Besluit van de Vlaamse Regering houdende bepaling van de erkennings- en subsidievoorwaarden van sociale verhuurkantoren | Besluit van de Vlaamse Regering houdende bepaling van de erkennings- en subsidievoorwaarden van sociale verhuurkantoren |
---|---|
VLAAMSE OVERHEID | VLAAMSE OVERHEID |
20 JULI 2012. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende bepaling van | 20 JULI 2012. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende bepaling van |
de erkennings- en subsidievoorwaarden van sociale verhuurkantoren | de erkennings- en subsidievoorwaarden van sociale verhuurkantoren |
DE VLAAMSE REGERING, | DE VLAAMSE REGERING, |
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der | Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der |
instellingen, artikel 20; | instellingen, artikel 20; |
Gelet op de Huisvestingscode, gevoegd bij het koninklijk besluit van | Gelet op de Huisvestingscode, gevoegd bij het koninklijk besluit van |
10 december 1970 en bekrachtigd door de wet van 2 juli 1971, artikel | 10 december 1970 en bekrachtigd door de wet van 2 juli 1971, artikel |
96, ingevoegd bij de wet van 1 augustus 1978 en gewijzigd bij het | 96, ingevoegd bij de wet van 1 augustus 1978 en gewijzigd bij het |
decreet van 23 oktober 1991; | decreet van 23 oktober 1991; |
Gelet op het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, | Gelet op het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, |
artikel 5, § 2, artikel 29, eerste lid, 2°,gewijzigd bij het decreet | artikel 5, § 2, artikel 29, eerste lid, 2°,gewijzigd bij het decreet |
van 24 maart 2006,artikel 34, § 3, gewijzigd bij de decreten van 24 | van 24 maart 2006,artikel 34, § 3, gewijzigd bij de decreten van 24 |
maart 2006, 29 april 2011 en 23 december 2011, artikel 36, vervangen | maart 2006, 29 april 2011 en 23 december 2011, artikel 36, vervangen |
bij het decreet van 24 maart 2006 en gewijzigd bij het decreet van 23 | bij het decreet van 24 maart 2006 en gewijzigd bij het decreet van 23 |
december 2011, artikel 38, § 1, tweede lid, vervangen bij het decreet | december 2011, artikel 38, § 1, tweede lid, vervangen bij het decreet |
van 23 december 2011, artikel 42, eerste lid, vervangen bij het | van 23 december 2011, artikel 42, eerste lid, vervangen bij het |
decreet van 24 maart 2006 en gewijzigd bij de decreten van 29 april | decreet van 24 maart 2006 en gewijzigd bij de decreten van 29 april |
2011 en 23 december 2011, artikel 42, vierde lid, ingevoegd bij het | 2011 en 23 december 2011, artikel 42, vierde lid, ingevoegd bij het |
decreet van 29 april 2011, artikel 56, gewijzigd bij de decreten van | decreet van 29 april 2011, artikel 56, gewijzigd bij de decreten van |
24 maart 2006 en 29 april 2011, artikel 58, gewijzigd bij decreet van | 24 maart 2006 en 29 april 2011, artikel 58, gewijzigd bij decreet van |
23 maart 2012, artikel 72, eerste lid, 3°, vervangen bij het decreet | 23 maart 2012, artikel 72, eerste lid, 3°, vervangen bij het decreet |
van 8 december 2000, artikel 91, § 2, vervangen bij het decreet van 15 | van 8 december 2000, artikel 91, § 2, vervangen bij het decreet van 15 |
december 2006, artikel 92, § 1, vervangen bij het decreet van 15 | december 2006, artikel 92, § 1, vervangen bij het decreet van 15 |
december 2006, artikel 93, § 1, tweede lid, vervangen bij het decreet | december 2006, artikel 93, § 1, tweede lid, vervangen bij het decreet |
van 15 december 2006, artikel 95, vervangen bij het decreet van 15 | van 15 december 2006, artikel 95, vervangen bij het decreet van 15 |
december 2006, en artikel 99, § 1, vervangen bij het decreet van 15 | december 2006, en artikel 99, § 1, vervangen bij het decreet van 15 |
