| Ministerieel besluit betreffende de uitgifte van de Staatsbon op 5 jaar, verlengbaar tot 7 jaar - 4 september 1998-2003-2005, en de Staatsbon 3/5/7 met herzienbare en gewaarborgde minimumrentevoet, 4 september 1998-2001-2003-2005 | Ministerieel besluit betreffende de uitgifte van de Staatsbon op 5 jaar, verlengbaar tot 7 jaar - 4 september 1998-2003-2005, en de Staatsbon 3/5/7 met herzienbare en gewaarborgde minimumrentevoet, 4 september 1998-2001-2003-2005 |
|---|---|
| MINISTERIE VAN FINANCIEN | MINISTERIE VAN FINANCIEN |
| 21 AUGUSTUS 1998. - Ministerieel besluit betreffende de uitgifte van | 21 AUGUSTUS 1998. - Ministerieel besluit betreffende de uitgifte van |
| de Staatsbon op 5 jaar, verlengbaar tot 7 jaar - 4 september | de Staatsbon op 5 jaar, verlengbaar tot 7 jaar - 4 september |
| 1998-2003-2005, en de Staatsbon 3/5/7 met herzienbare en gewaarborgde | 1998-2003-2005, en de Staatsbon 3/5/7 met herzienbare en gewaarborgde |
| minimumrentevoet, 4 september 1998-2001-2003-2005 | minimumrentevoet, 4 september 1998-2001-2003-2005 |
| De Minister van Financiën, | De Minister van Financiën, |
| Gelet op het koninklijk besluit van 10 juni 1996 betreffende de | Gelet op het koninklijk besluit van 10 juni 1996 betreffende de |
| uitgifte van de Staatsbons, inzonderheid de artikelen 6, 10 en 21, | uitgifte van de Staatsbons, inzonderheid de artikelen 6, 10 en 21, |
| gewijzigd bij het koninklijk besluit van 2 juni 1997; | gewijzigd bij het koninklijk besluit van 2 juni 1997; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 21 januari 1998 dat de Minister | Gelet op het koninklijk besluit van 21 januari 1998 dat de Minister |
| van Financiën machtigt tot de voortzetting in 1998, van de uitgifte | van Financiën machtigt tot de voortzetting in 1998, van de uitgifte |
| van de leningen genaamd « Lineaire obligaties » en van de uitgifte van | van de leningen genaamd « Lineaire obligaties » en van de uitgifte van |
| de leningen genaamd « Staatsbons », inzonderheid het artikel 1, 2°, | de leningen genaamd « Staatsbons », inzonderheid het artikel 1, 2°, |
| Besluit : | Besluit : |
Artikel 1.Er wordt overgegaan tot de uitgifte van twee leningen |
Artikel 1.Er wordt overgegaan tot de uitgifte van twee leningen |
| respectievelijk genaamd : « Staatsbon op 5 jaar verlengbaar tot 7 jaar | respectievelijk genaamd : « Staatsbon op 5 jaar verlengbaar tot 7 jaar |
| » en « Staatsbon 3/5/7 met herzienbare en gewaarborgde | » en « Staatsbon 3/5/7 met herzienbare en gewaarborgde |
| minimum-rentevoet ». | minimum-rentevoet ». |
Art. 2.De Staatsbon op 5 jaar, verlengbaar tot 7 jaar - 4 september |
Art. 2.De Staatsbon op 5 jaar, verlengbaar tot 7 jaar - 4 september |
| 1998-2003-2005 - rent 4,20 pct. 's jaars vanaf 4 september 1998 tot 3 | 1998-2003-2005 - rent 4,20 pct. 's jaars vanaf 4 september 1998 tot 3 |
| september 2003. Deze rente blijft behouden ingeval de optie tot | september 2003. Deze rente blijft behouden ingeval de optie tot |
| verlenging wordt uitgeoefend, hetzij voor de periode van 4 september | verlenging wordt uitgeoefend, hetzij voor de periode van 4 september |
| 2003 tot 3 september 2005. | 2003 tot 3 september 2005. |
Art. 3.De Staatsbon 3/5/7 met herzienbare en gewaarborgde |
Art. 3.De Staatsbon 3/5/7 met herzienbare en gewaarborgde |
| minimumrentevoet - 4 september 1998-2001-2003-2005 - rent 4,00 pct.'s | minimumrentevoet - 4 september 1998-2001-2003-2005 - rent 4,00 pct.'s |
| jaars vanaf 4 september 1998 tot 3 september 2001. | jaars vanaf 4 september 1998 tot 3 september 2001. |
| Voor de periode gaande van 4 september 2001 tot 3 september 2003, is | Voor de periode gaande van 4 september 2001 tot 3 september 2003, is |
| de faciale rentevoet van deze Staatsbon gelijk aan de rentevoet van de | de faciale rentevoet van deze Staatsbon gelijk aan de rentevoet van de |
| lineaire obligaties uitgegeven door de Staat waarvan de residuele | lineaire obligaties uitgegeven door de Staat waarvan de residuele |
| looptijd twee jaar is, zonder dat hij mag lager zijn dan 4,20 pct. | looptijd twee jaar is, zonder dat hij mag lager zijn dan 4,20 pct. |
| Voor de periode gaande van 4 september 2003 tot 3 september 2005, is | Voor de periode gaande van 4 september 2003 tot 3 september 2005, is |
| de faciale rentevoet van deze Staatsbon gelijk aan de rentevoet van de | de faciale rentevoet van deze Staatsbon gelijk aan de rentevoet van de |
| lineaire obligaties uitgegeven door de Staat waarvan de residuele | lineaire obligaties uitgegeven door de Staat waarvan de residuele |
| looptijd twee jaar is, zonder dat hij mag lager zijn dan 4,50 pct. | looptijd twee jaar is, zonder dat hij mag lager zijn dan 4,50 pct. |
Art. 4.De openbare inschrijving op deze twee Staatsbons zoals bedoeld |
Art. 4.De openbare inschrijving op deze twee Staatsbons zoals bedoeld |
| in artikel 12 van het koninklijk besluit van 10 juni 1996, wordt | in artikel 12 van het koninklijk besluit van 10 juni 1996, wordt |
| opengesteld op 26 augustus 1998; zij wordt afgesloten op 3 september | opengesteld op 26 augustus 1998; zij wordt afgesloten op 3 september |
| 1998. De datum van betaling is vastgesteld op 4 september 1998. De | 1998. De datum van betaling is vastgesteld op 4 september 1998. De |
| betaling is volledig in speciën. | betaling is volledig in speciën. |
Art. 5.De uitgifteprijs van de Staatsbon op 5 jaar verlengbaar tot 7 |
Art. 5.De uitgifteprijs van de Staatsbon op 5 jaar verlengbaar tot 7 |
| jaar - 4 september 1998-2003-2005 - is vastgesteld op het pari van de | jaar - 4 september 1998-2003-2005 - is vastgesteld op het pari van de |
| nominale waarde. | nominale waarde. |
| De uitgifteprijs van de Staatsbon 3/5/7 met herzienbare en | De uitgifteprijs van de Staatsbon 3/5/7 met herzienbare en |
| gewaarborgde minimumrentevoet - 4 september 1998-2001-2003-2005 - is | gewaarborgde minimumrentevoet - 4 september 1998-2001-2003-2005 - is |
| vastgesteld op het pari van de nominale waarde. | vastgesteld op het pari van de nominale waarde. |
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op van 26 augustus 1998. |
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op van 26 augustus 1998. |
| Brussel, 21 augustus 1998. | Brussel, 21 augustus 1998. |
| J.-J. VISEUR | J.-J. VISEUR |