Ministerieel besluit tot toekenning van een toelage aan sommige ambtenaren van de buitendiensten van het Directoraat-generaal Strafinrichtingen die bij mandaat voltijds aangewezen zijn in de functie van opleider bij de penitentiaire centra voor basisopleiding | Ministerieel besluit tot toekenning van een toelage aan sommige ambtenaren van de buitendiensten van het Directoraat-generaal Strafinrichtingen die bij mandaat voltijds aangewezen zijn in de functie van opleider bij de penitentiaire centra voor basisopleiding |
---|---|
MINISTERIE VAN JUSTITIE | MINISTERIE VAN JUSTITIE |
30 JULI 2001. - Ministerieel besluit tot toekenning van een toelage | 30 JULI 2001. - Ministerieel besluit tot toekenning van een toelage |
aan sommige ambtenaren van de buitendiensten van het | aan sommige ambtenaren van de buitendiensten van het |
Directoraat-generaal Strafinrichtingen die bij mandaat voltijds | Directoraat-generaal Strafinrichtingen die bij mandaat voltijds |
aangewezen zijn in de functie van opleider bij de penitentiaire centra | aangewezen zijn in de functie van opleider bij de penitentiaire centra |
voor basisopleiding | voor basisopleiding |
De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, |
Gelet op het koninklijk besluit van 26 maart 1965 houdende de algemene | Gelet op het koninklijk besluit van 26 maart 1965 houdende de algemene |
regeling van de vergoedingen en toelagen van alle aard toegekend aan | regeling van de vergoedingen en toelagen van alle aard toegekend aan |
het personeel der ministeries, gewijzigd bij de koninklijke besluiten | het personeel der ministeries, gewijzigd bij de koninklijke besluiten |
van 6 februari 1967 en 2 maart 1989; | van 6 februari 1967 en 2 maart 1989; |
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 11 | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 11 |
juli 2000; | juli 2000; |
Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 5 | Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 5 |
februari 2001; | februari 2001; |
Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op | Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op |
9 januari 2001; | 9 januari 2001; |
Gelet op het protocol nr. 216 van 20 juni 2001 van het Sectorcomité | Gelet op het protocol nr. 216 van 20 juni 2001 van het Sectorcomité |
III-Justitie; | III-Justitie; |
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli | 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli |
1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; | 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; |
Gelet op de dringende noodzakelijkheid; | Gelet op de dringende noodzakelijkheid; |
Overwegende dat het aantal nieuwe penitentiair beambten voortdurend | Overwegende dat het aantal nieuwe penitentiair beambten voortdurend |
stijgt ingevolge de reductie van de arbeidsduur op jaarbasis, de | stijgt ingevolge de reductie van de arbeidsduur op jaarbasis, de |
toename van de bewakingsopdrachten en de oprichting van nieuwe | toename van de bewakingsopdrachten en de oprichting van nieuwe |
inrichtingen; | inrichtingen; |
Overwegende dat de penitentiaire centra voor basisopleiding op een | Overwegende dat de penitentiaire centra voor basisopleiding op een |
permanente wijze moeten kunnen functioneren om de opleiding van de | permanente wijze moeten kunnen functioneren om de opleiding van de |
recruten te verzekeren; | recruten te verzekeren; |
Overwegende dat de ambtenaren die bij mandaat voltijds aangewezen zijn | Overwegende dat de ambtenaren die bij mandaat voltijds aangewezen zijn |
in de functie van opleider bij de penitentiaire centra voor | in de functie van opleider bij de penitentiaire centra voor |
basisopleiding en die niet behoren tot het niveau 1 gehouden zijn | basisopleiding en die niet behoren tot het niveau 1 gehouden zijn |
zowel theoretisch als praktisch onderricht te geven; | zowel theoretisch als praktisch onderricht te geven; |
Overwegende dat het noodzakelijk is aan die ambtenaren een | Overwegende dat het noodzakelijk is aan die ambtenaren een |
maandelijkse forfaitaire toelage toe te kennen daar zij voor de duur | maandelijkse forfaitaire toelage toe te kennen daar zij voor de duur |
van hun mandaat geen recht hebben op reis- of verblijfsvergoedingen en | van hun mandaat geen recht hebben op reis- of verblijfsvergoedingen en |
geen onregelmatige prestaties meer kunnen doen waardoor zij | geen onregelmatige prestaties meer kunnen doen waardoor zij |
inkomstenverlies hebben, | inkomstenverlies hebben, |
Besluit : | Besluit : |
Artikel 1.Aan de ambtenaren, bekleed met een graad van de loopbaan |
Artikel 1.Aan de ambtenaren, bekleed met een graad van de loopbaan |
van penitentiair beambte, die bij mandaat voltijds aangewezen zijn in | van penitentiair beambte, die bij mandaat voltijds aangewezen zijn in |
de functie van opleider bij de penitentiaire centra voor | de functie van opleider bij de penitentiaire centra voor |
basisopleiding wordt een maandelijkse forfaitaire toelage van 235,50 | basisopleiding wordt een maandelijkse forfaitaire toelage van 235,50 |
EUR toegekend. | EUR toegekend. |
Art. 2.De toelage bedoeld in artikel 1 wordt maandelijks en na |
Art. 2.De toelage bedoeld in artikel 1 wordt maandelijks en na |
vervallen termijn betaald. | vervallen termijn betaald. |
De mobiliteitsregeling die geldt voor de wedden van het personeel der | De mobiliteitsregeling die geldt voor de wedden van het personeel der |
ministeries geldt eveneens voor deze maandelijkse toelage. | ministeries geldt eveneens voor deze maandelijkse toelage. |
Zij wordt gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01. | Zij wordt gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01. |
Art. 3.Wanneer een ambtenaar aangewezen wordt in de functie van |
Art. 3.Wanneer een ambtenaar aangewezen wordt in de functie van |
opleider of van die opdacht ontlast wordt in de loop van een | opleider of van die opdacht ontlast wordt in de loop van een |
kalendermaand, wordt voor die periode de in artikel 1 genoemde toelage | kalendermaand, wordt voor die periode de in artikel 1 genoemde toelage |
proportioneel herleid naar rato van één dertigste per kalenderdag. | proportioneel herleid naar rato van één dertigste per kalenderdag. |
Art. 4.Voor de ambtenaren bedoeld in artikel 1 houdt het ministerieel |
Art. 4.Voor de ambtenaren bedoeld in artikel 1 houdt het ministerieel |
besluit van 9 januari 1975 tot bepaling van het bedrag van de | besluit van 9 januari 1975 tot bepaling van het bedrag van de |
vergoedingen welke dienen toegekend aan de ambtenaren en beambten | vergoedingen welke dienen toegekend aan de ambtenaren en beambten |
belast met het geven van cursussen en voordrachten voor het personeel | belast met het geven van cursussen en voordrachten voor het personeel |
der strafinrichtingen, inzonderheid artikel 2, laatste aanhaling, op | der strafinrichtingen, inzonderheid artikel 2, laatste aanhaling, op |
van toepassing te zijn op de datum van de inwerkingtreding van dit | van toepassing te zijn op de datum van de inwerkingtreding van dit |
besluit. | besluit. |
Art. 5.Voor de periode vanaf de datum van inwerkingtreding van dit |
Art. 5.Voor de periode vanaf de datum van inwerkingtreding van dit |
besluit tot 31 december 2001, geldt in de plaats van het bedrag van | besluit tot 31 december 2001, geldt in de plaats van het bedrag van |
235,50 EUR, vermeld in artikel 1, het bedrag van 9 500 BEF. | 235,50 EUR, vermeld in artikel 1, het bedrag van 9 500 BEF. |
Art. 6.Dit besluit treedt in werking de eerste dag van de maand |
Art. 6.Dit besluit treedt in werking de eerste dag van de maand |
volgend op de datum waarop het in het Belgisch Staatsblad | volgend op de datum waarop het in het Belgisch Staatsblad |
bekendgemaakt wordt. | bekendgemaakt wordt. |
Brussel, 30 juli2001. | Brussel, 30 juli2001. |
M. VERWILGHEN | M. VERWILGHEN |