← Terug naar "Ministerieel besluit tot wijziging van artikel 3 van het ministerieel besluit van 23 juni 2023 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 april 2023 tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, voor wat de rechtstreekse betalingen betreft"
Ministerieel besluit tot wijziging van artikel 3 van het ministerieel besluit van 23 juni 2023 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 april 2023 tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, voor wat de rechtstreekse betalingen betreft | Ministerieel besluit tot wijziging van artikel 3 van het ministerieel besluit van 23 juni 2023 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 april 2023 tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, voor wat de rechtstreekse betalingen betreft |
---|---|
7 JUNI 2024. - Ministerieel besluit tot wijziging van artikel 3 van | 7 JUNI 2024. - Ministerieel besluit tot wijziging van artikel 3 van |
het ministerieel besluit van 23 juni 2023 tot uitvoering van het | het ministerieel besluit van 23 juni 2023 tot uitvoering van het |
besluit van de Vlaamse Regering van 21 april 2023 tot vaststelling van | besluit van de Vlaamse Regering van 21 april 2023 tot vaststelling van |
de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in | de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in |
het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, voor wat de | het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, voor wat de |
rechtstreekse betalingen betreft | rechtstreekse betalingen betreft |
Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie, Landbouw en Sociale Economie | Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie, Landbouw en Sociale Economie |
Rechtsgronden | Rechtsgronden |
Dit besluit is gebaseerd op: | Dit besluit is gebaseerd op: |
- het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en | - het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en |
visserijbeleid, artikel 4, 1°, a), ingevoegd bij het decreet van 26 | visserijbeleid, artikel 4, 1°, a), ingevoegd bij het decreet van 26 |
april 2019; | april 2019; |
- het besluit van de Vlaamse Regering van 21 april 2023 tot | - het besluit van de Vlaamse Regering van 21 april 2023 tot |
vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan | vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan |
landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, | landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, |
artikel 2, zesde lid, artikel 4, § 2, tweede lid, en derde lid, | artikel 2, zesde lid, artikel 4, § 2, tweede lid, en derde lid, |
gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 januari 2024, | gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 januari 2024, |
artikel 5, vierde lid, artikel 11, 16, tweede lid, artikel 21, 24, | artikel 5, vierde lid, artikel 11, 16, tweede lid, artikel 21, 24, |
tweede lid, artikel 26, derde lid, artikel 27, artikel 28, vierde lid, | tweede lid, artikel 26, derde lid, artikel 27, artikel 28, vierde lid, |
artikel 29, tweede en vijfde lid, artikel 30, vierde lid, artikel 31, | artikel 29, tweede en vijfde lid, artikel 30, vierde lid, artikel 31, |
vierde lid, artikel 34, 35, vierde lid, artikel 36, tweede lid, | vierde lid, artikel 34, 35, vierde lid, artikel 36, tweede lid, |
artikel 37, tweede lid, artikel 38, vierde en vijfde lid, artikel 41, | artikel 37, tweede lid, artikel 38, vierde en vijfde lid, artikel 41, |
tweede lid, artikel 42, tweede lid, artikel 61, artikel 65, gewijzigd | tweede lid, artikel 42, tweede lid, artikel 61, artikel 65, gewijzigd |
bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 januari 2024, artikel | bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 januari 2024, artikel |
68, vierde lid, artikel 75, tweede lid, en artikel 83, eerste lid. | 68, vierde lid, artikel 75, tweede lid, en artikel 83, eerste lid. |
Vormvereisten | Vormvereisten |
De volgende vormvereisten zijn vervuld: | De volgende vormvereisten zijn vervuld: |
- De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 6 mei 2024. | - De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 6 mei 2024. |
- Er is op 31 mei 2024 bij de Raad van State een aanvraag ingediend | - Er is op 31 mei 2024 bij de Raad van State een aanvraag ingediend |
voor een advies binnen 30 dagen, met toepassing van artikel 84, § 1, | voor een advies binnen 30 dagen, met toepassing van artikel 84, § 1, |
eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op | eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op |
12 januari 1973. De Raad van State heeft op 4 juni 2024 beslist geen | 12 januari 1973. De Raad van State heeft op 4 juni 2024 beslist geen |
advies te geven, met toepassing van artikel 84, § 5, van de wetten op | advies te geven, met toepassing van artikel 84, § 5, van de wetten op |
de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. | de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. |
DE VLAAMSE MINISTER VAN ECONOMIE, INNOVATIE, WERK, SOCIALE ECONOMIE EN | DE VLAAMSE MINISTER VAN ECONOMIE, INNOVATIE, WERK, SOCIALE ECONOMIE EN |
LANDBOUW BESLUIT: | LANDBOUW BESLUIT: |
Artikel 1.In artikel 3, § 4, van het ministerieel besluit van 23 juni |
Artikel 1.In artikel 3, § 4, van het ministerieel besluit van 23 juni |
2023 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 | 2023 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 |
april 2023 tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse | april 2023 tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse |
betalingen aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk | betalingen aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk |
landbouwbeleid, voor wat de rechtstreekse betalingen betreft worden de | landbouwbeleid, voor wat de rechtstreekse betalingen betreft worden de |
volgende wijzigingen aangebracht: | volgende wijzigingen aangebracht: |
1° het eerste tot en met het vijfde lid worden vervangen door wat | 1° het eerste tot en met het vijfde lid worden vervangen door wat |
volgt: | volgt: |
"Ter uitvoering van artikel 4, § 2, derde lid, 3°, van het besluit van | "Ter uitvoering van artikel 4, § 2, derde lid, 3°, van het besluit van |
21 april 2023: | 21 april 2023: |
1° wordt het afwijkende minimale factorinkomen voor instromers en | 1° wordt het afwijkende minimale factorinkomen voor instromers en |
landbouwers met biologische productie gelijkgesteld aan 3000 euro; | landbouwers met biologische productie gelijkgesteld aan 3000 euro; |
2° behelst de standaardverdiencapaciteit, vermeld in artikel 4, § 1, | 2° behelst de standaardverdiencapaciteit, vermeld in artikel 4, § 1, |
7°, van het voormelde besluit, een modelmatige berekening van het | 7°, van het voormelde besluit, een modelmatige berekening van het |
jaarlijkse verdienpotentieel van het individuele landbouwbedrijf. De | jaarlijkse verdienpotentieel van het individuele landbouwbedrijf. De |
bevoegde entiteit voert die modelmatige berekening uit op basis van | bevoegde entiteit voert die modelmatige berekening uit op basis van |
enerzijds de teelt- en diergegevens van het jaar N-2, en de ontvangen | enerzijds de teelt- en diergegevens van het jaar N-2, en de ontvangen |
rechtstreekse betalingen van het jaar N-2, en anderzijds de algemene | rechtstreekse betalingen van het jaar N-2, en anderzijds de algemene |
gemiddelde coëfficiënten. | gemiddelde coëfficiënten. |
Als de landbouwer niet akkoord gaat met de standaardverdiencapaciteit | Als de landbouwer niet akkoord gaat met de standaardverdiencapaciteit |
die conform het eerste lid, 2°, is berekend, kan het werkelijke | die conform het eerste lid, 2°, is berekend, kan het werkelijke |
factorinkomen aangetoond worden met het formulier dat ter beschikking | factorinkomen aangetoond worden met het formulier dat ter beschikking |
wordt gesteld door de bevoegde entiteit. Dat formulier wordt ingevuld | wordt gesteld door de bevoegde entiteit. Dat formulier wordt ingevuld |
door een gecertificeerd accountant, gecertificeerd belastingadviseur, | door een gecertificeerd accountant, gecertificeerd belastingadviseur, |
accountant of fiscaal accountant, die is ingeschreven in het openbaar | accountant of fiscaal accountant, die is ingeschreven in het openbaar |
register, vermeld in hoofdstuk 5 van de wet van 17 maart 2019 | register, vermeld in hoofdstuk 5 van de wet van 17 maart 2019 |
betreffende de beroepen van accountant en belastingadviseur. | betreffende de beroepen van accountant en belastingadviseur. |
In het tweede lid wordt verstaan onder: | In het tweede lid wordt verstaan onder: |
1° gecertificeerd accountant: een gecertificeerd accountant als | 1° gecertificeerd accountant: een gecertificeerd accountant als |
vermeld in artikel 2, 1°, van de wet van 17 maart 2019 betreffende de | vermeld in artikel 2, 1°, van de wet van 17 maart 2019 betreffende de |
beroepen van accountant en belastingadviseur; | beroepen van accountant en belastingadviseur; |
2° gecertificeerd belastingadviseur: een gecertificeerd | 2° gecertificeerd belastingadviseur: een gecertificeerd |
belastingadviseur als vermeld in artikel 2, 2°, van de wet van 17 | belastingadviseur als vermeld in artikel 2, 2°, van de wet van 17 |
maart 2019 betreffende de beroepen van accountant en | maart 2019 betreffende de beroepen van accountant en |
