Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 46, 71, 137, 154 en 175 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering | Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 46, 71, 137, 154 en 175 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering |
---|---|
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID |
3 MEI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 46, | 3 MEI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 46, |
71, 137, 154 en 175 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 | 71, 137, 154 en 175 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 |
houdende de werkloosheidsreglementering (1) | houdende de werkloosheidsreglementering (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de | Gelet op de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de |
maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 7, | maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 7, |
gewijzigd bij de wetten van 14 juli 1951, 14 februari 1961, 16 april | gewijzigd bij de wetten van 14 juli 1951, 14 februari 1961, 16 april |
1963, 11 januari 1967, 10 oktober 1967, de koninklijke besluiten nr. | 1963, 11 januari 1967, 10 oktober 1967, de koninklijke besluiten nr. |
13 van 11 oktober 1978 en nr. 28 van 24 maart 1982, de wetten van 22 | 13 van 11 oktober 1978 en nr. 28 van 24 maart 1982, de wetten van 22 |
januari 1985, 30 december 1988, 26 juni 1992 en 30 maart 1994, het | januari 1985, 30 december 1988, 26 juni 1992 en 30 maart 1994, het |
koninklijk besluit van 14 november 1996 en de wetten van 13 maart 1997 | koninklijk besluit van 14 november 1996 en de wetten van 13 maart 1997 |
en 13 februari 1998; | en 13 februari 1998; |
Gelet op het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de | Gelet op het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de |
werkloosheidsreglementering, inzonderheid op de artikelen 46, | werkloosheidsreglementering, inzonderheid op de artikelen 46, |
gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 13 december 1996 en 9 maart | gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 13 december 1996 en 9 maart |
1999, 71, 137, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 januari | 1999, 71, 137, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 januari |
1993, 25 mei 1993, 22 november 1995, 22 december 1995, 9 juni 1997 en | 1993, 25 mei 1993, 22 november 1995, 22 december 1995, 9 juni 1997 en |
8 augustus 1997, 154, en 175, gewijzigd bij de koninklijke besluiten | 8 augustus 1997, 154, en 175, gewijzigd bij de koninklijke besluiten |
van 30 maart 1994, 12 augustus 1994 en 4 april 1995; | van 30 maart 1994, 12 augustus 1994 en 4 april 1995; |
Gelet op de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de | Gelet op de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de |
instellingen van openbaar nut van sociale zekerheid en sociale | instellingen van openbaar nut van sociale zekerheid en sociale |
voorzorg, inzonderheid op artikel 15; | voorzorg, inzonderheid op artikel 15; |
Gelet op de dringende noodzakelijkheid; | Gelet op de dringende noodzakelijkheid; |
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 | 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 |
juli 1989 en 4 augustus 1996; | juli 1989 en 4 augustus 1996; |
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat | Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat |
nieuwe wettelijke bepalingen inzake tijdelijke werkloosheid in werking | nieuwe wettelijke bepalingen inzake tijdelijke werkloosheid in werking |
getreden zijn op 1 januari 1999; dat zo snel mogelijk | getreden zijn op 1 januari 1999; dat zo snel mogelijk |
uitvoeringsmaatregelen dienen genomen te worden ten einde, enerzijds | uitvoeringsmaatregelen dienen genomen te worden ten einde, enerzijds |
de administratieve formaliteiten te vereenvoudigen, en anderzijds een | de administratieve formaliteiten te vereenvoudigen, en anderzijds een |
meer doeltreffende controle te verzekeren en de wetgeving beter te | meer doeltreffende controle te verzekeren en de wetgeving beter te |
laten respecteren; dat deze bepalingen zo snel mogelijk ter kennis | laten respecteren; dat deze bepalingen zo snel mogelijk ter kennis |
