← Terug naar "Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 29 april 1999 genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit van 28 april 1999 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten "
Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 29 april 1999 genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit van 28 april 1999 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten | Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 29 april 1999 genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit van 28 april 1999 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten |
---|---|
MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, | MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, |
VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU | VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU |
31 MEI 2000. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel | 31 MEI 2000. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel |
besluit van 29 april 1999 genomen ter uitvoering van het koninklijk | besluit van 29 april 1999 genomen ter uitvoering van het koninklijk |
besluit van 28 april 1999 tot vaststelling van de personeelsformatie | besluit van 28 april 1999 tot vaststelling van de personeelsformatie |
van de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en | van de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en |
plaatselijke overheidsdiensten | plaatselijke overheidsdiensten |
De Minister van Binnenlandse Zaken en de Minister van Sociale Zaken, | De Minister van Binnenlandse Zaken en de Minister van Sociale Zaken, |
Gelet op het koninklijk besluit van 28 april 1999 tot vaststelling van | Gelet op het koninklijk besluit van 28 april 1999 tot vaststelling van |
de personeelsformatie van de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de | de personeelsformatie van de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de |
provinciale en plaatselijke overheidsdiensten; | provinciale en plaatselijke overheidsdiensten; |
Gelet op het gemotiveerd advies van het Basisoverlegcomité van de | Gelet op het gemotiveerd advies van het Basisoverlegcomité van de |
Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke | Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke |
overheidsdiensten gegeven op 7 juli 1999; | overheidsdiensten gegeven op 7 juli 1999; |
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor | Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor |
sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke | sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke |
overheidsdiensten; | overheidsdiensten; |
Gelet op het advies van de afgevaardigde van de Minister van | Gelet op het advies van de afgevaardigde van de Minister van |
financiën, gegeven op 10 september 1999; | financiën, gegeven op 10 september 1999; |
Gelet op de akkoordbevinding van de minister van Begroting, gegeven op | Gelet op de akkoordbevinding van de minister van Begroting, gegeven op |
1 maart 2000; | 1 maart 2000; |
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken, | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken, |
gegeven op 1 februari 2000, | gegeven op 1 februari 2000, |
Besluit : | Besluit : |
Artikel 1.In artikel 1 van het ministerieel besluit van 29 april 1999 |
Artikel 1.In artikel 1 van het ministerieel besluit van 29 april 1999 |
genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit van 28 april 1999 | genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit van 28 april 1999 |
tot vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor | tot vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor |
sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten | sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten |
worden de volgende bepalingen : | worden de volgende bepalingen : |
« 1 van de 8 betrekkingen van eerstaanwezend maatschappelijk assistent | « 1 van de 8 betrekkingen van eerstaanwezend maatschappelijk assistent |
wordt bezoldigd in de weddenschaal 28 F »; | wordt bezoldigd in de weddenschaal 28 F »; |
« 3 van de 17 betrekkingen van eerstaanwezend sociaal controleur | « 3 van de 17 betrekkingen van eerstaanwezend sociaal controleur |
worden bezoldigd in de wedddenschaal 28 J »; | worden bezoldigd in de wedddenschaal 28 J »; |
« 6 van de 32 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de | « 6 van de 32 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de |
weddenschaal 30 F »; | weddenschaal 30 F »; |
« 8 van de 32 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de | « 8 van de 32 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de |
weddenschaal 30 H »; | weddenschaal 30 H »; |
« 1 van de 7 betrekkingen van beambte kan bezoldigd worden in de | « 1 van de 7 betrekkingen van beambte kan bezoldigd worden in de |
weddenschaal 42 D »; | weddenschaal 42 D »; |
vervangen door de onderstaande bepalingen : | vervangen door de onderstaande bepalingen : |
« 2 van de 8 betrekkingen van eerstaanwezend maatschappelijk assistent | « 2 van de 8 betrekkingen van eerstaanwezend maatschappelijk assistent |
worden bezoldigd in de weddenschaal 28 F; | worden bezoldigd in de weddenschaal 28 F; |
« 4 van de 17 betrekkingen van eerstaanwezend sociaal controleur | « 4 van de 17 betrekkingen van eerstaanwezend sociaal controleur |
worden bezoldigd in de weddenschaal 28 J »; | worden bezoldigd in de weddenschaal 28 J »; |
« 7 van de 32 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de | « 7 van de 32 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de |
weddenschaal 30 F »; | weddenschaal 30 F »; |
« 9 van de 32 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de | « 9 van de 32 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de |
weddenschaal 30 H »; | weddenschaal 30 H »; |
« 2 van de 7 betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de | « 2 van de 7 betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de |
weddenschaal 42 D »; | weddenschaal 42 D »; |
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 1999. |
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 1999. |
Brussel, 31 mei 2000. | Brussel, 31 mei 2000. |
De Minister van Binnenlandse Zaken, | De Minister van Binnenlandse Zaken, |
A. DUQUESNE | A. DUQUESNE |
De Minister van Sociale Zaken, | De Minister van Sociale Zaken, |
F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE |