Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen, inzake de inspanningen voor vorming en opleiding ten behoeve van de risicogroepen | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen, inzake de inspanningen voor vorming en opleiding ten behoeve van de risicogroepen |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
1 SEPTEMBER 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 1 SEPTEMBER 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 2003, | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 2003, |
gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de | gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de |
sociale werkplaatsen, inzake de inspanningen voor vorming en opleiding | sociale werkplaatsen, inzake de inspanningen voor vorming en opleiding |
ten behoeve van de risicogroepen (1) | ten behoeve van de risicogroepen (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de beschutte | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de beschutte |
werkplaatsen en de sociale werkplaatsen; | werkplaatsen en de sociale werkplaatsen; |
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, | Op de voordracht van Onze Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 2003, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 2003, gesloten |
in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale | in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale |
werkplaatsen, inzake de inspanningen voor vorming en opleiding ten | werkplaatsen, inzake de inspanningen voor vorming en opleiding ten |
behoeve van de risicogroepen. | behoeve van de risicogroepen. |
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit |
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit |
besluit. | besluit. |
Gegeven te Brussel, 1 september 2004. | Gegeven te Brussel, 1 september 2004. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE | Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale | Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale |
werkplaatsen | werkplaatsen |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 2003 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 2003 |
Inspanningen voor vorming en opleiding ten behoeve van de | Inspanningen voor vorming en opleiding ten behoeve van de |
risicogroepen (Overeenkomst geregistreerd op 14 oktober 2003 onder het | risicogroepen (Overeenkomst geregistreerd op 14 oktober 2003 onder het |
nummer 68058/CO/327) | nummer 68058/CO/327) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
de werkgevers en de werknemers van de sociale werkplaatsen die | de werkgevers en de werknemers van de sociale werkplaatsen die |
ressorteren onder het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen | ressorteren onder het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen |
en de sociale werkplaatsen en die erkend zijn door de Vlaamse | en de sociale werkplaatsen en die erkend zijn door de Vlaamse |
Gemeenschap. | Gemeenschap. |
Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk | Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk |
arbeiders- en bediendepersoneel. | arbeiders- en bediendepersoneel. |
HOOFDSTUK II. - Juridisch kader | HOOFDSTUK II. - Juridisch kader |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten in uitvoering |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten in uitvoering |
van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en | van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en |
tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen (Belgisch | tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen (Belgisch |
Staatsblad van 1 augustus 1996) en in uitvoering van hoofdstuk II, | Staatsblad van 1 augustus 1996) en in uitvoering van hoofdstuk II, |
afdeling 1 van de wet van 5 september 2001 tot de verbetering van de | afdeling 1 van de wet van 5 september 2001 tot de verbetering van de |
werkgelegenheidsgraad van de werknemers (Belgisch Staatsblad van 15 | werkgelegenheidsgraad van de werknemers (Belgisch Staatsblad van 15 |
september 2001). | september 2001). |
De collectieve arbeidsovereenkomst houdt eveneens rekening met de | De collectieve arbeidsovereenkomst houdt eveneens rekening met de |
bepalingen van het interprofessioneel akkoord van 17 januari 2003. | bepalingen van het interprofessioneel akkoord van 17 januari 2003. |
HOOFDSTUK III. - Vormingsinitiatieven ten behoeve van risicogroepen | HOOFDSTUK III. - Vormingsinitiatieven ten behoeve van risicogroepen |