dienen gebracht te worden van de administraties belast met de | dienen gebracht te worden van de administraties belast met de |
uitvoering ervan en van de werknemers en de werkgevers zodat deze | uitvoering ervan en van de werknemers en de werkgevers zodat deze |
nieuwe bepalingen binnen de gestelde termijnen in werking zouden | nieuwe bepalingen binnen de gestelde termijnen in werking zouden |
kunnen treden, rekening houdend met inzonderheid de omvang van de | kunnen treden, rekening houdend met inzonderheid de omvang van de |
voorbereidende administratieve werkzaamheden; | voorbereidende administratieve werkzaamheden; |
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, | Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Artikel 46, § 2, van het koninklijk besluit van 25 november |
Artikel 1.Artikel 46, § 2, van het koninklijk besluit van 25 november |
1991 houdende de werkloosheidsreglementering wordt aangevuld met het | 1991 houdende de werkloosheidsreglementering wordt aangevuld met het |
volgende lid : | volgende lid : |
« De mobiliteitsvergoeding die toegekend wordt aan de werkman die | « De mobiliteitsvergoeding die toegekend wordt aan de werkman die |
ressorteert onder het paritair comité van het bouwbedrijf, wordt niet | ressorteert onder het paritair comité van het bouwbedrijf, wordt niet |
als loon beschouwd, indien zij betrekking heeft op een dag waarvoor de | als loon beschouwd, indien zij betrekking heeft op een dag waarvoor de |
werkman die het werk niet kan aanvatten, krachtens de | werkman die het werk niet kan aanvatten, krachtens de |
uitvoeringsbesluiten van artikel 27, tweede lid, van de wet van 3 juli | uitvoeringsbesluiten van artikel 27, tweede lid, van de wet van 3 juli |
1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, geen recht heeft op loon. | 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, geen recht heeft op loon. |
». | ». |
Art. 2.Artikel 71 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de |
Art. 2.Artikel 71 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de |
volgende leden : | volgende leden : |
« De werknemer die tijdelijk werkloos wordt gesteld ingevolge een | « De werknemer die tijdelijk werkloos wordt gesteld ingevolge een |
schorsing van de arbeidsovereenkomst krachtens de artikelen 50 of 51 | schorsing van de arbeidsovereenkomst krachtens de artikelen 50 of 51 |
van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, moet | van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, moet |
de in het eerste lid vermelde verplichtingen in ieder geval naleven | de in het eerste lid vermelde verplichtingen in ieder geval naleven |
vanaf de dag die overeenkomstig de uitvoeringsbesluiten van voormeld | vanaf de dag die overeenkomstig de uitvoeringsbesluiten van voormeld |
artikel 50 of van voormeld artikel 51, § 3quater, aan de Rijksdienst | artikel 50 of van voormeld artikel 51, § 3quater, aan de Rijksdienst |
werd medegedeeld als de eerste dag van de werkelijke schorsing van de | werd medegedeeld als de eerste dag van de werkelijke schorsing van de |
uitvoering van de overeenkomst. | uitvoering van de overeenkomst. |
De tijdelijk werkloze die de verplichtingen van het eerste lid niet | De tijdelijk werkloze die de verplichtingen van het eerste lid niet |
kan naleven aangezien de werkgever de controlekaart niet heeft | kan naleven aangezien de werkgever de controlekaart niet heeft |
overhandigd, moet onmiddellijk contact opnemen met het | overhandigd, moet onmiddellijk contact opnemen met het |
werkloosheidsbureau door middel van een telefonisch contact, een | werkloosheidsbureau door middel van een telefonisch contact, een |
telefaxbericht of een persoonlijke aanmelding, ten einde een | telefaxbericht of een persoonlijke aanmelding, ten einde een |
vervangende controlekaart te bekomen. ». | vervangende controlekaart te bekomen. ». |
Art. 3.Artikel 137 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
Art. 3.Artikel 137 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
koninklijke besluiten van 11 januari 1993, 25 mei 1993, 22 november | koninklijke besluiten van 11 januari 1993, 25 mei 1993, 22 november |
