| Ministerieel besluit houdende aanwijzing van de inzake beoordeling bevoegde ambtenaren van de Centrale dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap | Ministerieel besluit houdende aanwijzing van de inzake beoordeling bevoegde ambtenaren van de Centrale dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap |
|---|---|
| MINISTERIE VAN LANDSVERDEDIGING | MINISTERIE VAN LANDSVERDEDIGING |
| 28 APRIL 1998. - Ministerieel besluit houdende aanwijzing van de | 28 APRIL 1998. - Ministerieel besluit houdende aanwijzing van de |
| inzake beoordeling bevoegde ambtenaren van de Centrale dienst voor | inzake beoordeling bevoegde ambtenaren van de Centrale dienst voor |
| sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire | sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire |
| gemeenschap | gemeenschap |
| De Minister van Landsverdediging | De Minister van Landsverdediging |
| Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het | Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het |
| statuut van het rijkspersoneel, zoals het door latere besluiten werd | statuut van het rijkspersoneel, zoals het door latere besluiten werd |
| gewijzigd, inzonderheid op de artikelen 56 tot 62; | gewijzigd, inzonderheid op de artikelen 56 tot 62; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 7 augustus 1939 betreffende de | Gelet op het koninklijk besluit van 7 augustus 1939 betreffende de |
| beoordeling en de loopbaan van het rijkspersoneel, zoals het door | beoordeling en de loopbaan van het rijkspersoneel, zoals het door |
| latere besluiten werd gewijzigd, inzonderheid op de artikelen 1 tot | latere besluiten werd gewijzigd, inzonderheid op de artikelen 1 tot |
| 20; | 20; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1973 tot vaststelling | Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1973 tot vaststelling |
| van het statuut van het personeel van sommige instellingen van | van het statuut van het personeel van sommige instellingen van |
| openbaar nut, inzonderheid op artikel 17 gewijzigd bij het koninklijk | openbaar nut, inzonderheid op artikel 17 gewijzigd bij het koninklijk |
| besluit van 17 maart 1995; | besluit van 17 maart 1995; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 3 oktober 1978 tot vaststelling | Gelet op het koninklijk besluit van 3 oktober 1978 tot vaststelling |
| van het statuut van het personeel van de Centrale Dienst voor sociale | van het statuut van het personeel van de Centrale Dienst voor sociale |
| en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire | en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire |
| gemeenschap; | gemeenschap; |
| Gelet op het advies van de Directieraad; | Gelet op het advies van de Directieraad; |
| Gelet op het protocol van 31 maart 1998 waarin de conclusies van de | Gelet op het protocol van 31 maart 1998 waarin de conclusies van de |
| onderhandeling gevoerd in het sectorcomité XIV worden vermeld, | onderhandeling gevoerd in het sectorcomité XIV worden vermeld, |
| Besluit : | Besluit : |
Artikel 1.De ambtenaren van de Centrale Dienst voor sociale en |
Artikel 1.De ambtenaren van de Centrale Dienst voor sociale en |
| culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap | culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap |
| die voorkomen in de tabel bijgevoegd aan dit besluit worden aangewezen | die voorkomen in de tabel bijgevoegd aan dit besluit worden aangewezen |
| als bevoegde hiërarchische meerderen die gemachtigd zijn om inzake | als bevoegde hiërarchische meerderen die gemachtigd zijn om inzake |
| beoordeling : | beoordeling : |
| a) de feiten in te schrijven op de individuele fiche; | a) de feiten in te schrijven op de individuele fiche; |
| b) de voorstellen inzake beoordeling en ongunstige vermelding op te | b) de voorstellen inzake beoordeling en ongunstige vermelding op te |
| maken. | maken. |
Art. 2.Als de krachtens artikel 1 aangewezen ambtenaar niet tot |
Art. 2.Als de krachtens artikel 1 aangewezen ambtenaar niet tot |
| dezelfde taalrol als de betrokkene behoort en geen wettelijk | dezelfde taalrol als de betrokkene behoort en geen wettelijk |
| vastgestelde voldoende kennis van de taal van de betrokkene bezit, | vastgestelde voldoende kennis van de taal van de betrokkene bezit, |
| zullen de bij deze bepalingen voorgeschreven bevoegdheden, | zullen de bij deze bepalingen voorgeschreven bevoegdheden, |
| onverminderd de toepassing van het koninklijk besluit van 30 november | onverminderd de toepassing van het koninklijk besluit van 30 november |
| 1966 betreffende de aanwijzing van tweetalige adjuncten in de centrale | 1966 betreffende de aanwijzing van tweetalige adjuncten in de centrale |
| diensten, worden uitgeoefend door de ambtenaar die in de hiërarchie | diensten, worden uitgeoefend door de ambtenaar die in de hiërarchie |
| van het betrokken personeelslid met de graad is bekleed welke het | van het betrokken personeelslid met de graad is bekleed welke het |
| dichtst die benadert van de bij dit besluit gevoegde tabel aangewezen | dichtst die benadert van de bij dit besluit gevoegde tabel aangewezen |
| ambtenaar en die de gestelde voorwaarden vervult. | ambtenaar en die de gestelde voorwaarden vervult. |
Art. 3.De Administrateur-generaal van de Centrale Dienst voor sociale |
Art. 3.De Administrateur-generaal van de Centrale Dienst voor sociale |
| en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire | en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire |
| gemeenschap kent de beoordeling toe aan de ambtenaren van niveau 3 en | gemeenschap kent de beoordeling toe aan de ambtenaren van niveau 3 en |
| de ongunstige vermelding aan de ambtenaren van niveau 4. | de ongunstige vermelding aan de ambtenaren van niveau 4. |
Art. 4.Het ministerieel besluit van 30 april 1981 houdende aanwijzing |
Art. 4.Het ministerieel besluit van 30 april 1981 houdende aanwijzing |
| van de inzake beoordeling bevoegde ambtenaren van de Centrale Dienst | van de inzake beoordeling bevoegde ambtenaren van de Centrale Dienst |
| voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de | voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de |
| militaire gemeenschap wordt opgeheven. | militaire gemeenschap wordt opgeheven. |
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 1997. |
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 1997. |
| Brussel, 28 april 1998. | Brussel, 28 april 1998. |
| J.P. PONCELET | J.P. PONCELET |
| Bijlage bij het ministerieel besluit van 28 april 1998 | Bijlage bij het ministerieel besluit van 28 april 1998 |
| Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
| Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 28 april | Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 28 april |
| 1998 houdende aanwijzing van de inzake beoordeling bevoegde ambtenaren | 1998 houdende aanwijzing van de inzake beoordeling bevoegde ambtenaren |
| van de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van | van de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van |
| de leden van de militaire gemeenschap. | de leden van de militaire gemeenschap. |
| J.P. PONCELET | J.P. PONCELET |