← Terug naar "Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 april 1998 waarbij het Ministerie van Justitie gemachtigd wordt personen onder het stelsel van een arbeidsovereenkomst in dienst te nemen "
| Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 april 1998 waarbij het Ministerie van Justitie gemachtigd wordt personen onder het stelsel van een arbeidsovereenkomst in dienst te nemen | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 april 1998 waarbij het Ministerie van Justitie gemachtigd wordt personen onder het stelsel van een arbeidsovereenkomst in dienst te nemen |
|---|---|
| MINISTERIE VAN JUSTITIE | MINISTERIE VAN JUSTITIE |
| 6 DECEMBER 2000. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk | 6 DECEMBER 2000. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk |
| besluit van 3 april 1998 waarbij het Ministerie van Justitie | besluit van 3 april 1998 waarbij het Ministerie van Justitie |
| gemachtigd wordt personen onder het stelsel van een | gemachtigd wordt personen onder het stelsel van een |
| arbeidsovereenkomst in dienst te nemen | arbeidsovereenkomst in dienst te nemen |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op het koninklijk besluit van 3 april 1998 waarbij het | Gelet op het koninklijk besluit van 3 april 1998 waarbij het |
| Ministerie van Justitie gemachtigd wordt personen onder het stelsel | Ministerie van Justitie gemachtigd wordt personen onder het stelsel |
| van een arbeidsovereenkomst in dienst te nemen, gewijzigd bij het | van een arbeidsovereenkomst in dienst te nemen, gewijzigd bij het |
| koninklijk besluit van 13 juni 1999; | koninklijk besluit van 13 juni 1999; |
| Overwegende dat aan genoemd Departement ten behoeve van de | Overwegende dat aan genoemd Departement ten behoeve van de |
| buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen onverwijld toelating moet | buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen onverwijld toelating moet |
| verleend worden om contractueel personeel in dienst te nemen tot | verleend worden om contractueel personeel in dienst te nemen tot |
| wanneer statutaire betrekkingen in de personeelsformatie worden | wanneer statutaire betrekkingen in de personeelsformatie worden |
| opgevuld, dat zonder deze machtiging de Dienst Justitiehuizen zijn | opgevuld, dat zonder deze machtiging de Dienst Justitiehuizen zijn |
| opdrachten niet naar behoren kan vervullen; | opdrachten niet naar behoren kan vervullen; |
| Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 11 | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 11 |
| juli 2000; | juli 2000; |
| Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 26 | Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 26 |
| september 2000; | september 2000; |
| Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op | Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op |
| 11 juli 2000; | 11 juli 2000; |
| Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en op het advies van | Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en op het advies van |
| Onze in Raad vergaderde Ministers, | Onze in Raad vergaderde Ministers, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.In artikel 1, tweede lid, van het koninklijk besluit van 3 |
Artikel 1.In artikel 1, tweede lid, van het koninklijk besluit van 3 |
| april 1998 waarbij het Ministerie van Justitie gemachtigd wordt | april 1998 waarbij het Ministerie van Justitie gemachtigd wordt |
| personen onder het stelsel van een arbeidsovereenkomst in dienst te | personen onder het stelsel van een arbeidsovereenkomst in dienst te |
| nemen, wordt volgende rubriek toegevoegd : | nemen, wordt volgende rubriek toegevoegd : |
| "3° Buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen : | "3° Buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen : |
| justitieassistent 261" | justitieassistent 261" |
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 mei 2000 en |
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 mei 2000 en |
| treedt buitenwerking op 1 juli 2001. | treedt buitenwerking op 1 juli 2001. |
Art. 3.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit |
Art. 3.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit |
| besluit. | besluit. |
| Gegeven te Brussel, 6 december 2000. | Gegeven te Brussel, 6 december 2000. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, |
| M. VERWILGHEN | M. VERWILGHEN |