1995, 22 december 1995, 9 juni 1997 en 8 augustus 1997, wordt | 1995, 22 december 1995, 9 juni 1997 en 8 augustus 1997, wordt |
aangevuld met de volgende paragraaf : | aangevuld met de volgende paragraaf : |
« § 4. In afwijking van § 1, 2°, overhandigt de werkgever die | « § 4. In afwijking van § 1, 2°, overhandigt de werkgever die |
ressorteert onder het paritair comité van het bouwbedrijf uit eigen | ressorteert onder het paritair comité van het bouwbedrijf uit eigen |
beweging aan zijn werklieden : | beweging aan zijn werklieden : |
1° vóór de aanvang van elke maand, een nominatieve controlekaart | 1° vóór de aanvang van elke maand, een nominatieve controlekaart |
inzake tijdelijke werkloosheid, ter beschikking gesteld door het Fonds | inzake tijdelijke werkloosheid, ter beschikking gesteld door het Fonds |
voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf; | voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf; |
2° bij het einde van een maand tijdens dewelke de uitvoering van de | 2° bij het einde van een maand tijdens dewelke de uitvoering van de |
arbeidsovereenkomst effectief geschorst werd zoals bedoeld in § 1, 2°, | arbeidsovereenkomst effectief geschorst werd zoals bedoeld in § 1, 2°, |
een « bewijs van tijdelijke werkloosheid »; dit bewijs wordt in dubbel | een « bewijs van tijdelijke werkloosheid »; dit bewijs wordt in dubbel |
afgeleverd in de gevallen bedoeld in artikel 133, § 1, 4° en 5°. | afgeleverd in de gevallen bedoeld in artikel 133, § 1, 4° en 5°. |
De werkgever die ingevolge de recente indienstname van de werkman nog | De werkgever die ingevolge de recente indienstname van de werkman nog |
niet in het bezit is van de kaart bedoeld in het eerste lid, 1°, | niet in het bezit is van de kaart bedoeld in het eerste lid, 1°, |
overhandigt aan de werkman vóór de aanvang van de arbeid een | overhandigt aan de werkman vóór de aanvang van de arbeid een |
niet-nominatieve genummerde controlekaart voor de maand van | niet-nominatieve genummerde controlekaart voor de maand van |
indiensttreding en, in de door de Minister bepaalde gevallen, voor de | indiensttreding en, in de door de Minister bepaalde gevallen, voor de |
daaropvolgende maand. De Minister bepaalt aan wie de werkgever het | daaropvolgende maand. De Minister bepaalt aan wie de werkgever het |
nummer van deze kaart mededeelt, alsmede de wijze waarop de mededeling | nummer van deze kaart mededeelt, alsmede de wijze waarop de mededeling |
geschiedt. | geschiedt. |
De werkgever overhandigt op vraag van de werkman, in geval van verlies | De werkgever overhandigt op vraag van de werkman, in geval van verlies |
of diefstal van de in het eerste lid, 1°, of de in het tweede lid | of diefstal van de in het eerste lid, 1°, of de in het tweede lid |
bedoelde kaart, een niet-nominatieve genummerde controlekaart geldend | bedoelde kaart, een niet-nominatieve genummerde controlekaart geldend |
als duplicaat. De Minister bepaalt aan wie de werkgever het nummer van | als duplicaat. De Minister bepaalt aan wie de werkgever het nummer van |
deze kaart mededeelt, alsmede de wijze waarop de mededeling geschiedt. | deze kaart mededeelt, alsmede de wijze waarop de mededeling geschiedt. |
Het in het vorige lid bedoelde duplicaat kan slechts leiden tot de | Het in het vorige lid bedoelde duplicaat kan slechts leiden tot de |
betaling van uitkeringen nadat de directeur van het | betaling van uitkeringen nadat de directeur van het |
werkloosheidsbureau hiertoe toestemming verleent. De directeur houdt | werkloosheidsbureau hiertoe toestemming verleent. De directeur houdt |
bij het verlenen van zijn toestemming rekening met de aanwijzingen van | bij het verlenen van zijn toestemming rekening met de aanwijzingen van |
goede of kwade trouw en met het feit of het verlies een al dan niet | goede of kwade trouw en met het feit of het verlies een al dan niet |
repetitief karakter vertoont. | repetitief karakter vertoont. |
De in het eerste lid bedoelde werkgever mag de werkman slechts | De in het eerste lid bedoelde werkgever mag de werkman slechts |
tewerkstellen nadat hij heeft vastgesteld of laten vaststellen dat | tewerkstellen nadat hij heeft vastgesteld of laten vaststellen dat |
deze op zijn controlekaart melding heeft gemaakt van de | deze op zijn controlekaart melding heeft gemaakt van de |
arbeidsprestaties die tijdens de beschouwde dag in zijn dienst worden | arbeidsprestaties die tijdens de beschouwde dag in zijn dienst worden |
verricht. Deze bepaling geldt evenwel slechts in de periode te rekenen | verricht. Deze bepaling geldt evenwel slechts in de periode te rekenen |
vanaf de dag die overeenkomstig de uitvoeringsbesluiten van artikel 50 | vanaf de dag die overeenkomstig de uitvoeringsbesluiten van artikel 50 |
of van artikel 51, § 3quater, van de wet van 3 juli 1978 betreffende | of van artikel 51, § 3quater, van de wet van 3 juli 1978 betreffende |
de arbeidsovereenkomsten, aan de Rijksdienst werd medegedeeld als de | de arbeidsovereenkomsten, aan de Rijksdienst werd medegedeeld als de |
eerste dag van de werkelijke schorsing van de uitvoering van de | eerste dag van de werkelijke schorsing van de uitvoering van de |
overeenkomst tot op het einde van de betrokken kalendermaand. | overeenkomst tot op het einde van de betrokken kalendermaand. |
De in onderhavige paragraaf bedoelde werkgever wordt vrijgesteld van | De in onderhavige paragraaf bedoelde werkgever wordt vrijgesteld van |
de in § 3 bedoelde verplichting. | de in § 3 bedoelde verplichting. |
In geval van schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst in | In geval van schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst in |
toepassing van artikel 28, 1°, van de wet van 3 juli 1978 betreffende | toepassing van artikel 28, 1°, van de wet van 3 juli 1978 betreffende |
de arbeidsovereenkomsten wordt toepassing gemaakt van de bepaling van | de arbeidsovereenkomsten wordt toepassing gemaakt van de bepaling van |
§ 1, 2°. ». | § 1, 2°. ». |
Art. 4.Artikel 154 van hetzelfde besluit, wordt aangevuld met het |
Art. 4.Artikel 154 van hetzelfde besluit, wordt aangevuld met het |
volgende lid : | volgende lid : |
« De vorige leden zijn niet toepasselijk op de tijdelijk werkloze, | « De vorige leden zijn niet toepasselijk op de tijdelijk werkloze, |
bedoeld in artikel 71, vierde lid, die onmiddellijk contact heeft | bedoeld in artikel 71, vierde lid, die onmiddellijk contact heeft |
opgenomen met het werkloosheidsbureau, doch nog niet in het bezit is | opgenomen met het werkloosheidsbureau, doch nog niet in het bezit is |
van een vervangende controlekaart aangezien de aangifte niet gepaard | van een vervangende controlekaart aangezien de aangifte niet gepaard |
ging met een persoonlijke aanmelding. ». | ging met een persoonlijke aanmelding. ». |
Art. 5.Artikel 175, 1°, a), van hetzelfde besluit wordt aangevuld als |
Art. 5.Artikel 175, 1°, a), van hetzelfde besluit wordt aangevuld als |
volgt : | volgt : |
« , die nagelaten heeft het nummer van de controlekaart en de daarbij | « , die nagelaten heeft het nummer van de controlekaart en de daarbij |
horende gegevens overeenkomstig het uitvoeringsbesluit van artikel | horende gegevens overeenkomstig het uitvoeringsbesluit van artikel |
137, § 4, tweede of derde lid mede te delen, terwijl hij daartoe | 137, § 4, tweede of derde lid mede te delen, terwijl hij daartoe |
verplicht was of die, tijdens de periode bedoeld in artikel 137, § 4, | verplicht was of die, tijdens de periode bedoeld in artikel 137, § 4, |
vijfde lid, een werkman die op zijn controlekaart geen melding heeft | vijfde lid, een werkman die op zijn controlekaart geen melding heeft |
gemaakt van de arbeidsprestaties, heeft tewerkgesteld. ». | gemaakt van de arbeidsprestaties, heeft tewerkgesteld. ». |
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 1999. |
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 1999. |
Art. 7.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de |
Art. 7.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de |
uitvoering van dit besluit. | uitvoering van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 3 mei 1999. | Gegeven te Brussel, 3 mei 1999. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, | De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, |
Mevr. M. SMET | Mevr. M. SMET |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
Besluitwet van 28 december 1944, Belgisch Staatsblad van 30 december | Besluitwet van 28 december 1944, Belgisch Staatsblad van 30 december |
1944. | 1944. |
Wet van 14 juli 1951, Belgisch Staatsblad van 16 december 1951. | Wet van 14 juli 1951, Belgisch Staatsblad van 16 december 1951. |
Wet van 14 februari 1961, Belgisch Staatsblad van 15 februari 1961. | Wet van 14 februari 1961, Belgisch Staatsblad van 15 februari 1961. |
Wet van 16 april 1963, Belgisch Staatsblad van 23 april 1963. | Wet van 16 april 1963, Belgisch Staatsblad van 23 april 1963. |
Wet van 11 januari 1967, Belgisch Staatsblad van 14 januari 1967. | Wet van 11 januari 1967, Belgisch Staatsblad van 14 januari 1967. |
Wet van 10 oktober 1967, Belgisch Staatsblad van 31 oktober 1967. | Wet van 10 oktober 1967, Belgisch Staatsblad van 31 oktober 1967. |
Koninklijk besluit nr. 13 van 11 oktober 1978, Belgisch Staatsblad van | Koninklijk besluit nr. 13 van 11 oktober 1978, Belgisch Staatsblad van |
31 oktober 1978. | 31 oktober 1978. |
Koninklijk besluit nr. 28 van 24 maart 1982, Belgisch Staatsblad van | Koninklijk besluit nr. 28 van 24 maart 1982, Belgisch Staatsblad van |
26 maart 1982. | 26 maart 1982. |
Wet van 22 januari 1985, Belgisch Staatsblad van 24 januari 1985. | Wet van 22 januari 1985, Belgisch Staatsblad van 24 januari 1985. |
Wet van 30 december 1988, Belgisch Staatsblad van 5 januari 1989. | Wet van 30 december 1988, Belgisch Staatsblad van 5 januari 1989. |
Wet van 26 juni 1992, Belgisch Staatsblad van 30 juni 1992. | Wet van 26 juni 1992, Belgisch Staatsblad van 30 juni 1992. |
Wet van 30 maart 1994, Belgisch Staatsblad van 31 maart 1994. | Wet van 30 maart 1994, Belgisch Staatsblad van 31 maart 1994. |
Koninklijk besluit van 14 november 1996, Belgisch Staatsblad van 31 | Koninklijk besluit van 14 november 1996, Belgisch Staatsblad van 31 |
december 1996. | december 1996. |
Wet van 13 maart 1997, Belgisch Staatsblad van 10 juni 1997. | Wet van 13 maart 1997, Belgisch Staatsblad van 10 juni 1997. |
Wet van 13 februari 1998, Belgisch Staatsblad van 19 februari 1998. | Wet van 13 februari 1998, Belgisch Staatsblad van 19 februari 1998. |
Koninklijk besluit van 25 november 1991, Belgisch Staatsblad van 31 | Koninklijk besluit van 25 november 1991, Belgisch Staatsblad van 31 |
december 1991. | december 1991. |
Koninklijk besluit van 11 januari 1993, Belgisch Staatsblad van 21 | Koninklijk besluit van 11 januari 1993, Belgisch Staatsblad van 21 |
januari 1993. | januari 1993. |
Koninklijk besluit van 25 mei 1993, Belgisch Staatsblad van 28 mei | Koninklijk besluit van 25 mei 1993, Belgisch Staatsblad van 28 mei |
1993. | 1993. |
Koninklijk besluit van 30 maart 1994, Belgisch Staatsblad van 1 april | Koninklijk besluit van 30 maart 1994, Belgisch Staatsblad van 1 april |
1994. | 1994. |
Koninklijk besluit van 12 augustus 1994, Belgisch Staatsblad van 1 | Koninklijk besluit van 12 augustus 1994, Belgisch Staatsblad van 1 |
september 1994. | september 1994. |
Koninklijk besluit van 4 april 1995, Belgisch Staatsblad van 12 mei | Koninklijk besluit van 4 april 1995, Belgisch Staatsblad van 12 mei |
1995. | 1995. |
Koninklijk besluit van 22 november 1995, Belgisch Staatsblad van 8 | Koninklijk besluit van 22 november 1995, Belgisch Staatsblad van 8 |
december 1995. | december 1995. |
Koninklijk besluit van 22 december 1995, Belgisch Staatsblad van 13 | Koninklijk besluit van 22 december 1995, Belgisch Staatsblad van 13 |
januari 1996. | januari 1996. |
Koninklijk besluit van 13 december 1996, Belgisch Staatsblad van 31 | Koninklijk besluit van 13 december 1996, Belgisch Staatsblad van 31 |
december 1996. | december 1996. |
Koninklijk besluit van 9 juni 1997, Belgisch Staatsblad van 21 juni | Koninklijk besluit van 9 juni 1997, Belgisch Staatsblad van 21 juni |
1997. | 1997. |
Koninklijk besluit van 8 augustus 1997, Belgisch Staatsblad van 9 | Koninklijk besluit van 8 augustus 1997, Belgisch Staatsblad van 9 |
september 1997. | september 1997. |
Koninklijk besluit van 9 maart 1999, Belgisch Staatsblad van 19 maart | Koninklijk besluit van 9 maart 1999, Belgisch Staatsblad van 19 maart |
1999. | 1999. |