belastingadviseur; | belastingadviseur; |
3° accountant: een accountant als vermeld in artikel 2, 4°, van de wet | 3° accountant: een accountant als vermeld in artikel 2, 4°, van de wet |
van 17 maart 2019 betreffende de beroepen van accountant en | van 17 maart 2019 betreffende de beroepen van accountant en |
belastingadviseur; | belastingadviseur; |
4° fiscaal accountant: een fiscaal accountant als vermeld in artikel | 4° fiscaal accountant: een fiscaal accountant als vermeld in artikel |
2, 5°, van de wet van 17 maart 2019 betreffende de beroepen van | 2, 5°, van de wet van 17 maart 2019 betreffende de beroepen van |
accountant en belastingadviseur. | accountant en belastingadviseur. |
Het formulier, vermeld in het tweede lid, bevat cijfers over de | Het formulier, vermeld in het tweede lid, bevat cijfers over de |
volgende rubrieken: | volgende rubrieken: |
1° opbrengsten, namelijk: | 1° opbrengsten, namelijk: |
a) de opbrengsten uit de verkoop van dieren en dierlijke producten; | a) de opbrengsten uit de verkoop van dieren en dierlijke producten; |
b) de opbrengsten uit de verkoop van plantaardige producten; | b) de opbrengsten uit de verkoop van plantaardige producten; |
c) overige opbrengsten; | c) overige opbrengsten; |
2° non-factorkosten, namelijk: | 2° non-factorkosten, namelijk: |
a) de volgende variabele non-factorkosten; | a) de volgende variabele non-factorkosten; |
1) voeder, dierenarts, KI, geneesmiddelen, mestafzet; | 1) voeder, dierenarts, KI, geneesmiddelen, mestafzet; |
2) gewasbeschermingsmiddelen, meststoffen, zaad- en pootgoed, | 2) gewasbeschermingsmiddelen, meststoffen, zaad- en pootgoed, |
substraat, steun- en bindmateriaal; | substraat, steun- en bindmateriaal; |
3) energie; | 3) energie; |
4) werk door derden, loonwerk; | 4) werk door derden, loonwerk; |
5) overige variabele non-factorkosten; | 5) overige variabele non-factorkosten; |
b) vaste non-factorkosten; | b) vaste non-factorkosten; |
c) afschrijvingen. | c) afschrijvingen. |
De bevoegde entiteit kan een verdere opsplitsing vragen van de | De bevoegde entiteit kan een verdere opsplitsing vragen van de |
cijfers, vermeld in het vierde lid."; | cijfers, vermeld in het vierde lid."; |
2° tussen het vijfde en het zesde lid worden tweede leden ingevoegd, | 2° tussen het vijfde en het zesde lid worden tweede leden ingevoegd, |
die luiden als volgt: | die luiden als volgt: |
"Op verzoek van de bevoegde entiteit bezorgt de landbouwer de nodige | "Op verzoek van de bevoegde entiteit bezorgt de landbouwer de nodige |
bewijsstukken om de aangeleverde cijfers, vermeld in het vierde lid, | bewijsstukken om de aangeleverde cijfers, vermeld in het vierde lid, |
te bewijzen. | te bewijzen. |
Het werkelijke factorinkomen dat is aangetoond conform het tweede lid | Het werkelijke factorinkomen dat is aangetoond conform het tweede lid |
en dat is aanvaard door de bevoegde entiteit, is geldig voor het jaar | en dat is aanvaard door de bevoegde entiteit, is geldig voor het jaar |
N, het jaar N+1 en het jaar N+2, als al de volgende voorwaarden zijn | N, het jaar N+1 en het jaar N+2, als al de volgende voorwaarden zijn |
vervuld: | vervuld: |
1° de berekende standaardverdiencapaciteit, exclusief premies, voor | 1° de berekende standaardverdiencapaciteit, exclusief premies, voor |
het jaar N+1 en het jaar N+2 is niet met meer dan 25% gedaald ten | het jaar N+1 en het jaar N+2 is niet met meer dan 25% gedaald ten |
aanzien van de berekende standaardverdiencapaciteit, exclusief | aanzien van de berekende standaardverdiencapaciteit, exclusief |
premies, voor het jaar N; | premies, voor het jaar N; |
2° het werkelijke factorinkomen voor het jaar N bevindt zich niet | 2° het werkelijke factorinkomen voor het jaar N bevindt zich niet |
tussen 7500 euro en 8000 euro. Voor instromers en landbouwers met | tussen 7500 euro en 8000 euro. Voor instromers en landbouwers met |
biologische productie bevindt het werkelijke factorinkomen zich niet | biologische productie bevindt het werkelijke factorinkomen zich niet |
tussen 3000 euro en 3250 euro; | tussen 3000 euro en 3250 euro; |
3° er heeft geen andere aanzienlijke wijziging in de bedrijfsvoering | 3° er heeft geen andere aanzienlijke wijziging in de bedrijfsvoering |
plaatsgevonden.". | plaatsgevonden.". |
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2024. |
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2024. |
Brussel, 7 juni 2024. | Brussel, 7 juni 2024. |
De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en | De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en |
Landbouw, | Landbouw, |
J. BROUNS | J. BROUNS |