Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Besluit Van De Vlaamse Regering van 23/12/2016
← Terug naar "Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2011 houdende de subsidiëring van sociale huisvestingsmaatschappijen voor uitgaven met betrekking tot rationeel energiegebruik en groene warmte "
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2011 houdende de subsidiëring van sociale huisvestingsmaatschappijen voor uitgaven met betrekking tot rationeel energiegebruik en groene warmte Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2011 houdende de subsidiëring van sociale huisvestingsmaatschappijen voor uitgaven met betrekking tot rationeel energiegebruik en groene warmte
VLAAMSE OVERHEID VLAAMSE OVERHEID
23 DECEMBER 2016. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van 23 DECEMBER 2016. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van
het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2011 houdende de het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2011 houdende de
subsidiëring van sociale huisvestingsmaatschappijen voor uitgaven met subsidiëring van sociale huisvestingsmaatschappijen voor uitgaven met
betrekking tot rationeel energiegebruik en groene warmte betrekking tot rationeel energiegebruik en groene warmte
DE VLAAMSE REGERING, DE VLAAMSE REGERING,
Gelet op het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, Gelet op het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode,
artikel 38, § 1, eerste lid, 2°, vervangen bij het decreet van 23 artikel 38, § 1, eerste lid, 2°, vervangen bij het decreet van 23
december 2011, en tweede lid, vervangen bij het decreet van 23 december 2011, en tweede lid, vervangen bij het decreet van 23
december 2011 en gewijzigd bij het decreet van 31 mei 2013; december 2011 en gewijzigd bij het decreet van 31 mei 2013;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2011 Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2011
houdende de subsidiëring van sociale huisvestingsmaatschappijen voor houdende de subsidiëring van sociale huisvestingsmaatschappijen voor
uitgaven met betrekking tot rationeel energiegebruik en groene warmte; uitgaven met betrekking tot rationeel energiegebruik en groene warmte;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de
begroting, gegeven op 9 november 2016; begroting, gegeven op 9 november 2016;
Gelet op advies 60.496 van de Raad van State, gegeven op 16 december Gelet op advies 60.496 van de Raad van State, gegeven op 16 december
2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de
wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur,
Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding; Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding;
Na beraadslaging, Na beraadslaging,
Besluit : Besluit :

Artikel 1.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 2

Artikel 1.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 2

december 2011 houdende de subsidiëring van sociale december 2011 houdende de subsidiëring van sociale
huisvestingsmaatschappijen voor uitgaven met betrekking tot rationeel huisvestingsmaatschappijen voor uitgaven met betrekking tot rationeel
energiegebruik en groene warmte, gewijzigd bij de besluiten van de energiegebruik en groene warmte, gewijzigd bij de besluiten van de
Vlaamse Regering van 10 januari 2014 en 2 oktober 2015, worden de Vlaamse Regering van 10 januari 2014 en 2 oktober 2015, worden de
volgende wijzigingen aangebracht: volgende wijzigingen aangebracht:
1° punt 4° wordt opnieuw opgenomen in de volgende lezing: 1° punt 4° wordt opnieuw opgenomen in de volgende lezing:
"4° VWF: het Vlaams Woningfonds, vermeld in artikel 50 van het decreet "4° VWF: het Vlaams Woningfonds, vermeld in artikel 50 van het decreet
van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode;"; van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode;";
2° punt 8° wordt vervangen door wat volgt: 2° punt 8° wordt vervangen door wat volgt:
"8° grondige renovatie: energetische renovatie waarbij een of meer "8° grondige renovatie: energetische renovatie waarbij een of meer
maatregelen, vermeld in artikel 3, met een periode van maximaal twaalf maatregelen, vermeld in artikel 3, met een periode van maximaal twaalf
maanden tussen de bestelling van de eerste en de laatste fase, worden maanden tussen de bestelling van de eerste en de laatste fase, worden
toegepast, waardoor het gebouw in kwestie minstens voldoet aan al de toegepast, waardoor het gebouw in kwestie minstens voldoet aan al de
volgende voorwaarden: volgende voorwaarden:
a) het gebouw heeft dak- of zoldervloerisolatie; a) het gebouw heeft dak- of zoldervloerisolatie;
b) het gebouw heeft geen enkelvoudige beglazing meer; b) het gebouw heeft geen enkelvoudige beglazing meer;
c) de verwarmingsketels hebben een thermisch rendement bij vollast van c) de verwarmingsketels hebben een thermisch rendement bij vollast van
minstens 90%- bovenste verbrandingswaarde. De gaskachels hebben een minstens 90%- bovenste verbrandingswaarde. De gaskachels hebben een
thermisch rendement bij vollast van minstens 80% - bovenste thermisch rendement bij vollast van minstens 80% - bovenste
verbrandingswaarde; verbrandingswaarde;
d) het gebouw wordt niet verwarmd door elektrische d) het gebouw wordt niet verwarmd door elektrische
weerstandsverwarming; weerstandsverwarming;
e) het gebouw heeft geen actieve luchtkoeling;". e) het gebouw heeft geen actieve luchtkoeling;".

Art. 2.In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten

Art. 2.In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten

van de Vlaamse Regering van 10 januari 2014 en 2 oktober 2015, worden van de Vlaamse Regering van 10 januari 2014 en 2 oktober 2015, worden
de volgende wijzigingen aangebracht: de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt: 1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt:
"De subsidie, vermeld in artikel 2, wordt aangewend om SHM's en het "De subsidie, vermeld in artikel 2, wordt aangewend om SHM's en het
VWF te stimuleren in bestaande of te realiseren sociale huurwoningen VWF te stimuleren in bestaande of te realiseren sociale huurwoningen
maatregelen te nemen voor: maatregelen te nemen voor:
1° de vervanging van verouderde verwarmingsinstallaties door 1° de vervanging van verouderde verwarmingsinstallaties door
individuele verwarmingsinstallaties met condenserende ketels in individuele verwarmingsinstallaties met condenserende ketels in
woningen; woningen;
2° de vervanging van verouderde verwarmingsinstallaties door 2° de vervanging van verouderde verwarmingsinstallaties door
collectieve verwarmingsinstallaties met condenserende ketels in collectieve verwarmingsinstallaties met condenserende ketels in
woningen; woningen;
3° de vervanging van verouderde verwarmingsinstallaties door 3° de vervanging van verouderde verwarmingsinstallaties door
individuele hoogrendementskachels van het gesloten type in woningen; individuele hoogrendementskachels van het gesloten type in woningen;
4° de optimalisatie van verouderde collectieve verwarmingsinstallaties 4° de optimalisatie van verouderde collectieve verwarmingsinstallaties
door de vervanging of betere afstelling van delen ervan in door de vervanging of betere afstelling van delen ervan in
woongebouwen; woongebouwen;
5° de vervanging van ramen door hoogrendementsraamsystemen in 5° de vervanging van ramen door hoogrendementsraamsystemen in
woningen; woningen;
6° de installatie van zonneboilers voor de productie van sanitair warm 6° de installatie van zonneboilers voor de productie van sanitair warm
water; water;
7° de installatie van warmtepompen; 7° de installatie van warmtepompen;
8° de isolatie van daken of zoldervloeren in woningen; 8° de isolatie van daken of zoldervloeren in woningen;
9° de na-isolatie van spouwmuren in bestaande woningen; 9° de na-isolatie van spouwmuren in bestaande woningen;
10° de buitenisolatie van gevels; 10° de buitenisolatie van gevels;
11° de isolatie van de onderste vloeren of kelders in woningen; 11° de isolatie van de onderste vloeren of kelders in woningen;
12° de vervanging van elektrische weerstandsverwarming in woningen; 12° de vervanging van elektrische weerstandsverwarming in woningen;
13° de vervanging van beglazing door hoogrendementsglas in bestaande 13° de vervanging van beglazing door hoogrendementsglas in bestaande
woningen; woningen;
14° de sloop bij vervangingsbouw; 14° de sloop bij vervangingsbouw;
15° de plaatsing van spouwisolatie; 15° de plaatsing van spouwisolatie;
16° de vervanging van een waterverwarmer van het open type naar een 16° de vervanging van een waterverwarmer van het open type naar een
waterverwarmer van het gesloten type; waterverwarmer van het gesloten type;
17° de installatie van een ventilatiesysteem; 17° de installatie van een ventilatiesysteem;
18° het plaatsen van een individuele verbruiksmeter en 18° het plaatsen van een individuele verbruiksmeter en
warmtekostenverdeler."; warmtekostenverdeler.";
2° het tweede en derde lid worden opgeheven. 2° het tweede en derde lid worden opgeheven.

Art. 3.In artikel 4 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit

Art. 3.In artikel 4 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit

van de Vlaamse Regering van 10 januari 2014 en gewijzigd bij het van de Vlaamse Regering van 10 januari 2014 en gewijzigd bij het
besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2015, worden de volgende besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2015, worden de volgende
wijzigingen aangebracht: wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt punt 5° vervangen door wat volgt: 1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt punt 5° vervangen door wat volgt:
"5° 1500 euro per geplaatste zonneboiler, te vermeerderen met 250 euro "5° 1500 euro per geplaatste zonneboiler, te vermeerderen met 250 euro
per m² zonnecollectoroppervlak boven de 4 m². De premie wordt berekend per m² zonnecollectoroppervlak boven de 4 m². De premie wordt berekend
op basis van de apertuuroppervlakte;"; op basis van de apertuuroppervlakte;";
2° in paragraaf 1, eerste lid, wordt een punt 14°, een punt 15° en een 2° in paragraaf 1, eerste lid, wordt een punt 14°, een punt 15° en een
punt 16° toegevoegd, die luiden als volgt: punt 16° toegevoegd, die luiden als volgt:
"14° een forfaitair bedrag van 500 euro per geplaatste waterverwarmer "14° een forfaitair bedrag van 500 euro per geplaatste waterverwarmer
van het gesloten type ter vervanging van een bestaande open van het gesloten type ter vervanging van een bestaande open
waterverwarmer; waterverwarmer;
15° een forfaitair bedrag van 300 euro per geplaatste individuele 15° een forfaitair bedrag van 300 euro per geplaatste individuele
verbruiksmeter en een forfaitair bedrag van 20 euro per verbruiksmeter en een forfaitair bedrag van 20 euro per
warmtekostenverdeler die geplaatst wordt op een radiator; warmtekostenverdeler die geplaatst wordt op een radiator;
16° een forfaitair bedrag van 1500 euro per woning bij de installatie 16° een forfaitair bedrag van 1500 euro per woning bij de installatie
van een vraaggestuurd ventilatiesysteem met vrije toevoer en van een vraaggestuurd ventilatiesysteem met vrije toevoer en
mechanische afvoer of van een ventilatiesysteem met mechanische aan- mechanische afvoer of van een ventilatiesysteem met mechanische aan-
en afvoer met warmteterugwinning."; en afvoer met warmteterugwinning.";
3° paragraaf 2 wordt vervangen door wat volgt: 3° paragraaf 2 wordt vervangen door wat volgt:
" § 2. De VMSW keert het beschikbare krediet, vermeld in artikel 2, en " § 2. De VMSW keert het beschikbare krediet, vermeld in artikel 2, en
de subsidies uit het Vlaams Klimaatfonds, vermeld in paragraaf 3 en de subsidies uit het Vlaams Klimaatfonds, vermeld in paragraaf 3 en
3/1, uit aan de SHM's en het VWF volgens de volgende provinciale 3/1, uit aan de SHM's en het VWF volgens de volgende provinciale
verdeelsleutel: verdeelsleutel:
1° voor de provincie Antwerpen: 28,3%; 1° voor de provincie Antwerpen: 28,3%;
2° voor de provincie Limburg: 10,9%; 2° voor de provincie Limburg: 10,9%;
3° voor de provincie Oost-Vlaanderen: 27%; 3° voor de provincie Oost-Vlaanderen: 27%;
4° voor de provincie Vlaams-Brabant: 9,9%; 4° voor de provincie Vlaams-Brabant: 9,9%;
5° voor de provincie West-Vlaanderen: 23,9%. 5° voor de provincie West-Vlaanderen: 23,9%.
De provinciale verdeling van de middelen kan jaarlijks door de De provinciale verdeling van de middelen kan jaarlijks door de
minister worden geëvalueerd, voor de eerste keer in 2016. Als bij die minister worden geëvalueerd, voor de eerste keer in 2016. Als bij die
evaluatie een onderaanwending van de beschikbare middelen in een of evaluatie een onderaanwending van de beschikbare middelen in een of
meer provincies blijkt, kan de minister een herverdeling doorvoeren na meer provincies blijkt, kan de minister een herverdeling doorvoeren na
mededeling aan de Vlaamse Regering."; mededeling aan de Vlaamse Regering.";
4° in paragraaf 3, eerste lid, wordt de zinsnede "als vermeld in 4° in paragraaf 3, eerste lid, wordt de zinsnede "als vermeld in
paragraaf 1" vervangen door de zinsnede "als vermeld in paragraaf 1 en paragraaf 1" vervangen door de zinsnede "als vermeld in paragraaf 1 en
3/1"; 3/1";
5° in paragraaf 3, eerste lid, wordt punt 5° vervangen door wat volgt: 5° in paragraaf 3, eerste lid, wordt punt 5° vervangen door wat volgt:
"5° 1500 euro per geplaatste zonneboiler, te vermeerderen met 250 euro "5° 1500 euro per geplaatste zonneboiler, te vermeerderen met 250 euro
