Ministerieel besluit tot vaststelling van de periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de Staat voor bepaalde personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking | Ministerieel besluit tot vaststelling van de periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de Staat voor bepaalde personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN | FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN |
ONTWIKKELINGSSAMENWERKING | ONTWIKKELINGSSAMENWERKING |
8 MEI 2023. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de | 8 MEI 2023. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de |
periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de Staat voor bepaalde | periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de Staat voor bepaalde |
personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, | personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, |
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking | Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking |
De Minister van Buitenlandse Zaken, | De Minister van Buitenlandse Zaken, |
Gelet op de Grondwet, artikel 107, tweede lid; | Gelet op de Grondwet, artikel 107, tweede lid; |
Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 1920 betreffende de | Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 1920 betreffende de |
inrichting van het diplomatiek korps, artikel 91, vervangen door het | inrichting van het diplomatiek korps, artikel 91, vervangen door het |
koninklijk besluit van 23 juni 1972; | koninklijk besluit van 23 juni 1972; |
Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 1920 betreffende de | Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 1920 betreffende de |
inrichting van het consulair korps, artikel 111, vervangen door het | inrichting van het consulair korps, artikel 111, vervangen door het |
koninklijk besluit van 23 juni 1972; | koninklijk besluit van 23 juni 1972; |
Gelet op het ministerieel besluit van 1 augustus 2019 tot vaststelling | Gelet op het ministerieel besluit van 1 augustus 2019 tot vaststelling |
van de periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de Staat voor | van de periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de Staat voor |
bepaalde personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse | bepaalde personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse |
Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking; | Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking; |
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 6 juli | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 6 juli |
2022; | 2022; |
Gelet op het protocol van onderhandelingen nr. 47 van het Sectorcomité | Gelet op het protocol van onderhandelingen nr. 47 van het Sectorcomité |
VII-Buitenlandse Zaken, gesloten op 18 oktober 2022; | VII-Buitenlandse Zaken, gesloten op 18 oktober 2022; |
Gelet op de adviesaanvraag binnen dertig dagen, die op 11 januari 2023 | Gelet op de adviesaanvraag binnen dertig dagen, die op 11 januari 2023 |
bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § | bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § |
1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd | 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd |
op 12 januari 1973; | op 12 januari 1973; |
Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn; | Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn; |
Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van | Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van |
State, gecoördineerd op 12 januari 1973 | State, gecoördineerd op 12 januari 1973 |
Overwegende de voortdurende evolutie in het netwerk van diplomatieke | Overwegende de voortdurende evolutie in het netwerk van diplomatieke |
missies en consulaire posten in het buitenland en de modernisering van | missies en consulaire posten in het buitenland en de modernisering van |
de verschillende vervoermiddelen; | de verschillende vervoermiddelen; |
Overwegende de geopolitieke en sociale ontwikkelingen die zich de | Overwegende de geopolitieke en sociale ontwikkelingen die zich de |
voorbije jaren in een groot aantal van deze diplomatieke missies en | voorbije jaren in een groot aantal van deze diplomatieke missies en |
consulaire posten in het buitenland hebben voorgedaan; | consulaire posten in het buitenland hebben voorgedaan; |
Overwegende dat een dergelijke evolutie rechtvaardigt dat de | Overwegende dat een dergelijke evolutie rechtvaardigt dat de |
periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de Staat wordt herzien | periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de Staat wordt herzien |
zodat deze beter aansluit bij de politieke en sociale realiteit | zodat deze beter aansluit bij de politieke en sociale realiteit |
waarmee de diplomatieke missies en consulaire posten in het buitenland | waarmee de diplomatieke missies en consulaire posten in het buitenland |
geconfronteerd worden; | geconfronteerd worden; |
Overwegende dat het, om deze periodiciteit te bepalen, noodzakelijk is | Overwegende dat het, om deze periodiciteit te bepalen, noodzakelijk is |
een systeem te ontwikkelen voor de rangschikking van diplomatieke en | een systeem te ontwikkelen voor de rangschikking van diplomatieke en |
consulaire posten in het buitenland op basis van objectieve criteria, | consulaire posten in het buitenland op basis van objectieve criteria, |
die het mogelijk maken om met de nodige soepelheid te voldoen aan de | die het mogelijk maken om met de nodige soepelheid te voldoen aan de |
behoeften die voortvloeien uit deze evolutie en om te reageren op | behoeften die voortvloeien uit deze evolutie en om te reageren op |
toekomstige situaties; | toekomstige situaties; |
Overwegende dat aan deze nood aan objectivering voldaan wordt door aan | Overwegende dat aan deze nood aan objectivering voldaan wordt door aan |
iedere diplomatieke missie en iedere consulaire post in het buitenland | iedere diplomatieke missie en iedere consulaire post in het buitenland |
een waarde toe te kennen in functie van zijn rang van hardship; | een waarde toe te kennen in functie van zijn rang van hardship; |
Overwegende het koninklijk besluit van 5 maart 2015 houdende de | Overwegende het koninklijk besluit van 5 maart 2015 houdende de |
organisatie van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, | organisatie van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, |
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking; | Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking; |
Overwegende het koninklijk besluit van 21 juli 2016 tot vaststelling | Overwegende het koninklijk besluit van 21 juli 2016 tot vaststelling |
van het statuut van de ambtenaren van de buitenlandse carrière en de | van het statuut van de ambtenaren van de buitenlandse carrière en de |
consulaire carrière, | consulaire carrière, |
Besluit : | Besluit : |
HOOFDSTUK 1. - Definities | HOOFDSTUK 1. - Definities |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
1° « personeelslid »: | 1° « personeelslid »: |
a) de ambtenaar van de buitenlandse carrière of de consulaire carrière | a) de ambtenaar van de buitenlandse carrière of de consulaire carrière |
die aangesteld is op een diplomatieke zending of een consulaire post | die aangesteld is op een diplomatieke zending of een consulaire post |
in het buitenland; | in het buitenland; |
b) het personeelslid dat in dienst is genomen op grond van een | b) het personeelslid dat in dienst is genomen op grond van een |
arbeidsovereenkomst die een clausule inzake mobiliteit of periodieke | arbeidsovereenkomst die een clausule inzake mobiliteit of periodieke |
overplaatsing bevat en die is aangesteld op een diplomatieke zending | overplaatsing bevat en die is aangesteld op een diplomatieke zending |
of een consulaire post in het buitenland; | of een consulaire post in het buitenland; |
c) de ambtenaar van het Rijkspersoneel van de Federale Overheidsdienst | c) de ambtenaar van het Rijkspersoneel van de Federale Overheidsdienst |
Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking | Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking |
die belast wordt met het tijdelijk uitoefenen van een functie op een | die belast wordt met het tijdelijk uitoefenen van een functie op een |
diplomatieke zending of een consulaire post in het buitenland; | diplomatieke zending of een consulaire post in het buitenland; |
2° « partner »: de persoon die met het personeelslid samenwoont en die | 2° « partner »: de persoon die met het personeelslid samenwoont en die |
tot één van de volgende categorieën behoort : | tot één van de volgende categorieën behoort : |
a) de echtgeno(o)t(e) van het personeelslid; | a) de echtgeno(o)t(e) van het personeelslid; |
b) de wettelijk samenwonende van het personeelslid conform de | b) de wettelijk samenwonende van het personeelslid conform de |
artikelen 1475 tot 1479 van het Burgerlijk Wetboek met wie er geen | artikelen 1475 tot 1479 van het Burgerlijk Wetboek met wie er geen |
huwelijksbeletsel is conform de artikelen 143 tot 164 van het | huwelijksbeletsel is conform de artikelen 143 tot 164 van het |
Burgerlijk Wetboek; | Burgerlijk Wetboek; |
c) de samenwonende van het personeelslid in een land waar het | c) de samenwonende van het personeelslid in een land waar het |
samenlevingsverband wettelijk geregeld is en met wie er geen | samenlevingsverband wettelijk geregeld is en met wie er geen |
huwelijksbeletsel is in de zin van de artikelen 143 tot 164 van het | huwelijksbeletsel is in de zin van de artikelen 143 tot 164 van het |
Burgerlijk Wetboek; | Burgerlijk Wetboek; |
d) de samenwonende in een land waar het samenlevingsverband niet | d) de samenwonende in een land waar het samenlevingsverband niet |
wettelijk geregeld is, maar met wie het personeelslid een door een | wettelijk geregeld is, maar met wie het personeelslid een door een |
Belgische notaris opgesteld samenlevingscontract heeft gesloten en met | Belgische notaris opgesteld samenlevingscontract heeft gesloten en met |
wie er geen huwelijksbeletsel is in de zin van de artikelen 143 tot | wie er geen huwelijksbeletsel is in de zin van de artikelen 143 tot |
164 van het Burgerlijk Wetboek; | 164 van het Burgerlijk Wetboek; |
3° « kind ten laste » : | 3° « kind ten laste » : |
a) het kind jonger dan 18 jaar dat behoort tot één van de onderstaande | a) het kind jonger dan 18 jaar dat behoort tot één van de onderstaande |
categorieën : | categorieën : |
1) het kind van het personeelslid; | 1) het kind van het personeelslid; |
2) het kind van de partner en dat deel uitmaakt van het gezin van het | 2) het kind van de partner en dat deel uitmaakt van het gezin van het |
personeelslid; | personeelslid; |
3) elk kind dat in het kader van de jeugdhulp en van de plaatsing in | 3) elk kind dat in het kader van de jeugdhulp en van de plaatsing in |
een onthaalgezin, aan de zorg van het personeelslid of van de partner | een onthaalgezin, aan de zorg van het personeelslid of van de partner |
door de bevoegde autoriteiten is toevertrouwd; | door de bevoegde autoriteiten is toevertrouwd; |
b) het kind tussen 18 en 25 jaar dat een voltijdse studie volgt en dat | b) het kind tussen 18 en 25 jaar dat een voltijdse studie volgt en dat |
behoort tot één van de onderstaande categorieën : | behoort tot één van de onderstaande categorieën : |
1) het kind van het personeelslid; | 1) het kind van het personeelslid; |
2) het kind van de partner en dat deel uitmaakt van het gezin van het | 2) het kind van de partner en dat deel uitmaakt van het gezin van het |
personeelslid; | personeelslid; |
3) elk kind dat in het kader van de jeugdhulp en van de plaatsing in | 3) elk kind dat in het kader van de jeugdhulp en van de plaatsing in |
een onthaalgezin, aan de zorg van het personeelslid of van de partner | een onthaalgezin, aan de zorg van het personeelslid of van de partner |
door de bevoegde autoriteiten is toevertrouwd. | door de bevoegde autoriteiten is toevertrouwd. |
HOOFDSTUK 2. - Periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de | HOOFDSTUK 2. - Periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de |
Staat | Staat |
Art. 2.De periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de Staat |
Art. 2.De periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de Staat |
wordt bepaald door de rang van hardship die aan elke diplomatieke | wordt bepaald door de rang van hardship die aan elke diplomatieke |
zending en consulaire post in het buitenland toegekend is. | zending en consulaire post in het buitenland toegekend is. |
Art. 3.De rang van hardship wordt vastgesteld conform artikel 52 van |
Art. 3.De rang van hardship wordt vastgesteld conform artikel 52 van |
het koninklijk besluit van 21 juli 2016 tot vaststelling van het | het koninklijk besluit van 21 juli 2016 tot vaststelling van het |
statuut van de ambtenaren van de buitenlandse carrière en de | statuut van de ambtenaren van de buitenlandse carrière en de |
consulaire carrière. | consulaire carrière. |
Art. 4.Op basis van de rang van hardship wordt de periodiciteit van |
Art. 4.Op basis van de rang van hardship wordt de periodiciteit van |
de verlofreizen ten laste van de Staat als volgt bepaald : | de verlofreizen ten laste van de Staat als volgt bepaald : |
1° een reis per période van drie maanden voor het personeelslid dat is | 1° een reis per période van drie maanden voor het personeelslid dat is |
aangesteld op een diplomatieke zending of een consulaire post in het | aangesteld op een diplomatieke zending of een consulaire post in het |
buitenland gerangschikt met de rang van hardship 7 ; | buitenland gerangschikt met de rang van hardship 7 ; |
2° een reis per période van zes maanden voor het personeelslid dat is | 2° een reis per période van zes maanden voor het personeelslid dat is |
aangesteld op een diplomatieke zending of een consulaire post in het | aangesteld op een diplomatieke zending of een consulaire post in het |
buitenland gerangschikt met de rang van hardship 6 ; | buitenland gerangschikt met de rang van hardship 6 ; |
3° een reis per période van twaalf maanden voor het personeelslid dat | 3° een reis per période van twaalf maanden voor het personeelslid dat |
is aangesteld op een diplomatieke zending of een consulaire post in | is aangesteld op een diplomatieke zending of een consulaire post in |
het buitenland gerangschikt met de rang van hardship 1, 2, 3, 4 of 5. | het buitenland gerangschikt met de rang van hardship 1, 2, 3, 4 of 5. |
Art. 5.Voor een bepaald jaar en voor een bepaalde diplomatieke of |
Art. 5.Voor een bepaald jaar en voor een bepaalde diplomatieke of |
consulaire post kan een hogere periodiciteit dan die van artikel 4, 3° | consulaire post kan een hogere periodiciteit dan die van artikel 4, 3° |
worden toegestaan; | worden toegestaan; |
1° in geval van een bijzondere veiligheidssituatie ; | 1° in geval van een bijzondere veiligheidssituatie ; |
2° in geval van extreme verontreiniging. | 2° in geval van extreme verontreiniging. |
HOOFDSTUK 3. - Procedure en modaliteiten | HOOFDSTUK 3. - Procedure en modaliteiten |
Art. 6.§ 1. De periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de |
Art. 6.§ 1. De periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de |
Staat wordt berekend vanaf de daadwerkelijke aanstellingsdatum van het | Staat wordt berekend vanaf de daadwerkelijke aanstellingsdatum van het |
personeelslid op de diplomatieke zending of de consulaire post in het | personeelslid op de diplomatieke zending of de consulaire post in het |
buitenland. | buitenland. |
§ 2. Elke verlof wordt expliciet en voorafgaandelijk ter goedkeuring | § 2. Elke verlof wordt expliciet en voorafgaandelijk ter goedkeuring |
voorgelegd aan de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, | voorgelegd aan de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, |
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. | Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. |
§ 3. Indien het personeelslid de verlofreis ten laste van de Staat | § 3. Indien het personeelslid de verlofreis ten laste van de Staat |
niet heeft aangevraagd in de periode bepaald in artikel 4, is deze | niet heeft aangevraagd in de periode bepaald in artikel 4, is deze |
verlofreis definitief verloren. | verlofreis definitief verloren. |
§ 4. In afwijking van paragraaf 3 mag een overschrijding toegestaan | § 4. In afwijking van paragraaf 3 mag een overschrijding toegestaan |
worden op basis van een gemotiveerd aanvraag. | worden op basis van een gemotiveerd aanvraag. |
§ 5. Het personeelslid dat de diplomatieke zending of consulaire post | § 5. Het personeelslid dat de diplomatieke zending of consulaire post |
in het buitenland definitief verlaten heeft om aangesteld te worden op | in het buitenland definitief verlaten heeft om aangesteld te worden op |
het hoofdbestuur of op een andere diplomatieke zending of consulaire | het hoofdbestuur of op een andere diplomatieke zending of consulaire |
post in het buitenland, kan geen aanspraak maken op de verlofreizen | post in het buitenland, kan geen aanspraak maken op de verlofreizen |
ten laste van de Staat die hij niet aangevraagd heeft. | ten laste van de Staat die hij niet aangevraagd heeft. |
§ 6. De financiële tussenkomst van de Staat dekt zowel de reiskosten | § 6. De financiële tussenkomst van de Staat dekt zowel de reiskosten |
van het personeelslid als deze van de partner en van de kinderen ten | van het personeelslid als deze van de partner en van de kinderen ten |
laste die het personeelslid op de diplomatieke zending of de | laste die het personeelslid op de diplomatieke zending of de |
consulaire post in het buitenland vergezellen. | consulaire post in het buitenland vergezellen. |
HOOFDSTUK 4. - Opheffings- en slotbepalingen | HOOFDSTUK 4. - Opheffings- en slotbepalingen |
Art. 7.Het ministerieel besluit van 1 augustus 2019 tot vaststelling |
Art. 7.Het ministerieel besluit van 1 augustus 2019 tot vaststelling |
van de periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de Staat voor | van de periodiciteit van de verlofreizen ten laste van de Staat voor |
bepaalde personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse | bepaalde personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse |
Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking wordt | Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking wordt |
opgeheven. | opgeheven. |
Art. 8.Dit besluit treedt in werking op 1 augustus 2023. |
Art. 8.Dit besluit treedt in werking op 1 augustus 2023. |
Brussel, op 8 mei 2023. | Brussel, op 8 mei 2023. |
H. LAHBIB | H. LAHBIB |