitgaven van de huishouding onder |
| de vorm van een gestandaardiseerd formulier voorschrijven. | de vorm van een gestandaardiseerd formulier voorschrijven. |
| § 3. De ambtenaar belast met de invordering brengt over zijn | § 3. De ambtenaar belast met de invordering brengt over zijn |
| behandeling verslag uit aan de directeur die gevat werd door het | behandeling verslag uit aan de directeur die gevat werd door het |
| verzoek en hij legt hem een voorstel van beslissing voor. | verzoek en hij legt hem een voorstel van beslissing voor. |
Art. 3.Om het onbeperkt uitstel van de invordering te verlenen, houdt |
Art. 3.Om het onbeperkt uitstel van de invordering te verlenen, houdt |
| de directeur rekening met de door de belastingschuldige of zijn | de directeur rekening met de door de belastingschuldige of zijn |
| echtgenoot vermelde bijzondere elementen in zijn verzoek, met de | echtgenoot vermelde bijzondere elementen in zijn verzoek, met de |
| vermogenssituatie en de inkomsten en uitgaven van de huishouding van | vermogenssituatie en de inkomsten en uitgaven van de huishouding van |
| de verzoeker evenals met zijn vervallen of, nog te vervallen fiscale | de verzoeker evenals met zijn vervallen of, nog te vervallen fiscale |
| schulden. | schulden. |
| Hij bepaalt het bedrag van de in het artikel 84quinquies, § 1, van het | Hij bepaalt het bedrag van de in het artikel 84quinquies, § 1, van het |
| Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde bedoelde som op | Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde bedoelde som op |
| basis van dezelfde criteria. | basis van dezelfde criteria. |
Art. 4.§ 1. De Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § |
Art. 4.§ 1. De Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § |
| 2 van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, wordt | 2 van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, wordt |
| naast de leidende ambtenaar van de diensten bevoegd voor de | naast de leidende ambtenaar van de diensten bevoegd voor de |
| invordering van de belasting of zijn gedelegeerde, samengesteld uit | invordering van de belasting of zijn gedelegeerde, samengesteld uit |
| drie aangeduide gewestelijke directeurs van de belasting over de | drie aangeduide gewestelijke directeurs van de belasting over de |
| toegevoegde waarde overeenkomstig voormeld artikel. | toegevoegde waarde overeenkomstig voormeld artikel. |
| § 2. De beslissingen van de Commissie worden aangenomen door een | § 2. De beslissingen van de Commissie worden aangenomen door een |
| meerderheid, elk lid beschikkend over één stem. In geval van pariteit, | meerderheid, elk lid beschikkend over één stem. In geval van pariteit, |
| is de stem van de Voorzitter doorslaggevend. | is de stem van de Voorzitter doorslaggevend. |
| § 3. De Commissie stelt zijn reglement van orde op. Dit reglement | § 3. De Commissie stelt zijn reglement van orde op. Dit reglement |
| wordt goedgekeurd door de Minister van Financiën. | wordt goedgekeurd door de Minister van Financiën. |
Art. 5.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
Art. 5.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
| Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. | Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. |
Art. 6.Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van |
Art. 6.Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van |
| dit besluit. | dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 7 juni 2007. | Gegeven te Brussel, 7 juni 2007. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, | De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, |
| D. REYNDERS | D. REYNDERS |
| ADVIES 43.005/2 VAN 9 MEI 2007 VAN DE AFDELING WETGEVING VAN DE RAAD | ADVIES 43.005/2 VAN 9 MEI 2007 VAN DE AFDELING WETGEVING VAN DE RAAD |
| VAN STATE | VAN STATE |
| De RAAD VAN STATE, afdeling wetgeving, tweede kamer, op 3 mei 2007 | De RAAD VAN STATE, afdeling wetgeving, tweede kamer, op 3 mei 2007 |
| door de Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën verzocht hem, | door de Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën verzocht hem, |
| binnen een termijn van vijf werkdagen, van advies te dienen over een | binnen een termijn van vijf werkdagen, van advies te dienen over een |
| ontwerp van koninklijk besluit "tot uitvoering van de artikelen | ontwerp van koninklijk besluit "tot uitvoering van de artikelen |