december 2006; | december 2006; |
Gelet op het decreet van 29 april 2011 houdende wijziging van diverse | Gelet op het decreet van 29 april 2011 houdende wijziging van diverse |
decreten met betrekking tot wonen, artikel 79; | decreten met betrekking tot wonen, artikel 79; |
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1992 | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1992 |
houdende instelling van een aanpassingspremie en een | houdende instelling van een aanpassingspremie en een |
verbeteringspremie voor woningen; | verbeteringspremie voor woningen; |
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 2004 | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 2004 |
houdende bepaling van de erkennings- en subsidievoorwaarden van | houdende bepaling van de erkennings- en subsidievoorwaarden van |
sociale verhuurkantoren; | sociale verhuurkantoren; |
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 tot | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 tot |
reglementering van het sociale huurstelsel ter uitvoering van titel | reglementering van het sociale huurstelsel ter uitvoering van titel |
VII van de Vlaamse Wooncode; | VII van de Vlaamse Wooncode; |
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de | Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de |
begroting, gegeven op 29 maart 2012; | begroting, gegeven op 29 maart 2012; |
Gelet op het advies van de Vlaamse Woonraad, gegeven op 27 april 2012; | Gelet op het advies van de Vlaamse Woonraad, gegeven op 27 april 2012; |
Gelet op advies 51.507/3 van de Raad van State, gegeven op 26 juni | Gelet op advies 51.507/3 van de Raad van State, gegeven op 26 juni |
2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de | 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de |
wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
Op voorstel van de Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en | Op voorstel van de Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en |
Sociale Economie; | Sociale Economie; |
Na beraadslaging, | Na beraadslaging, |
Besluit : | Besluit : |
Hoofdstuk 1. Definities | Hoofdstuk 1. Definities |
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : |
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : |
1° agentschap : het intern verzelfstandigd agentschap zonder | 1° agentschap : het intern verzelfstandigd agentschap zonder |
rechtspersoonlijkheid Wonen-Vlaanderen van het Vlaamse Ministerie van | rechtspersoonlijkheid Wonen-Vlaanderen van het Vlaamse Ministerie van |
Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed; | Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed; |
2° huurder : de alleenstaande of het gezin waaraan het sociaal | 2° huurder : de alleenstaande of het gezin waaraan het sociaal |
verhuurkantoor een woning of kamer verhuurt; | verhuurkantoor een woning of kamer verhuurt; |
3° frictieleegstand : de leegstand van woningen of kamers van maximaal | 3° frictieleegstand : de leegstand van woningen of kamers van maximaal |
twee maanden, als gevolg van verhuizingen, verkopen of verbouwingen, | twee maanden, als gevolg van verhuizingen, verkopen of verbouwingen, |
die noodzakelijk is om de woningmarkt naar behoren te laten | die noodzakelijk is om de woningmarkt naar behoren te laten |
functioneren; | functioneren; |
4° intern huurreglement : het document, vermeld in artikel 1, 16°, van | 4° intern huurreglement : het document, vermeld in artikel 1, 16°, van |
het Kaderbesluit Sociale Huur; | het Kaderbesluit Sociale Huur; |
5° Kaderbesluit Sociale Huur : het besluit van de Vlaamse Regering van | 5° Kaderbesluit Sociale Huur : het besluit van de Vlaamse Regering van |
12 oktober 2007 tot reglementering van het sociale huurstelsel ter | 12 oktober 2007 tot reglementering van het sociale huurstelsel ter |
uitvoering van titel VII van de Vlaamse Wooncode; | uitvoering van titel VII van de Vlaamse Wooncode; |
6° Kamerbesluit : het besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober | 6° Kamerbesluit : het besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober |
2003 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor kamers en | 2003 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor kamers en |
studentenkamers; | studentenkamers; |
7° minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor wonen; | 7° minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor wonen; |
8° ondersteuningsstructuur : het extern verzelfstandigd agentschap | 8° ondersteuningsstructuur : het extern verzelfstandigd agentschap |
Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, vermeld in artikel 30 van de | Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, vermeld in artikel 30 van de |
Vlaamse Wooncode, die instaat voor de ondersteuning van de sociale | Vlaamse Wooncode, die instaat voor de ondersteuning van de sociale |
verhuurkantoren; | verhuurkantoren; |
9° toezichthouder : de toezichthouder voor de sociale huisvesting, | 9° toezichthouder : de toezichthouder voor de sociale huisvesting, |
vermeld in artikel 29bis van de Vlaamse Wooncode; | vermeld in artikel 29bis van de Vlaamse Wooncode; |
10° Vlaamse Wooncode : het decreet van 15 juli 1997 houdende de | 10° Vlaamse Wooncode : het decreet van 15 juli 1997 houdende de |
Vlaamse Wooncode; | Vlaamse Wooncode; |
11° werkingsgebied : het gebied dat wordt gevormd door de gemeenten | 11° werkingsgebied : het gebied dat wordt gevormd door de gemeenten |
waar het sociaal verhuurkantoor effectief woningen of kamers huurt of | waar het sociaal verhuurkantoor effectief woningen of kamers huurt of |
verhuurt; | verhuurt; |
12° Woonkwaliteitsbesluit : het besluit van de Vlaamse Regering van 6 | 12° Woonkwaliteitsbesluit : het besluit van de Vlaamse Regering van 6 |
oktober 1998 betreffende de kwaliteitsbewaking, het recht van voorkoop | oktober 1998 betreffende de kwaliteitsbewaking, het recht van voorkoop |
en het sociaal beheersrecht op woningen. | en het sociaal beheersrecht op woningen. |
Hoofdstuk 2. Opdrachten van het sociaal verhuurkantoor | Hoofdstuk 2. Opdrachten van het sociaal verhuurkantoor |
Art. 2.Een sociaal verhuurkantoor heeft de volgende opdrachten : |
Art. 2.Een sociaal verhuurkantoor heeft de volgende opdrachten : |
1° op de private huurwoningmarkt woningen of kamers huren of in | 1° op de private huurwoningmarkt woningen of kamers huren of in |
erfpacht nemen met het oog op het verhuren van kwaliteitsvolle | erfpacht nemen met het oog op het verhuren van kwaliteitsvolle |
woningen of kamers aan woonbehoeftige gezinnen en alleenstaanden tegen | woningen of kamers aan woonbehoeftige gezinnen en alleenstaanden tegen |
een redelijke huurprijs en met aandacht voor het bieden van | een redelijke huurprijs en met aandacht voor het bieden van |
woonzekerheid; | woonzekerheid; |
2° het uitvoeren van de basisbegeleidingstaken, vermeld in artikel | 2° het uitvoeren van de basisbegeleidingstaken, vermeld in artikel |
29bis van het Kaderbesluit Sociale Huur en de huurders begeleiden om | 29bis van het Kaderbesluit Sociale Huur en de huurders begeleiden om |
hen vertrouwd te maken met hun rechten en plichten als huurder; | hen vertrouwd te maken met hun rechten en plichten als huurder; |
3° in functie van het verruimen van het woningaanbod toegankelijk zijn | 3° in functie van het verruimen van het woningaanbod toegankelijk zijn |
voor de kandidaat-verhuurders en voor de verhuurders en hen begeleiden | voor de kandidaat-verhuurders en voor de verhuurders en hen begeleiden |
en ondersteunen met het oog op het verzekeren van de woningkwaliteit, | en ondersteunen met het oog op het verzekeren van de woningkwaliteit, |
overeenkomstig de normen, vermeld in artikel 3; | overeenkomstig de normen, vermeld in artikel 3; |
4° met de lokale besturen en woon- en welzijnsactoren overleggen en | 4° met de lokale besturen en woon- en welzijnsactoren overleggen en |
samenwerken en, als dat wenselijk is, zelf het initiatief nemen om | samenwerken en, als dat wenselijk is, zelf het initiatief nemen om |
lokale samenwerkingsverbanden op te zetten. | lokale samenwerkingsverbanden op te zetten. |
Het sociaal verhuurkantoor kan ter ondersteuning van de uitvoering van | Het sociaal verhuurkantoor kan ter ondersteuning van de uitvoering van |
zijn opdrachten, bijkomende taken opnemen. De minister kan hiervoor | zijn opdrachten, bijkomende taken opnemen. De minister kan hiervoor |
nadere regels bepalen. | nadere regels bepalen. |
Hoofdstuk 3. Bepalingen over de woningkwaliteit | Hoofdstuk 3. Bepalingen over de woningkwaliteit |
Art. 3.Alleen woningen die voldoen aan de elementaire veiligheids-, |
Art. 3.Alleen woningen die voldoen aan de elementaire veiligheids-, |
gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, vastgesteld ter uitvoering | gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, vastgesteld ter uitvoering |
van artikel 5 van de Vlaamse Wooncode, en kamers die beantwoorden aan | van artikel 5 van de Vlaamse Wooncode, en kamers die beantwoorden aan |
normen, vermeld in de artikelen 4, 6 en 7 van het decreet van 4 | normen, vermeld in de artikelen 4, 6 en 7 van het decreet van 4 |
februari 1997 houdende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor kamers | februari 1997 houdende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor kamers |
en studentenkamers, komen in aanmerking om verhuurd te worden door een | en studentenkamers, komen in aanmerking om verhuurd te worden door een |
sociaal verhuurkantoor. Voor de beoordeling van die vereisten en | sociaal verhuurkantoor. Voor de beoordeling van die vereisten en |
normen kan de minister strengere bezettingsnormen opleggen dan de | normen kan de minister strengere bezettingsnormen opleggen dan de |
normen die opgenomen zijn in het technisch verslag, vermeld in artikel | normen die opgenomen zijn in het technisch verslag, vermeld in artikel |
5 van het Woonkwaliteitsbesluit en artikel 3 van het Kamerbesluit. | 5 van het Woonkwaliteitsbesluit en artikel 3 van het Kamerbesluit. |
Voor het sociaal verhuurkantoor een hoofdhuurovereenkomst sluit met | Voor het sociaal verhuurkantoor een hoofdhuurovereenkomst sluit met |
het oog op de onderverhuring van een woning of een kamer, vraagt het | het oog op de onderverhuring van een woning of een kamer, vraagt het |
een conformiteitsonderzoek voor die woning of kamer aan bij het | een conformiteitsonderzoek voor die woning of kamer aan bij het |
agentschap of, als de gemeente waar de woning of kamer ligt daarvoor | agentschap of, als de gemeente waar de woning of kamer ligt daarvoor |
een afsprakenkader met de minister en het sociaal verhuurkantoor | een afsprakenkader met de minister en het sociaal verhuurkantoor |
overeengekomen is, bij de gemeente. | overeengekomen is, bij de gemeente. |
Het conformiteitsonderzoek, vermeld in het tweede lid, wordt | Het conformiteitsonderzoek, vermeld in het tweede lid, wordt |
uitgevoerd binnen een termijn van vijftien werkdagen na de datum van | uitgevoerd binnen een termijn van vijftien werkdagen na de datum van |
de aanvraag. | de aanvraag. |
Met behoud van de toepassing van het eerste lid mag het sociaal | Met behoud van de toepassing van het eerste lid mag het sociaal |
verhuurkantoor de hoofdhuurovereenkomst, vermeld in het tweede lid, | verhuurkantoor de hoofdhuurovereenkomst, vermeld in het tweede lid, |
sluiten als het conformiteitsonderzoek niet uitgevoerd wordt binnen de | sluiten als het conformiteitsonderzoek niet uitgevoerd wordt binnen de |
termijn, vermeld in het derde lid. | termijn, vermeld in het derde lid. |
De conformiteit of de niet-conformiteit wordt vastgesteld aan de hand | De conformiteit of de niet-conformiteit wordt vastgesteld aan de hand |
van het technisch verslag vermeld in artikel 5 of de criteria vermeld | van het technisch verslag vermeld in artikel 5 of de criteria vermeld |
in artikel 18 van het Woonkwaliteitsbesluit voor de woningen en het | in artikel 18 van het Woonkwaliteitsbesluit voor de woningen en het |
technisch verslag vermeld in artikel 3 of de criteria vermeld in | technisch verslag vermeld in artikel 3 of de criteria vermeld in |
artikel 5 van het Kamerbesluit voor de kamers. | artikel 5 van het Kamerbesluit voor de kamers. |
Hoofdstuk 4. De erkenning | Hoofdstuk 4. De erkenning |
Afdeling 1. Voorwaarden | Afdeling 1. Voorwaarden |
Art. 4.Onverminderd de voorwaarden vermeld in artikel 56 van de |
Art. 4.Onverminderd de voorwaarden vermeld in artikel 56 van de |
Vlaamse Wooncode, moet de aanvrager om als sociaal verhuurkantoor | Vlaamse Wooncode, moet de aanvrager om als sociaal verhuurkantoor |
erkend te kunnen worden en te blijven, aan de volgende voorwaarden | erkend te kunnen worden en te blijven, aan de volgende voorwaarden |
voldoen : | voldoen : |
1° de opdracht, vermeld in artikel 2, eerste lid, 1°, effectief | 1° de opdracht, vermeld in artikel 2, eerste lid, 1°, effectief |
uitvoeren gedurende een periode van ten minste zes maanden; | uitvoeren gedurende een periode van ten minste zes maanden; |
2° de opdrachten, vermeld in artikel 2, eerste lid, 2° tot en met 4°, | 2° de opdrachten, vermeld in artikel 2, eerste lid, 2° tot en met 4°, |
vervullen; | vervullen; |
3° zich verbinden tot deelname aan het overleg dat de | 3° zich verbinden tot deelname aan het overleg dat de |
ondersteuningsstructuur organiseert; | ondersteuningsstructuur organiseert; |
4° het werkingsgebied afstemmen op de werkingsgebieden van de erkende | 4° het werkingsgebied afstemmen op de werkingsgebieden van de erkende |
sociale verhuurkantoren die actief zijn in de betreffende regio. Een | sociale verhuurkantoren die actief zijn in de betreffende regio. Een |
sociaal verhuurkantoor kan geen woningen in huur nemen die gelegen | sociaal verhuurkantoor kan geen woningen in huur nemen die gelegen |
zijn in gemeenten waar een ander erkend sociaal verhuurkantoor al een | zijn in gemeenten waar een ander erkend sociaal verhuurkantoor al een |
woning in huur heeft genomen; | woning in huur heeft genomen; |
5° de lokale inbedding en verankering van de werking en het beheer van | 5° de lokale inbedding en verankering van de werking en het beheer van |
het sociaal verhuurkantoor aantonen in de gemeenten die deel uitmaken | het sociaal verhuurkantoor aantonen in de gemeenten die deel uitmaken |
van het werkingsgebied; | van het werkingsgebied; |
6° zich ertoe verbinden elke wijziging in de statuten en elke | 6° zich ertoe verbinden elke wijziging in de statuten en elke |
wijziging waardoor niet meer voldaan wordt aan de | wijziging waardoor niet meer voldaan wordt aan de |
erkenningsvoorwaarden, mee te delen aan het agentschap; | erkenningsvoorwaarden, mee te delen aan het agentschap; |
7° instaan voor een systeem van interne controle; | 7° instaan voor een systeem van interne controle; |
8° zich verbinden tot het opmaken van een jaarverslag, zoals vermeld | 8° zich verbinden tot het opmaken van een jaarverslag, zoals vermeld |
in artikel 7. | in artikel 7. |
Afdeling 2. Procedure | Afdeling 2. Procedure |
Art. 5.De aanvraag tot erkenning wordt ingediend bij het agentschap |
Art. 5.De aanvraag tot erkenning wordt ingediend bij het agentschap |
en bevat de volgende gegevens en stukken : | en bevat de volgende gegevens en stukken : |
1° bewijzen waaruit blijkt dat aan de erkenningsvoorwaarden, vermeld | 1° bewijzen waaruit blijkt dat aan de erkenningsvoorwaarden, vermeld |
in artikel 4 is voldaan; | in artikel 4 is voldaan; |
2° ten minste toelichting over : | 2° ten minste toelichting over : |
a) de rechtsvorm; | a) de rechtsvorm; |
b) de structuur van de organisatie; | b) de structuur van de organisatie; |
c) de personeelsformatie; | c) de personeelsformatie; |
d) de statuten en het huishoudelijk reglement; | d) de statuten en het huishoudelijk reglement; |
e) het beheerde patrimonium; | e) het beheerde patrimonium; |
f) de inschrijvings- en toewijzingsprocedure en het intern | f) de inschrijvings- en toewijzingsprocedure en het intern |
huurreglement; | huurreglement; |
g) het werkingsgebied; | g) het werkingsgebied; |
h) de huurdersbegeleiding en participatie; | h) de huurdersbegeleiding en participatie; |
i) de lokale netwerkvorming en de lokale inbedding en verankering, | i) de lokale netwerkvorming en de lokale inbedding en verankering, |
gestaafd met een advies van het lokaal woonoverleg; | gestaafd met een advies van het lokaal woonoverleg; |
j) de interne controle. | j) de interne controle. |
Zodra het agentschap een volledig aanvraagdossier heeft ontvangen en | Zodra het agentschap een volledig aanvraagdossier heeft ontvangen en |
daarvan een ontvangstmelding heeft gestuurd, beslist de minister | daarvan een ontvangstmelding heeft gestuurd, beslist de minister |
binnen een termijn van drie maanden over de erkenningsaanvraag. De | binnen een termijn van drie maanden over de erkenningsaanvraag. De |
beslissing wordt door het agentschap betekend aan de aanvrager, met | beslissing wordt door het agentschap betekend aan de aanvrager, met |
een afschrift aan de ondersteuningsstructuur, aan de toezichthouder en | een afschrift aan de ondersteuningsstructuur, aan de toezichthouder en |
aan de belangenstructuur. | aan de belangenstructuur. |
Art. 6.De erkenning gaat in op de datum van de ondertekening van het |
Art. 6.De erkenning gaat in op de datum van de ondertekening van het |
erkenningsbesluit door de minister en geldt voor onbepaalde tijd. | erkenningsbesluit door de minister en geldt voor onbepaalde tijd. |
Afdeling 3. Jaarverslag | Afdeling 3. Jaarverslag |
Art. 7.Het sociaal verhuurkantoor maakt een jaarverslag op |
Art. 7.Het sociaal verhuurkantoor maakt een jaarverslag op |
overeenkomstig het stramien dat door het agentschap ter beschikking | overeenkomstig het stramien dat door het agentschap ter beschikking |
wordt gesteld. | wordt gesteld. |
Het verslag wordt jaarlijks uiterlijk op 15 maart bij het agentschap | Het verslag wordt jaarlijks uiterlijk op 15 maart bij het agentschap |
en bij de ondersteuningsstructuur ingediend, voor de eerste keer | en bij de ondersteuningsstructuur ingediend, voor de eerste keer |
uiterlijk op 15 maart van het jaar dat volgt op het jaar waarin het | uiterlijk op 15 maart van het jaar dat volgt op het jaar waarin het |
sociaal verhuurkantoor is erkend. | sociaal verhuurkantoor is erkend. |
Hoofdstuk 5. De subsidiëring | Hoofdstuk 5. De subsidiëring |
Afdeling 1. Voorwaarden | Afdeling 1. Voorwaarden |
Art. 8.Binnen de perken van de daartoe op de begroting van de Vlaamse |
Art. 8.Binnen de perken van de daartoe op de begroting van de Vlaamse |
Gemeenschap beschikbare kredieten worden, onder de voorwaarden, | Gemeenschap beschikbare kredieten worden, onder de voorwaarden, |
gesteld in dit besluit, een opstartsubsidie, een | gesteld in dit besluit, een opstartsubsidie, een |
basissubsidie-enveloppe en een aanvullende subsidie-enveloppe | basissubsidie-enveloppe en een aanvullende subsidie-enveloppe |
toegekend aan de erkende sociale verhuurkantoren. | toegekend aan de erkende sociale verhuurkantoren. |
Art. 9.§ 1. De opstartsubsidie kan worden toegekend als het sociaal |
Art. 9.§ 1. De opstartsubsidie kan worden toegekend als het sociaal |
verhuurkantoor erkend is en, op basis van een gemotiveerde planning, | verhuurkantoor erkend is en, op basis van een gemotiveerde planning, |
aantoont via welk groeitraject het op 31 december van het vierde | aantoont via welk groeitraject het op 31 december van het vierde |
kalenderjaar dat volgt op het jaar waarin de aanvraag wordt ingediend, | kalenderjaar dat volgt op het jaar waarin de aanvraag wordt ingediend, |
minstens 50 woningen in huur heeft. De aanvraag voor de | minstens 50 woningen in huur heeft. De aanvraag voor de |
opstartsubsidie wordt ingediend bij het agentschap en bevat een | opstartsubsidie wordt ingediend bij het agentschap en bevat een |
gemotiveerde planning van de woningaangroei voor de komende vier jaar. | gemotiveerde planning van de woningaangroei voor de komende vier jaar. |
Het agentschap keurt het groeitraject goed. | Het agentschap keurt het groeitraject goed. |
Het sociaal verhuurkantoor dient jaarlijks, uiterlijk op 15 november, | Het sociaal verhuurkantoor dient jaarlijks, uiterlijk op 15 november, |
een overzichtstabel van de woningen die het in beheer heeft op 1 | een overzichtstabel van de woningen die het in beheer heeft op 1 |
november, bij het agentschap in, om aan te tonen dat het voldoet aan | november, bij het agentschap in, om aan te tonen dat het voldoet aan |
het goedgekeurde groeitraject. Indien blijkt dat het vooropgestelde | het goedgekeurde groeitraject. Indien blijkt dat het vooropgestelde |
groeipad niet is gerealiseerd, moet bijkomend gemotiveerd worden hoe | groeipad niet is gerealiseerd, moet bijkomend gemotiveerd worden hoe |
de beoogde einddoelstelling zal worden gehaald. | de beoogde einddoelstelling zal worden gehaald. |
De opstartsubsidie is een forfaitaire subsidie, die kan worden | De opstartsubsidie is een forfaitaire subsidie, die kan worden |
aangewend voor alle kosten verbonden aan het uitvoeren van de | aangewend voor alle kosten verbonden aan het uitvoeren van de |
opdrachten van een sociaal verhuurkantoor, en bedraagt 15.000 euro per | opdrachten van een sociaal verhuurkantoor, en bedraagt 15.000 euro per |
jaar. De opstartsubsidie wordt jaarlijks uitbetaald, aan het begin van | jaar. De opstartsubsidie wordt jaarlijks uitbetaald, aan het begin van |
het kalenderjaar. Een sociaal verhuurkantoor kan in aanmerking komen | het kalenderjaar. Een sociaal verhuurkantoor kan in aanmerking komen |
voor een opstartsubsidie gedurende maximaal 4 jaar. | voor een opstartsubsidie gedurende maximaal 4 jaar. |
§ 2. De basissubsidie-enveloppe en de aanvullende subsidie-enveloppe | § 2. De basissubsidie-enveloppe en de aanvullende subsidie-enveloppe |
worden toegekend als het sociaal verhuurkantoor voldoet aan de | worden toegekend als het sociaal verhuurkantoor voldoet aan de |
volgende voorwaarden : | volgende voorwaarden : |
1° het sociaal verhuurkantoor heeft de rechtsvorm van een vereniging | 1° het sociaal verhuurkantoor heeft de rechtsvorm van een vereniging |
