← Terug naar "Koninklijk besluit tot invoering van bepalingen inzake de bevordering van vaste afgevaardigden in het koninklijk besluit van 8 maart 2009 tot uitvoering van de wet van 25 april 2007 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakorganisaties van de griffiers van de Rechterlijke Orde, de referendarissen bij het Hof van Cassatie en de referendarissen en parketjuristen bij de hoven en rechtbanken "
Koninklijk besluit tot invoering van bepalingen inzake de bevordering van vaste afgevaardigden in het koninklijk besluit van 8 maart 2009 tot uitvoering van de wet van 25 april 2007 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakorganisaties van de griffiers van de Rechterlijke Orde, de referendarissen bij het Hof van Cassatie en de referendarissen en parketjuristen bij de hoven en rechtbanken | Koninklijk besluit tot invoering van bepalingen inzake de bevordering van vaste afgevaardigden in het koninklijk besluit van 8 maart 2009 tot uitvoering van de wet van 25 april 2007 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakorganisaties van de griffiers van de Rechterlijke Orde, de referendarissen bij het Hof van Cassatie en de referendarissen en parketjuristen bij de hoven en rechtbanken |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE |
5 DECEMBER 2011. - Koninklijk besluit tot invoering van bepalingen | 5 DECEMBER 2011. - Koninklijk besluit tot invoering van bepalingen |
inzake de bevordering van vaste afgevaardigden in het koninklijk | inzake de bevordering van vaste afgevaardigden in het koninklijk |
besluit van 8 maart 2009 tot uitvoering van de wet van 25 april 2007 | besluit van 8 maart 2009 tot uitvoering van de wet van 25 april 2007 |
tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de | tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de |
vakorganisaties van de griffiers van de Rechterlijke Orde, de | vakorganisaties van de griffiers van de Rechterlijke Orde, de |
referendarissen bij het Hof van Cassatie en de referendarissen en | referendarissen bij het Hof van Cassatie en de referendarissen en |
parketjuristen bij de hoven en rechtbanken | parketjuristen bij de hoven en rechtbanken |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op artikel 108 van de Grondwet; | Gelet op artikel 108 van de Grondwet; |
Gelet op de wet van 25 april 2007 tot regeling van de betrekkingen | Gelet op de wet van 25 april 2007 tot regeling van de betrekkingen |
tussen de overheid en de vakorganisaties van de griffiers van de | tussen de overheid en de vakorganisaties van de griffiers van de |
Rechterlijke Orde, de referendarissen bij het Hof van Cassatie en de | Rechterlijke Orde, de referendarissen bij het Hof van Cassatie en de |
referendarissen en parketjuristen bij de hoven en rechtbanken, artikel | referendarissen en parketjuristen bij de hoven en rechtbanken, artikel |
14; | 14; |
Gelet op het koninklijk besluit van 8 maart 2009 tot uitvoering van de | Gelet op het koninklijk besluit van 8 maart 2009 tot uitvoering van de |
wet van 25 april 2007 tot regeling van de betrekkingen tussen de | wet van 25 april 2007 tot regeling van de betrekkingen tussen de |
overheid en de vakorganisaties van de griffiers van de Rechterlijke | overheid en de vakorganisaties van de griffiers van de Rechterlijke |
Orde, de referendarissen bij het Hof van Cassatie en de | Orde, de referendarissen bij het Hof van Cassatie en de |
referendarissen en parketjuristen bij de hoven en rechtbanken; | referendarissen en parketjuristen bij de hoven en rechtbanken; |
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 15 | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 15 |
juni 2011; | juni 2011; |
Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris van Begroting, | Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris van Begroting, |
gegeven op 21 september 2011; | gegeven op 21 september 2011; |
Gelet op het protocol van het onderhandelingscomité voor de griffiers, | Gelet op het protocol van het onderhandelingscomité voor de griffiers, |
referendarissen en parketjuristen van de Rechterlijke Orde van 30 | referendarissen en parketjuristen van de Rechterlijke Orde van 30 |
september 2011; | september 2011; |
Gelet op het advies 50.443/3 van de Raad van State, gegeven op 25 | Gelet op het advies 50.443/3 van de Raad van State, gegeven op 25 |
oktober 2011, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid 1°, van | oktober 2011, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid 1°, van |
de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. | de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. |
Op de voordracht van de Minister van Justitie, | Op de voordracht van de Minister van Justitie, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Artikel 36 van het koninklijk besluit van 8 maart 2009 tot |
Artikel 1.Artikel 36 van het koninklijk besluit van 8 maart 2009 tot |
uitvoering van de wet van 25 april 2007 tot regeling van de | uitvoering van de wet van 25 april 2007 tot regeling van de |
betrekkingen tussen de overheid en de vakorganisaties van de griffiers | betrekkingen tussen de overheid en de vakorganisaties van de griffiers |
van de Rechterlijke Orde, de referendarissen bij het Hof van Cassatie | van de Rechterlijke Orde, de referendarissen bij het Hof van Cassatie |
en de referendarissen en parketjuristen bij de hoven en rechtbanken | en de referendarissen en parketjuristen bij de hoven en rechtbanken |
wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende : | wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende : |
« § 4. Wordt de vaste afgevaardigde door een ander personeelslid | « § 4. Wordt de vaste afgevaardigde door een ander personeelslid |
voorbijgegaan, dan verkrijgt hij in overtal, op zijn aanvraag en | voorbijgegaan, dan verkrijgt hij in overtal, op zijn aanvraag en |
volgens de bepalingen van zijn statuut, een bevordering of enige | volgens de bepalingen van zijn statuut, een bevordering of enige |
andere soortgelijke verhoging in graad of in loopbaan, mits de | andere soortgelijke verhoging in graad of in loopbaan, mits de |
volgende drie voorwaarden zijn vervuld : | volgende drie voorwaarden zijn vervuld : |
1° de betrokkene is sinds ten minste twee jaar met vakbondsverlof in | 1° de betrokkene is sinds ten minste twee jaar met vakbondsverlof in |
de hoedanigheid van vaste afgevaardigde; | de hoedanigheid van vaste afgevaardigde; |
2° het bevorderde personeelslid behoort tot dezelfde taalgroep als de | 2° het bevorderde personeelslid behoort tot dezelfde taalgroep als de |
betrokkene; | betrokkene; |
3° het bevorderde personeelslid komt na de betrokkene in de | 3° het bevorderde personeelslid komt na de betrokkene in de |
rangschikking naar anciënniteit of in de rangschikking die met het oog | rangschikking naar anciënniteit of in de rangschikking die met het oog |
op bevordering of enige andere soortelijke verhoging in graad of in | op bevordering of enige andere soortelijke verhoging in graad of in |
loopbaan is vastgesteld door de wet of door andere reglementaire | loopbaan is vastgesteld door de wet of door andere reglementaire |
bepalingen. | bepalingen. |
De bevordering of enige andere soortgelijke verhoging in graad of in | De bevordering of enige andere soortgelijke verhoging in graad of in |
loopbaan wordt aan de vaste afgevaardigde toegekend op de datum van de | loopbaan wordt aan de vaste afgevaardigde toegekend op de datum van de |
bevordering naar aanleiding waarvan hij is voorbijgegaan. De eventuele | bevordering naar aanleiding waarvan hij is voorbijgegaan. De eventuele |
ranginneming mag niet verder terugwerken dan tot aan die bevordering. | ranginneming mag niet verder terugwerken dan tot aan die bevordering. |
Aan de vakbondsafgevaardigde kan geen nieuwe bevordering wegens | Aan de vakbondsafgevaardigde kan geen nieuwe bevordering wegens |
voorbijgang worden verleend binnen drie jaar na de vorige. » | voorbijgang worden verleend binnen drie jaar na de vorige. » |
Art. 2.De Minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering |
Art. 2.De Minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering |
van dit besluit. | van dit besluit. |
Brussel, 5 december 2011. | Brussel, 5 december 2011. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, |
St. DE CLERCK | St. DE CLERCK |