Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 05/12/2012
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december 2010, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de vaststelling van het bedrag van een eindejaarspremie "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december 2010, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de vaststelling van het bedrag van een eindejaarspremie Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december 2010, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de vaststelling van het bedrag van een eindejaarspremie
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
5 DECEMBER 2012. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend 5 DECEMBER 2012. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december
2010, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele 2010, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele
sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de vaststelling van het sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de vaststelling van het
bedrag van een eindejaarspremie (1) bedrag van een eindejaarspremie (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de
socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap; socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december 2010, overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december 2010,
gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van
de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de vaststelling van het bedrag van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de vaststelling van het bedrag van
een eindejaarspremie. een eindejaarspremie.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

dit besluit. dit besluit.
Gegeven te Brussel, 5 december 2012. Gegeven te Brussel, 5 december 2012.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
Mevr. M. DE CONINCK Mevr. M. DE CONINCK
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Subcomité Paritair Subcomité
voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap
Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december 2010 Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december 2010
Vaststelling van het bedrag van een eindejaarspremie (Overeenkomst Vaststelling van het bedrag van een eindejaarspremie (Overeenkomst
geregistreerd op 6 oktober 2011 onder het nummer 106147/CO/329.01) geregistreerd op 6 oktober 2011 onder het nummer 106147/CO/329.01)

Artikel 1.Deze overeenkomst is van toepassing op de werkgevers en de

Artikel 1.Deze overeenkomst is van toepassing op de werkgevers en de

werknemers van de organisaties die onder het Paritair Subcomité voor werknemers van de organisaties die onder het Paritair Subcomité voor
de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap vallen en die de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap vallen en die
gesubsidieerd worden door de Vlaamse overheid op basis van één of meer gesubsidieerd worden door de Vlaamse overheid op basis van één of meer
van de decreten en besluiten die als bijlage bij deze overeenkomst van de decreten en besluiten die als bijlage bij deze overeenkomst
zijn opgenomen. zijn opgenomen.
Zij is echter niet van toepassing op de deelsectoren basiseducatie en Zij is echter niet van toepassing op de deelsectoren basiseducatie en
deeltijdse vorming noch op de organisaties die onder een van de deeltijdse vorming noch op de organisaties die onder een van de
respectieve collectieve arbeidsovereenkomsten vallen betreffende een respectieve collectieve arbeidsovereenkomsten vallen betreffende een
eindejaarspremie voor het sociaal-cultureel werk, het opbouwwerk, de eindejaarspremie voor het sociaal-cultureel werk, het opbouwwerk, de
integratiecentra en de socioprofessionele inschakeling in Brussel. integratiecentra en de socioprofessionele inschakeling in Brussel.
Onder « werknemers » wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk Onder « werknemers » wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk
werklieden- en bediendepersoneel, met uitzondering van de werklieden- en bediendepersoneel, met uitzondering van de
doelgroepwerknemers (tijdelijke werkervarings- en doelgroepwerknemers (tijdelijke werkervarings- en
doorstromingscontracten). doorstromingscontracten).

Art. 2.De bijlage 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25

Art. 2.De bijlage 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25

november 2008 betreffende de toekenning van een eindejaarspremie wordt november 2008 betreffende de toekenning van een eindejaarspremie wordt
inzake de bestanddelen van de eindejaarspremie voor het jaar 2010 als inzake de bestanddelen van de eindejaarspremie voor het jaar 2010 als
volgt aangepast en vastgelegd : volgt aangepast en vastgelegd :
Toepasselijke bedragen van de eindejaarspremie Toepasselijke bedragen van de eindejaarspremie
2006 2006
2007 2007
2008 2008
2009 2009
2010 e.v./ss. 2010 e.v./ss.
Vast geïndexeerd gedeelte Vast geïndexeerd gedeelte
Partie fixe indexée Partie fixe indexée
62,33 EUR 62,33 EUR
139,34 EUR 139,34 EUR
530,85 EUR 530,85 EUR
606,23 EUR 606,23 EUR
702,75 EUR 702,75 EUR
Vast niet-geïndexeerd gedeelte Vast niet-geïndexeerd gedeelte
Partie fixe non indexée Partie fixe non indexée
11,02 EUR 11,02 EUR
22,03 EUR 22,03 EUR
33,05 EUR 33,05 EUR
44,06 EUR 44,06 EUR
55,08 EUR 55,08 EUR
Procentueel gedeelte Procentueel gedeelte
Partie proportionnelle Partie proportionnelle
0,18 pct./p.c. 0,18 pct./p.c.
0,39 pct./p.c. 0,39 pct./p.c.
0,79 pct./p.c. 0,79 pct./p.c.
1,00 pct./p.c. 1,00 pct./p.c.
1,21 pct./p.c. 1,21 pct./p.c.

Art. 3.Deze overeenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari

Art. 3.Deze overeenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari

2010 en is gesloten voor onbepaalde tijd. 2010 en is gesloten voor onbepaalde tijd.
Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen met een Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen met een
opzeggingstermijn van zes maanden, gericht bij een ter post opzeggingstermijn van zes maanden, gericht bij een ter post
aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité
voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap. voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 december Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 december
2012. 2012.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
Mevr. M. DE CONINCK Mevr. M. DE CONINCK
Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december 2010, Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december 2010,
gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van
de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de vaststelling van het bedrag van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de vaststelling van het bedrag van
een eindejaarspremie een eindejaarspremie
1. decreet van 7 mei 2004 houdende organisatie en subsidiëring van een 1. decreet van 7 mei 2004 houdende organisatie en subsidiëring van een
cultureelerfgoedbeleid; cultureelerfgoedbeleid;
2. decreet van 13 juli 2001 houdende het stimuleren van een 2. decreet van 13 juli 2001 houdende het stimuleren van een
kwalitatief en integraal lokaal cultuurbeleid, titel III, hoofdstuk kwalitatief en integraal lokaal cultuurbeleid, titel III, hoofdstuk
III, afdeling VI (openbaar bibliotheekwerk - voorzieningen voor III, afdeling VI (openbaar bibliotheekwerk - voorzieningen voor
bijzondere doelgroepen); bijzondere doelgroepen);
3. decreet van 13 juli 2001 houdende de regeling van de erkenning en 3. decreet van 13 juli 2001 houdende de regeling van de erkenning en
subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisaties en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisaties en
de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding; de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding;
4. decreet van 2 april 2004 houdende de subsidiering van 4. decreet van 2 april 2004 houdende de subsidiering van
kunstorganisaties, kunstenaars, organisaties voor kunsteducatie en kunstorganisaties, kunstenaars, organisaties voor kunsteducatie en
organisatie voor sociaal-artistieke werking, internationale organisatie voor sociaal-artistieke werking, internationale
initiatieven, publicaties en steunpunten; initiatieven, publicaties en steunpunten;
5. besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2000 houdende een 5. besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2000 houdende een
impuls- en ondersteuningsprogramma van de meerwaardeneconomie (buurt- impuls- en ondersteuningsprogramma van de meerwaardeneconomie (buurt-
en nabijheidsdiensten); en nabijheidsdiensten);
6. besluit van 24 juli 2001 van de Vlaamse Regering betreffende 6. besluit van 24 juli 2001 van de Vlaamse Regering betreffende
voorwaarden en procedures tot toekenning, wijziging en intrekking van voorwaarden en procedures tot toekenning, wijziging en intrekking van
projectgebonden subsidies uit het Europees Sociaal Fonds met projectgebonden subsidies uit het Europees Sociaal Fonds met
betrekking tot doelstelling nr. 3, zwaartepunten 1 en 2; betrekking tot doelstelling nr. 3, zwaartepunten 1 en 2;
7. programmadecreet van 30 december 1998 en besluit van de Vlaamse 7. programmadecreet van 30 december 1998 en besluit van de Vlaamse
Regering van 27 december 1993 tot veralgemening van het stelsel van Regering van 27 december 1993 tot veralgemening van het stelsel van
gesubsidieerde contractuelen; gesubsidieerde contractuelen;
8. besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1998 betreffende de 8. besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1998 betreffende de
arbeidstrajectbegeleiding voor personen met een handicap; arbeidstrajectbegeleiding voor personen met een handicap;
9. besluit van de Vlaamse Regering van 22 april 1997 betreffende de 9. besluit van de Vlaamse Regering van 22 april 1997 betreffende de
erkenning en de subsidiëring van centra voor beroepsopleiding of erkenning en de subsidiëring van centra voor beroepsopleiding of
omscholing van personen met een handicap; omscholing van personen met een handicap;
10. besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 1988 houdende de 10. besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 1988 houdende de
organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding; organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding;
11. decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van een publiekrechterlijk 11. decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van een publiekrechterlijk
vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap « Vlaamse Dienst voor vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap « Vlaamse Dienst voor
Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding »; Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding »;
12. besluit van de Vlaamse Regering van 4 juli 2003 tot erkenning en 12. besluit van de Vlaamse Regering van 4 juli 2003 tot erkenning en
subsidiëring van het Vlaams Steunpunt Lokale Netwerken Opleiding en subsidiëring van het Vlaams Steunpunt Lokale Netwerken Opleiding en
Tewerkstelling; Tewerkstelling;
13. besluit van 27 augustus 2004 betreffende de erkenning en 13. besluit van 27 augustus 2004 betreffende de erkenning en
