Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de regels inzake de attestatie van assistentiehonden, vermeld in artikel 4 van het decreet van 20 maart 2009 houdende de toegankelijkheid van publieke plaatsen voor personen met een assistentiehond | Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de regels inzake de attestatie van assistentiehonden, vermeld in artikel 4 van het decreet van 20 maart 2009 houdende de toegankelijkheid van publieke plaatsen voor personen met een assistentiehond |
---|---|
VLAAMSE OVERHEID | VLAAMSE OVERHEID |
29 MAART 2013. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de regels | 29 MAART 2013. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de regels |
inzake de attestatie van assistentiehonden, vermeld in artikel 4 van | inzake de attestatie van assistentiehonden, vermeld in artikel 4 van |
het decreet van 20 maart 2009 houdende de toegankelijkheid van | het decreet van 20 maart 2009 houdende de toegankelijkheid van |
publieke plaatsen voor personen met een assistentiehond | publieke plaatsen voor personen met een assistentiehond |
De Vlaamse Regering, | De Vlaamse Regering, |
Gelet op het decreet van 20 maart 2009 houdende de toegankelijkheid | Gelet op het decreet van 20 maart 2009 houdende de toegankelijkheid |
van publieke plaatsen voor personen met een assistentiehond, artikel | van publieke plaatsen voor personen met een assistentiehond, artikel |
4, vervangen bij het decreet van 29 maart 2013, en 4/1, ingevoegd bij | 4, vervangen bij het decreet van 29 maart 2013, en 4/1, ingevoegd bij |
het decreet van 29 maart 2013; | het decreet van 29 maart 2013; |
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de | Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de |
begroting, gegeven op 25 januari 2013; | begroting, gegeven op 25 januari 2013; |
Gelet op advies 52.871/1 van de Raad van State, gegeven op 28 februari | Gelet op advies 52.871/1 van de Raad van State, gegeven op 28 februari |
2013, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de | 2013, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de |
wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en | Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en |
Gezin; | Gezin; |
Na beraadslaging, | Na beraadslaging, |
Besluit : | Besluit : |
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : |
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : |
1° assistentiehond : een hond als vermeld in artikel 2, 1° van het | 1° assistentiehond : een hond als vermeld in artikel 2, 1° van het |
decreet van 20 maart 2009 houdende de toegankelijkheid van publieke | decreet van 20 maart 2009 houdende de toegankelijkheid van publieke |
plaatsen voor personen met een assistentiehond; | plaatsen voor personen met een assistentiehond; |
2° assistentiehondenschool : een rechtspersoon als vermeld in artikel | 2° assistentiehondenschool : een rechtspersoon als vermeld in artikel |
4, eerste lid, van het decreet van 20 maart 2009 houdende de | 4, eerste lid, van het decreet van 20 maart 2009 houdende de |
toegankelijkheid van publieke plaatsen voor personen met een | toegankelijkheid van publieke plaatsen voor personen met een |
assistentiehond; | assistentiehond; |
3° de cel : de cel machtiging assistentiehondenscholen, vermeld in | 3° de cel : de cel machtiging assistentiehondenscholen, vermeld in |
artikel 2; | artikel 2; |
4° KATHO : het expertisecentrum Dier-en-zorg verbonden aan de | 4° KATHO : het expertisecentrum Dier-en-zorg verbonden aan de |
Katholieke Hogeschool Zuid-West-Vlaanderen vzw. | Katholieke Hogeschool Zuid-West-Vlaanderen vzw. |
Art. 2.In de schoot van KATHO wordt een cel machtiging |
Art. 2.In de schoot van KATHO wordt een cel machtiging |
assistentiehondenscholen opgericht. Die cel machtigt de | assistentiehondenscholen opgericht. Die cel machtigt de |
assistentiehondenscholen om assistentiehonden te attesteren. Die cel | assistentiehondenscholen om assistentiehonden te attesteren. Die cel |
kan de machtiging van een assistentiehondenschool intrekken als de | kan de machtiging van een assistentiehondenschool intrekken als de |
assistentiehondenschool niet langer voldoet aan de voorwaarden die | assistentiehondenschool niet langer voldoet aan de voorwaarden die |