Art. 3.Overeenkomstig artikel 2 van het koninklijk besluit van 27 |
Art. 3.Overeenkomstig artikel 2 van het koninklijk besluit van 27 |
januari 1997 houdende maatregelen tot bevordering van de | januari 1997 houdende maatregelen tot bevordering van de |
werkgelegenheid, in toepassing van artikel 7, § 2 van de wet van 26 | werkgelegenheid, in toepassing van artikel 7, § 2 van de wet van 26 |
juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve | juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve |
vrijwaring van het concurrentievermogen, wordt er voorzien om via het | vrijwaring van het concurrentievermogen, wordt er voorzien om via het |
"Fonds voor bestaanszekerheid in de sociale werkplaatsen", hierna het | "Fonds voor bestaanszekerheid in de sociale werkplaatsen", hierna het |
"fonds" genaamd, de inspanning van 0,10 pct. der niet begrensde | "fonds" genaamd, de inspanning van 0,10 pct. der niet begrensde |
brutolonen vanaf 2002 te gebruiken om opleidings- en | brutolonen vanaf 2002 te gebruiken om opleidings- en |
herscholingsacties te organiseren voor de werknemers zoals bedoeld in | herscholingsacties te organiseren voor de werknemers zoals bedoeld in |
artikel 5 van deze overeenkomst. | artikel 5 van deze overeenkomst. |
Art. 4.In toepassing van artikel 2 van zijn statuten wordt het fonds |
Art. 4.In toepassing van artikel 2 van zijn statuten wordt het fonds |
belast met de uitvoering van de desbetreffende bepalingen van deze | belast met de uitvoering van de desbetreffende bepalingen van deze |
collectieve arbeidsovereenkomst, met de organisatie van de opleidings- | collectieve arbeidsovereenkomst, met de organisatie van de opleidings- |
en tewerkstellingsinitiatieven ten behoeve van de risicogroepen. | en tewerkstellingsinitiatieven ten behoeve van de risicogroepen. |
Art. 5.Voor de toepassing van dit hoofdstuk worden onder |
Art. 5.Voor de toepassing van dit hoofdstuk worden onder |
"risicogroepen" bedoeld : de personen die aan één van de volgende | "risicogroepen" bedoeld : de personen die aan één van de volgende |
criteria beantwoorden : | criteria beantwoorden : |
- de laaggeschoolde of onvoldoende geschoolde jongeren; | - de laaggeschoolde of onvoldoende geschoolde jongeren; |
- de werkzoekenden; | - de werkzoekenden; |
- de werknemers van de sector die door ondernemingen tewerkgesteld | - de werknemers van de sector die door ondernemingen tewerkgesteld |
zijn en die getroffen worden door economische werkloosheid; | zijn en die getroffen worden door economische werkloosheid; |
- de laaggeschoolde of onvoldoende geschoolde werknemers van de | - de laaggeschoolde of onvoldoende geschoolde werknemers van de |
sector; | sector; |
- de werknemers van de sector die minstens 50 jaar oud zijn; | - de werknemers van de sector die minstens 50 jaar oud zijn; |
- de werknemers met een handicap; | - de werknemers met een handicap; |
- de werknemers van de sector wiens beroepskwalificatie en/of | - de werknemers van de sector wiens beroepskwalificatie en/of |
vaardigheden aan de technische vooruitgang niet meer is aangepast of | vaardigheden aan de technische vooruitgang niet meer is aangepast of |
het risico lopen het niet meer te zijn; | het risico lopen het niet meer te zijn; |
- deelnemers aan initiatieven inzake arbeidszorg; | - deelnemers aan initiatieven inzake arbeidszorg; |
- personen tewerkgesteld in het kader van artikel 60, § 7 van de | - personen tewerkgesteld in het kader van artikel 60, § 7 van de |
openbare centra voor maatschappelijk welzijn-wetgeving. | openbare centra voor maatschappelijk welzijn-wetgeving. |
De raad van beheer van het fonds kan bijkomende categorieën | De raad van beheer van het fonds kan bijkomende categorieën |
vastleggen. | vastleggen. |
HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen en geldigheidsduur | HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen en geldigheidsduur |
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
ingang van 1 januari 2003 en treedt buiten werking op 31 december | ingang van 1 januari 2003 en treedt buiten werking op 31 december |
2004. | 2004. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 september | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 september |
2004. | 2004. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE | Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE |