Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 06/12/2005
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning van een vakantiegeld aan sommige weduwen van arbeiders van de bouwnijverheid "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning van een vakantiegeld aan sommige weduwen van arbeiders van de bouwnijverheid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning van een vakantiegeld aan sommige weduwen van arbeiders van de bouwnijverheid
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
6 DECEMBER 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend 6 DECEMBER 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001,
gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de
toekenning van een vakantiegeld aan sommige weduwen van arbeiders van toekenning van een vakantiegeld aan sommige weduwen van arbeiders van
de bouwnijverheid (1) de bouwnijverheid (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het
bouwbedrijfParitair Comité voor het bouwbedrijf; bouwbedrijfParitair Comité voor het bouwbedrijf;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten
in het Paritair Comité voor het bouwbedrijfParitair Comité voor het in het Paritair Comité voor het bouwbedrijfParitair Comité voor het
bouwbedrijf, betreffende de toekenning van een vakantiegeld aan bouwbedrijf, betreffende de toekenning van een vakantiegeld aan
sommige weduwen van arbeiders van de bouwnijverheid. sommige weduwen van arbeiders van de bouwnijverheid.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit

besluit. besluit.
Gegeven te Brussel, 6 december 2005. Gegeven te Brussel, 6 december 2005.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P. VANVELTHOVEN P. VANVELTHOVEN
_______ _______
Nota's Nota's
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Comité voor het bouwbedrijf Paritair Comité voor het bouwbedrijf
Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001 Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001
Toekenning van een vakantiegeld aan sommige weduwen van arbeiders van Toekenning van een vakantiegeld aan sommige weduwen van arbeiders van
de bouwnijverheid (Overeenkomst geregistreerd op 28 september 2001 de bouwnijverheid (Overeenkomst geregistreerd op 28 september 2001
onder het nummer 58914/CO/124) onder het nummer 58914/CO/124)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

de weduwen van arbeiders die, hetzij gerechtigd waren op één van de de weduwen van arbeiders die, hetzij gerechtigd waren op één van de
voordelen voorzien bij de artikels 4 en 12 van de kader-collectieve voordelen voorzien bij de artikels 4 en 12 van de kader-collectieve
arbeidsovereenkomst van 24 september 1998 tot invoering van een arbeidsovereenkomst van 24 september 1998 tot invoering van een
jaarlijkse pensioenrente voor de arbeiders van de bouwnijverheid, jaarlijkse pensioenrente voor de arbeiders van de bouwnijverheid,
hetzij werden tewerkgesteld door een werkgever die onder het Paritair hetzij werden tewerkgesteld door een werkgever die onder het Paritair
Comité voor het bouwbedrijf ressorteert, op het ogenblik van Comité voor het bouwbedrijf ressorteert, op het ogenblik van
overlijden. overlijden.
Onder "weduwen" verstaat men : weduwen en weduwnaars. Onder "weduwen" verstaat men : weduwen en weduwnaars.
Onder "arbeiders" verstaat men : arbeiders en arbeidsters. Onder "arbeiders" verstaat men : arbeiders en arbeidsters.
HOOFDSTUK II. - Aard, bedrag en toekenningsvoorwaarden van het HOOFDSTUK II. - Aard, bedrag en toekenningsvoorwaarden van het
voordeel voordeel

Art. 2.De weduwe van een gepensioneerde bouwvakarbeider, kan voor het

Art. 2.De weduwe van een gepensioneerde bouwvakarbeider, kan voor het

jaar van overlijden aanspraak maken op een vakantiegeld ten bedrage jaar van overlijden aanspraak maken op een vakantiegeld ten bedrage
van 1.338,63 EUR. Voor de volgende jaren kan zij een vakantiegeld ten van 1.338,63 EUR. Voor de volgende jaren kan zij een vakantiegeld ten
bedrage van 803,18 EUR ontvangen. bedrage van 803,18 EUR ontvangen.
Deze voordelen kunnen haar worden toegekend op voorwaarde dat : Deze voordelen kunnen haar worden toegekend op voorwaarde dat :
- de overledene het recht had verworven op de één van de voordelen - de overledene het recht had verworven op de één van de voordelen
voorzien bij de artikels 4 en 12 van de hogervermelde voorzien bij de artikels 4 en 12 van de hogervermelde
kader-collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 1998; kader-collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 1998;
- zij niet is hertrouwd. - zij niet is hertrouwd.

Art. 3.De weduwe van de niet-gepensioneerde bouwvakarbeider die

Art. 3.De weduwe van de niet-gepensioneerde bouwvakarbeider die

overleden is tussen de leeftijd van 60 en 65 jaar, kan voor het jaar overleden is tussen de leeftijd van 60 en 65 jaar, kan voor het jaar
van het overlijden aanspraak maken op een vakantiegeld ten bedrage van van het overlijden aanspraak maken op een vakantiegeld ten bedrage van
483,39 EUR. Voor de volgende jaren kan zij een vakantiegeld ten 483,39 EUR. Voor de volgende jaren kan zij een vakantiegeld ten
bedrage van 290,04 EUR ontvangen. bedrage van 290,04 EUR ontvangen.
Deze voordelen kunnen haar worden toegekend op voorwaarde dat : Deze voordelen kunnen haar worden toegekend op voorwaarde dat :
- de overledene op het ogenblik van overlijden voldeed aan de - de overledene op het ogenblik van overlijden voldeed aan de
toekenningsvoorwaarden van één van de voordelen voorzien bij de toekenningsvoorwaarden van één van de voordelen voorzien bij de
artikels 4 en 12 van de hogervermelde kader-collectieve artikels 4 en 12 van de hogervermelde kader-collectieve
arbeidsovereenkomst van 24 september 1998; arbeidsovereenkomst van 24 september 1998;
- zij niet is hertrouwd. - zij niet is hertrouwd.

Art. 4.De weduwe van een bouwvakarbeider die het slachtoffer was van

Art. 4.De weduwe van een bouwvakarbeider die het slachtoffer was van

een dodelijk arbeidsongeval, kan voor het jaar van overlijden een dodelijk arbeidsongeval, kan voor het jaar van overlijden
aanspraak maken op een vakantiegeld ten bedrage van 483,39 EUR. Voor aanspraak maken op een vakantiegeld ten bedrage van 483,39 EUR. Voor
de volgende jaren kan zij een vakantiegeld ten bedrage van 290,04 EUR de volgende jaren kan zij een vakantiegeld ten bedrage van 290,04 EUR
ontvangen. ontvangen.
Deze voordelen kunnen haar worden toegekend op voorwaarde dat : Deze voordelen kunnen haar worden toegekend op voorwaarde dat :
- het een dodelijk arbeidsongeval betreft in dienst van een in artikel - het een dodelijk arbeidsongeval betreft in dienst van een in artikel
1 bedoelde onderneming; 1 bedoelde onderneming;
- zij niet is hertrouwd. - zij niet is hertrouwd.

Art. 5.De weduwe van een bouwvakarbeider die overleden is voor de

Art. 5.De weduwe van een bouwvakarbeider die overleden is voor de

leeftijd van 60 jaar, met uitsluiting van de weduwe van een leeftijd van 60 jaar, met uitsluiting van de weduwe van een
bouwvakarbeider die het slachtoffer was van een dodelijk bouwvakarbeider die het slachtoffer was van een dodelijk
arbeidsongeval, kan voor het jaar van overlijden aanspraak maken op arbeidsongeval, kan voor het jaar van overlijden aanspraak maken op
een vakantiegeld ten bedrage van 483,39 EUR, op voorwaarde dat de een vakantiegeld ten bedrage van 483,39 EUR, op voorwaarde dat de
werkgever bij wie de arbeider was tewerkgesteld op het ogenblik van werkgever bij wie de arbeider was tewerkgesteld op het ogenblik van
overlijden, onder het Paritair Comité voor het bouwbedrijf overlijden, onder het Paritair Comité voor het bouwbedrijf
ressorteert. ressorteert.
Voor de volgende jaren kan zij een vakantiegeld ten bedrage van 290,04 Voor de volgende jaren kan zij een vakantiegeld ten bedrage van 290,04
EUR ontvangen, op voorwaarde dat : EUR ontvangen, op voorwaarde dat :
- de overledene op het ogenblik van overlijden voldeed aan de - de overledene op het ogenblik van overlijden voldeed aan de
toekenningsvoorwaarden voorzien bij de artikelen 4 en 12 van de toekenningsvoorwaarden voorzien bij de artikelen 4 en 12 van de
hogervermelde kader-collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september hogervermelde kader-collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september
1998; 1998;
- de overledene op het ogenblik van overlijden minstens 45 jaar oud - de overledene op het ogenblik van overlijden minstens 45 jaar oud
was; was;
- zij het overlevingspensioen geniet uit hoofde van haar overleden - zij het overlevingspensioen geniet uit hoofde van haar overleden
echtgenoot; echtgenoot;
- zij niet is hertrouwd. - zij niet is hertrouwd.
HOOFDSTUK III. - Uitkeringsmodaliteiten van het vakantiegeld HOOFDSTUK III. - Uitkeringsmodaliteiten van het vakantiegeld

Art. 6.§ 1. Het vakantiegeld aan weduwen kan niet worden gecumuleerd

Art. 6.§ 1. Het vakantiegeld aan weduwen kan niet worden gecumuleerd

met het wettelijke vakantiegeld. met het wettelijke vakantiegeld.
§ 2. In geval van cumul gebeurt de toekenning van het vakantiegeld § 2. In geval van cumul gebeurt de toekenning van het vakantiegeld
volgens een prorata-regeling, waarbij 1/12de van het vakantiegeld aan volgens een prorata-regeling, waarbij 1/12de van het vakantiegeld aan
weduwen wordt toegekend voor elke maand die niet wordt gedekt door het weduwen wordt toegekend voor elke maand die niet wordt gedekt door het
wettelijke vakantiegeld. wettelijke vakantiegeld.
§ 3. Voor de toepassing van de prorata-regeling wordt een periode die § 3. Voor de toepassing van de prorata-regeling wordt een periode die
aanvangt voor de 16de van de maand, beschouwd als een volledige maand aanvangt voor de 16de van de maand, beschouwd als een volledige maand
en wordt een periode die aanvangt na de 15de van de maand, en wordt een periode die aanvangt na de 15de van de maand,
geneutraliseerd. geneutraliseerd.

Art. 7.Het vakantiegeld aan weduwen wordt uitbetaald tijdens het

Art. 7.Het vakantiegeld aan weduwen wordt uitbetaald tijdens het

vakantiejaar. vakantiejaar.
HOOFDSTUK IV. - Procedure HOOFDSTUK IV. - Procedure

Art. 8.De aanvraag voor toekenning van het door deze collectieve

Art. 8.De aanvraag voor toekenning van het door deze collectieve

arbeidsovereenkomst bedoelde voordeel moet bij het "Fonds voor arbeidsovereenkomst bedoelde voordeel moet bij het "Fonds voor
bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" (hierna bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" (hierna
F.B.Z.) worden ingediend via een daartoe bestemd formulier, dat kan F.B.Z.) worden ingediend via een daartoe bestemd formulier, dat kan
worden bekomen bij het F.B.Z. worden bekomen bij het F.B.Z.
De aanvraag kan worden ingediend hetzij door toedoen van een De aanvraag kan worden ingediend hetzij door toedoen van een
werknemersorganisatie die deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft werknemersorganisatie die deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft
ondertekend, hetzij rechtstreeks door de betrokkene. ondertekend, hetzij rechtstreeks door de betrokkene.
Wanneer het om een eerste aanvraag gaat, moet de aanvraag vergezeld Wanneer het om een eerste aanvraag gaat, moet de aanvraag vergezeld
worden van de nodige stavende documenten. worden van de nodige stavende documenten.