overeenkomstig artikel 4/1, eerste lid, van het decreet van 20 maart | overeenkomstig artikel 4/1, eerste lid, van het decreet van 20 maart |
2009 houdende de toegankelijkheid van publieke plaatsen voor personen | 2009 houdende de toegankelijkheid van publieke plaatsen voor personen |
met een assistentiehond zijn vastgesteld. | met een assistentiehond zijn vastgesteld. |
Art. 3.Een assistentiehondenschool die gemachtigd wil worden om |
Art. 3.Een assistentiehondenschool die gemachtigd wil worden om |
assistentiehonden te attesteren dient een aanvraag in bij de cel. Die | assistentiehonden te attesteren dient een aanvraag in bij de cel. Die |
cel bepaalt welke documenten bij de aanvraag gevoegd moeten worden. | cel bepaalt welke documenten bij de aanvraag gevoegd moeten worden. |
De machtiging geldt voor een periode van vijf jaar. De cel gaat na of | De machtiging geldt voor een periode van vijf jaar. De cel gaat na of |
de assistentiehondenschool voldoet aan de overeenkomstig artikel 4/1, | de assistentiehondenschool voldoet aan de overeenkomstig artikel 4/1, |
eerste lid, van het decreet van 20 maart 2009 houdende de | eerste lid, van het decreet van 20 maart 2009 houdende de |
toegankelijkheid van publieke plaatsen voor personen met een | toegankelijkheid van publieke plaatsen voor personen met een |
assistentiehond vastgestelde voorwaarden en kan de machtiging, telkens | assistentiehond vastgestelde voorwaarden en kan de machtiging, telkens |
voor een periode van vijf jaar, verlengen. | voor een periode van vijf jaar, verlengen. |
Art. 4.Een assistentiehondenschool kan een assistentiehond alleen |
Art. 4.Een assistentiehondenschool kan een assistentiehond alleen |
attesteren als ze daarvoor gemachtigd is door de cel. Alleen een | attesteren als ze daarvoor gemachtigd is door de cel. Alleen een |
assistentiehond die de zelfredzaamheid van een specifieke persoon met | assistentiehond die de zelfredzaamheid van een specifieke persoon met |
een handicap of ziekte verruimt, of daarvoor opgeleid wordt, kan | een handicap of ziekte verruimt, of daarvoor opgeleid wordt, kan |
geattesteerd worden. | geattesteerd worden. |
De attestatie van een assistentiehond geldt voor een periode van één | De attestatie van een assistentiehond geldt voor een periode van één |
jaar en kan, na evaluatie van de assistentiehond en de persoon aan wie | jaar en kan, na evaluatie van de assistentiehond en de persoon aan wie |
de hond toegewezen werd, verlengd worden. | de hond toegewezen werd, verlengd worden. |
Art. 5.Voor assistentiehondenscholen die geaccrediteerd zijn door |
Art. 5.Voor assistentiehondenscholen die geaccrediteerd zijn door |
Assistence Dogs International of de International Guide Dog | Assistence Dogs International of de International Guide Dog |
Federation, of een onderafdeling, geldt de accreditatie als enige | Federation, of een onderafdeling, geldt de accreditatie als enige |
voorwaarde om gemachtigd te worden om assistentiehonden te attesteren. | voorwaarde om gemachtigd te worden om assistentiehonden te attesteren. |
De cel kan de machtiging van de assistentiehondenscholen, vermeld in | De cel kan de machtiging van de assistentiehondenscholen, vermeld in |
het eerste lid, intrekken als de internationale organisatie, vermeld | het eerste lid, intrekken als de internationale organisatie, vermeld |
in het eerste lid, in gebreke blijft om controle uit te voeren en de | in het eerste lid, in gebreke blijft om controle uit te voeren en de |
assistentiehondenschool manifest afwijkt van de door die | assistentiehondenschool manifest afwijkt van de door die |
internationale organisatie vastgestelde normen. | internationale organisatie vastgestelde normen. |
Art. 6.De cel houdt bij het bepalen van de voorwaarden overeenkomstig |
Art. 6.De cel houdt bij het bepalen van de voorwaarden overeenkomstig |
artikel 4/1, eerste lid, van het decreet van 20 maart 2009 houdende de | artikel 4/1, eerste lid, van het decreet van 20 maart 2009 houdende de |
toegankelijkheid van publieke plaatsen voor personen met een | toegankelijkheid van publieke plaatsen voor personen met een |
assistentiehond in het bijzonder rekening met het al dan niet aanwezig | assistentiehond in het bijzonder rekening met het al dan niet aanwezig |
zijn van de competenties bij de assistentiehondenschool om | zijn van de competenties bij de assistentiehondenschool om |
assistentiehonden op te leiden en de koppeling tussen de | assistentiehonden op te leiden en de koppeling tussen de |
assistentiehond en een persoon met een handicap of ziekte te maken. | assistentiehond en een persoon met een handicap of ziekte te maken. |
De cel kan voor het uitvoeren van haar opdracht een beroep doen op | De cel kan voor het uitvoeren van haar opdracht een beroep doen op |
onafhankelijke deskundigen. | onafhankelijke deskundigen. |
Art. 7.De cel is minstens samengesteld uit : |
Art. 7.De cel is minstens samengesteld uit : |
1° een vertegenwoordiger aangeduid door KATHO; | 1° een vertegenwoordiger aangeduid door KATHO; |
2° een vertegenwoordiger aangeduid door het Vlaams Agentschap voor | 2° een vertegenwoordiger aangeduid door het Vlaams Agentschap voor |
Personen met een Handicap, opgericht bij het decreet van 7 mei 2004 | Personen met een Handicap, opgericht bij het decreet van 7 mei 2004 |
tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met | tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met |
rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een | rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een |
Handicap; | Handicap; |
3° twee vertegenwoordigers aangeduid door de gemachtigde | 3° twee vertegenwoordigers aangeduid door de gemachtigde |
assistentiehondenscholen. | assistentiehondenscholen. |
De vertegenwoordigers, vermeld in het eerste lid, nemen het | De vertegenwoordigers, vermeld in het eerste lid, nemen het |
voorzitterschap van de cel volgens een in het huishoudelijk reglement | voorzitterschap van de cel volgens een in het huishoudelijk reglement |
vastgestelde beurtrol waar. Bij staking van stemmen is zijn stem | vastgestelde beurtrol waar. Bij staking van stemmen is zijn stem |
doorslaggevend. De samenstelling van de cel kan uitgebreid worden. Het | doorslaggevend. De samenstelling van de cel kan uitgebreid worden. Het |
aantal vertegenwoordigers aangeduid door de gemachtigde | aantal vertegenwoordigers aangeduid door de gemachtigde |
assistentiehondenscholen mag niet hoger zijn dan het aantal overige | assistentiehondenscholen mag niet hoger zijn dan het aantal overige |
leden. | leden. |
De leden van de cel, vermeld in het eerste lid, 3°, worden door de | De leden van de cel, vermeld in het eerste lid, 3°, worden door de |
minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, benoemd voor een | minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, benoemd voor een |
periode van drie jaar en kunnen herbenoemd worden. | periode van drie jaar en kunnen herbenoemd worden. |
Art. 8.Het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap verleent, |
Art. 8.Het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap verleent, |
voor de oprichting en de werking van de cel, aan KATHO een forfaitaire | voor de oprichting en de werking van de cel, aan KATHO een forfaitaire |
subsidie van 25.551,08 euro op jaarbasis. | subsidie van 25.551,08 euro op jaarbasis. |
Het bedrag, vermeld in het eerste lid, wordt jaarlijks op 1 maart | Het bedrag, vermeld in het eerste lid, wordt jaarlijks op 1 maart |
aangepast volgens de formule : 25.551,08 euro x G-index februari | aangepast volgens de formule : 25.551,08 euro x G-index februari |
20xx/G-index februari 2013. | 20xx/G-index februari 2013. |
De subsidie, vermeld in het eerste lid, wordt voor het eerste | De subsidie, vermeld in het eerste lid, wordt voor het eerste |
werkingsjaar verdubbeld. | werkingsjaar verdubbeld. |
Art. 9.Bij wijze van voorschot wordt 80 procent van de subsidie, |
Art. 9.Bij wijze van voorschot wordt 80 procent van de subsidie, |
vermeld in artikel 8, in de loop van maart van elk jaar ter | vermeld in artikel 8, in de loop van maart van elk jaar ter |
beschikking gesteld. | beschikking gesteld. |
Het saldo van de subsidie wordt uitbetaald na de goedkeuring van de | Het saldo van de subsidie wordt uitbetaald na de goedkeuring van de |
minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, of zijn gemachtigde | minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, of zijn gemachtigde |
van de informatie en rapportering, vermeld in artikel 4/1, eerste lid, | van de informatie en rapportering, vermeld in artikel 4/1, eerste lid, |
