| Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van artikel 86 van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen voor het jaar 2019 | Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van artikel 86 van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen voor het jaar 2019 |
|---|---|
| WAALSE OVERHEIDSDIENST | WAALSE OVERHEIDSDIENST |
| 19 MAART 2021. - Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van | 19 MAART 2021. - Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van |
| artikel 86 van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer | artikel 86 van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer |
| en de betaling van de gezinsbijslagen voor het jaar 2019 | en de betaling van de gezinsbijslagen voor het jaar 2019 |
| De Waalse Regering, | De Waalse Regering, |
| Gelet de algemene kinderbijslagwet van 19 december 1939, artikel | Gelet de algemene kinderbijslagwet van 19 december 1939, artikel |
| 42bis, 50ter, 71, § 2; | 42bis, 50ter, 71, § 2; |
| Gelet op het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de | Gelet op het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de |
| betaling van de gezinsbijslagen, artikelen 86 en 120, lid 5 en 6; | betaling van de gezinsbijslagen, artikelen 86 en 120, lid 5 en 6; |
| Gelet op het rapport van 27 oktober 2020, opgesteld overeenkomstig | Gelet op het rapport van 27 oktober 2020, opgesteld overeenkomstig |
| artikel 4, 2°, van het decreet van 3 maart 2016 houdende uitvoering | artikel 4, 2°, van het decreet van 3 maart 2016 houdende uitvoering |
| van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties | van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties |
| die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie | die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie |
| van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen | van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen |
| voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de | voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de |
| Grondwet; | Grondwet; |
| Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 18 | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 18 |
| januari 2021; | januari 2021; |
| Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 21 | Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 21 |
| januari 2021; | januari 2021; |
| Gelet op advies nr. 68.736/2 van de Raad van State, gegeven op 22 | Gelet op advies nr. 68.736/2 van de Raad van State, gegeven op 22 |
| februari 2021, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de | februari 2021, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de |
| wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
| Gelet op de noodzaak om de continuïteit van de procedures voor de | Gelet op de noodzaak om de continuïteit van de procedures voor de |
| toekenning van sociale toeslagen, zoals die door FAMIFED werden | toekenning van sociale toeslagen, zoals die door FAMIFED werden |
| toegepast en waarvan de regels al jaren bekend zijn bij de gezinnen en | toegepast en waarvan de regels al jaren bekend zijn bij de gezinnen en |
| door een rechtszekerheid, mogelijk te maken. En zo de toekenning van | door een rechtszekerheid, mogelijk te maken. En zo de toekenning van |
| sociale toeslagen sinds 1 januari 2019 mogelijk te maken en | sociale toeslagen sinds 1 januari 2019 mogelijk te maken en |
| rechtsonzekerheid te voorkomen. De gezinnen zijn immers sinds 2015 op | rechtsonzekerheid te voorkomen. De gezinnen zijn immers sinds 2015 op |
| de hoogte van het systeem dat in dit besluit wordt beschreven en dit | de hoogte van het systeem dat in dit besluit wordt beschreven en dit |
| gedurende een periode van één jaar vóór de overgang naar de toekenning | gedurende een periode van één jaar vóór de overgang naar de toekenning |
| van een verworven recht; | van een verworven recht; |
| Op de voordracht van de Minister belast met Kinderbijslag; | Op de voordracht van de Minister belast met Kinderbijslag; |
| Na beraadslaging, | Na beraadslaging, |
| Besluit : | Besluit : |
Artikel 1.Dit besluit regelt, overeenkomstig artikel 138 van de |
Artikel 1.Dit besluit regelt, overeenkomstig artikel 138 van de |
| Grondwet, een materie bedoeld in artikel 128 ervan. | Grondwet, een materie bedoeld in artikel 128 ervan. |
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: |
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: |
| 1° het decreet van 8 februari 2018: het decreet van 8 februari 2018 | 1° het decreet van 8 februari 2018: het decreet van 8 februari 2018 |
| betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen; | betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen; |
| 2° de fiscale flux: de gegevensstroom van de FOD Financiën in zijn | 2° de fiscale flux: de gegevensstroom van de FOD Financiën in zijn |
| hoedanigheid van authentieke bron tot vaststelling van de inkomsten | hoedanigheid van authentieke bron tot vaststelling van de inkomsten |
| bedoeld in artikel 2, 20°, van het decreet van 8 februari 2018. | bedoeld in artikel 2, 20°, van het decreet van 8 februari 2018. |
| Met betrekking tot het eerste lid, 2°, is de voorlopige beslissing | Met betrekking tot het eerste lid, 2°, is de voorlopige beslissing |
| voor het jaar 2019 gebaseerd op het aanslagbiljet voor het | voor het jaar 2019 gebaseerd op het aanslagbiljet voor het |
| belastingjaar 2017 voor het inkomensjaar 2016. De controle van de | belastingjaar 2017 voor het inkomensjaar 2016. De controle van de |
| toekenningsvoorwaarden in 2021 is gebaseerd op het aanslagbiljet van | toekenningsvoorwaarden in 2021 is gebaseerd op het aanslagbiljet van |
| het belastingjaar 2020 voor het inkomensjaar 2019. | het belastingjaar 2020 voor het inkomensjaar 2019. |
Art. 3.Voor het jaar 2019 worden de toeslagen op de kinderbijslagen, |
Art. 3.Voor het jaar 2019 worden de toeslagen op de kinderbijslagen, |
| bedoeld in de artikelen 122 tot en met 124 van het decreet van 8 | bedoeld in de artikelen 122 tot en met 124 van het decreet van 8 |
| februari 2018, bij voorlopige beslissing van het Kinderbijslagfonds | februari 2018, bij voorlopige beslissing van het Kinderbijslagfonds |
| toegekend aan het begunstigde kind en uitbetaald aan de | toegekend aan het begunstigde kind en uitbetaald aan de |
| bijslagtrekkende, volgens de volgende modaliteiten: | bijslagtrekkende, volgens de volgende modaliteiten: |
| 1° het Kinderbijslagfonds neemt op 1 januari 2019 een nieuwe | 1° het Kinderbijslagfonds neemt op 1 januari 2019 een nieuwe |
| voorlopige beslissing in de volgende situaties: | voorlopige beslissing in de volgende situaties: |
| a) a) de toeslag wordt ambtshalve provisioneel toegekend wanneer het | a) a) de toeslag wordt ambtshalve provisioneel toegekend wanneer het |
| inkomen volgens de fiscale flux het toegestane maximum niet | inkomen volgens de fiscale flux het toegestane maximum niet |
| overschrijdt; | overschrijdt; |
| b) b) het Kinderbijslagfonds stelt de bijslagtrekkende in kennis van | b) b) het Kinderbijslagfonds stelt de bijslagtrekkende in kennis van |
| een voorlopige beslissing beschikking indien het inkomen volgens de | een voorlopige beslissing beschikking indien het inkomen volgens de |
| fiscale flux het maximum overschrijdt; | fiscale flux het maximum overschrijdt; |
| c) voor dossiers waarvoor het Kinderbijslagfonds in 2018 op grond van | c) voor dossiers waarvoor het Kinderbijslagfonds in 2018 op grond van |
| artikel 56, § 2, van de algemene kinderbijslagwet de in artikel 50ter | artikel 56, § 2, van de algemene kinderbijslagwet de in artikel 50ter |
| van de algemene kinderbijslagwet bepaalde bedragen betaalt, wordt de | van de algemene kinderbijslagwet bepaalde bedragen betaalt, wordt de |
| provisionele betaling volgens de in artikel 50ter van de algemene | provisionele betaling volgens de in artikel 50ter van de algemene |
| kinderbijslagwet bepaalde bedragen in 2019 gehandhaafd, onder | kinderbijslagwet bepaalde bedragen in 2019 gehandhaafd, onder |
| voorbehoud van een wijziging van de socio-professionele situatie; | voorbehoud van een wijziging van de socio-professionele situatie; |
| d) voor dossiers waarvoor het Kinderbijslagfonds in 2018 de in artikel | d) voor dossiers waarvoor het Kinderbijslagfonds in 2018 de in artikel |
| 50ter van de algemene kinderbijslagwet bepaalde bedragen betaalt op | 50ter van de algemene kinderbijslagwet bepaalde bedragen betaalt op |
| basis van gelijkstelling, wordt de provisionele betaling volgens de in | basis van gelijkstelling, wordt de provisionele betaling volgens de in |
| artikel 50ter van de algemene kinderbijslagwet bepaalde bedragen in | artikel 50ter van de algemene kinderbijslagwet bepaalde bedragen in |
| 2019 gehandhaafd tot de verwachte datum van het einde van de | 2019 gehandhaafd tot de verwachte datum van het einde van de |
| gelijkstelling; Alleen de inkomensvoorwaarden worden geverifieerd; | gelijkstelling; Alleen de inkomensvoorwaarden worden geverifieerd; |
| e) voor dossiers waarvoor het Kinderbijslagfonds in 2018 op grond van | e) voor dossiers waarvoor het Kinderbijslagfonds in 2018 op grond van |
| de artikelen 56quater, 56quinquies of 56septies van de algemene | de artikelen 56quater, 56quinquies of 56septies van de algemene |
| kinderbijslagwet de in artikel 50ter van de algemene kinderbijslagwet | kinderbijslagwet de in artikel 50ter van de algemene kinderbijslagwet |
| bepaalde bedragen betaalt, wordt de betaling van de in artikel 50ter | bepaalde bedragen betaalt, wordt de betaling van de in artikel 50ter |
| van de algemene kinderbijslagwet bedoelde bedragen voortgezet; | van de algemene kinderbijslagwet bedoelde bedragen voortgezet; |
| f) Voor kinderen die worden geplaatst met betaling van een derde van | f) Voor kinderen die worden geplaatst met betaling van een derde van |
| de gezinsbijslag op het depositoboekje en voor plaatsingen die op 1 | de gezinsbijslag op het depositoboekje en voor plaatsingen die op 1 |
| januari 2019 aan de gang zijn, blijven de toegepaste gezinshereniging | januari 2019 aan de gang zijn, blijven de toegepaste gezinshereniging |
| en het tarief die op 31 december 2018 van kracht waren, gelden tot | en het tarief die op 31 december 2018 van kracht waren, gelden tot |
| zich een nieuwe gebeurtenis voordoet, vanaf welke de nieuwe bepalingen | zich een nieuwe gebeurtenis voordoet, vanaf welke de nieuwe bepalingen |
| van toepassing zijn; | van toepassing zijn; |
| g) wanneer de fiscale flux niet beschikbaar is geweest, onderzoekt het | g) wanneer de fiscale flux niet beschikbaar is geweest, onderzoekt het |
| Kinderbijslagfonds de voorwaarden voor de toekenning van de toeslag | Kinderbijslagfonds de voorwaarden voor de toekenning van de toeslag |
| aan de hand van bewijsstukken waaruit blijkt dat de bijslagtrekkende | aan de hand van bewijsstukken waaruit blijkt dat de bijslagtrekkende |
| voldoet aan de inkomensvoorwaarden voor de toekenning van een toeslag; | voldoet aan de inkomensvoorwaarden voor de toekenning van een toeslag; |
| h) in het geval van de in artikel 42bis van de algemene | h) in het geval van de in artikel 42bis van de algemene |
| kinderbijslagwet bedoelde toeslagen voor kinderen die gewaarborgde | kinderbijslagwet bedoelde toeslagen voor kinderen die gewaarborgde |
| gezinsbijslagen ontvangen, wordt de toekenning provisioneel | gezinsbijslagen ontvangen, wordt de toekenning provisioneel |
| gehandhaafd en geregulariseerd na ontvangst van de belastinggegevens | gehandhaafd en geregulariseerd na ontvangst van de belastinggegevens |
| betreffende het gezin van het begunstigde kind; | betreffende het gezin van het begunstigde kind; |
| i) voor kinderen van wie is erkend dat zij een handicap of aandoening | i) voor kinderen van wie is erkend dat zij een handicap of aandoening |
| hebben, ouder zijn dan 25 jaar en geboren zijn vóór 1 juli 1966, wordt | hebben, ouder zijn dan 25 jaar en geboren zijn vóór 1 juli 1966, wordt |
| de betaling in 2019 zonder verder onderzoek voortgezet; | de betaling in 2019 zonder verder onderzoek voortgezet; |
| 2° het Kinderbijslagfonds neemt op 1 januari 2019 een nieuwe | 2° het Kinderbijslagfonds neemt op 1 januari 2019 een nieuwe |
| voorlopige beslissing in de volgende situaties: | voorlopige beslissing in de volgende situaties: |
| a) de sociaal verzekerde deelt het Kinderbijslagfonds mee dat zijn | a) de sociaal verzekerde deelt het Kinderbijslagfonds mee dat zijn |
| inkomen het maximum overschrijdt of dreigt te overschrijden; | inkomen het maximum overschrijdt of dreigt te overschrijden; |
| b) de sociaal verzekerde die een ambtshalve beslissing tot voorlopige | b) de sociaal verzekerde die een ambtshalve beslissing tot voorlopige |
| weigering heeft ontvangen, kan te allen tijde om een nieuw onderzoek | weigering heeft ontvangen, kan te allen tijde om een nieuw onderzoek |
| van zijn dossier verzoeken door het Kinderbijslagfonds een bewijs van | van zijn dossier verzoeken door het Kinderbijslagfonds een bewijs van |
| inkomen toe te zenden; | inkomen toe te zenden; |
| c) wanneer het Kinderbijslagfonds kennis krijgt van een verandering in | c) wanneer het Kinderbijslagfonds kennis krijgt van een verandering in |
| de gezinssituatie van de bijslagtrekkende waardoor niet meer wordt | de gezinssituatie van de bijslagtrekkende waardoor niet meer wordt |
| voldaan aan de voorwaarden voor de toekenning van een toeslag, wordt | voldaan aan de voorwaarden voor de toekenning van een toeslag, wordt |
| de provisionele betaling van de toeslag onmiddellijk stopgezet; | de provisionele betaling van de toeslag onmiddellijk stopgezet; |
| d) in geval van een nieuwe eenoudergezinssituatie in een dossier | d) in geval van een nieuwe eenoudergezinssituatie in een dossier |
| waarin geen provisionele betaling van de toeslag heeft plaatsgevonden, | waarin geen provisionele betaling van de toeslag heeft plaatsgevonden, |
| richt het Kinderbijslagfonds een verzoek om aanvullende informatie aan | richt het Kinderbijslagfonds een verzoek om aanvullende informatie aan |
| de bijslagtrekkende; | de bijslagtrekkende; |
| 3° voor nieuwe aanvragen voor kinderbijslag vanaf januari 2019 neemt | 3° voor nieuwe aanvragen voor kinderbijslag vanaf januari 2019 neemt |
| het Kinderbijslagfonds een voorlopige beslissing op basis van een | het Kinderbijslagfonds een voorlopige beslissing op basis van een |
| aanvraag tot provisionele toekenning indien de bijslagtrekkende het | aanvraag tot provisionele toekenning indien de bijslagtrekkende het |
| bewijs heeft dat hij voldoet aan de inkomensvoorwaarden voor de | bewijs heeft dat hij voldoet aan de inkomensvoorwaarden voor de |
| toekenning van een toeslag. | toekenning van een toeslag. |
| Met betrekking tot lid 1, 1°, f), wordt in geval van een nieuwe | Met betrekking tot lid 1, 1°, f), wordt in geval van een nieuwe |
| plaatsing met betaling van de derde op een depositoboekje het vanaf 1 | plaatsing met betaling van de derde op een depositoboekje het vanaf 1 |
| januari 2019, de sociale toeslag automatisch toegekend. Het kind is | januari 2019, de sociale toeslag automatisch toegekend. Het kind is |
| niet langer gegroepeerd rond de bijslagtrekkende. De betaling wordt | niet langer gegroepeerd rond de bijslagtrekkende. De betaling wordt |
| dus verricht in rang 1, met toekenning van de sociale toeslag bedoeld | dus verricht in rang 1, met toekenning van de sociale toeslag bedoeld |
| in artikel 123 van het decreet van 8 februari 2018. | in artikel 123 van het decreet van 8 februari 2018. |
| Wat het eerste lid, 1°, i) betreft, wordt de geldigheid van het | Wat het eerste lid, 1°, i) betreft, wordt de geldigheid van het |
| percentage éénoudergezinnen, indien het wordt betaald, later | percentage éénoudergezinnen, indien het wordt betaald, later |
| geverifieerd wanneer de belastinggegevens worden ontvangen. | geverifieerd wanneer de belastinggegevens worden ontvangen. |
| Met betrekking tot het eerste lid, 2°, a), onderbreekt het | Met betrekking tot het eerste lid, 2°, a), onderbreekt het |
| Kinderbijslagfonds onmiddellijk de provisionele betaling van de | Kinderbijslagfonds onmiddellijk de provisionele betaling van de |
| toeslag. | toeslag. |
Art. 4.In 2021 gaat het Kinderbijslagfonds voor de in artikel 3 |
Art. 4.In 2021 gaat het Kinderbijslagfonds voor de in artikel 3 |
| bedoelde situaties op basis van de fiscale flux van de inkomsten 2019 | bedoelde situaties op basis van de fiscale flux van de inkomsten 2019 |
| na of de in de artikelen 122 tot en met 124 van het decreet van 8 | na of de in de artikelen 122 tot en met 124 van het decreet van 8 |
| februari 2018 vastgestelde maxima al dan niet zijn overschreden. | februari 2018 vastgestelde maxima al dan niet zijn overschreden. |
| Als de maxima worden overschreden, meldt het Kinderbijslagfonds het | Als de maxima worden overschreden, meldt het Kinderbijslagfonds het |
| onverschuldigd betaalde en voert het de terugvordering uit. | onverschuldigd betaalde en voert het de terugvordering uit. |
| Als de maxima niet worden overschreden en er in 2019 geen toeslag is | Als de maxima niet worden overschreden en er in 2019 geen toeslag is |
| aangevraagd, kent het Kinderbijslagfonds automatisch de toeslagen toe | aangevraagd, kent het Kinderbijslagfonds automatisch de toeslagen toe |
| waarin is voorzien in de artikelen 122 tot en met 124 van het decreet | waarin is voorzien in de artikelen 122 tot en met 124 van het decreet |
| van 8 februari 2018 | van 8 februari 2018 |
Art. 5.Voor de gezinnen die in het buitenland verblijven, worden de |
Art. 5.Voor de gezinnen die in het buitenland verblijven, worden de |
| toeslagen op de kinderbijslagen, bedoeld in de artikelen 122 tot en | toeslagen op de kinderbijslagen, bedoeld in de artikelen 122 tot en |
| met 124 van het decreet van 8 februari 2018, bij voorlopige beslissing | met 124 van het decreet van 8 februari 2018, bij voorlopige beslissing |
| van het kinderbijslagfonds toegekend aan het begunstigde kind en | van het kinderbijslagfonds toegekend aan het begunstigde kind en |
| uitbetaald aan de bijslagtrekkende op basis van een verklaring op | uitbetaald aan de bijslagtrekkende op basis van een verklaring op |
| erewoord. | erewoord. |
| Het model van de verklaring op erewoord wordt door het Agentschap | Het model van de verklaring op erewoord wordt door het Agentschap |
| vastgesteld en bevat ten minste de gegevens betreffende de | vastgesteld en bevat ten minste de gegevens betreffende de |
| beroepsinkomsten en de belastbare sociale uitkeringen. De verklaring | beroepsinkomsten en de belastbare sociale uitkeringen. De verklaring |
| op erewoord wordt elk jaar verzonden. | op erewoord wordt elk jaar verzonden. |
Art. 6.Het Agentschap stelt het model vast voor de aanvraag van |
Art. 6.Het Agentschap stelt het model vast voor de aanvraag van |
| sociale toeslagen die samen met het Kinderbijslagfonds moeten worden | sociale toeslagen die samen met het Kinderbijslagfonds moeten worden |
| gebruikt. | gebruikt. |
| De aanvraag bevat ten minste de gegevens betreffende de | De aanvraag bevat ten minste de gegevens betreffende de |
| beroepsinkomsten en de sociale uitkeringen die in aanmerking moeten | beroepsinkomsten en de sociale uitkeringen die in aanmerking moeten |
