Ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het aviaire influenzavirus type H3 tegen te gaan | Ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het aviaire influenzavirus type H3 tegen te gaan |
---|---|
FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN | FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN |
16 MEI 2019. - Ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om | 16 MEI 2019. - Ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om |
de verspreiding van het aviaire influenzavirus type H3 tegen te gaan | de verspreiding van het aviaire influenzavirus type H3 tegen te gaan |
De Minister van Landbouw, | De Minister van Landbouw, |
Gelet op de dierengezondheidswet van 24 maart 1987, artikel 9bis, | Gelet op de dierengezondheidswet van 24 maart 1987, artikel 9bis, |
ingevoegd bij de wet van 27 december 2005; | ingevoegd bij de wet van 27 december 2005; |
Gelet op de wet van 4 februari 2000 houdende oprichting van het | Gelet op de wet van 4 februari 2000 houdende oprichting van het |
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, artikel 4, | Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, artikel 4, |
§§ 1 en 2, en § 3, gewijzigd bij de wet van 22 december 2003, en | §§ 1 en 2, en § 3, gewijzigd bij de wet van 22 december 2003, en |
artikel 5, tweede lid, 13°, vervangen bij de wet van 22 december 2003; | artikel 5, tweede lid, 13°, vervangen bij de wet van 22 december 2003; |
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
1973, artikel 3, § 1; | 1973, artikel 3, § 1; |
Gelet op de dringende noodzakelijkheid; | Gelet op de dringende noodzakelijkheid; |
Overwegende dat het aviaire influenzavirus type H3 onverwacht werd | Overwegende dat het aviaire influenzavirus type H3 onverwacht werd |
vastgesteld in professionele pluimveebedrijven en dit in verband wordt | vastgesteld in professionele pluimveebedrijven en dit in verband wordt |
gebracht met een significante toename van de mortaliteit en de | gebracht met een significante toename van de mortaliteit en de |
morbiditeit en bijgevolg een aanzienlijk risico vormt voor de | morbiditeit en bijgevolg een aanzienlijk risico vormt voor de |
besmetting van andere pluimveebedrijven, heeft het onderhavig besluit | besmetting van andere pluimveebedrijven, heeft het onderhavig besluit |
tot doel de insleep en de verspreiding van het aviaire influenzavirus | tot doel de insleep en de verspreiding van het aviaire influenzavirus |
type H3 in Belgische pluimveebedrijven te voorkomen, | type H3 in Belgische pluimveebedrijven te voorkomen, |
Besluit : | Besluit : |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit gelden de definities die |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit gelden de definities die |
worden gegeven in de volgende besluiten: | worden gegeven in de volgende besluiten: |
1. Koninklijk besluit van 5 mei 2008 betreffende de bestrijding van | 1. Koninklijk besluit van 5 mei 2008 betreffende de bestrijding van |
aviaire influenza; | aviaire influenza; |
2. Koninklijk besluit van 17 juni 2013 tot vaststelling van | 2. Koninklijk besluit van 17 juni 2013 tot vaststelling van |
veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire | veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire |
handelsverkeer en de invoer uit derde landen van pluimvee en | handelsverkeer en de invoer uit derde landen van pluimvee en |
broedeieren en tot vaststelling van de toelatingsvoorwaarden voor | broedeieren en tot vaststelling van de toelatingsvoorwaarden voor |
inrichtingen voor pluimvee. | inrichtingen voor pluimvee. |
Art. 2.Indien een van de volgende gevallen wordt vastgesteld in een |
Art. 2.Indien een van de volgende gevallen wordt vastgesteld in een |
pluimveestal is het verboden om bij het pluimvee een therapeutische | pluimveestal is het verboden om bij het pluimvee een therapeutische |
behandeling te starten indien vooraf geen monsters voor een | behandeling te starten indien vooraf geen monsters voor een |
laboratoriumonderzoek ter opsporing van aviaire influenza aan een | laboratoriumonderzoek ter opsporing van aviaire influenza aan een |
vereniging werden toegezonden: | vereniging werden toegezonden: |
- een daling van de normale voeder- en waterconsumptie van meer dan 20 | - een daling van de normale voeder- en waterconsumptie van meer dan 20 |
%; | %; |
- een sterfte van meer dan 3 % per week; | - een sterfte van meer dan 3 % per week; |
- een daling van de leg met meer dan 5 % die langer dan twee dagen | - een daling van de leg met meer dan 5 % die langer dan twee dagen |
duurt; | duurt; |
- klinische tekenen of letsels bij post-mortem onderzoek die wijzen op | - klinische tekenen of letsels bij post-mortem onderzoek die wijzen op |
aviaire influenza. | aviaire influenza. |
Art. 3.In commerciële pluimveebedrijven worden onverminderd artikel |
Art. 3.In commerciële pluimveebedrijven worden onverminderd artikel |
3/2 van het koninklijk besluit van 5 mei 2008 betreffende de | 3/2 van het koninklijk besluit van 5 mei 2008 betreffende de |
bestrijding van aviaire influenza, voertuigen die binnenkomen in het | bestrijding van aviaire influenza, voertuigen die binnenkomen in het |
pluimveebedrijf gereinigd en ontsmet wanneer zij het bedrijf | pluimveebedrijf gereinigd en ontsmet wanneer zij het bedrijf |
binnenkomen en wanneer zij het bedrijf verlaten. | binnenkomen en wanneer zij het bedrijf verlaten. |
De reiniging en ontsmetting worden uitgevoerd met een toegelaten | De reiniging en ontsmetting worden uitgevoerd met een toegelaten |
biocide dat werkzaam is tegen aviaire influenza. | biocide dat werkzaam is tegen aviaire influenza. |
Art. 4.Het laden van pluimvee van verschillende herkomst op eenzelfde |
Art. 4.Het laden van pluimvee van verschillende herkomst op eenzelfde |
voertuig en het lossen van pluimvee van eenzelfde voertuig op meerdere | voertuig en het lossen van pluimvee van eenzelfde voertuig op meerdere |
bedrijven zijn verboden. | bedrijven zijn verboden. |
Art. 5.De toegang tot een pluimveestal of een broeierij is verboden |
Art. 5.De toegang tot een pluimveestal of een broeierij is verboden |
voor alle personen die niet tot het bedrijf behoren. De | voor alle personen die niet tot het bedrijf behoren. De |
verantwoordelijke neemt daartoe alle nodige maatregelen. Dit verbod | verantwoordelijke neemt daartoe alle nodige maatregelen. Dit verbod |
geldt niet voor: | geldt niet voor: |
- het personeel dat nodig is voor de bedrijfsvoering; | - het personeel dat nodig is voor de bedrijfsvoering; |
- de bedrijfsdierenarts, of een andere erkende dierenarts ontboden | - de bedrijfsdierenarts, of een andere erkende dierenarts ontboden |
door de verantwoordelijke; | door de verantwoordelijke; |
- het personeel van het Voedselagentschap en de personen die in hun | - het personeel van het Voedselagentschap en de personen die in hun |
opdracht werken; | opdracht werken; |
- het personeel van andere bevoegde autoriteiten en de personen die in | - het personeel van andere bevoegde autoriteiten en de personen die in |
hun opdracht werken. | hun opdracht werken. |
Deze toegelaten personen en de personen die tot het bedrijf behoren | Deze toegelaten personen en de personen die tot het bedrijf behoren |
dragen bedrijfseigen laarzen en overkledij alvorens de pluimveestal of | dragen bedrijfseigen laarzen en overkledij alvorens de pluimveestal of |
de broeierij te betreden. Zij nemen alle mogelijke voorzorgen om de | de broeierij te betreden. Zij nemen alle mogelijke voorzorgen om de |
verspreiding van het aviaire influenzavirus type H3 te vermijden. | verspreiding van het aviaire influenzavirus type H3 te vermijden. |
Art. 6.Mest, drijfmest en strooisel afkomstig van pluimveestallen |
Art. 6.Mest, drijfmest en strooisel afkomstig van pluimveestallen |
waar het aviaire influenzavirus type H3 aanwezig is, worden | waar het aviaire influenzavirus type H3 aanwezig is, worden |
gedesinfecteerd met een toegelaten biocide dat werkzaam is tegen | gedesinfecteerd met een toegelaten biocide dat werkzaam is tegen |
aviaire influenza, alvorens te worden verwerkt of behandeld | aviaire influenza, alvorens te worden verwerkt of behandeld |
overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees | overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees |
Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van | Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van |
gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie | gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie |
bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot | bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot |
intrekking van Verordening (EG) nr. 1774/2002 (verordening dierlijke | intrekking van Verordening (EG) nr. 1774/2002 (verordening dierlijke |
bijproducten). | bijproducten). |
Art. 7.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
Art. 7.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. | Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. |
Brussel, 16 mei 2019. | Brussel, 16 mei 2019. |
D. DUCARME | D. DUCARME |