van het decreet van het decreet van 20 maart 2009 houdende de | van het decreet van het decreet van 20 maart 2009 houdende de |
toegankelijkheid van publieke plaatsen voor personen met een | toegankelijkheid van publieke plaatsen voor personen met een |
assistentiehond zoals geconcretiseerd in het huishoudelijk reglement | assistentiehond zoals geconcretiseerd in het huishoudelijk reglement |
van de cel. | van de cel. |
Het saldo van de subsidie wordt ten vroegste uitbetaald in de loop van | Het saldo van de subsidie wordt ten vroegste uitbetaald in de loop van |
de maand december van het jaar waarop de informatie en rapportering | de maand december van het jaar waarop de informatie en rapportering |
betrekking heeft. | betrekking heeft. |
Als de informatie en rapportering te kort schiet om de besteding van | Als de informatie en rapportering te kort schiet om de besteding van |
de subsidie, vermeld in artikel 8, te verantwoorden, wordt het saldo | de subsidie, vermeld in artikel 8, te verantwoorden, wordt het saldo |
niet uitbetaald en wordt het niet verantwoord gedeelte van het | niet uitbetaald en wordt het niet verantwoord gedeelte van het |
voorschot, vermeld in het eerste lid, teruggevorderd. | voorschot, vermeld in het eerste lid, teruggevorderd. |
Art. 10.De vergoeding en presentiegelden voor de leden van de cel en |
Art. 10.De vergoeding en presentiegelden voor de leden van de cel en |
de deskundigen waarop die cel beroep doet, mogen niet hoger zijn dan | de deskundigen waarop die cel beroep doet, mogen niet hoger zijn dan |
de bedragen vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juni | de bedragen vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juni |
2004 houdende vaststelling van de grenzen en de toekenningsvoorwaarden | 2004 houdende vaststelling van de grenzen en de toekenningsvoorwaarden |
van het presentiegeld en de andere vergoedingen die in het kader van | van het presentiegeld en de andere vergoedingen die in het kader van |
de bestuurlijke werking van een dienstverlenende of opdrachthoudende | de bestuurlijke werking van een dienstverlenende of opdrachthoudende |
vereniging kunnen worden toegekend. | vereniging kunnen worden toegekend. |
Art. 11.Voor de eerste driejarige periode wordt één vertegenwoordiger |
Art. 11.Voor de eerste driejarige periode wordt één vertegenwoordiger |
van de gemachtigde assistentiehondenscholen aangeduid in onderling | van de gemachtigde assistentiehondenscholen aangeduid in onderling |
overleg door de assistentiehondenscholen die voldoen aan de | overleg door de assistentiehondenscholen die voldoen aan de |
voorwaarde, vermeld in artikel 5, eerste lid. De cel, die in afwijking | voorwaarde, vermeld in artikel 5, eerste lid. De cel, die in afwijking |
van artikel 7, eerste lid, 3°, samengesteld is met één | van artikel 7, eerste lid, 3°, samengesteld is met één |
vertegenwoordiger van de gemachtigde assistentiehondenscholen doet een | vertegenwoordiger van de gemachtigde assistentiehondenscholen doet een |
oproep zodat alle kandidaat-assistentiehondenscholen een aanvraag tot | oproep zodat alle kandidaat-assistentiehondenscholen een aanvraag tot |
machtiging kunnen indienen. De tweede vertegenwoordiger wordt in | machtiging kunnen indienen. De tweede vertegenwoordiger wordt in |
onderling overleg aangeduid door de kandidaat-assistentiehondenscholen | onderling overleg aangeduid door de kandidaat-assistentiehondenscholen |
en de assistentiehondenscholen die voldoen aan de voorwaarde, vermeld | en de assistentiehondenscholen die voldoen aan de voorwaarde, vermeld |
in artikel 5, eerste lid. | in artikel 5, eerste lid. |
Art. 12.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2014. |
Art. 12.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2014. |
Art. 13.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, |
Art. 13.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, |
is belast met de uitvoering van dit besluit. | is belast met de uitvoering van dit besluit. |
Brussel, 29 maart 2013. | Brussel, 29 maart 2013. |
De minister-president van de Vlaamse Regering, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, | De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, |
J. VANDEURZEN | J. VANDEURZEN |