| 84quinquies tot 84decies van het Wetboek van de belasting over de | 84quinquies tot 84decies van het Wetboek van de belasting over de |
| toegevoegde waarde", heeft het volgende advies gegeven : | toegevoegde waarde", heeft het volgende advies gegeven : |
| Volgens artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten | Volgens artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten |
| op de Raad van State, ingevoegd bij de wet van 4 augustus 1996 en | op de Raad van State, ingevoegd bij de wet van 4 augustus 1996 en |
| vervangen bij de wet van 2 april 2003, moeten in de adviesaanvraag in | vervangen bij de wet van 2 april 2003, moeten in de adviesaanvraag in |
| het bijzonder de redenen worden aangegeven tot staving van het | het bijzonder de redenen worden aangegeven tot staving van het |
| spoedeisende karakter ervan. | spoedeisende karakter ervan. |
| In het onderhavige geval luidt de motivering in de brief met de | In het onderhavige geval luidt de motivering in de brief met de |
| adviesaanvraag als volgt : | adviesaanvraag als volgt : |
| « Het spoedeisend karakter van de adviesaanvraag wordt als volgt | « Het spoedeisend karakter van de adviesaanvraag wordt als volgt |
| gemotiveerd : | gemotiveerd : |
| -de artikelen 42 tot 48 van de programmawet van..., die de artikelen | -de artikelen 42 tot 48 van de programmawet van..., die de artikelen |
| 84quinquies tot 84undecies invoegen in het Wetboek van de belasting | 84quinquies tot 84undecies invoegen in het Wetboek van de belasting |
| over de toegevoegde waarde, treden in werking op... (10de dag na de | over de toegevoegde waarde, treden in werking op... (10de dag na de |
| publicatie van de Programmawet in het Belgisch Staatsblad ); | publicatie van de Programmawet in het Belgisch Staatsblad ); |
| - vanaf deze datum kunnen bijgevolg verzoeken tot onbeperkt uitstel | - vanaf deze datum kunnen bijgevolg verzoeken tot onbeperkt uitstel |
| van de invordering bij de verschillende bevoegde gewestelijke | van de invordering bij de verschillende bevoegde gewestelijke |
| directeurs van de belasting over de toegevoegde waarde worden | directeurs van de belasting over de toegevoegde waarde worden |
| ingediend; | ingediend; |
| - het is dus absoluut noodzakelijk, teneinde een uniforme behandeling | - het is dus absoluut noodzakelijk, teneinde een uniforme behandeling |
| van de verzoeken te verzekeren en zodoende ook de rechtszekerheid te | van de verzoeken te verzekeren en zodoende ook de rechtszekerheid te |
| waarborgen, om zonder uitstel de vereiste uitvoeringsmaatregelen aan | waarborgen, om zonder uitstel de vereiste uitvoeringsmaatregelen aan |
| te nemen; | te nemen; |
| - dat eveneens moet vermeden worden dat er zich bij de behandeling van | - dat eveneens moet vermeden worden dat er zich bij de behandeling van |
| de verzoeken door de administratie vanaf deze datum reeds vertragingen | de verzoeken door de administratie vanaf deze datum reeds vertragingen |
| voordoen door het uitblijven van duidelijke uitvoeringsmaatregelen; | voordoen door het uitblijven van duidelijke uitvoeringsmaatregelen; |
| - dat dit besluit bijgevolg bij hoogdringendheid moet worden genomen. | - dat dit besluit bijgevolg bij hoogdringendheid moet worden genomen. |
| » | » |
| Ontvankelijkheid van de adviesaanvraag | Ontvankelijkheid van de adviesaanvraag |
| De deugdelijke motivering van het spoedeisende karakter is een | De deugdelijke motivering van het spoedeisende karakter is een |
| voorwaarde voor de ontvankelijkheid van de aanvraag. | voorwaarde voor de ontvankelijkheid van de aanvraag. |
| In het onderhavige geval kan het spoedeisende karakter aangevoerd in | In het onderhavige geval kan het spoedeisende karakter aangevoerd in |
| de adviesaanvraag niet worden aangenomen, daar het volledig rust op de | de adviesaanvraag niet worden aangenomen, daar het volledig rust op de |
| vooronderstelling dat de verzoeken tot onbeperkt uitstel van de | vooronderstelling dat de verzoeken tot onbeperkt uitstel van de |
| invordering van de BTW-schuld reeds vanaf de 10e dag volgend op de | invordering van de BTW-schuld reeds vanaf de 10e dag volgend op de |
| bekendmaking van de programmawet van 27 april 2007 in het Belgisch | bekendmaking van de programmawet van 27 april 2007 in het Belgisch |
| Staatsblad zouden kunnen worden ingediend, de reden waarom de | Staatsblad zouden kunnen worden ingediend, de reden waarom de |
