← Terug naar "Ministerieel besluit tot intrekking van het ministerieel besluit van 24 maart 2010 houdende toekenning aan de tijdelijke handelsvennootschap SEASTAR van een domeinconcessie voor de bouw en de exploitatie van installaties voor de productie van elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen tussen de Bank zonder Naam en de Blighbank "
Ministerieel besluit tot intrekking van het ministerieel besluit van 24 maart 2010 houdende toekenning aan de tijdelijke handelsvennootschap SEASTAR van een domeinconcessie voor de bouw en de exploitatie van installaties voor de productie van elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen tussen de Bank zonder Naam en de Blighbank | Ministerieel besluit tot intrekking van het ministerieel besluit van 24 maart 2010 houdende toekenning aan de tijdelijke handelsvennootschap SEASTAR van een domeinconcessie voor de bouw en de exploitatie van installaties voor de productie van elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen tussen de Bank zonder Naam en de Blighbank |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE |
6 APRIL 2011. - Ministerieel besluit tot intrekking van het | 6 APRIL 2011. - Ministerieel besluit tot intrekking van het |
ministerieel besluit van 24 maart 2010 houdende toekenning aan de | ministerieel besluit van 24 maart 2010 houdende toekenning aan de |
tijdelijke handelsvennootschap SEASTAR van een domeinconcessie voor de | tijdelijke handelsvennootschap SEASTAR van een domeinconcessie voor de |
bouw en de exploitatie van installaties voor de productie van | bouw en de exploitatie van installaties voor de productie van |
elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen tussen de Bank zonder | elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen tussen de Bank zonder |
Naam en de Blighbank | Naam en de Blighbank |
De Minister van Energie, | De Minister van Energie, |
Gelet op de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de | Gelet op de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de |
elektriciteitsmarkt, artikel 6, § 1, gewijzigd bij de wet van 1 juni | elektriciteitsmarkt, artikel 6, § 1, gewijzigd bij de wet van 1 juni |
2005; | 2005; |
Gelet op het ministerieel besluit van 24 maart 2010 houdende | Gelet op het ministerieel besluit van 24 maart 2010 houdende |
toekenning aan de tijdelijke handelsvennootschap SEASTAR van een | toekenning aan de tijdelijke handelsvennootschap SEASTAR van een |
domeinconcessie voor de bouw en de exploitatie van installaties voor | domeinconcessie voor de bouw en de exploitatie van installaties voor |
de productie van elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen | de productie van elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen |
tussen de Bank zonder Naam en de Blighbank; | tussen de Bank zonder Naam en de Blighbank; |
Overwegende dat de Raad van State in zijn arrest nr. 210.981 van 3 | Overwegende dat de Raad van State in zijn arrest nr. 210.981 van 3 |
februari 2011 het voormelde ministerieel besluit van 24 maart 2010 | februari 2011 het voormelde ministerieel besluit van 24 maart 2010 |
geschorst heeft; | geschorst heeft; |
Overwegende dat de Minister van Energie bij verzoekschrift van 8 maart | Overwegende dat de Minister van Energie bij verzoekschrift van 8 maart |
2011 de voortzetting van de procedure gevraagd heeft; | 2011 de voortzetting van de procedure gevraagd heeft; |
Overwegende dat de zaak in het kader van de vernietigingsprocedure | Overwegende dat de zaak in het kader van de vernietigingsprocedure |
momenteel nog steeds hangende is bij de Raad van State onder het | momenteel nog steeds hangende is bij de Raad van State onder het |
rolnummer G/A 196.686/VII-37.817; | rolnummer G/A 196.686/VII-37.817; |
Overwegende dat de Raad van State in het kader van de hangende | Overwegende dat de Raad van State in het kader van de hangende |
procedure onder het rolnummer G/A 196.686/VII-37.817 mogelijks | procedure onder het rolnummer G/A 196.686/VII-37.817 mogelijks |
overgaat tot de vernietiging van het voormelde ministerieel besluit | overgaat tot de vernietiging van het voormelde ministerieel besluit |
van 24 maart 2010, rekening houdend met het feit dat één van de | van 24 maart 2010, rekening houdend met het feit dat één van de |
aangevoerde middelen bij arrest nr. 210.981 van 3 februari 2011 als | aangevoerde middelen bij arrest nr. 210.981 van 3 februari 2011 als |
ernstig in aanmerking genomen werd; | ernstig in aanmerking genomen werd; |
Overwegende dat het voormelde ministerieel besluit van 24 maart 2010 | Overwegende dat het voormelde ministerieel besluit van 24 maart 2010 |
geen gevolgen meer heeft en thans een precair karakter vertoont, | geen gevolgen meer heeft en thans een precair karakter vertoont, |