Art. 9.Het F.B.Z. stuurt jaarlijks een hernieuwingsformulier op aan

Art. 9.Het F.B.Z. stuurt jaarlijks een hernieuwingsformulier op aan

de gerechtigden op het door deze collectieve arbeidsovereenkomst de gerechtigden op het door deze collectieve arbeidsovereenkomst
bedoelde voordeel. Dit formulier moet behoorlijk worden ingevuld en bedoelde voordeel. Dit formulier moet behoorlijk worden ingevuld en
worden teruggestuurd naar het F.B.Z. worden teruggestuurd naar het F.B.Z.
De gerechtigde die het hernieuwingsformulier niet ambtshalve ontvangt, De gerechtigde die het hernieuwingsformulier niet ambtshalve ontvangt,
kan het bij het F.B.Z. bekomen. kan het bij het F.B.Z. bekomen.
HOOFDSTUK V. - Algemene bepalingen HOOFDSTUK V. - Algemene bepalingen

Art. 10.De aanduiding van de organismen die belast zijn met de

Art. 10.De aanduiding van de organismen die belast zijn met de

uitbetaling van de sociale voordelen aan de gerechtigden en met de uitbetaling van de sociale voordelen aan de gerechtigden en met de
controle met betrekking tot de toekenning van deze voordelen, gebeurt controle met betrekking tot de toekenning van deze voordelen, gebeurt
overeenkomstig de artikels 8 en 23 van de statuten van het F.B.Z. overeenkomstig de artikels 8 en 23 van de statuten van het F.B.Z.

Art. 11.De raad van bestuur van het F.B.Z. bepaalt de

Art. 11.De raad van bestuur van het F.B.Z. bepaalt de

uitvoeringsmodaliteiten en de procedure die moet worden gevolg bij het uitvoeringsmodaliteiten en de procedure die moet worden gevolg bij het
indienen en het behandelen van de aanvragen tot tussenkomst. indienen en het behandelen van de aanvragen tot tussenkomst.
De bijzondere gevallen die niet op grond van deze collectieve De bijzondere gevallen die niet op grond van deze collectieve
arbeidsovereenkomst kunnen worden opgelost, worden door de meest arbeidsovereenkomst kunnen worden opgelost, worden door de meest
gerede partij voorgelegd aan de raad van bestuur van het F.B.Z. gerede partij voorgelegd aan de raad van bestuur van het F.B.Z.
HOOFDSTUK VI. - Geldigheid HOOFDSTUK VI. - Geldigheid

Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1

Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1

januari 2001 en verstrijkt op 31 december 2002. januari 2001 en verstrijkt op 31 december 2002.

Art. 13.In afwijking op artikel 12, zijn de bedragen die in deze

Art. 13.In afwijking op artikel 12, zijn de bedragen die in deze

collectieve arbeidsovereenkomst zijn uitgedrukt in euro geldig vanaf 1 collectieve arbeidsovereenkomst zijn uitgedrukt in euro geldig vanaf 1
januari 2002. januari 2002.
Voor de periode van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2001, gelden Voor de periode van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2001, gelden
in plaats van de bedragen uitgedrukt in euro, de bedragen uitgedrukt in plaats van de bedragen uitgedrukt in euro, de bedragen uitgedrukt
in Belgische frank, overeenkomstig de volgende tabel : in Belgische frank, overeenkomstig de volgende tabel :
Artikel 2 Artikel 2
BEF EUR BEF EUR
54 000 1.338,63 54 000 1.338,63
32 400 803,18 32 400 803,18
Artikelen 3, 4 en 5 Artikelen 3, 4 en 5
BEF EUR BEF EUR
19 500 483,39 19 500 483,39
11 700 290,04 11 700 290,04
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 6 december Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 6 december
2005. 2005.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P. VANVELTHOVEN P. VANVELTHOVEN
^