| maatregelen ter uitvoering van deze wet tegen die datum moeten zijn | maatregelen ter uitvoering van deze wet tegen die datum moeten zijn |
| aangenomen. | aangenomen. |
| Deze vooronderstelling is echter onjuist : uit artikel 84undecies van | Deze vooronderstelling is echter onjuist : uit artikel 84undecies van |
| het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde volgt | het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde volgt |
| integendeel dat het mechanisme van onbeperkt uitstel van de | integendeel dat het mechanisme van onbeperkt uitstel van de |
| invordering van de BTW-schuld dat bij de artikelen 84quinquies tot | invordering van de BTW-schuld dat bij de artikelen 84quinquies tot |
| 84decies van hetzelfde Wetboek wordt ingesteld, niet rechtstreeks | 84decies van hetzelfde Wetboek wordt ingesteld, niet rechtstreeks |
| toepasselijk is, doch voor de tenuitvoerlegging ervan vereist dat de | toepasselijk is, doch voor de tenuitvoerlegging ervan vereist dat de |
| Koning de toepassingsvoorwaarden ervan bepaalt. | Koning de toepassingsvoorwaarden ervan bepaalt. |
| Gelet op de precieze draagwijdte van de wet die als grondslag van het | Gelet op de precieze draagwijdte van de wet die als grondslag van het |
| ontwerp dient, brengen de overwegingen aangehaald in de brief met de | ontwerp dient, brengen de overwegingen aangehaald in de brief met de |
| adviesaanvraag bijgevolg geen enkel concreet feitelijk of juridisch | adviesaanvraag bijgevolg geen enkel concreet feitelijk of juridisch |
| gegeven aan op basis waarvan kan worden aangenomen dat het mechanisme | gegeven aan op basis waarvan kan worden aangenomen dat het mechanisme |
| van onbeperkt uitstel van de invordering van de BTW-schuld onverwijld | van onbeperkt uitstel van de invordering van de BTW-schuld onverwijld |
| moet kunnen worden toegepast. | moet kunnen worden toegepast. |
| Gelet op de hierboven omschreven context zou, indien het onderhavige | Gelet op de hierboven omschreven context zou, indien het onderhavige |
| geval als spoedeisend wordt erkend, zulks er overigens op neerkomen | geval als spoedeisend wordt erkend, zulks er overigens op neerkomen |
| dat beschouwd wordt dat de besluiten ter uitvoering van een reeds van | dat beschouwd wordt dat de besluiten ter uitvoering van een reeds van |
| kracht zijnde wet steeds onder aanvoering van het spoedeisende | kracht zijnde wet steeds onder aanvoering van het spoedeisende |
| karakter ervan kunnen worden vastgesteld op de enkele grond dat de wet | karakter ervan kunnen worden vastgesteld op de enkele grond dat de wet |
| die ze beogen uit te voeren bepaaldelijk reeds van kracht is. | die ze beogen uit te voeren bepaaldelijk reeds van kracht is. |
| Uit het vorenstaande volgt dat de noodzaak dat het advies binnen vijf | Uit het vorenstaande volgt dat de noodzaak dat het advies binnen vijf |
| werkdagen wordt verstrekt niet genoegzaam wordt gemotiveerd in de | werkdagen wordt verstrekt niet genoegzaam wordt gemotiveerd in de |
| adviesaanvraag, daar het de adviesaanvrager immers vrij staat de | adviesaanvraag, daar het de adviesaanvrager immers vrij staat de |
| afdeling wetgeving van de Raad van State te verzoeken om een advies | afdeling wetgeving van de Raad van State te verzoeken om een advies |
| binnen dertig dagen, op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van | binnen dertig dagen, op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van |
| de gecoördineerde wetten op de Raad van State, zodat de aanvraag dus | de gecoördineerde wetten op de Raad van State, zodat de aanvraag dus |
| nietontvankelijk is. | nietontvankelijk is. |
| De kamer was samengesteld uit | De kamer was samengesteld uit |
| de heer Y. KREINS, kamervoorzitter, | de heer Y. KREINS, kamervoorzitter, |
| de heer P. VANDERNOOT, staatstrad | de heer P. VANDERNOOT, staatstrad |
| Mevr. M. BAGUET, staatsrad, | Mevr. M. BAGUET, staatsrad, |
| Mevr. B. VIGNERON, griffier. | Mevr. B. VIGNERON, griffier. |
| Het verslag werd uitgebracht door de heer P. RONVAUX, auditeur. | Het verslag werd uitgebracht door de heer P. RONVAUX, auditeur. |
| De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd | De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd |
| nagezien onder toezicht van de heer P. VANDERNOOT. | nagezien onder toezicht van de heer P. VANDERNOOT. |
| De griffier, | De griffier, |
| B. VIGNERON | B. VIGNERON |
| De vooriztter, | De vooriztter, |
| Y. KREINS | Y. KREINS |