hetgeen rechtsonzekerheid creëert; | hetgeen rechtsonzekerheid creëert; |
Overwegende dat de rechtsonzekerheid beperkt dient te worden; | Overwegende dat de rechtsonzekerheid beperkt dient te worden; |
Overwegende dat de voorwaarden inzake de intrekking van het voormelde | Overwegende dat de voorwaarden inzake de intrekking van het voormelde |
ministerieel besluit van 24 maart 2010 vervuld worden en dat deze | ministerieel besluit van 24 maart 2010 vervuld worden en dat deze |
intrekking zich opdringt; | intrekking zich opdringt; |
Overwegende dat de Minister verplicht is een beslissing te nemen over | Overwegende dat de Minister verplicht is een beslissing te nemen over |
de aanvragen tot het verkrijgen van een domeinconcessie op grond van | de aanvragen tot het verkrijgen van een domeinconcessie op grond van |
het koninklijk besluit van 20 december 2000 betreffende de voorwaarden | het koninklijk besluit van 20 december 2000 betreffende de voorwaarden |
en de procedure voor de toekenning van domeinconcessies voor de bouw | en de procedure voor de toekenning van domeinconcessies voor de bouw |
en de exploitatie van installaties voor de productie van elektriciteit | en de exploitatie van installaties voor de productie van elektriciteit |
uit water, stromen of winden, in de zeegebieden waarin België | uit water, stromen of winden, in de zeegebieden waarin België |
rechtsmacht kan uitoefenen overeenkomstig het internationaal zeerecht, | rechtsmacht kan uitoefenen overeenkomstig het internationaal zeerecht, |
van zodra een aanvraag tot het verkrijgen van een domeinconcessie is | van zodra een aanvraag tot het verkrijgen van een domeinconcessie is |
ingediend; | ingediend; |
Overwegende dat in casu vier aanvragen tot het verkrijgen van een | Overwegende dat in casu vier aanvragen tot het verkrijgen van een |
domeinconcessie voor de bouw en de exploitatie van installaties voor | domeinconcessie voor de bouw en de exploitatie van installaties voor |
de productie van elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen | de productie van elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen |
tussen de Bank zonder Naam en de Blighbank werden ingediend, te weten | tussen de Bank zonder Naam en de Blighbank werden ingediend, te weten |
door de Tijdelijke Handelsvennootschap SEASTAR, de tijdelijke | door de Tijdelijke Handelsvennootschap SEASTAR, de tijdelijke |
Handelsvennootschap ELECTRABEL - JAN DE NUL, de NV EVELOP BELGIUM en | Handelsvennootschap ELECTRABEL - JAN DE NUL, de NV EVELOP BELGIUM en |
de NV ELECTRASTAR; | de NV ELECTRASTAR; |
Overwegende dat de Minister zich over deze aanvragen dient uit te | Overwegende dat de Minister zich over deze aanvragen dient uit te |
spreken; | spreken; |
Overwegende dat wanneer de overheid gehouden is zich op een bepaald | Overwegende dat wanneer de overheid gehouden is zich op een bepaald |
ogenblik over een aanvraag uit te spreken, het rechtsherstel tot op | ogenblik over een aanvraag uit te spreken, het rechtsherstel tot op |
dat ogenblik dient terug te werken; | dat ogenblik dient terug te werken; |
Overwegende dat de Minister gehouden is zich binnen een welbepaalde | Overwegende dat de Minister gehouden is zich binnen een welbepaalde |
termijn over de aanvragen tot het verkrijgen van een concessiedomein | termijn over de aanvragen tot het verkrijgen van een concessiedomein |
dient uit te spreken; | dient uit te spreken; |
Overwegende dat de beslissing over de aanvragen tot het verkrijgen van | Overwegende dat de beslissing over de aanvragen tot het verkrijgen van |
een domeinconcessie voor de bouw en de exploitatie van installaties | een domeinconcessie voor de bouw en de exploitatie van installaties |
voor de productie van elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen | voor de productie van elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen |
tussen de Bank zonder Naam en de Blighbank met retroactieve werking | tussen de Bank zonder Naam en de Blighbank met retroactieve werking |
dient te worden genomen; | dient te worden genomen; |
Overwegende dat de wetgeving zoals van toepassing wanneer de Minister | Overwegende dat de wetgeving zoals van toepassing wanneer de Minister |
de ingetrokken beslissing diende uit te vaardigen, dient toegepast te | de ingetrokken beslissing diende uit te vaardigen, dient toegepast te |
worden; | worden; |
Overwegende dat de Raad van State in zijn arrest nr. 210.981 van 3 | Overwegende dat de Raad van State in zijn arrest nr. 210.981 van 3 |
februari 2011 stelt dat de materiële motivering van het voormelde | februari 2011 stelt dat de materiële motivering van het voormelde |
ministerieel besluit van 24 maart 2010 niet op motieven berust die in | ministerieel besluit van 24 maart 2010 niet op motieven berust die in |
rechte en in feite aanvaardbaar zijn, wat betreft de beoordeling van | rechte en in feite aanvaardbaar zijn, wat betreft de beoordeling van |
de toekenningscriteria vervat in artikel 3, 2° van het voormelde | de toekenningscriteria vervat in artikel 3, 2° van het voormelde |
koninklijk besluit van 20 december 2000; | koninklijk besluit van 20 december 2000; |
Overwegende dat het voormelde ministerieel besluit van 24 maart 2010 | Overwegende dat het voormelde ministerieel besluit van 24 maart 2010 |
op het advies van de CREG steunt; | op het advies van de CREG steunt; |
Overwegende dat de Raad van State in zijn arrest nr. 210.981 van 3 | Overwegende dat de Raad van State in zijn arrest nr. 210.981 van 3 |
februari 2011 geen kritiek uit op andere voorbereidende handelingen | februari 2011 geen kritiek uit op andere voorbereidende handelingen |
van het voormelde ministerieel besluit van 24 maart 2010; | van het voormelde ministerieel besluit van 24 maart 2010; |
Overwegende dat het aan de CREG toekomt een nieuw advies te formuleren | Overwegende dat het aan de CREG toekomt een nieuw advies te formuleren |
over de ingediende aanvragen tot het verkrijgen van een | over de ingediende aanvragen tot het verkrijgen van een |
domeinconcessie voor de bouw en de exploitatie van installaties voor | domeinconcessie voor de bouw en de exploitatie van installaties voor |
de productie van elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen | de productie van elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen |
tussen de Bank zonder Naam en de Blighbank, ingediend door de | tussen de Bank zonder Naam en de Blighbank, ingediend door de |
Tijdelijke Handelsvennootschap SEASTAR, de tijdelijke | Tijdelijke Handelsvennootschap SEASTAR, de tijdelijke |
Handelsvennootschap ELECTRABEL - JAN DE NUL, de NV EVELOP BELGIUM en | Handelsvennootschap ELECTRABEL - JAN DE NUL, de NV EVELOP BELGIUM en |
de NV ELECTRASTAR conform de artikelen 9 en 10 van het voormelde | de NV ELECTRASTAR conform de artikelen 9 en 10 van het voormelde |
koninklijk besluit van 20 december 2000, zoals van toepassing op het | koninklijk besluit van 20 december 2000, zoals van toepassing op het |
ogenblik dat zij haar oorspronkelijk advies diende te verlenen, | ogenblik dat zij haar oorspronkelijk advies diende te verlenen, |
Besluit : | Besluit : |
Artikel 1.Het ministerieel besluit van 24 maart 2010 houdende |
Artikel 1.Het ministerieel besluit van 24 maart 2010 houdende |
toekenning aan de tijdelijke handelsvennootschap SEASTAR van een | toekenning aan de tijdelijke handelsvennootschap SEASTAR van een |
domeinconcessie voor de bouw en de exploitatie van installaties voor | domeinconcessie voor de bouw en de exploitatie van installaties voor |
de productie van elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen | de productie van elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen |
tussen de Bank zonder Naam en de Blighbank, wordt ingetrokken. | tussen de Bank zonder Naam en de Blighbank, wordt ingetrokken. |
Art. 2.De procedure tot toekenning van een domeinconcessie voor de |
Art. 2.De procedure tot toekenning van een domeinconcessie voor de |
bouw en de exploitatie van installaties voor de productie van | bouw en de exploitatie van installaties voor de productie van |
elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen tussen de Bank zonder | elektriciteit uit wind in de zeegebieden gelegen tussen de Bank zonder |
Naam en de Blighbank wordt hernomen. | Naam en de Blighbank wordt hernomen. |
Art. 3.De CREG wordt verzocht haar advies te brengen conform de |
Art. 3.De CREG wordt verzocht haar advies te brengen conform de |
artikelen 9 en 10 van het koninklijk besluit van 20 december 2000 | artikelen 9 en 10 van het koninklijk besluit van 20 december 2000 |
betreffende de voorwaarden en de procedure voor de toekenning van | betreffende de voorwaarden en de procedure voor de toekenning van |
domeinconcessies voor de bouw en de exploitatie van installaties voor | domeinconcessies voor de bouw en de exploitatie van installaties voor |
de productie van elektriciteit uit water, stromen of winden, in de | de productie van elektriciteit uit water, stromen of winden, in de |
zeegebieden waarin België rechtsmacht kan uitoefenen overeenkomstig | zeegebieden waarin België rechtsmacht kan uitoefenen overeenkomstig |
het internationaal zeerecht, zoals van toepassing op het ogenblik dat | het internationaal zeerecht, zoals van toepassing op het ogenblik dat |
zij haar oorspronkelijke advies diende te verlenen. | zij haar oorspronkelijke advies diende te verlenen. |
Brussel, 6 april 2011. | Brussel, 6 april 2011. |
P. MAGNETTE | P. MAGNETTE |