per m² zonnecollectoroppervlak boven de 4 m². De premie wordt berekend per m² zonnecollectoroppervlak boven de 4 m². De premie wordt berekend
op basis van de apertuuroppervlakte;"; op basis van de apertuuroppervlakte;";
6° in paragraaf 3 wordt het tweede lid opgeheven; 6° in paragraaf 3 wordt het tweede lid opgeheven;
7° er worden een paragraaf 3/1 en een paragraaf 3/2 ingevoegd, die 7° er worden een paragraaf 3/1 en een paragraaf 3/2 ingevoegd, die
luiden als volgt: luiden als volgt:
" § 3/1. De subsidie die vanaf 2016 uit het Vlaams Klimaatfonds aan de " § 3/1. De subsidie die vanaf 2016 uit het Vlaams Klimaatfonds aan de
VMSW toegekend wordt om een grondige renovatie- of VMSW toegekend wordt om een grondige renovatie- of
vervangingsbouwpremie te verstrekken, kan alleen aangewend worden voor vervangingsbouwpremie te verstrekken, kan alleen aangewend worden voor
renovatie en vervangingsbouw van woningen die bestemd zijn voor renovatie en vervangingsbouw van woningen die bestemd zijn voor
sociale huur. Er mag maximaal drie jaar verstreken zijn tussen de sociale huur. Er mag maximaal drie jaar verstreken zijn tussen de
datum van de voorlopige oplevering van de sloopwerken en de datum van de voorlopige oplevering van de sloopwerken en de
premieaanvraag voor de vervangingsbouw. De subsidie mag niet premieaanvraag voor de vervangingsbouw. De subsidie mag niet
gecumuleerd worden met de andere premies voor maatregelen, vermeld in gecumuleerd worden met de andere premies voor maatregelen, vermeld in
paragraaf 1 en 3. De VMSW keert in voor de maatregelen, vermeld in paragraaf 1 en 3. De VMSW keert in voor de maatregelen, vermeld in
artikel 3, eerste lid, de volgende subsidiebedragen uit aan de SHM's artikel 3, eerste lid, de volgende subsidiebedragen uit aan de SHM's
en het VWF: en het VWF:
1° een forfaitair bedrag van 800 euro per geplaatste individuele 1° een forfaitair bedrag van 800 euro per geplaatste individuele
verwarmingsinstallatie met condenserende ketel; verwarmingsinstallatie met condenserende ketel;
2° 650 euro per wooneenheid die aangesloten is op de geplaatste of 2° 650 euro per wooneenheid die aangesloten is op de geplaatste of
geoptimaliseerde collectieve verwarmingsinstallatie met condenserende geoptimaliseerde collectieve verwarmingsinstallatie met condenserende
ketel; ketel;
3° een forfaitair bedrag van 130 euro per m² voor het geplaatste 3° een forfaitair bedrag van 130 euro per m² voor het geplaatste
hoogrendementsraamsysteem, gemeten volgens de dagmaat, of een hoogrendementsraamsysteem, gemeten volgens de dagmaat, of een
forfaitair bedrag van 150 euro per m² voor het geplaatste forfaitair bedrag van 150 euro per m² voor het geplaatste
hoogrendements+-raamsysteem, gemeten volgens de dagmaat; hoogrendements+-raamsysteem, gemeten volgens de dagmaat;
4° een forfaitair bedrag van 400 euro per geplaatste individuele 4° een forfaitair bedrag van 400 euro per geplaatste individuele
hoogrendementskachel van het gesloten type; hoogrendementskachel van het gesloten type;
5° 1500 euro per geplaatste zonneboiler, te vermeerderen met 250 euro 5° 1500 euro per geplaatste zonneboiler, te vermeerderen met 250 euro
per m² zonnecollectoroppervlak boven de 4 m². De premie wordt berekend per m² zonnecollectoroppervlak boven de 4 m². De premie wordt berekend
op basis van de apertuuroppervlakte; op basis van de apertuuroppervlakte;
6° een forfaitair bedrag van 800 euro per geplaatste 6° een forfaitair bedrag van 800 euro per geplaatste
niet-geothermische warmtepomp of, als er meer dan één wooneenheid op niet-geothermische warmtepomp of, als er meer dan één wooneenheid op
de werking van de warmtepomp wordt aangesloten, 500 euro per de werking van de warmtepomp wordt aangesloten, 500 euro per
aangesloten wooneenheid; aangesloten wooneenheid;
7° een forfaitair bedrag van 21 euro per m², verminderd met het bedrag 7° een forfaitair bedrag van 21 euro per m², verminderd met het bedrag
van de premie per m² van de netbeheerder op de datum van de van de premie per m² van de netbeheerder op de datum van de
facturatie, voor de geplaatste dak- of zoldervloerisolatie. Dit bedrag facturatie, voor de geplaatste dak- of zoldervloerisolatie. Dit bedrag
wordt verhoogd met 10 euro per m² in geval van platte daken; wordt verhoogd met 10 euro per m² in geval van platte daken;
8° een forfaitair bedrag van 16 euro per m², verminderd met het bedrag 8° een forfaitair bedrag van 16 euro per m², verminderd met het bedrag
van de premie per m² van de netbeheerder op de datum van de van de premie per m² van de netbeheerder op de datum van de
facturatie, voor de na-isolatie van de bestaande spouwmuur; facturatie, voor de na-isolatie van de bestaande spouwmuur;
9° een forfaitair bedrag voor de aangebrachte buitenisolatie op de 9° een forfaitair bedrag voor de aangebrachte buitenisolatie op de
gevels van 60 euro per m² bij pleistersystemen en van 115 euro per m² gevels van 60 euro per m² bij pleistersystemen en van 115 euro per m²
bij andere systemen, verminderd met het bedrag van de premie per m² bij andere systemen, verminderd met het bedrag van de premie per m²
van de netbeheerder op de datum van de facturatie; van de netbeheerder op de datum van de facturatie;
10° een forfaitair bedrag van 20 euro per m², verminderd met het 10° een forfaitair bedrag van 20 euro per m², verminderd met het
bedrag van de premie per m² van de netbeheerder op de datum van de bedrag van de premie per m² van de netbeheerder op de datum van de
facturatie, voor de isolatie van de onderste vloeren of kelders; facturatie, voor de isolatie van de onderste vloeren of kelders;
11° een forfaitair bedrag van 2500 euro per aangesloten wooneenheid 11° een forfaitair bedrag van 2500 euro per aangesloten wooneenheid
voor de installatie van een collectieve geothermische warmtepomp; voor de installatie van een collectieve geothermische warmtepomp;
12° een forfaitair bedrag van 150 euro per kW geïnstalleerd elektrisch 12° een forfaitair bedrag van 150 euro per kW geïnstalleerd elektrisch
verwarmingsvermogen, verminderd met het bedrag van de premie van de verwarmingsvermogen, verminderd met het bedrag van de premie van de
netbeheerder per kW op de datum van de facturatie, voor de vervanging netbeheerder per kW op de datum van de facturatie, voor de vervanging
van elektrische verwarming; van elektrische verwarming;
13° een forfaitair bedrag van 33 euro per m², gemeten volgens 13° een forfaitair bedrag van 33 euro per m², gemeten volgens
glasmaat, voor het vervangen van de beglazing door hoogrendementsglas glasmaat, voor het vervangen van de beglazing door hoogrendementsglas
bij renovatie, niet cumuleerbeer met de subsidie, vermeld in punt 3° ; bij renovatie, niet cumuleerbeer met de subsidie, vermeld in punt 3° ;
14° een forfaitair bedrag van 2500 euro per gesloopt huis of 1250 euro 14° een forfaitair bedrag van 2500 euro per gesloopt huis of 1250 euro
per gesloopt appartement bij vervangingsbouw; per gesloopt appartement bij vervangingsbouw;
15° een forfaitair bedrag van 10 euro per m² geplaatste spouwisolatie, 15° een forfaitair bedrag van 10 euro per m² geplaatste spouwisolatie,
gemeten volgens de netto-oppervlakte. gemeten volgens de netto-oppervlakte.
§ 3/2. Als het beschikbare provinciale krediet binnen de § 3/2. Als het beschikbare provinciale krediet binnen de
verdeelsleutel van de subsidies uit het Vlaams Klimaatfonds volledig verdeelsleutel van de subsidies uit het Vlaams Klimaatfonds volledig
is opgebruikt, kan de VMSW het resterende provinciale krediet binnen is opgebruikt, kan de VMSW het resterende provinciale krediet binnen
de verdeelsleutel van de subsidie, vermeld in artikel 2, zowel de verdeelsleutel van de subsidie, vermeld in artikel 2, zowel
aanwenden voor de uitkering van de subsidiebedragen, vermeld in aanwenden voor de uitkering van de subsidiebedragen, vermeld in
paragraaf 1, eerste lid, als voor de uitkering van de subsidiebedragen paragraaf 1, eerste lid, als voor de uitkering van de subsidiebedragen
bij grondige renovaties, vermeld in paragraaf 3 en 3/1. Als de bij grondige renovaties, vermeld in paragraaf 3 en 3/1. Als de
subsidies uit het Vlaams Klimaatfonds weer aangevuld worden, kunnen de subsidies uit het Vlaams Klimaatfonds weer aangevuld worden, kunnen de
uitgekeerde subsidiebedragen terugvloeien naar het beschikbare uitgekeerde subsidiebedragen terugvloeien naar het beschikbare
krediet, vermeld in artikel 2."; krediet, vermeld in artikel 2.";
8° in paragraaf 4, eerste lid, wordt tussen de zinsnede "paragraaf 3, 8° in paragraaf 4, eerste lid, wordt tussen de zinsnede "paragraaf 3,
eerste lid," en de woorden "gelden dezelfde voorwaarden" de zinsnede eerste lid," en de woorden "gelden dezelfde voorwaarden" de zinsnede
"en paragraaf 3/1," ingevoegd; "en paragraaf 3/1," ingevoegd;
9° in paragraaf 4 wordt het tweede lid opgeheven. 9° in paragraaf 4 wordt het tweede lid opgeheven.

Art. 4.Artikel 5 van het hetzelfde besluit, gewijzigd bij de

Art. 4.Artikel 5 van het hetzelfde besluit, gewijzigd bij de

besluiten van de Vlaamse Regering van 10 januari 2014 en 2 oktober besluiten van de Vlaamse Regering van 10 januari 2014 en 2 oktober
2015, wordt vervangen door wat volgt: 2015, wordt vervangen door wat volgt:
"

Art. 5.Om een beroep te kunnen doen op de subsidiebedragen, vermeld

"

Art. 5.Om een beroep te kunnen doen op de subsidiebedragen, vermeld

in artikel 4, § 1, eerste lid, en § 3, en § 3/1, van dit besluit, moet in artikel 4, § 1, eerste lid, en § 3, en § 3/1, van dit besluit, moet
in geval van vergunningsplichtige renovatiewerken en vervangingsbouw in geval van vergunningsplichtige renovatiewerken en vervangingsbouw
voldaan worden aan de stedenbouwkundige voorschriften en de EPB-eisen, voldaan worden aan de stedenbouwkundige voorschriften en de EPB-eisen,
vermeld in het Energiebesluit van 19 november 2010. In de overige vermeld in het Energiebesluit van 19 november 2010. In de overige
gevallen moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan: gevallen moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:
1° de warmtegeneratoren van de te vervangen verwarmingsinstallaties 1° de warmtegeneratoren van de te vervangen verwarmingsinstallaties
zijn minimaal 15 jaar oud op het moment van de subsidieaanvraag, zijn minimaal 15 jaar oud op het moment van de subsidieaanvraag,
tenzij het een installatie betreft die hoofdzakelijk werkt op basis tenzij het een installatie betreft die hoofdzakelijk werkt op basis
van elektrische weerstandsvorming of die bestaat uit individuele van elektrische weerstandsvorming of die bestaat uit individuele
kachels, ongeacht of ze eigendom zijn van de SHM of het VWF. De kachels, ongeacht of ze eigendom zijn van de SHM of het VWF. De
plaatsing van een hoogrendementsketel voor stookolie wordt niet plaatsing van een hoogrendementsketel voor stookolie wordt niet
gesubsidieerd indien er langs de openbare weg een aardgasnet, een gesubsidieerd indien er langs de openbare weg een aardgasnet, een
biogasnet of een warmtenet aanwezig is.; biogasnet of een warmtenet aanwezig is.;
2° de verwarmingsinstallaties worden geplaatst en aangepast door een 2° de verwarmingsinstallaties worden geplaatst en aangepast door een
erkende technicus als vermeld in artikel 6, 2°, van het VLAREL van 19 erkende technicus als vermeld in artikel 6, 2°, van het VLAREL van 19
november 2010; november 2010;
3° de plaatsing van het hoogrendementsraamsysteem en de vervanging van 3° de plaatsing van het hoogrendementsraamsysteem en de vervanging van
de beglazing door hoogrendementsglas gebeurt onder de voorwaarden, de beglazing door hoogrendementsglas gebeurt onder de voorwaarden,
vermeld in artikel 4, § 1, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse vermeld in artikel 4, § 1, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse
Regering van 30 april 2009 houdende de toekenning van subsidies aan de Regering van 30 april 2009 houdende de toekenning van subsidies aan de
Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen voor het vervangen van ramen Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen voor het vervangen van ramen
door thermisch isolerende ramen door sociale door thermisch isolerende ramen door sociale
huisvestingsmaatschappijen en voor het uitwerken van een energetische huisvestingsmaatschappijen en voor het uitwerken van een energetische
optimalisatieprocedure door de VMSW met toepassing van REG-maatregelen optimalisatieprocedure door de VMSW met toepassing van REG-maatregelen
voor bestaande collectieve installaties voor verwarming, sanitair en voor bestaande collectieve installaties voor verwarming, sanitair en
ventilatie; ventilatie;
4° de nieuw toegevoegde dak- of zolderisolatie heeft een Rd-waarde van 4° de nieuw toegevoegde dak- of zolderisolatie heeft een Rd-waarde van
minstens 3,5 m²K/W en de Rd-waarde van het totale nieuw en eventueel minstens 3,5 m²K/W en de Rd-waarde van het totale nieuw en eventueel
bestaande isolatiepakket, bedraagt minstens 4,5 m²K/W; bestaande isolatiepakket, bedraagt minstens 4,5 m²K/W;
5° de na-isolatie van de spouw voldoet minstens aan de criteria, 5° de na-isolatie van de spouw voldoet minstens aan de criteria,
vermeld in artikel 1, § 1, 2°, van het ministerieel besluit van 10 vermeld in artikel 1, § 1, 2°, van het ministerieel besluit van 10
december 2013 houdende vaststelling van de nadere regels, technische december 2013 houdende vaststelling van de nadere regels, technische
vereisten en hoogten van de premies, bedoeld in artikel 6.4.1/1, vereisten en hoogten van de premies, bedoeld in artikel 6.4.1/1,
artikel 6.4.1/1/1, artikel 6.4.1/2, artikel 6.4.1/3, artikel 6.4.1/4 artikel 6.4.1/1/1, artikel 6.4.1/2, artikel 6.4.1/3, artikel 6.4.1/4
en artikel 6.4.1/5 van het Energiebesluit van 19 november 2010; en artikel 6.4.1/5 van het Energiebesluit van 19 november 2010;
6° de nieuw toegevoegde gevelisolatie heeft een Rd-waarde van minstens 6° de nieuw toegevoegde gevelisolatie heeft een Rd-waarde van minstens
3 m²K/W en de Rd-waarde van het totale nieuwe en eventueel bestaande 3 m²K/W en de Rd-waarde van het totale nieuwe en eventueel bestaande
isolatiepakket bedraagt minstens 3,5 m²K/W; isolatiepakket bedraagt minstens 3,5 m²K/W;
7° de nieuw toegevoegde vloer- of kelderisolatie heeft een Rd-waarde 7° de nieuw toegevoegde vloer- of kelderisolatie heeft een Rd-waarde
van minstens 2 m²K/W; van minstens 2 m²K/W;
8° de warmtepomp voldoet minstens aan de criteria, vermeld in artikel 8° de warmtepomp voldoet minstens aan de criteria, vermeld in artikel
1, § 1, 7°, van het ministerieel besluit van 10 december 2013 houdende 1, § 1, 7°, van het ministerieel besluit van 10 december 2013 houdende
vaststelling van de nadere regels, technische vereisten en hoogten van vaststelling van de nadere regels, technische vereisten en hoogten van
de premies, bedoeld in artikel 6.4.1/1, artikel 6.4.1/1/1, artikel de premies, bedoeld in artikel 6.4.1/1, artikel 6.4.1/1/1, artikel
6.4.1/2, artikel 6.4.1/3, artikel 6.4.1/4 en artikel 6.4.1/5 van het 6.4.1/2, artikel 6.4.1/3, artikel 6.4.1/4 en artikel 6.4.1/5 van het
Energiebesluit van 19 november 2010; Energiebesluit van 19 november 2010;
9° de spouwisolatie heeft een Rd-waarde van minstens 3,5 m²K/W; 9° de spouwisolatie heeft een Rd-waarde van minstens 3,5 m²K/W;
10° het ventilatiesysteem voldoet aan de EPB-eisen, vermeld in het 10° het ventilatiesysteem voldoet aan de EPB-eisen, vermeld in het
Energiebesluit van 19 november 2010; Energiebesluit van 19 november 2010;
11° de individuele of collectieve verwarmingsinstallatie met 11° de individuele of collectieve verwarmingsinstallatie met
condenserende ketel op gas of op stookolie voldoet aan Verordening condenserende ketel op gas of op stookolie voldoet aan Verordening
(EU) NR. 813/2013 van de Commissie van 2 augustus 2013 tot uitvoering (EU) NR. 813/2013 van de Commissie van 2 augustus 2013 tot uitvoering
van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad, wat van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad, wat
eisen inzake ecologisch ontwerp voor ruimteverwarmingstoestellen en eisen inzake ecologisch ontwerp voor ruimteverwarmingstoestellen en
combinatieverwarmingstoestellen betreft; combinatieverwarmingstoestellen betreft;
12° de hoogrendementskachel op gas is voorzien van een CE-markering. 12° de hoogrendementskachel op gas is voorzien van een CE-markering.
Het toestel is van het gesloten type (type C). De installatie is in Het toestel is van het gesloten type (type C). De installatie is in
overeenstemming met de norm NBN D51-003; overeenstemming met de norm NBN D51-003;
13° de zonneboiler voldoet minstens aan de criteria, vermeld in 13° de zonneboiler voldoet minstens aan de criteria, vermeld in
artikel 1, § 1, 6°, van het ministerieel besluit van 10 december 2013 artikel 1, § 1, 6°, van het ministerieel besluit van 10 december 2013
houdende vaststelling van de nadere regels, technische vereisten en houdende vaststelling van de nadere regels, technische vereisten en
hoogten van de premies, bedoeld in artikel 6.4.1/1, artikel 6.4.1/1/1, hoogten van de premies, bedoeld in artikel 6.4.1/1, artikel 6.4.1/1/1,
artikel 6.4.1/2, artikel 6.4.1/3, artikel 6.4.1/4 en artikel 6.4.1/5 artikel 6.4.1/2, artikel 6.4.1/3, artikel 6.4.1/4 en artikel 6.4.1/5
van het Energiebesluit van 19 november 2010; van het Energiebesluit van 19 november 2010;
14° de individuele verbruiksmeter en warmtekostenverdeler voldoen aan 14° de individuele verbruiksmeter en warmtekostenverdeler voldoen aan
de criteria, vermeld in titel III/1, van het Energiebesluit van 19 de criteria, vermeld in titel III/1, van het Energiebesluit van 19
november 2010. november 2010.
In afwijking van het eerste lid bedraagt voor de plaatsing van de In afwijking van het eerste lid bedraagt voor de plaatsing van de
hoogrendements+- raamsystemen, vermeld in artikel 4, § 3/1, 3°, de hoogrendements+- raamsystemen, vermeld in artikel 4, § 3/1, 3°, de
maximale gemiddelde Uw-waarde 1,5 W/m²K, berekend als een maximale gemiddelde Uw-waarde 1,5 W/m²K, berekend als een
oppervlaktegewogen gemiddelde van alle transparante oppervlaktegewogen gemiddelde van alle transparante
scheidingsconstructies, met uitzondering van deuren en poorten, lichte scheidingsconstructies, met uitzondering van deuren en poorten, lichte
gevels, glasbouwstenen en andere scheidingsconstructies dan glas per gevels, glasbouwstenen en andere scheidingsconstructies dan glas per
woning. Voor opake deuren bedraagt de maximale UD-waarde 2,0 W/m²K.". woning. Voor opake deuren bedraagt de maximale UD-waarde 2,0 W/m²K.".

Art. 5.In artikel 7 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit

Art. 5.In artikel 7 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit

van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2015, worden de volgende van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2015, worden de volgende
wijzigingen aangebracht: wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 2, eerste lid, wordt tussen de zinsnede "artikel 4, § 1° in paragraaf 2, eerste lid, wordt tussen de zinsnede "artikel 4, §
3, eerste lid," en de woorden "wordt aangevraagd" de zinsnede "en § 3, eerste lid," en de woorden "wordt aangevraagd" de zinsnede "en §
3/1" ingevoegd; 3/1" ingevoegd;
2° in paragraaf 2, tweede, derde en vijfde lid, worden het woord "SHM" 2° in paragraaf 2, tweede, derde en vijfde lid, worden het woord "SHM"
telkens vervangen door de woorden "SHM of het VWF"; telkens vervangen door de woorden "SHM of het VWF";
3° er wordt een paragraaf 3 toegevoegd, die luidt als volgt: 3° er wordt een paragraaf 3 toegevoegd, die luidt als volgt:
" § 3. In afwijking van paragraaf 2 wordt het subsidiebedrag, vermeld " § 3. In afwijking van paragraaf 2 wordt het subsidiebedrag, vermeld
in artikel 4, § 3/1, 14°, binnen drie jaar na de datum van de in artikel 4, § 3/1, 14°, binnen drie jaar na de datum van de
sloopvergunning aangevraagd, samen met de subsidie voor de andere sloopvergunning aangevraagd, samen met de subsidie voor de andere
werkzaamheden.". werkzaamheden.".

Art. 6.In artikel 8, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de

Art. 6.In artikel 8, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de

woorden "een SHM" vervangen door de woorden "een SHM of het VWF". woorden "een SHM" vervangen door de woorden "een SHM of het VWF".

Art. 7.In artikel 9, tweede lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij

Art. 7.In artikel 9, tweede lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij

het besluit van de Vlaamse Regering van 10 januari 2014, wordt het het besluit van de Vlaamse Regering van 10 januari 2014, wordt het
woord "Average" vervangen door de zinsnede "Average, met een minimum woord "Average" vervangen door de zinsnede "Average, met een minimum
van 0%". van 0%".

Art. 8.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de

Art. 8.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de

Vlaamse Regering van 10 januari 2014 en 2 oktober 2015, wordt een Vlaamse Regering van 10 januari 2014 en 2 oktober 2015, wordt een
artikel 9/2 ingevoegd, dat luidt als volgt: artikel 9/2 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"

Art. 9/2.In afwijking van artikel 7, § 2, eerste en vierde lid, van

"

Art. 9/2.In afwijking van artikel 7, § 2, eerste en vierde lid, van

dit besluit kunnen subsidies voor renovatiewerkzaamheden en dit besluit kunnen subsidies voor renovatiewerkzaamheden en
vervangingsbouw die na 1 januari 2016 en vóór de datum van de vervangingsbouw die na 1 januari 2016 en vóór de datum van de
inwerkingtreding van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 inwerkingtreding van het besluit van de Vlaamse Regering van 23
december 2016 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering december 2016 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering
van 2 december 2011 houdende de subsidiëring van sociale van 2 december 2011 houdende de subsidiëring van sociale
huisvestingsmaatschappijen voor uitgaven met betrekking tot rationeel huisvestingsmaatschappijen voor uitgaven met betrekking tot rationeel
energiegebruik en groene warmte besteld zijn, in geval van te gunnen energiegebruik en groene warmte besteld zijn, in geval van te gunnen
werkzaamheden, of gestart zijn, nog aangevraagd worden na de werkzaamheden, of gestart zijn, nog aangevraagd worden na de
bestelling of tijdens de uitvoering van de werkzaamheden. De bestelling of tijdens de uitvoering van de werkzaamheden. De
subsidiebedragen, vermeld in artikel 4, § 3/1, moeten worden subsidiebedragen, vermeld in artikel 4, § 3/1, moeten worden
aangevraagd vóór de werkzaamheden voltooid zijn.". aangevraagd vóór de werkzaamheden voltooid zijn.".

Art. 9.Het ministerieel besluit van 2 mei 2012 houdende aanvullende

Art. 9.Het ministerieel besluit van 2 mei 2012 houdende aanvullende

aanvraag- en subsidievoorwaarden voor de installatie van warmtepompen aanvraag- en subsidievoorwaarden voor de installatie van warmtepompen
bij sociale huisvestingsmaatschappijen wordt opgeheven. bij sociale huisvestingsmaatschappijen wordt opgeheven.

Art. 10.Dit besluit heeft uitwerking op 23 december 2016.

Art. 10.Dit besluit heeft uitwerking op 23 december 2016.

Art. 11.De Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting, is belast

Art. 11.De Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting, is belast

met de uitvoering van dit besluit. met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 23 december 2016. Brussel, 23 december 2016.
De minister-president van de Vlaamse Regering, De minister-president van de Vlaamse Regering,
G. BOURGEOIS G. BOURGEOIS
De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen,
Gelijke Kansen en Armoedebestrijding, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding,
L. HOMANS L. HOMANS
^