| worden genomen, namelijk: | worden genomen, namelijk: |
| 1° de werkloosheids- of faillissementsuitkeringen, ziekte- en | 1° de werkloosheids- of faillissementsuitkeringen, ziekte- en |
| bevallingsuitkeringen, loopbaanonderbrekings- of | bevallingsuitkeringen, loopbaanonderbrekings- of |
| tijdskredietuitkeringen, uitkeringen bij arbeidsongevallen en | tijdskredietuitkeringen, uitkeringen bij arbeidsongevallen en |
| beroepsziekten, (pre)pensioenen en groepsverzekeringen; | beroepsziekten, (pre)pensioenen en groepsverzekeringen; |
| 2° de uitkeringen in verband met het overlevingspensioen en de | 2° de uitkeringen in verband met het overlevingspensioen en de |
| overbruggingstoelagen; | overbruggingstoelagen; |
| 3° de salarissen (met inbegrip van de dienstencheques); | 3° de salarissen (met inbegrip van de dienstencheques); |
| 4° de PWA-cheques; | 4° de PWA-cheques; |
| 5° het vakantiegeld | 5° het vakantiegeld |
| 6° de uitkeringen voor kinderopvang voor onthaalouders betaald door de | 6° de uitkeringen voor kinderopvang voor onthaalouders betaald door de |
| RVA; | RVA; |
| 7° voor zelfstandigen, de netto-inkomsten als zelfstandige en de | 7° voor zelfstandigen, de netto-inkomsten als zelfstandige en de |
| beroepsverliezen van zelfstandigen kunnen worden afgetrokken van de | beroepsverliezen van zelfstandigen kunnen worden afgetrokken van de |
| inkomsten uit andere beroepsactiviteiten; | inkomsten uit andere beroepsactiviteiten; |
| 8° de verbrekingsvergoeding, waarvan alleen het deel dat betrekking | 8° de verbrekingsvergoeding, waarvan alleen het deel dat betrekking |
| heeft op het jaar van betaling in aanmerking wordt genomen; | heeft op het jaar van betaling in aanmerking wordt genomen; |
| 9° de achterstallige betalingen, waarvan alleen het deel dat | 9° de achterstallige betalingen, waarvan alleen het deel dat |
| betrekking heeft op het jaar van betaling in aanmerking wordt genomen; | betrekking heeft op het jaar van betaling in aanmerking wordt genomen; |
| 10° de contractuele uitkeringen in het kader van de collectieve | 10° de contractuele uitkeringen in het kader van de collectieve |
| ziekte-, invaliditeits- of ongevallenverzekering van de werkgever die | ziekte-, invaliditeits- of ongevallenverzekering van de werkgever die |
| inkomensverliezen dekken: alleen de jaarlijkse rente voor het lopende | inkomensverliezen dekken: alleen de jaarlijkse rente voor het lopende |
| jaar wordt in aanmerking genomen; | jaar wordt in aanmerking genomen; |
| 11° de belastbare arbeidsongeschiktheidsuitkeringen of | 11° de belastbare arbeidsongeschiktheidsuitkeringen of |
| invaliditeitsuitkeringen van een particuliere verzekering voor | invaliditeitsuitkeringen van een particuliere verzekering voor |
| zelfstandigen en vrije beroepen; | zelfstandigen en vrije beroepen; |
| 12° de inkomsten van een internationale organisatie. | 12° de inkomsten van een internationale organisatie. |
Art. 7.Dit besluit heeft uitwerking vanaf 1 januari 2019 en houdt op |
Art. 7.Dit besluit heeft uitwerking vanaf 1 januari 2019 en houdt op |
| gevolg te hebben per 31 december 2021. | gevolg te hebben per 31 december 2021. |
Art. 8.De Minister bevoegd voor Kinderbijslag is belast met de |
Art. 8.De Minister bevoegd voor Kinderbijslag is belast met de |
| uitvoering van dit besluit. | uitvoering van dit besluit. |
| Namen, 19 maart 2021. | Namen, 19 maart 2021. |
| Voor de Regering: | Voor de Regering: |
| De Minister-President, | De Minister-President, |
| E. DI RUPO | E. DI RUPO |
| De Minister van Ambtenarenzaken, Informatica, Administratieve | De Minister van Ambtenarenzaken, Informatica, Administratieve |
| Vereenvoudiging, | Vereenvoudiging, |
| belast met Kinderbijslag, Toerisme, Erfgoed en Verkeersveiligheid, | belast met Kinderbijslag, Toerisme, Erfgoed en Verkeersveiligheid, |
| V. DE BUE | V. DE BUE |