| Besluit van de Vlaamse Regering over de regeling voor de toekenning van sectorale investeringssubsidies aan cultuur- en jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang | Besluit van de Vlaamse Regering over de regeling voor de toekenning van sectorale investeringssubsidies aan cultuur- en jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang |
|---|---|
| VLAAMSE OVERHEID | VLAAMSE OVERHEID |
| 29 APRIL 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering over de regeling voor | 29 APRIL 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering over de regeling voor |
| de toekenning van sectorale investeringssubsidies aan cultuur- en | de toekenning van sectorale investeringssubsidies aan cultuur- en |
| jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang | jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang |
| Rechtsgronden | Rechtsgronden |
| Dit besluit is gebaseerd op: | Dit besluit is gebaseerd op: |
| - het Programmadecreet van 18 december 2020 bij de begroting 2021, | - het Programmadecreet van 18 december 2020 bij de begroting 2021, |
| artikel 6, § 1, § 2, § 4, § 5 en § 6. | artikel 6, § 1, § 2, § 4, § 5 en § 6. |
| Vormvereisten | Vormvereisten |
| De volgende vormvereisten zijn vervuld: | De volgende vormvereisten zijn vervuld: |
| - De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 17 december 2021. | - De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 17 december 2021. |
| - De Raad voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media heeft advies gegeven op | - De Raad voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media heeft advies gegeven op |
| 12 januari 2022. | 12 januari 2022. |
| - De Vlaamse Jeugdraad heeft advies gegeven op 2 februari 2022. | - De Vlaamse Jeugdraad heeft advies gegeven op 2 februari 2022. |
| - De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord | - De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord |
| gegeven op 14 februari 2022. | gegeven op 14 februari 2022. |
| - De Raad van State heeft advies 71.199/3 gegeven op 1 april 2022, met | - De Raad van State heeft advies 71.199/3 gegeven op 1 april 2022, met |
| toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de | toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de |
| Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. | Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. |
| Juridisch kader | Juridisch kader |
| Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving: | Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving: |
| - verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 | - verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 |
| waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en | waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en |
| 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard. | 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard. |
| Initiatiefnemers | Initiatiefnemers |
| Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van | Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van |
| Buitenlandse Zaken, Cultuur, Digitalisering en Facilitair Management | Buitenlandse Zaken, Cultuur, Digitalisering en Facilitair Management |
| en de Vlaamse minister van Brussel, Jeugd en Media. | en de Vlaamse minister van Brussel, Jeugd en Media. |
| Na beraadslaging, | Na beraadslaging, |
| DE VLAAMSE REGERING BESLUIT: | DE VLAAMSE REGERING BESLUIT: |
| HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen | HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen |
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: |
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: |
| 1° administratie: het Departement Cultuur, Jeugd en Media, vermeld in | 1° administratie: het Departement Cultuur, Jeugd en Media, vermeld in |
| artikel 24, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni | artikel 24, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni |
| 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie; | 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie; |
| 2° cultuur- en jeugdinfrastructuur: onroerende accommodaties of | 2° cultuur- en jeugdinfrastructuur: onroerende accommodaties of |
| roerende accommodaties die vast zijn door de bestemming ervan, bestemd | roerende accommodaties die vast zijn door de bestemming ervan, bestemd |
| voor activiteiten van een of meer sectoren binnen het jeugd-, kunst- | voor activiteiten van een of meer sectoren binnen het jeugd-, kunst- |
| en cultuurbeleid, vermeld in artikel 4, 1°, 3°, 4°, 5°, 7° en 8°, van | en cultuurbeleid, vermeld in artikel 4, 1°, 3°, 4°, 5°, 7° en 8°, van |
| de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de | de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de |
| instellingen; | instellingen; |
| 3° cultuur- en jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang: cultuur- en | 3° cultuur- en jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang: cultuur- en |
| jeugdinfrastructuur waarin een of meer organisaties gehuisvest zijn | jeugdinfrastructuur waarin een of meer organisaties gehuisvest zijn |
| die op die locatie een werking ontplooien die het lokale en het | die op die locatie een werking ontplooien die het lokale en het |
| interlokale niveau duidelijk overstijgt; | interlokale niveau duidelijk overstijgt; |
| 4° decreet van 18 december 2020: het Programmadecreet van 18 december | 4° decreet van 18 december 2020: het Programmadecreet van 18 december |
| 2020 bij de begroting 2021; | 2020 bij de begroting 2021; |
| 5° integrale toegankelijkheid: de kwaliteit van een ruimte, omgeving, | 5° integrale toegankelijkheid: de kwaliteit van een ruimte, omgeving, |
| object en dienstverlening die het mogelijk maakt dat iedereen die | object en dienstverlening die het mogelijk maakt dat iedereen die |
| ruimte, dat object of die dienstverlening op een gelijkwaardige en | ruimte, dat object of die dienstverlening op een gelijkwaardige en |
| onafhankelijke manier kan bereiken, betreden, gebruiken en begrijpen; | onafhankelijke manier kan bereiken, betreden, gebruiken en begrijpen; |
| 6° Inter: het agentschap Toegankelijk Vlaanderen, opgericht bij het | 6° Inter: het agentschap Toegankelijk Vlaanderen, opgericht bij het |
| decreet van 28 maart 2014 tot oprichting van het privaatrechtelijk | decreet van 28 maart 2014 tot oprichting van het privaatrechtelijk |
| vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap Toegankelijk Vlaanderen, | vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap Toegankelijk Vlaanderen, |
| in de vorm van een private stichting; | in de vorm van een private stichting; |
| 7° interlokaal niveau: een of meer gemeenten; | 7° interlokaal niveau: een of meer gemeenten; |
| 8° investeringssubsidie: een subsidie om cultuur- en | 8° investeringssubsidie: een subsidie om cultuur- en |
| jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang te bouwen, uit te breiden | jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang te bouwen, uit te breiden |
| of te verbouwen; | of te verbouwen; |
| 9° prioriteiten: de prioriteiten, vermeld in artikel 4; | 9° prioriteiten: de prioriteiten, vermeld in artikel 4; |
| 10° project: het infrastructuurproject waarvoor de | 10° project: het infrastructuurproject waarvoor de |
| investeringssubsidie wordt aangevraagd en al of niet wordt toegekend; | investeringssubsidie wordt aangevraagd en al of niet wordt toegekend; |
| 11° sectorale investeringssubsidie: een subsidie als vermeld in | 11° sectorale investeringssubsidie: een subsidie als vermeld in |
| artikel 6, § 4, van het decreet van 18 december 2020; | artikel 6, § 4, van het decreet van 18 december 2020; |
| 12° subsidieaanvrager: de organisatie die als bouwheer de aanvraag | 12° subsidieaanvrager: de organisatie die als bouwheer de aanvraag |
| indient voor de investeringssubsidie; | indient voor de investeringssubsidie; |
| 13° subsidiebeslissing: de beslissing van de minister, vermeld in | 13° subsidiebeslissing: de beslissing van de minister, vermeld in |
| artikel 14, vierde lid. | artikel 14, vierde lid. |
Art. 2.Conform artikel 6, § 1, van het decreet van 18 december 2020 |
Art. 2.Conform artikel 6, § 1, van het decreet van 18 december 2020 |
| en binnen de perken van de goedgekeurde begroting kan de Vlaamse | en binnen de perken van de goedgekeurde begroting kan de Vlaamse |
| Gemeenschap sectorale investeringssubsidies verlenen. | Gemeenschap sectorale investeringssubsidies verlenen. |
| De sectorale investeringssubsidies bedragen voor een of voor een | De sectorale investeringssubsidies bedragen voor een of voor een |
| combinatie van de prioriteiten: | combinatie van de prioriteiten: |
| 1° minimaal 10.000 euro voor jeugdinfrastructuur; | 1° minimaal 10.000 euro voor jeugdinfrastructuur; |
| 2° minimaal 30.000 euro voor cultuurinfrastructuur; | 2° minimaal 30.000 euro voor cultuurinfrastructuur; |
| 3° maximaal 500.000 euro voor cultuur- en jeugdinfrastructuur. | 3° maximaal 500.000 euro voor cultuur- en jeugdinfrastructuur. |
| Het maximale subsidiepercentage bedraagt 60% van de kosten die in | Het maximale subsidiepercentage bedraagt 60% van de kosten die in |
| aanmerking komen, vermeld in artikel 6. | aanmerking komen, vermeld in artikel 6. |
Art. 3.In dit artikel wordt verstaan onder: |
Art. 3.In dit artikel wordt verstaan onder: |
| algemene groepsvrijstellingsverordening: verordening (EU) 651/2014: | algemene groepsvrijstellingsverordening: verordening (EU) 651/2014: |
| verordening | verordening |
| 1° (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij | 1° (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij |
| bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van | bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van |
| het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard. | het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard. |
| 2° Hostels: een toeristisch logies dat erkend is door Toerisme | 2° Hostels: een toeristisch logies dat erkend is door Toerisme |
| Vlaanderen als hostel binnen het kader van het decreet van 5 februari | Vlaanderen als hostel binnen het kader van het decreet van 5 februari |
| 2016 houdende het toeristische logies of als hostel in het tweetalige | 2016 houdende het toeristische logies of als hostel in het tweetalige |
| gebied Brussel-Hoofdstad ligt en geregistreerd is als toeristisch | gebied Brussel-Hoofdstad ligt en geregistreerd is als toeristisch |
| logies bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. | logies bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. |
| De sectorale investeringssubsidies die op grond van dit besluit worden | De sectorale investeringssubsidies die op grond van dit besluit worden |
| toegekend aan organisaties die een economische activiteit uitvoeren, | toegekend aan organisaties die een economische activiteit uitvoeren, |
| worden beschouwd als staatssteun in de zin van artikel 107, lid 1 van | worden beschouwd als staatssteun in de zin van artikel 107, lid 1 van |
| het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. Deze steun | het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. Deze steun |
| wordt verleend binnen de grenzen en de voorwaarden vermeld in de | wordt verleend binnen de grenzen en de voorwaarden vermeld in de |
| algemene groepsvrijstellingsverordening, met uitzondering van de steun | algemene groepsvrijstellingsverordening, met uitzondering van de steun |
| aan hostels, die voorafgaandelijk wordt aangemeld bij de Europese | aan hostels, die voorafgaandelijk wordt aangemeld bij de Europese |
| Commissie. | Commissie. |
| Conform de algemene groepsvrijstellingsverordening komen de volgende | Conform de algemene groepsvrijstellingsverordening komen de volgende |
| organisaties niet in aanmerking voor subsidiëring: | organisaties niet in aanmerking voor subsidiëring: |
| 1° organisaties ten aanzien waarvan er een bevel tot terugvordering | 1° organisaties ten aanzien waarvan er een bevel tot terugvordering |
| uitstaat door een eerder besluit van de Europese Commissie waarbij de | uitstaat door een eerder besluit van de Europese Commissie waarbij de |
| steun onrechtmatig en onverenigbaar is verklaard met de interne markt; | steun onrechtmatig en onverenigbaar is verklaard met de interne markt; |
| 2° organisaties die onderneming in moeilijkheden zijn als vermeld in | 2° organisaties die onderneming in moeilijkheden zijn als vermeld in |
| artikel 2, 18., van de voormelde verordening. | artikel 2, 18., van de voormelde verordening. |
| Sectorale investeringssubsidies kunnen pas aan hostels worden | Sectorale investeringssubsidies kunnen pas aan hostels worden |
| toegekend na definitieve goedkeuring van dit steunregime door de | toegekend na definitieve goedkeuring van dit steunregime door de |
| Europese Commissie. | Europese Commissie. |
| HOOFDSTUK 2. - Prioriteiten | HOOFDSTUK 2. - Prioriteiten |
Art. 4.Tijdens de jaren 2022 tot en met 2026 wordt voor de sectorale |
Art. 4.Tijdens de jaren 2022 tot en met 2026 wordt voor de sectorale |
| investeringssubsidies prioriteit gegeven aan infrastructuuruitgaven | investeringssubsidies prioriteit gegeven aan infrastructuuruitgaven |
| ter bevordering van: | ter bevordering van: |
| 1° duurzaamheid van cultuur- en jeugdinfrastructuur; | 1° duurzaamheid van cultuur- en jeugdinfrastructuur; |
| 2° veiligheid van cultuur- en jeugdinfrastructuur; | 2° veiligheid van cultuur- en jeugdinfrastructuur; |
| 3° integrale toegankelijkheid van cultuur- en jeugdinfrastructuur. | 3° integrale toegankelijkheid van cultuur- en jeugdinfrastructuur. |
Art. 5.In de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap wordt een |
Art. 5.In de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap wordt een |
| totaalbedrag per jaar ingeschreven voor de sectorale | totaalbedrag per jaar ingeschreven voor de sectorale |
| investeringssubsidies. De investeringssubsidies worden verdeeld tussen | investeringssubsidies. De investeringssubsidies worden verdeeld tussen |
| de verschillende subsidieaanvragers conform dit besluit. | de verschillende subsidieaanvragers conform dit besluit. |
| HOOFDSTUK 3. - Voorwaarden | HOOFDSTUK 3. - Voorwaarden |
Art. 6.De volgende kosten komen in aanmerking voor sectorale |
Art. 6.De volgende kosten komen in aanmerking voor sectorale |
| investeringssubsidies: | investeringssubsidies: |
| 1° het ereloon voor de opstellers van het ontwerp, de kosten voor het | 1° het ereloon voor de opstellers van het ontwerp, de kosten voor het |
| plaatsen en het uitvoeren van de overheidsopdrachten en de kosten voor | plaatsen en het uitvoeren van de overheidsopdrachten en de kosten voor |
| het toezicht. Die kosten worden beschouwd als algemene kosten van de | het toezicht. Die kosten worden beschouwd als algemene kosten van de |
| opdracht en worden forfaitair vastgesteld op maximaal 15% van het | opdracht en worden forfaitair vastgesteld op maximaal 15% van het |
| bedrag van de raming van de goedgekeurde bouwwerken bij de toekenning | bedrag van de raming van de goedgekeurde bouwwerken bij de toekenning |
| van de subsidie; | van de subsidie; |
| 2° de kosten voor de uitvoering van de bouwopdracht, van een | 2° de kosten voor de uitvoering van de bouwopdracht, van een |
| energieaudit of een toegankelijkheidsdoorlichting of andere specifieke | energieaudit of een toegankelijkheidsdoorlichting of andere specifieke |
| studiekosten voor de gesubsidieerde maatregelen. | studiekosten voor de gesubsidieerde maatregelen. |
| De volgende werken, investeringen en kosten worden uitgesloten van | De volgende werken, investeringen en kosten worden uitgesloten van |
| subsidiëring: | subsidiëring: |
| 1° horecavoorzieningen; | 1° horecavoorzieningen; |
| 2° investeringen in kantoorruimtes; | 2° investeringen in kantoorruimtes; |
| 3° de belasting over de toegevoegde waarde, met uitzondering van de | 3° de belasting over de toegevoegde waarde, met uitzondering van de |
| niet-aftrekbare belasting over de toegevoegde waarde. | niet-aftrekbare belasting over de toegevoegde waarde. |
Art. 7.Een subsidieaanvraag is ontvankelijk als al de volgende |
Art. 7.Een subsidieaanvraag is ontvankelijk als al de volgende |
| voorwaarden zijn vervuld: | voorwaarden zijn vervuld: |
| 1° de subsidieaanvraag is conform de artikelen 11 en 12 tijdig en | 1° de subsidieaanvraag is conform de artikelen 11 en 12 tijdig en |
| correct ingediend via de webtoepassing die de administratie ter | correct ingediend via de webtoepassing die de administratie ter |
| beschikking stelt; | beschikking stelt; |
| 2° de subsidieaanvraag is volledig conform artikel 12. | 2° de subsidieaanvraag is volledig conform artikel 12. |
Art. 8.§ 1. De volgende algemene subsidievoorwaarden zijn van |
Art. 8.§ 1. De volgende algemene subsidievoorwaarden zijn van |
| toepassing om in aanmerking te komen voor sectorale | toepassing om in aanmerking te komen voor sectorale |
| investeringssubsidies: | investeringssubsidies: |
| 1° het project betreft een cultuur- of jeugdinfrastructuur met | 1° het project betreft een cultuur- of jeugdinfrastructuur met |
| bovenlokaal belang; | bovenlokaal belang; |
| 2° het project ligt in het Nederlandse taalgebied of in het tweetalige | 2° het project ligt in het Nederlandse taalgebied of in het tweetalige |
| gebied Brussel-Hoofdstad; | gebied Brussel-Hoofdstad; |
| 3° de subsidieaanvrager is een rechtspersoon zonder winstgevend doel; | 3° de subsidieaanvrager is een rechtspersoon zonder winstgevend doel; |
| 4° de organisatie waarvan de culturele of jeugdwerking gevestigd is in | 4° de organisatie waarvan de culturele of jeugdwerking gevestigd is in |
| de infrastructuur waar de werken plaatsvinden, beschikt over een | de infrastructuur waar de werken plaatsvinden, beschikt over een |
| aantoonbaar beschikkingsrecht voor de infrastructuur, dat niet kan | aantoonbaar beschikkingsrecht voor de infrastructuur, dat niet kan |
| eindigen binnen twintig jaar na de toekenning van de | eindigen binnen twintig jaar na de toekenning van de |
| investeringssubsidie; | investeringssubsidie; |
| 5° het aanvraagdossier is van voldoende kwaliteit en bevat de nodige | 5° het aanvraagdossier is van voldoende kwaliteit en bevat de nodige |
| informatie voor een gedegen inhoudelijke beoordeling; | informatie voor een gedegen inhoudelijke beoordeling; |
| 6° het project is financieel haalbaar en de financiering van het | 6° het project is financieel haalbaar en de financiering van het |
| project is gegarandeerd, rekening houdend met de eventuele toekenning | project is gegarandeerd, rekening houdend met de eventuele toekenning |
| van een subsidie. Minstens 40% van de financiering voor de kosten, | van een subsidie. Minstens 40% van de financiering voor de kosten, |
| vermeld in artikel 6, eerste lid, wordt aangetoond door een inbreng | vermeld in artikel 6, eerste lid, wordt aangetoond door een inbreng |
| van eigen middelen of middelen door andere overheden en/of derden. De | van eigen middelen of middelen door andere overheden en/of derden. De |
| inbreng kan bestaan uit investeringen, subsidies, kredieten of het | inbreng kan bestaan uit investeringen, subsidies, kredieten of het |
| leveren van (bouw)materialen in natura. De investeringssubsidie van de | leveren van (bouw)materialen in natura. De investeringssubsidie van de |
| Vlaamse Gemeenschap bedraagt nooit meer dan 60% van de kosten, vermeld | Vlaamse Gemeenschap bedraagt nooit meer dan 60% van de kosten, vermeld |
| in artikel 6. Onvoorwaardelijke subsidiebeloftes die afhankelijk | in artikel 6. Onvoorwaardelijke subsidiebeloftes die afhankelijk |
| gemaakt zijn van subsidiëring door de Vlaamse Gemeenschap, worden | gemaakt zijn van subsidiëring door de Vlaamse Gemeenschap, worden |
| aanvaard; | aanvaard; |
| 7° het project is haalbaar op stedenbouwkundig vlak: de | 7° het project is haalbaar op stedenbouwkundig vlak: de |
| subsidieaanvrager zorgt er zodoende voor dat de nodige vergunningen | subsidieaanvrager zorgt er zodoende voor dat de nodige vergunningen |
| conform het omgevingsrecht verkregen worden; | conform het omgevingsrecht verkregen worden; |
| 8° de overheidsopdracht voor de plaatsing van de werken wordt op zijn | 8° de overheidsopdracht voor de plaatsing van de werken wordt op zijn |
| vroegst verzonden of gepubliceerd op de datum van de | vroegst verzonden of gepubliceerd op de datum van de |
| subsidiebeslissing, en nadat de procedure, vermeld in artikel 15 van | subsidiebeslissing, en nadat de procedure, vermeld in artikel 15 van |
| dit besluit, is gevolgd; | dit besluit, is gevolgd; |
| 9° het project kan voorlopig opgeleverd worden en de laatste | 9° het project kan voorlopig opgeleverd worden en de laatste |
| betaalaanvraag kan worden ingediend binnen zes jaar vanaf de datum van | betaalaanvraag kan worden ingediend binnen zes jaar vanaf de datum van |
| het ministerieel besluit tot toekenning van de investeringssubsidie; | het ministerieel besluit tot toekenning van de investeringssubsidie; |
| 10° de subsidieaanvrager verklaart zich te houden aan de principes van | 10° de subsidieaanvrager verklaart zich te houden aan de principes van |
| goed bestuur; de principes van goed bestuur zijn bepaald in de | goed bestuur; de principes van goed bestuur zijn bepaald in de |
| Bestuurscode Cultuur van 26 juni 2020; | Bestuurscode Cultuur van 26 juni 2020; |
| 11° voor projecten met een gevraagd subsidiebedrag lager dan 150.000 | 11° voor projecten met een gevraagd subsidiebedrag lager dan 150.000 |
| euro: het project betreft geen jeugdverblijf of hostel met erkenning | euro: het project betreft geen jeugdverblijf of hostel met erkenning |
| bij Toerisme Vlaanderen of jeugdverblijf of hostel in aanloop naar | bij Toerisme Vlaanderen of jeugdverblijf of hostel in aanloop naar |
| erkenning bij Toerisme Vlaanderen. | erkenning bij Toerisme Vlaanderen. |
| In het eerste lid wordt verstaan onder: | In het eerste lid wordt verstaan onder: |
| 1° andere overheid: lokale besturen, de Vlaamse Gemeenschapscommissie, | 1° andere overheid: lokale besturen, de Vlaamse Gemeenschapscommissie, |
| het Vlaamse Gewest, de federale overheid of de Europese Unie; | het Vlaamse Gewest, de federale overheid of de Europese Unie; |
| 2° rechtspersoon zonder winstgevend doel: een privaatrechtelijke | 2° rechtspersoon zonder winstgevend doel: een privaatrechtelijke |
| rechtspersoon waarvan de uitkering van vermogensvoordelen aan de leden | rechtspersoon waarvan de uitkering van vermogensvoordelen aan de leden |
| of vennoten wettelijk of statutair is uitgesloten, of een | of vennoten wettelijk of statutair is uitgesloten, of een |
| publiekrechtelijke rechtspersoon; | publiekrechtelijke rechtspersoon; |
| 3° Toerisme Vlaanderen: het agentschap, opgericht bij het decreet van | 3° Toerisme Vlaanderen: het agentschap, opgericht bij het decreet van |
| 19 maart 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap | 19 maart 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap |
| met rechtspersoonlijkheid "Toerisme Vlaanderen". | met rechtspersoonlijkheid "Toerisme Vlaanderen". |
| § 2. Naast de algemene subsidievoorwaarden, vermeld in paragraaf 1, | § 2. Naast de algemene subsidievoorwaarden, vermeld in paragraaf 1, |
| zijn per prioriteit al de volgende specifieke voorwaarden van | zijn per prioriteit al de volgende specifieke voorwaarden van |
| toepassing om in aanmerking te komen voor sectorale | toepassing om in aanmerking te komen voor sectorale |
| investeringssubsidies: | investeringssubsidies: |
| 1° voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 1° : | 1° voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 1° : |
| a) het project betreft een verduurzaming van een bestaande | a) het project betreft een verduurzaming van een bestaande |
| infrastructuur door vernieuwbouw of nieuwbouw in het kader van de | infrastructuur door vernieuwbouw of nieuwbouw in het kader van de |
| vervanging van oude infrastructuur; | vervanging van oude infrastructuur; |
| b) de geplande maatregelen hebben een terugverdientijd langer dan vijf | b) de geplande maatregelen hebben een terugverdientijd langer dan vijf |
| jaar; | jaar; |
| c) de geplande maatregelen hebben betrekking op duurzaam ontwerp, een | c) de geplande maatregelen hebben betrekking op duurzaam ontwerp, een |
| verbetering van de energie-efficiëntie, duurzaam materiaal- en | verbetering van de energie-efficiëntie, duurzaam materiaal- en |
| grondstoffengebruik of ingrepen rond water, ecosystemen en | grondstoffengebruik of ingrepen rond water, ecosystemen en |
| biodiversiteit; | biodiversiteit; |
| 2° voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 2° : | 2° voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 2° : |
| a) het project betreft: | a) het project betreft: |
| 1) een verbetering van de veiligheid van een bestaande infrastructuur | 1) een verbetering van de veiligheid van een bestaande infrastructuur |
| op het vlak van brandveiligheid; | op het vlak van brandveiligheid; |
| 2) de vernieuwing van bestaande theatertrekken; | 2) de vernieuwing van bestaande theatertrekken; |
| 3) het in orde stellen van de toegangsbeveiliging om in aanmerking te | 3) het in orde stellen van de toegangsbeveiliging om in aanmerking te |
| komen voor een waarborg conform het Indemniteitsdecreet van 21 januari | komen voor een waarborg conform het Indemniteitsdecreet van 21 januari |
| 2022; | 2022; |
| 4) maatregelen om de luchtkwaliteit te verbeteren en te monitoren; | 4) maatregelen om de luchtkwaliteit te verbeteren en te monitoren; |
| b) het project is conform de bepalingen van de wetgeving over welzijn | b) het project is conform de bepalingen van de wetgeving over welzijn |
| op het werk; | op het werk; |
| 3° voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 3° : een | 3° voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 3° : een |
| toegankelijkheidsdoorlichting, die Inter heeft opgemaakt, wordt bij de | toegankelijkheidsdoorlichting, die Inter heeft opgemaakt, wordt bij de |
| aanvraag gevoegd. | aanvraag gevoegd. |
Art. 9.Het algemene inhoudelijke beoordelingscriterium voor sectorale |
Art. 9.Het algemene inhoudelijke beoordelingscriterium voor sectorale |
| investeringssubsidies is de mate waarin het project een relevante en | investeringssubsidies is de mate waarin het project een relevante en |
| positieve impact kan bewerkstelligen in de cultuur- en jeugdsector. | positieve impact kan bewerkstelligen in de cultuur- en jeugdsector. |
| Speciale aandacht gaat daarbij naar impact op het vlak van | Speciale aandacht gaat daarbij naar impact op het vlak van |
| verduurzaming en innovatie door te werken met duurzame materialen, een | verduurzaming en innovatie door te werken met duurzame materialen, een |
| voorbeeldrol op te nemen of kennis te delen binnen de sector wat | voorbeeldrol op te nemen of kennis te delen binnen de sector wat |
| betreft infrastructuur, infrastructuur te delen, ontmoetingsplekken te | betreft infrastructuur, infrastructuur te delen, ontmoetingsplekken te |
| creëren, in te spelen op trends wat betreft infrastructuur, of nieuwe | creëren, in te spelen op trends wat betreft infrastructuur, of nieuwe |
| technologieën te gebruiken bij de realisatie of exploitatie, zoals | technologieën te gebruiken bij de realisatie of exploitatie, zoals |
| circulariteit, levenscyclusanalyse (LCA), product as a service. | circulariteit, levenscyclusanalyse (LCA), product as a service. |
| Naast het algemene inhoudelijke beoordelingscriterium, vermeld in het | Naast het algemene inhoudelijke beoordelingscriterium, vermeld in het |
| eerste lid, gelden per prioriteit de volgende specifieke inhoudelijke | eerste lid, gelden per prioriteit de volgende specifieke inhoudelijke |
| beoordelingscriteria voor sectorale investeringssubsidies: | beoordelingscriteria voor sectorale investeringssubsidies: |
| 1° voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 1° : de mate | 1° voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 1° : de mate |
| waarin het project beantwoordt aan de volgende ambities over | waarin het project beantwoordt aan de volgende ambities over |
| duurzaamheid: | duurzaamheid: |
| a) duurzaam ontwerp: geïntegreerd ontwerp met visie op lange termijn, | a) duurzaam ontwerp: geïntegreerd ontwerp met visie op lange termijn, |
| duurzame vestiging en toegankelijkheid, aandacht voor toekomstgericht | duurzame vestiging en toegankelijkheid, aandacht voor toekomstgericht |
| en klimaat adaptief bouwen met lage milieu-impact, meervoudig gebruik, | en klimaat adaptief bouwen met lage milieu-impact, meervoudig gebruik, |
| aandacht voor gezonde en comfortabele ruimtes, ontwerpen voor optimaal | aandacht voor gezonde en comfortabele ruimtes, ontwerpen voor optimaal |
| onderhoud en beheer met kwaliteitsvolle, robuuste en veilige | onderhoud en beheer met kwaliteitsvolle, robuuste en veilige |
| materialen; | materialen; |
| b) energie-efficiëntie: het verminderen en beheersen van de | b) energie-efficiëntie: het verminderen en beheersen van de |
| energievraag, werken met hernieuwbare energie of beperken van het | energievraag, werken met hernieuwbare energie of beperken van het |
| gebruik van fossiele brandstoffen; | gebruik van fossiele brandstoffen; |
| c) duurzaam materiaal- en grondstoffengebruik: het hergebruik van | c) duurzaam materiaal- en grondstoffengebruik: het hergebruik van |
| materialen, het beperken van de milieu-impact van materialen, het | materialen, het beperken van de milieu-impact van materialen, het |
| werken met hernieuwbare materialen; | werken met hernieuwbare materialen; |
| d) water, ecosystemen en biodiversiteit: rationeel watergebruik, | d) water, ecosystemen en biodiversiteit: rationeel watergebruik, |
| waterzuivering, integratie van groen, aanvullen grondwaterspiegel; | waterzuivering, integratie van groen, aanvullen grondwaterspiegel; |
| 2° voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 2° : de | 2° voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 2° : de |
| documentatie van de huidige problematiek, inclusief onderbouwing met | documentatie van de huidige problematiek, inclusief onderbouwing met |
| adviezen van de relevante instanties, en de mate waarin het project | adviezen van de relevante instanties, en de mate waarin het project |
| daaraan beantwoordt, en ook informatie over het voorziene keurings- en | daaraan beantwoordt, en ook informatie over het voorziene keurings- en |
| onderhoudstraject, als dat van toepassing is; | onderhoudstraject, als dat van toepassing is; |
| 3° voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 3° : de mate | 3° voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 3° : de mate |
| waarin wordt tegemoetgekomen aan de prioritaire ingrepen die in het | waarin wordt tegemoetgekomen aan de prioritaire ingrepen die in het |
| rapport van de toegankelijkheidsdoorlichting geadviseerd worden. Op | rapport van de toegankelijkheidsdoorlichting geadviseerd worden. Op |
| basis van het rapport worden ook de subsidieerbare ingrepen bepaald. | basis van het rapport worden ook de subsidieerbare ingrepen bepaald. |
| Voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 1°, kunnen de | Voor de prioriteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, 1°, kunnen de |
| subsidieaanvragers inzetten op een of meer van de ambities, vermeld in | subsidieaanvragers inzetten op een of meer van de ambities, vermeld in |
| het tweede lid, 1°. | het tweede lid, 1°. |
Art. 10.De ontvanger van sectorale investeringssubsidies voldoet aan |
Art. 10.De ontvanger van sectorale investeringssubsidies voldoet aan |
| volgende subsidievereisten: | volgende subsidievereisten: |
| 1° gedurende tien jaar na de voltooiing van de werken worden de | 1° gedurende tien jaar na de voltooiing van de werken worden de |
| volgende elementen jaarlijks opgevolgd: | volgende elementen jaarlijks opgevolgd: |
| a) de infrastructuurgegevens. De opvolging gebeurt op basis van de | a) de infrastructuurgegevens. De opvolging gebeurt op basis van de |
| gegevens die worden ingevuld in de monitoringstool die de | gegevens die worden ingevuld in de monitoringstool die de |
| administratie ter beschikking stelt; | administratie ter beschikking stelt; |
| b) het energieverbruik. De opvolging gebeurt op basis van de gegevens | b) het energieverbruik. De opvolging gebeurt op basis van de gegevens |
| die worden ingevuld in de energiemonitoringstool die de administratie | die worden ingevuld in de energiemonitoringstool die de administratie |
| ter beschikking stelt; | ter beschikking stelt; |
| 2° het decreet van 1 maart 2019 houdende de realisatie van | 2° het decreet van 1 maart 2019 houdende de realisatie van |
| kunstopdrachten voor gebouwen van openbare diensten en daarmee | kunstopdrachten voor gebouwen van openbare diensten en daarmee |
| gelijkgestelde diensten en van door de overheid gesubsidieerde | gelijkgestelde diensten en van door de overheid gesubsidieerde |
| inrichtingen, verenigingen en instellingen die tot de Vlaamse | inrichtingen, verenigingen en instellingen die tot de Vlaamse |
| Gemeenschap of het Vlaamse Gewest behoren, wordt nageleefd; | Gemeenschap of het Vlaamse Gewest behoren, wordt nageleefd; |
| 3° de regelgeving over de overheidsopdrachten wordt toegepast bij alle | 3° de regelgeving over de overheidsopdrachten wordt toegepast bij alle |
| werken, diensten en leveringen waarvoor een investeringssubsidie is | werken, diensten en leveringen waarvoor een investeringssubsidie is |
| verleend. Elke subsidieontvanger houdt zich als aanbestedende overheid | verleend. Elke subsidieontvanger houdt zich als aanbestedende overheid |
| aan de bepalingen over de gunning van de opdracht en de uitvoering | aan de bepalingen over de gunning van de opdracht en de uitvoering |
| ervan, vermeld in de regelgeving over overheidsopdrachten; | ervan, vermeld in de regelgeving over overheidsopdrachten; |
| 4° de ontvanger aanvaardt de toezichtregeling op de besteding van de | 4° de ontvanger aanvaardt de toezichtregeling op de besteding van de |
| subsidie, de instandhouding, de renovatie en het onderhoud van de | subsidie, de instandhouding, de renovatie en het onderhoud van de |
| gesubsidieerde infrastructuur. | gesubsidieerde infrastructuur. |
| Onder infrastructuurgegevens, vermeld in art. 10 1° a), wordt onder | Onder infrastructuurgegevens, vermeld in art. 10 1° a), wordt onder |
| andere verstaan: de bestemming van het gebouw, het energie- en | andere verstaan: de bestemming van het gebouw, het energie- en |
| waterverbruik van de infrastructuur en de aanwezige technische | waterverbruik van de infrastructuur en de aanwezige technische |
| installaties, het bouw- en renovatiejaar en de bruikbare | installaties, het bouw- en renovatiejaar en de bruikbare |
| vloeroppervlakte. | vloeroppervlakte. |
| Bij een vervreemding van de infrastructuur of bij een | Bij een vervreemding van de infrastructuur of bij een |
| bestemmingswijziging ervan, zonder het akkoord van de administratie, | bestemmingswijziging ervan, zonder het akkoord van de administratie, |
| betaalt de subsidieontvanger de sectorale investeringssubsidie terug. | betaalt de subsidieontvanger de sectorale investeringssubsidie terug. |
| Het bedrag van de terugbetaling wordt berekend, rekening houdend met | Het bedrag van de terugbetaling wordt berekend, rekening houdend met |
| een jaarlijkse afschrijving van 5% vanaf de datum van de | een jaarlijkse afschrijving van 5% vanaf de datum van de |
| subsidiebeslissing. Bij vervreemding betaalt de subsidieaanvrager | subsidiebeslissing. Bij vervreemding betaalt de subsidieaanvrager |
| bovendien 60% van de verwezenlijkte meerwaarde terug. Om de | bovendien 60% van de verwezenlijkte meerwaarde terug. Om de |
| terugbetaling te waarborgen, kan de administratie een zakelijke | terugbetaling te waarborgen, kan de administratie een zakelijke |
| zekerheid vragen. | zekerheid vragen. |
| HOOFDSTUK 4. - Procedure | HOOFDSTUK 4. - Procedure |
| Afdeling 1. - Aanvraag | Afdeling 1. - Aanvraag |
Art. 11.Subsidieaanvragen van sectorale investeringssubsidies worden |
Art. 11.Subsidieaanvragen van sectorale investeringssubsidies worden |
| ingediend bij de administratie uiterlijk op 1 april van het lopende | ingediend bij de administratie uiterlijk op 1 april van het lopende |
| kalenderjaar voor subsidiëring in het daaropvolgende kalenderjaar. | kalenderjaar voor subsidiëring in het daaropvolgende kalenderjaar. |
Art. 12.De aanvraag wordt ingediend via de webtoepassing die de |
Art. 12.De aanvraag wordt ingediend via de webtoepassing die de |
| administratie ter beschikking stelt. | administratie ter beschikking stelt. |
| Voor een project met een gevraagd subsidiebedrag tot en met 150.000 | Voor een project met een gevraagd subsidiebedrag tot en met 150.000 |
| euro bevat een aanvraag al de volgende informatie: | euro bevat een aanvraag al de volgende informatie: |
| 1° de adresgegevens van het project; | 1° de adresgegevens van het project; |
| 2° een identificatie en situering van de subsidieaanvrager, inclusief | 2° een identificatie en situering van de subsidieaanvrager, inclusief |
| een geconsolideerde versie van de statuten als dat van toepassing is; | een geconsolideerde versie van de statuten als dat van toepassing is; |
| 3° het bewijs dat de organisatie beschikkingsrecht heeft of zal | 3° het bewijs dat de organisatie beschikkingsrecht heeft of zal |
| krijgen over de infrastructuur waar het infrastructuurproject | krijgen over de infrastructuur waar het infrastructuurproject |
| plaatsvindt. Dat recht mag niet kunnen eindigen binnen twintig jaar na | plaatsvindt. Dat recht mag niet kunnen eindigen binnen twintig jaar na |
| de ingebruikname van het project; | de ingebruikname van het project; |
| 4° de visie van de subsidieaanvrager over de inpassing in het | 4° de visie van de subsidieaanvrager over de inpassing in het |
| bovenlokale cultuur- of jeugdlandschap; | bovenlokale cultuur- of jeugdlandschap; |
| 5° een beknopte beschrijving van de geplande werken, inclusief een | 5° een beknopte beschrijving van de geplande werken, inclusief een |
| minimum aan plannen en schetsen ter illustratie en aanduiding van het | minimum aan plannen en schetsen ter illustratie en aanduiding van het |
| project binnen de bestaande situatie op het plan; | project binnen de bestaande situatie op het plan; |
| 6° een kostenraming, namelijk een eenduidige omschrijving van de | 6° een kostenraming, namelijk een eenduidige omschrijving van de |
| voorziene werken binnen het project, met de bijbehorende raming per | voorziene werken binnen het project, met de bijbehorende raming per |
| kostenpost. Er wordt duidelijk aangegeven of de btw al dan niet of | kostenpost. Er wordt duidelijk aangegeven of de btw al dan niet of |
| gedeeltelijk gerecupereerd kan worden; | gedeeltelijk gerecupereerd kan worden; |
| 7° een gedetailleerd financieel plan voor het project met de nodige | 7° een gedetailleerd financieel plan voor het project met de nodige |
| formele documenten en intentieverklaringen over de financiering; | formele documenten en intentieverklaringen over de financiering; |
| 8° de meest recent goedgekeurde jaarrekening van de subsidieaanvrager; | 8° de meest recent goedgekeurde jaarrekening van de subsidieaanvrager; |
| 9° de planning en de termijn voor de geplande werken; | 9° de planning en de termijn voor de geplande werken; |
| 10° een motivering van de impact van het project, gerelateerd aan het | 10° een motivering van de impact van het project, gerelateerd aan het |
| algemene inhoudelijke beoordelingscriterium, vermeld in artikel 9; | algemene inhoudelijke beoordelingscriterium, vermeld in artikel 9; |
| 11° in functie van de gekozen prioriteit of prioriteiten: | 11° in functie van de gekozen prioriteit of prioriteiten: |
| a) een motivering van de duurzaamheid en een prognose voor de | a) een motivering van de duurzaamheid en een prognose voor de |
| energiebesparing per jaar door de geplande maatregelen wordt bij de | energiebesparing per jaar door de geplande maatregelen wordt bij de |
| aanvraag gevoegd. Om de prognose te berekenen, worden de | aanvraag gevoegd. Om de prognose te berekenen, worden de |
| berekeningsformules gebruikt die de administratie ter beschikking | berekeningsformules gebruikt die de administratie ter beschikking |
| stelt. In geval van specifieke maatregelen voor waterbesparing of | stelt. In geval van specifieke maatregelen voor waterbesparing of |
| -recuperatie en materiaalrecuperatie wordt een prognose van besparing | -recuperatie en materiaalrecuperatie wordt een prognose van besparing |
| bijgevoegd; | bijgevoegd; |
| b) een motivering van de veiligheid, inclusief een advies van de | b) een motivering van de veiligheid, inclusief een advies van de |
| bevoegde dienst als dat van toepassing is; | bevoegde dienst als dat van toepassing is; |
| c) een toegankelijkheidsdoorlichting van Inter mét opgave van | c) een toegankelijkheidsdoorlichting van Inter mét opgave van |
| prioritaire maatregelen, en motivering over het respecteren van de | prioritaire maatregelen, en motivering over het respecteren van de |
| keten van toegankelijkheid en de integrale toegankelijkheid van de | keten van toegankelijkheid en de integrale toegankelijkheid van de |
| functionele ruimten in de infrastructuur; | functionele ruimten in de infrastructuur; |
| 12° een nulmeting van het energieverbruik op basis van het | 12° een nulmeting van het energieverbruik op basis van het |
| werkingsjaar voorafgaand aan de aanvraag. Voor aanvragen die in 2022 | werkingsjaar voorafgaand aan de aanvraag. Voor aanvragen die in 2022 |
| ingediend zijn, wordt een nulmeting van het energieverbruik op basis | ingediend zijn, wordt een nulmeting van het energieverbruik op basis |
| van het werkingsjaar 2019 bij de aanvraag gevoegd. Om de nulmeting te | van het werkingsjaar 2019 bij de aanvraag gevoegd. Om de nulmeting te |
| bepalen, wordt de CO2-calculator gebruikt die de administratie ter | bepalen, wordt de CO2-calculator gebruikt die de administratie ter |
| beschikking stelt. | beschikking stelt. |
| Voor een project met een gevraagd subsidiebedrag tussen 150.000 euro | Voor een project met een gevraagd subsidiebedrag tussen 150.000 euro |
| en 500.000 euro bevat een aanvraag al de volgende informatie: | en 500.000 euro bevat een aanvraag al de volgende informatie: |
| 1° de adresgegevens van het project; | 1° de adresgegevens van het project; |
| 2° een identificatie en situering van de subsidieaanvrager, inclusief | 2° een identificatie en situering van de subsidieaanvrager, inclusief |
| een geconsolideerde versie van de statuten als dat van toepassing is; | een geconsolideerde versie van de statuten als dat van toepassing is; |
| 3° het bewijs dat de organisatie beschikkingsrecht heeft of zal | 3° het bewijs dat de organisatie beschikkingsrecht heeft of zal |
| krijgen over de infrastructuur waar het project plaatsvindt. Dat recht | krijgen over de infrastructuur waar het project plaatsvindt. Dat recht |
| mag niet kunnen eindigen binnen twintig jaar na de ingebruikname van | mag niet kunnen eindigen binnen twintig jaar na de ingebruikname van |
| het project; | het project; |
| 4° de visie van de subsidieaanvrager over de inpassing in het | 4° de visie van de subsidieaanvrager over de inpassing in het |
| bovenlokale cultuur- of jeugdlandschap; | bovenlokale cultuur- of jeugdlandschap; |
| 5° een beknopte evaluatie van de bestaande infrastructuur van de | 5° een beknopte evaluatie van de bestaande infrastructuur van de |
| subsidieaanvrager, met duiding van de voorgeschiedenis en de | subsidieaanvrager, met duiding van de voorgeschiedenis en de |
| functionaliteit; | functionaliteit; |
| 6° een beknopte beschrijving van het architecturale en functionele | 6° een beknopte beschrijving van het architecturale en functionele |
| concept en programma van eisen met situering in de langetermijnvisie | concept en programma van eisen met situering in de langetermijnvisie |
| voor de infrastructuur en de aanpak van de werking en het beheer; | voor de infrastructuur en de aanpak van de werking en het beheer; |
| 7° plannen, gebundeld in het formaat dat in de webtoepassing gevraagd | 7° plannen, gebundeld in het formaat dat in de webtoepassing gevraagd |
| wordt, op een gebruikelijke relevante schaal: | wordt, op een gebruikelijke relevante schaal: |
| a) een inplantingsplan van de volledige site met aanduiding van het | a) een inplantingsplan van de volledige site met aanduiding van het |
| voorziene project binnen de site; | voorziene project binnen de site; |
| b) grondplannen; | b) grondplannen; |
| c) bij een verbouwing wordt een plan toegevoegd met aanduiding van de | c) bij een verbouwing wordt een plan toegevoegd met aanduiding van de |
| werken van de verbouwing ten opzichte van de bestaande situatie; | werken van de verbouwing ten opzichte van de bestaande situatie; |
| d) gevels en sneden; | d) gevels en sneden; |
| 8° kostenraming: een eenduidige omschrijving van de voorziene werken | 8° kostenraming: een eenduidige omschrijving van de voorziene werken |
| binnen het project, met de bijbehorende raming per kostenpost. Er | binnen het project, met de bijbehorende raming per kostenpost. Er |
| wordt duidelijk aangegeven of de btw al dan niet of gedeeltelijk | wordt duidelijk aangegeven of de btw al dan niet of gedeeltelijk |
| gerecupereerd kan worden; | gerecupereerd kan worden; |
| 9° een gedetailleerd financieel plan voor het project, met de nodige | 9° een gedetailleerd financieel plan voor het project, met de nodige |
| formele documenten en intentieverklaringen over de financiering; | formele documenten en intentieverklaringen over de financiering; |
| 10° de meest recent goedgekeurde jaarrekening; | 10° de meest recent goedgekeurde jaarrekening; |
| 11° de planning van de uitvoering van de voorziene werken, met | 11° de planning van de uitvoering van de voorziene werken, met |
| eventueel een opdeling in deelprojecten en fasering, en eventueel | eventueel een opdeling in deelprojecten en fasering, en eventueel |
| verkregen vergunningen of een verslag van het overleg met de | verkregen vergunningen of een verslag van het overleg met de |
| stedenbouwkundige dienst in kwestie; | stedenbouwkundige dienst in kwestie; |
| 12° een motivering van de impact van het project, gerelateerd aan het | 12° een motivering van de impact van het project, gerelateerd aan het |
| algemene inhoudelijke beoordelingscriterium, vermeld in artikel 9; | algemene inhoudelijke beoordelingscriterium, vermeld in artikel 9; |
| 13° in functie van de gekozen prioriteit of prioriteiten: | 13° in functie van de gekozen prioriteit of prioriteiten: |
| a) een motivering van de duurzaamheid en een prognose voor de | a) een motivering van de duurzaamheid en een prognose voor de |
| energiebesparing per jaar door de geplande maatregelen. Om de prognose | energiebesparing per jaar door de geplande maatregelen. Om de prognose |
| te berekenen, worden de berekeningsformules gebruikt die de | te berekenen, worden de berekeningsformules gebruikt die de |
| administratie ter beschikking stelt. In geval van specifieke | administratie ter beschikking stelt. In geval van specifieke |
| maatregelen voor waterbesparing of waterrecuperatie en | maatregelen voor waterbesparing of waterrecuperatie en |
| materiaalrecuperatie wordt een prognose van besparing bijgevoegd; | materiaalrecuperatie wordt een prognose van besparing bijgevoegd; |
| b) een motivering van de veiligheid, inclusief een advies van de | b) een motivering van de veiligheid, inclusief een advies van de |
| bevoegde dienst als dat van toepassing is; | bevoegde dienst als dat van toepassing is; |
| c) een toegankelijkheidsdoorlichting van Inter met opgave van | c) een toegankelijkheidsdoorlichting van Inter met opgave van |
| prioritaire maatregelen, en motivering over het respecteren van de | prioritaire maatregelen, en motivering over het respecteren van de |
| keten van toegankelijkheid en de integrale toegankelijkheid van de | keten van toegankelijkheid en de integrale toegankelijkheid van de |
| functionele ruimten in de infrastructuur; | functionele ruimten in de infrastructuur; |
| 14° een nulmeting van het energieverbruik op basis van het | 14° een nulmeting van het energieverbruik op basis van het |
| werkingsjaar voorafgaand aan de aanvraag. Voor aanvragen die in 2022 | werkingsjaar voorafgaand aan de aanvraag. Voor aanvragen die in 2022 |
| ingediend zijn, wordt een nulmeting van het energieverbruik op basis | ingediend zijn, wordt een nulmeting van het energieverbruik op basis |
| van het werkingsjaar 2019 bij de aanvraag gevoegd. Om de nulmeting te | van het werkingsjaar 2019 bij de aanvraag gevoegd. Om de nulmeting te |
| bepalen, wordt de CO2-calculator gebruikt die de administratie ter | bepalen, wordt de CO2-calculator gebruikt die de administratie ter |
| beschikking stelt. | beschikking stelt. |
| Afdeling 2. - Beoordeling | Afdeling 2. - Beoordeling |
Art. 13.De Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, en de Vlaamse |
Art. 13.De Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, en de Vlaamse |
| minister, bevoegd voor de jeugd, stellen een Adviescommissie Cultuur- | minister, bevoegd voor de jeugd, stellen een Adviescommissie Cultuur- |
| en Jeugdinfrastructuur samen, waarin de betrokken administraties en | en Jeugdinfrastructuur samen, waarin de betrokken administraties en |
| deskundigen uit de betrokken sectoren vertegenwoordigd zijn. De | deskundigen uit de betrokken sectoren vertegenwoordigd zijn. De |
| Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, en de Vlaamse minister, | Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, en de Vlaamse minister, |
| bevoegd voor de jeugd, wijzen de voorzitter aan. Het secretariaat | bevoegd voor de jeugd, wijzen de voorzitter aan. Het secretariaat |
| wordt georganiseerd door de administratie. | wordt georganiseerd door de administratie. |
| Aan de administratie die bevoegd is voor de coördinatie van het Vlaams | Aan de administratie die bevoegd is voor de coördinatie van het Vlaams |
| Klimaat- en Energiepact wordt jaarlijks gerapporteerd over de naleving | Klimaat- en Energiepact wordt jaarlijks gerapporteerd over de naleving |
| van de voorwaarden, vermeld in artikel 8, § 2, 1°. | van de voorwaarden, vermeld in artikel 8, § 2, 1°. |
| De Adviescommissie Cultuur- en Jeugdinfrastructuur, vermeld in het | De Adviescommissie Cultuur- en Jeugdinfrastructuur, vermeld in het |
| eerste lid, kan plaatsbezoeken organiseren. | eerste lid, kan plaatsbezoeken organiseren. |
| De Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, en de Vlaamse minister, | De Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, en de Vlaamse minister, |
| bevoegd voor de jeugd, kunnen een regeling bepalen voor de | bevoegd voor de jeugd, kunnen een regeling bepalen voor de |
| verplaatsingskosten en de vergoeding van de externe deskundigen. | verplaatsingskosten en de vergoeding van de externe deskundigen. |
Art. 14.De administratie onderzoekt of een aanvraag voldoet aan de |
Art. 14.De administratie onderzoekt of een aanvraag voldoet aan de |
| ontvankelijkheidsvoorwaarden, vermeld in artikel 7. De administratie | ontvankelijkheidsvoorwaarden, vermeld in artikel 7. De administratie |
| meldt aan de subsidieaanvrager binnen dertig dagen na de uiterste | meldt aan de subsidieaanvrager binnen dertig dagen na de uiterste |
| indiendatum van de aanvraag, vermeld in artikel 11, of de aanvraag | indiendatum van de aanvraag, vermeld in artikel 11, of de aanvraag |
| ontvankelijk of niet ontvankelijk is. | ontvankelijk of niet ontvankelijk is. |
| De administratie onderzoekt of de aanvraag voldoet aan de | De administratie onderzoekt of de aanvraag voldoet aan de |
| subsidievoorwaarden, vermeld in artikel 8 van dit besluit, met | subsidievoorwaarden, vermeld in artikel 8 van dit besluit, met |
| uitzondering van de voorwaarde, vermeld in artikel 8, § 1, eerste lid, | uitzondering van de voorwaarde, vermeld in artikel 8, § 1, eerste lid, |
| 1°, van dit besluit, die de Adviescommissie Cultuur- en | 1°, van dit besluit, die de Adviescommissie Cultuur- en |
| Jeugdinfrastructuur beoordeelt op basis van de aangeleverde motivatie | Jeugdinfrastructuur beoordeelt op basis van de aangeleverde motivatie |
| van de subsidieaanvrager en informatie van de administratie. | van de subsidieaanvrager en informatie van de administratie. |
| De projecten worden inhoudelijk beoordeeld door de Adviescommissie | De projecten worden inhoudelijk beoordeeld door de Adviescommissie |
| Cultuur- en Jeugdinfrastructuur, vermeld in artikel 13, op basis van | Cultuur- en Jeugdinfrastructuur, vermeld in artikel 13, op basis van |
| de criteria, vermeld in artikel 9. De Adviescommissie Cultuur- en | de criteria, vermeld in artikel 9. De Adviescommissie Cultuur- en |
| Jeugdinfrastructuur verleent een gemotiveerd advies aan de Vlaamse | Jeugdinfrastructuur verleent een gemotiveerd advies aan de Vlaamse |
| minister, bevoegd voor de cultuur, wat de cultuurinfrastructuur | minister, bevoegd voor de cultuur, wat de cultuurinfrastructuur |
| betreft, en aan de Vlaamse minister, bevoegd voor de jeugd, wat de | betreft, en aan de Vlaamse minister, bevoegd voor de jeugd, wat de |
| jeugdinfrastructuur betreft. In dat advies wordt een rangschikking | jeugdinfrastructuur betreft. In dat advies wordt een rangschikking |
| opgemaakt op basis van het beschikbare subsidiebudget. | opgemaakt op basis van het beschikbare subsidiebudget. |
| Uiterlijk op 1 oktober van het jaar waarin de subsidieaanvraag is | Uiterlijk op 1 oktober van het jaar waarin de subsidieaanvraag is |
| ingediend, beslist de Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, wat | ingediend, beslist de Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, wat |
| de cultuurinfrastructuur betreft, en de Vlaamse minister, bevoegd voor | de cultuurinfrastructuur betreft, en de Vlaamse minister, bevoegd voor |
| de jeugd, wat de jeugdinfrastructuur betreft, over de toekenning van | de jeugd, wat de jeugdinfrastructuur betreft, over de toekenning van |
| de subsidies. | de subsidies. |
| Afdeling 3. - Uitbetaling van de subsidie | Afdeling 3. - Uitbetaling van de subsidie |
Art. 15.In dit artikel wordt verstaan onder subsidieontvanger: de |
Art. 15.In dit artikel wordt verstaan onder subsidieontvanger: de |
| organisatie die als bouwheer een investeringssubsidie toegekend | organisatie die als bouwheer een investeringssubsidie toegekend |
| krijgt. | krijgt. |
| Voor de subsidieontvanger overgaat tot de procedure voor plaatsing van | Voor de subsidieontvanger overgaat tot de procedure voor plaatsing van |
| een opdracht voor diensten, leveringen of werken, legt hij de volgende | een opdracht voor diensten, leveringen of werken, legt hij de volgende |
| documenten voor advies voor aan de administratie: | documenten voor advies voor aan de administratie: |
| 1° het ontwerp; | 1° het ontwerp; |
| 2° het lastenboek; | 2° het lastenboek; |
| 3° de plannen en de gedetailleerde raming; | 3° de plannen en de gedetailleerde raming; |
| 4° de vereiste vergunningen. | 4° de vereiste vergunningen. |
| Voor de werken gegund worden, legt de subsidieontvanger het resultaat | Voor de werken gegund worden, legt de subsidieontvanger het resultaat |
| van de gunningsprocedure ter goedkeuring voor aan de administratie. | van de gunningsprocedure ter goedkeuring voor aan de administratie. |
| De administratie betaalt de subsidie uit op basis van de | De administratie betaalt de subsidie uit op basis van de |
| vorderingsstaten, eventuele noodzakelijke bewijsstukken en de | vorderingsstaten, eventuele noodzakelijke bewijsstukken en de |
| bijbehorende facturen op naam van de subsidieontvanger die goedgekeurd | bijbehorende facturen op naam van de subsidieontvanger die goedgekeurd |
| zijn door de administratie. | zijn door de administratie. |
| De aanvraag tot uitbetaling kan ingediend worden tot zes jaar na de | De aanvraag tot uitbetaling kan ingediend worden tot zes jaar na de |
| datum van de subsidiebeslissing. | datum van de subsidiebeslissing. |
| Afdeling 4. - Toezicht | Afdeling 4. - Toezicht |
Art. 16.De subsidievereisten, vermeld in artikel 10, worden |
Art. 16.De subsidievereisten, vermeld in artikel 10, worden |
| steekproefsgewijs gecontroleerd door de administratie. | steekproefsgewijs gecontroleerd door de administratie. |
| HOOFDSTUK 5. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van | HOOFDSTUK 5. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van |
| 16 november 2012 betreffende het verlenen van investeringssubsidies | 16 november 2012 betreffende het verlenen van investeringssubsidies |
| voor culturele infrastructuur met bovenlokaal belang | voor culturele infrastructuur met bovenlokaal belang |
Art. 17.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 |
Art. 17.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 |
| november 2012 betreffende het verlenen van investeringssubsidies voor | november 2012 betreffende het verlenen van investeringssubsidies voor |
| culturele infrastructuur met bovenlokaal belang, gewijzigd bij de | culturele infrastructuur met bovenlokaal belang, gewijzigd bij de |
| besluiten van de Vlaamse Regering van 9 juni 2017 en 5 maart 2021, | besluiten van de Vlaamse Regering van 9 juni 2017 en 5 maart 2021, |
| worden de volgende wijzigingen aangebracht: | worden de volgende wijzigingen aangebracht: |
| 1° in punt 3° worden de woorden "of voor de sectorale prioriteiten" | 1° in punt 3° worden de woorden "of voor de sectorale prioriteiten" |
| opgeheven; | opgeheven; |
| 2° in punt 10° worden de woorden "of sectorale prioriteiten" | 2° in punt 10° worden de woorden "of sectorale prioriteiten" |
| opgeheven; | opgeheven; |
| 3° punt 11° wordt opgeheven. | 3° punt 11° wordt opgeheven. |
Art. 18.In artikel 2 van hetzelfde besluit worden de woorden "en op |
Art. 18.In artikel 2 van hetzelfde besluit worden de woorden "en op |
| de sectorale prioriteiten" opgeheven. | de sectorale prioriteiten" opgeheven. |
Art. 19.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de |
Art. 19.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de |
| Vlaamse Regering van 9 juni 2017 en 5 maart 2021, wordt hoofdstuk 3, | Vlaamse Regering van 9 juni 2017 en 5 maart 2021, wordt hoofdstuk 3, |
| dat bestaat uit artikel 5 tot en met 9, opgeheven. | dat bestaat uit artikel 5 tot en met 9, opgeheven. |
| HOOFDSTUK 6. - Slotbepalingen | HOOFDSTUK 6. - Slotbepalingen |
Art. 20.In afwijking van artikel 11 worden de aanvragen voor het jaar |
Art. 20.In afwijking van artikel 11 worden de aanvragen voor het jaar |
| 2022 uiterlijk op 1 september 2022 ingediend. | 2022 uiterlijk op 1 september 2022 ingediend. |
| In afwijking van artikel 14, vierde lid, beslist de Vlaamse minister, | In afwijking van artikel 14, vierde lid, beslist de Vlaamse minister, |
| bevoegd voor de cultuur, wat de cultuurinfrastructuur betreft, en de | bevoegd voor de cultuur, wat de cultuurinfrastructuur betreft, en de |
| Vlaamse minister, bevoegd voor de jeugd, wat de jeugdinfrastructuur | Vlaamse minister, bevoegd voor de jeugd, wat de jeugdinfrastructuur |
| betreft, uiterlijk op 15 november 2022 over de toekenning van de | betreft, uiterlijk op 15 november 2022 over de toekenning van de |
| subsidies voor de aanvragen van het jaar 2022. | subsidies voor de aanvragen van het jaar 2022. |
Art. 21.Het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012 |
Art. 21.Het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012 |
| betreffende het verlenen van investeringssubsidies voor culturele | betreffende het verlenen van investeringssubsidies voor culturele |
| infrastructuur met bovenlokaal belang, blijft van toepassing op de | infrastructuur met bovenlokaal belang, blijft van toepassing op de |
| sectorale investeringssubsidies waarvoor een beslissing is genomen op | sectorale investeringssubsidies waarvoor een beslissing is genomen op |
| basis van het voormelde besluit. | basis van het voormelde besluit. |
Art. 22.De Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, en de Vlaamse |
Art. 22.De Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, en de Vlaamse |
| minister, bevoegd voor de jeugd, zijn, ieder wat hem of haar betreft, | minister, bevoegd voor de jeugd, zijn, ieder wat hem of haar betreft, |
| belast met de uitvoering van dit besluit. | belast met de uitvoering van dit besluit. |
| Brussel, 29 april 2022. | Brussel, 29 april 2022. |
| De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van | De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van |
| Buitenlandse Zaken, Cultuur, Digitalisering en Facilitair Management, | Buitenlandse Zaken, Cultuur, Digitalisering en Facilitair Management, |
| J. JAMBON | J. JAMBON |
| De Vlaamse minister van Brussel, Jeugd en Media, | De Vlaamse minister van Brussel, Jeugd en Media, |
| B. DALLE | B. DALLE |