← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen, gelegen op het grondgebied van de stad Hoogstraten van algemeen nut wordt verklaard "
| Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen, gelegen op het grondgebied van de stad Hoogstraten van algemeen nut wordt verklaard | Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen, gelegen op het grondgebied van de stad Hoogstraten van algemeen nut wordt verklaard |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER | FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER |
| 4 SEPTEMBER 2002. - Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke | 4 SEPTEMBER 2002. - Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke |
| inbezitneming van sommige percelen, gelegen op het grondgebied van de | inbezitneming van sommige percelen, gelegen op het grondgebied van de |
| stad Hoogstraten van algemeen nut wordt verklaard | stad Hoogstraten van algemeen nut wordt verklaard |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 23 juli 1926 houdende oprichting van de Nationale | Gelet op de wet van 23 juli 1926 houdende oprichting van de Nationale |
| Maatschappij der Belgische Spoorwegen, inzonderheid op artikel 1bis , | Maatschappij der Belgische Spoorwegen, inzonderheid op artikel 1bis , |
| vervangen door de wet van 21 maart 1991; | vervangen door de wet van 21 maart 1991; |
| Gelet op de wet van 26 juli 1962 gewijzigd bij de wet van 7 juli 1978 | Gelet op de wet van 26 juli 1962 gewijzigd bij de wet van 7 juli 1978 |
| betreffende de onteigeningen ten algemenen nutte en de concessies voor | betreffende de onteigeningen ten algemenen nutte en de concessies voor |
| de bouw van de autosnelwegen, inzonderheid op artikel 5; | de bouw van de autosnelwegen, inzonderheid op artikel 5; |
| Gelet op de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van | Gelet op de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van |
| sommige economische overheidsbedrijven, inzonderheid op artikel 10, § | sommige economische overheidsbedrijven, inzonderheid op artikel 10, § |
| 2, 2°; | 2, 2°; |
| Gelet op het koninklijk besluit nr. A/99057/B48.2.3/J van 30 juni 1999 | Gelet op het koninklijk besluit nr. A/99057/B48.2.3/J van 30 juni 1999 |
| dat de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen die gelegen | dat de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen die gelegen |
| zijn op het grondgebied van de stad Hoogstraten en vereist zijn voor | zijn op het grondgebied van de stad Hoogstraten en vereist zijn voor |
| de oordeelkundige aanleg van de hogesnelheidslijn en de ermee gepaard | de oordeelkundige aanleg van de hogesnelheidslijn en de ermee gepaard |
| gaande uitrustingen, van openbaar nut verklaart; | gaande uitrustingen, van openbaar nut verklaart; |
| Overwegende dat de inbezitneming van bijkomende percelen te | Overwegende dat de inbezitneming van bijkomende percelen te |
| Hoogstraten, nodig is voor de aanleg van een tijdelijke opslagplaats | Hoogstraten, nodig is voor de aanleg van een tijdelijke opslagplaats |
| voor funderingsmateriaal; | voor funderingsmateriaal; |
| Overwegende dat de percelen die zijn aangeduid op het plan nr. L4-80.5 | Overwegende dat de percelen die zijn aangeduid op het plan nr. L4-80.5 |
| en gelegen te Hoogstraten de meest aangewezen gronden zijn voor de | en gelegen te Hoogstraten de meest aangewezen gronden zijn voor de |
| uitbreiding van boven vermelde opslagplaats voor funderingsmaterieel; | uitbreiding van boven vermelde opslagplaats voor funderingsmaterieel; |
| Overwegende dat de kalender voor de realisatie van de | Overwegende dat de kalender voor de realisatie van de |
| hogesnelheidslijn Antwerpen-Rotterdam in een verdrag met Nederland is | hogesnelheidslijn Antwerpen-Rotterdam in een verdrag met Nederland is |
| vastgelegd en bovendien gekoppeld is aan internationale afspraken | vastgelegd en bovendien gekoppeld is aan internationale afspraken |
| inzake de treindienst; | inzake de treindienst; |
| Overwegende dat ingevolge deze planning de hogesnelheidslijn tussen | Overwegende dat ingevolge deze planning de hogesnelheidslijn tussen |
| Antwerpen en Nederland tegen 1 juni 2005 in gebruik dient te worden | Antwerpen en Nederland tegen 1 juni 2005 in gebruik dient te worden |
| genomen; | genomen; |
| Overwegende dat wegens de vooropstaande duurtijd van de vereiste | Overwegende dat wegens de vooropstaande duurtijd van de vereiste |
| werkzaamheden derhalve de onmiddellijke inbezitneming van de bedoelde | werkzaamheden derhalve de onmiddellijke inbezitneming van de bedoelde |
| percelen ten algemene nutte onontbeerlijk is; | percelen ten algemene nutte onontbeerlijk is; |
| Op de voordracht van Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer, | Op de voordracht van Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Het algemeen nut vordert voor de uitvoering van de werken, |
Artikel 1.Het algemeen nut vordert voor de uitvoering van de werken, |
| kaderend in de aanleg van de hogesnelheidslijn tussen Antwerpen en | kaderend in de aanleg van de hogesnelheidslijn tussen Antwerpen en |
| Nederland, de onmiddellijke inbezitneming van de percelen gelegen op | Nederland, de onmiddellijke inbezitneming van de percelen gelegen op |
| het grondgebied van de stad Hoogstraten en opgenomen in het plan nr. | het grondgebied van de stad Hoogstraten en opgenomen in het plan nr. |
| L4-80.5, gevoegd bij dit besluit. | L4-80.5, gevoegd bij dit besluit. |
Art. 2.Bij gebrek aan afstand in der minne, worden de voor de werken |
Art. 2.Bij gebrek aan afstand in der minne, worden de voor de werken |
| benodigde en op voormeld plan aangewezen percelen ingenomen en bezet | benodigde en op voormeld plan aangewezen percelen ingenomen en bezet |
| overeenkomstig de wet van 26 juli 1962 betreffende de onteigeningen | overeenkomstig de wet van 26 juli 1962 betreffende de onteigeningen |
| ten algemenen nutte en de concessies voor de bouw van de | ten algemenen nutte en de concessies voor de bouw van de |
| autosnelwegen, inzonderheid artikel 5. | autosnelwegen, inzonderheid artikel 5. |
Art. 3.Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer is belast met de |
Art. 3.Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer is belast met de |
| uitvoering van dit besluit. | uitvoering van dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 4 september 2002. | Gegeven te Brussel, 4 september 2002. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Mobiliteit en Vervoer, | De Minister van Mobiliteit en Vervoer, |
| Mevr. I. DURANT | Mevr. I. DURANT |
| Bijlage bij het koninklijk besluit van 4 september 2002 | Bijlage bij het koninklijk besluit van 4 september 2002 |
| Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |