Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen, betreffende de arbeidsduur van de deeltijds tewerkgestelde werknemers | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen, betreffende de arbeidsduur van de deeltijds tewerkgestelde werknemers |
---|---|
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID |
2 APRIL 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 2 APRIL 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999, |
gesloten in het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de | gesloten in het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de |
schoonheidszorgen, betreffende de arbeidsduur van de deeltijds | schoonheidszorgen, betreffende de arbeidsduur van de deeltijds |
tewerkgestelde werknemers (1) | tewerkgestelde werknemers (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 maart 1994, | Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 maart 1994, |
gesloten in het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de | gesloten in het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de |
schoonheidszorgen, betreffende de arbeidsduur voor deeltijds | schoonheidszorgen, betreffende de arbeidsduur voor deeltijds |
tewerkgestelde werknemers, algemeen verbindend verklaard bij | tewerkgestelde werknemers, algemeen verbindend verklaard bij |
koninklijk besluit van 18 januari 1995, inzonderheid de artikelen 2 en | koninklijk besluit van 18 januari 1995, inzonderheid de artikelen 2 en |
3; | 3; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het kappersbedrijf | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het kappersbedrijf |
en de schoonheidszorgen; | en de schoonheidszorgen; |
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, | Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999, |
gesloten in het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de | gesloten in het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de |
schoonheidszorgen, betreffende de arbeidsduur van de deeltijds | schoonheidszorgen, betreffende de arbeidsduur van de deeltijds |
tewerkgestelde werknemers. | tewerkgestelde werknemers. |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
van dit besluit. | van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 2 april 2001. | Gegeven te Brussel, 2 april 2001. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Koninklijk besluit van 18 januari 1995, Belgisch Staatsblad van 20 | Koninklijk besluit van 18 januari 1995, Belgisch Staatsblad van 20 |
april 1995. | april 1995. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen | Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999 |
Arbeidsduur van de deeltijds tewerkgestelde werknemers (Overeenkomst | Arbeidsduur van de deeltijds tewerkgestelde werknemers (Overeenkomst |
geregistreerd op 30 juli 1999 onder het nummer 51846/CO/314) | geregistreerd op 30 juli 1999 onder het nummer 51846/CO/314) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
de werkgevers en de werknemers van de fitness- en afslankingscentra | de werkgevers en de werknemers van de fitness- en afslankingscentra |
die ressorteren onder het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en | die ressorteren onder het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en |
de schoonheidszorgen. | de schoonheidszorgen. |
Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt | Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt |
onder "werknemers" verstaan : de werknemers van de categorie | onder "werknemers" verstaan : de werknemers van de categorie |
"specialisten" (artikel 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van | "specialisten" (artikel 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van |
18 mei 1992 geregistreerd onder het nummer 31158/CO/314). | 18 mei 1992 geregistreerd onder het nummer 31158/CO/314). |
HOOFDSTUK II. - Bepalingen | HOOFDSTUK II. - Bepalingen |
Art. 2.In afwijking van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 |
Art. 2.In afwijking van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 |
maart 1994 (koninklijk besluit van 18 januari 1995, Belgisch | maart 1994 (koninklijk besluit van 18 januari 1995, Belgisch |
Staatsblad van 20 april 1995) betreffende de arbeidsduur voor | Staatsblad van 20 april 1995) betreffende de arbeidsduur voor |
deeltijds tewerkgestelde werknemers, artikelen 2 en 3, wordt de | deeltijds tewerkgestelde werknemers, artikelen 2 en 3, wordt de |
minimale wekelijkse duur teruggebracht tot minimaal 4 uur met een | minimale wekelijkse duur teruggebracht tot minimaal 4 uur met een |
minimum van 2 uur per prestatie. | minimum van 2 uur per prestatie. |
Art. 3.De ondernemingen die willen afwijken van deze collectieve |
Art. 3.De ondernemingen die willen afwijken van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst moeten een collectieve arbeidsovereenkomst | arbeidsovereenkomst moeten een collectieve arbeidsovereenkomst |
sluiten, goedgekeurd door de gewestelijke secretarissen van minstens | sluiten, goedgekeurd door de gewestelijke secretarissen van minstens |
twee vakbondsorganisaties vertegenwoordigd in het paritair comité. | twee vakbondsorganisaties vertegenwoordigd in het paritair comité. |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst zal vervolgens ter goedkeuring | Deze collectieve arbeidsovereenkomst zal vervolgens ter goedkeuring |
worden voorgelegd aan het paritair comité. | worden voorgelegd aan het paritair comité. |
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen | HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen |
Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt voor onbepaalde |
Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt voor onbepaalde |
tijd gesloten. Zij treedt in werking vanaf 1 januari 1999 en kan | tijd gesloten. Zij treedt in werking vanaf 1 januari 1999 en kan |
worden opgezegd door elk van de ondertekenende partijen met een | worden opgezegd door elk van de ondertekenende partijen met een |
opzeggingstermijn van drie maanden. De opzegging wordt gericht bij een | opzeggingstermijn van drie maanden. De opzegging wordt gericht bij een |
ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité | ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité |
voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen. | voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 april | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 april |
2001. | 2001. |
De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |