← Terug naar "Ministerieel besluit betreffende de aanduiding van een college van revisoren bij het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen "
| Ministerieel besluit betreffende de aanduiding van een college van revisoren bij het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen | Ministerieel besluit betreffende de aanduiding van een college van revisoren bij het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID | FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID |
| 2 MAART 2015. - Ministerieel besluit betreffende de aanduiding van een | 2 MAART 2015. - Ministerieel besluit betreffende de aanduiding van een |
| college van revisoren bij het Rijksinstituut voor de sociale | college van revisoren bij het Rijksinstituut voor de sociale |
| verzekeringen der zelfstandigen | verzekeringen der zelfstandigen |
| De Minister van Begroting, | De Minister van Begroting, |
| De Minister van Zelfstandigen, | De Minister van Zelfstandigen, |
| Gelet op het koninklijk besluit van 3 april 1997 houdende maatregelen | Gelet op het koninklijk besluit van 3 april 1997 houdende maatregelen |
| met het oog op de responsabilisering van de openbare instellingen van | met het oog op de responsabilisering van de openbare instellingen van |
| sociale zekerheid, met toepassing van artikel 47 van de wet van 26 | sociale zekerheid, met toepassing van artikel 47 van de wet van 26 |
| juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring | juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring |
| van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, artikel 25; | van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, artikel 25; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 14 november 2001 inzake de | Gelet op het koninklijk besluit van 14 november 2001 inzake de |
| uitoefening van de opdracht van de revisoren bij de openbare | uitoefening van de opdracht van de revisoren bij de openbare |
| instellingen van sociale zekerheid; | instellingen van sociale zekerheid; |
| Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 9 | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 9 |
| januari 2015; | januari 2015; |
| Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op |
| 3 februari 2015; | 3 februari 2015; |
| Gelet op de beperkte offerteaanvraag uitgeschreven op 14 april 2014 en | Gelet op de beperkte offerteaanvraag uitgeschreven op 14 april 2014 en |
| die in bijlage aan dit besluit is gehecht; | die in bijlage aan dit besluit is gehecht; |
| Gelet op de regelmatig ontvangen offertes op de afsluitingsdatum van | Gelet op de regelmatig ontvangen offertes op de afsluitingsdatum van |
| de aanbesteding; | de aanbesteding; |
| Gelet op het feit dat als toewijzingscriteria de globale jaarprijs | Gelet op het feit dat als toewijzingscriteria de globale jaarprijs |
| voor 60 % en de kwaliteit van het plan van aanpak voor 40 % werden | voor 60 % en de kwaliteit van het plan van aanpak voor 40 % werden |
| weerhouden, | weerhouden, |
| Besluiten : | Besluiten : |
Artikel 1.De heer Patrick Van Bourgognie in college met de heer |
Artikel 1.De heer Patrick Van Bourgognie in college met de heer |
| Baudouin Theunissen, leden van het Instituut voor Bedrijfsrevisoren, | Baudouin Theunissen, leden van het Instituut voor Bedrijfsrevisoren, |
| worden benoemd tot revisoren bij het Rijksinstituut voor de sociale | worden benoemd tot revisoren bij het Rijksinstituut voor de sociale |
| verzekeringen der zelfstandigen, voor de controle op de | verzekeringen der zelfstandigen, voor de controle op de |
| boekhoudkundige verrichtingen van de begrotingsjaren 2015 tot 2020. | boekhoudkundige verrichtingen van de begrotingsjaren 2015 tot 2020. |
Art. 2.De maximale vergoeding per gecontroleerd begrotingsjaar mag |
Art. 2.De maximale vergoeding per gecontroleerd begrotingsjaar mag |
| het bedrag van EUR 20.250,00 (excl. B.T.W.) niet overschrijden. | het bedrag van EUR 20.250,00 (excl. B.T.W.) niet overschrijden. |
Art. 3.In afwijking van artikel 2, zal elke aanvullende prestatie die |
Art. 3.In afwijking van artikel 2, zal elke aanvullende prestatie die |
| door de voogdijoverheid gevraagd wordt, en die in het onmiddellijke | door de voogdijoverheid gevraagd wordt, en die in het onmiddellijke |
| verlengde ligt van de toegewezen opdracht, vergoed worden op basis van | verlengde ligt van de toegewezen opdracht, vergoed worden op basis van |
| het forfaitaire bedrag van EUR 75,00/uur. | het forfaitaire bedrag van EUR 75,00/uur. |
Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
| Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. | Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. |
| Brussel, 2 maart 2015 | Brussel, 2 maart 2015 |
| De Minister van Begroting, | De Minister van Begroting, |
| H. JAMAR | H. JAMAR |
| De Minister van Zelfstandigen, | De Minister van Zelfstandigen, |
| W. BORSUS | W. BORSUS |