subsidiëring van de centra voor loopbaandienstverlening; subsidiëring van de centra voor loopbaandienstverlening;
14. besluit van de Vlaamse Regering van 18 juli 2003 betreffende de 14. besluit van de Vlaamse Regering van 18 juli 2003 betreffende de
opleidings- en begeleidingscheques voor werknemers; opleidings- en begeleidingscheques voor werknemers;
15. decreet van 30 april 2004 betreffende het verwerven van een titel 15. decreet van 30 april 2004 betreffende het verwerven van een titel
van beroepsbekwaamheid; van beroepsbekwaamheid;
16. besluit van de Vlaamse Regering van 17 juni 1997 houdende 16. besluit van de Vlaamse Regering van 17 juni 1997 houdende
harmonisering van diverse stelsels werkervaringsprojecten; harmonisering van diverse stelsels werkervaringsprojecten;
17. besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1996 betreffende de 17. besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1996 betreffende de
brugprojecten; brugprojecten;
18. decreet van 7 mei 2004 betreffende de « Huizen van het Nederlands 18. decreet van 7 mei 2004 betreffende de « Huizen van het Nederlands
»; »;
19. besluit van de Vlaamse Regering van 4 juni 2004 houdende de 19. besluit van de Vlaamse Regering van 4 juni 2004 houdende de
toekenning van subsidies aan toeristische verenigingen voor de toekenning van subsidies aan toeristische verenigingen voor de
tewerkstelling van personeelsleden; tewerkstelling van personeelsleden;
20. decreet van 23 mei 2003 betreffende de indeling in zorgregio's en 20. decreet van 23 mei 2003 betreffende de indeling in zorgregio's en
betreffende de samenwerking en programmatie van betreffende de samenwerking en programmatie van
gezondheidsvoorzieningen en welzijnsvoorzieningen; gezondheidsvoorzieningen en welzijnsvoorzieningen;
21. besluit van de Vlaamse Regering van 31 juli 1991 inzake 21. besluit van de Vlaamse Regering van 31 juli 1991 inzake
gezondheidspromotie; gezondheidspromotie;
22. decreet van 21 maart 2003 betreffende de armoedebestrijding; 22. decreet van 21 maart 2003 betreffende de armoedebestrijding;
23. decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve 23. decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve
gezondheidsbeleid; gezondheidsbeleid;
24. decreet van 3 maart 2004 betreffende de eerstelijnsgezondheidszorg 24. decreet van 3 maart 2004 betreffende de eerstelijnsgezondheidszorg
en de samenwerking tussen de zorgaanbieders; en de samenwerking tussen de zorgaanbieders;
25. besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 1990 houdende 25. besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 1990 houdende
coördinatie en ondersteuning van de thuisverzorging; coördinatie en ondersteuning van de thuisverzorging;
26. decreet van 14 juli 1998 en besluit van 18 december 1998 houdende 26. decreet van 14 juli 1998 en besluit van 18 december 1998 houdende
de erkenning en de subsidiëring van de voorzieningen en verenigingen de erkenning en de subsidiëring van de voorzieningen en verenigingen
in de thuiszorg; in de thuiszorg;
27. decreet van 28 februari 2003 betreffende het Vlaamse 27. decreet van 28 februari 2003 betreffende het Vlaamse
inburgeringsbeleid; inburgeringsbeleid;
28. besluit van 10 oktober 2003 van de Vlaamse Regering tot 28. besluit van 10 oktober 2003 van de Vlaamse Regering tot
vaststelling van de bijzondere regelen inzake de erkenning en de vaststelling van de bijzondere regelen inzake de erkenning en de
subsidiëring van de milieu- en natuurverenigingen; subsidiëring van de milieu- en natuurverenigingen;
29. besluit van 27 juni 2003 van de Vlaamse Regering tot vaststelling 29. besluit van 27 juni 2003 van de Vlaamse Regering tot vaststelling
van de voorwaarden voor de erkenning van natuurreservaten en van van de voorwaarden voor de erkenning van natuurreservaten en van
terreinbeherende natuurverenigingen en houdende toekenning van terreinbeherende natuurverenigingen en houdende toekenning van
subsidies; subsidies;
30. besluit van 8 december 1998 van de Vlaamse Regering tot 30. besluit van 8 december 1998 van de Vlaamse Regering tot
vaststelling van de regelen voor de voorlopige en definitieve vaststelling van de regelen voor de voorlopige en definitieve
erkenning van regionale landschappen; erkenning van regionale landschappen;
31. besluit van 4 juni 2004 van de Vlaamse Regering houdende 31. besluit van 4 juni 2004 van de Vlaamse Regering houdende
vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning van Vlaamse vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning van Vlaamse
opvangcentra voor vogels en wilde dieren en houdende toekenning van opvangcentra voor vogels en wilde dieren en houdende toekenning van
subsidies; subsidies;
32. besluit van 14 mei 2004 van de Vlaamse Regering houdende de 32. besluit van 14 mei 2004 van de Vlaamse Regering houdende de
definitieve regularisatie en toekenning van een subsidie aan bepaalde definitieve regularisatie en toekenning van een subsidie aan bepaalde
initiatieven binnen polders, wateringen, milieu- en natuurverenigingen initiatieven binnen polders, wateringen, milieu- en natuurverenigingen
die personeelsleden tewerkstellen in een gewezen DAC-statuut; die personeelsleden tewerkstellen in een gewezen DAC-statuut;
33. de door de Vlaamse overheid nominatief gesubsidieerde 33. de door de Vlaamse overheid nominatief gesubsidieerde
organisaties. organisaties.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 december Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 december
2012. 2012.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
Mevr. M. DE CONINCK Mevr. M. DE CONINCK
^