als vermeld in titel VIII, hoofdstuk I van het decreet van 19 december | als vermeld in titel VIII, hoofdstuk I van het decreet van 19 december |
2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor | 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor |
maatschappelijk welzijn, of van een vereniging zonder winstoogmerk | maatschappelijk welzijn, of van een vereniging zonder winstoogmerk |
overeenkomstig de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen | overeenkomstig de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen |
zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder | zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder |
winstoogmerk en de stichtingen; | winstoogmerk en de stichtingen; |
2° het sociaal verhuurkantoor is sedert minstens één jaar erkend, of | 2° het sociaal verhuurkantoor is sedert minstens één jaar erkend, of |
het sociaal verhuurkantoor neemt de werking over van een of meer | het sociaal verhuurkantoor neemt de werking over van een of meer |
erkende sociale verhuurkantoren die minstens één jaar erkend zijn; | erkende sociale verhuurkantoren die minstens één jaar erkend zijn; |
3° het sociaal verhuurkantoor toont minstens de tewerkstelling van een | 3° het sociaal verhuurkantoor toont minstens de tewerkstelling van een |
personeelslid aan met minimaal een bachelordiploma of met minimaal | personeelslid aan met minimaal een bachelordiploma of met minimaal |
twee jaar nuttige ervaring inzake huisvestings- of welzijnsthematiek, | twee jaar nuttige ervaring inzake huisvestings- of welzijnsthematiek, |
dat instaat voor meer dan een halftijdse coördinatiefunctie; | dat instaat voor meer dan een halftijdse coördinatiefunctie; |
4° het sociaal verhuurkantoor toont aan dat het beschikt over een | 4° het sociaal verhuurkantoor toont aan dat het beschikt over een |
personeelsformatie om de opdrachten, vermeld in artikel 2, uit te | personeelsformatie om de opdrachten, vermeld in artikel 2, uit te |
voeren; | voeren; |
5° in de raad van bestuur van het sociaal verhuurkantoor wordt | 5° in de raad van bestuur van het sociaal verhuurkantoor wordt |
minimaal de helft van de stemgerechtigde bestuursmandaten vervuld door | minimaal de helft van de stemgerechtigde bestuursmandaten vervuld door |
gemeenten en OCMW's, de woon- en welzijnsactoren uit het | gemeenten en OCMW's, de woon- en welzijnsactoren uit het |
werkingsgebied of personen die beroepsmatig actief zijn of een mandaat | werkingsgebied of personen die beroepsmatig actief zijn of een mandaat |
uitoefenen in deze besturen of diensten. Minstens drie vierde van de | uitoefenen in deze besturen of diensten. Minstens drie vierde van de |
gemeenten of OCMW's in het werkingsgebied van het sociaal | gemeenten of OCMW's in het werkingsgebied van het sociaal |
verhuurkantoor is stemgerechtigd betrokken in het bestuur of de | verhuurkantoor is stemgerechtigd betrokken in het bestuur of de |
algemene vergadering. De verdeling van bestuursmandaten en de | algemene vergadering. De verdeling van bestuursmandaten en de |
samenstelling van de bestuursorganen worden opgenomen in de statuten | samenstelling van de bestuursorganen worden opgenomen in de statuten |
van het sociaal verhuurkantoor; | van het sociaal verhuurkantoor; |
6° het sociaal verhuurkantoor streeft een aaneengesloten | 6° het sociaal verhuurkantoor streeft een aaneengesloten |
werkingsgebied na, waarbij rekening gehouden wordt met de woningen in | werkingsgebied na, waarbij rekening gehouden wordt met de woningen in |
huur tijdens het voorgaande kalenderjaar; | huur tijdens het voorgaande kalenderjaar; |
7° het sociaal verhuurkantoor heeft minstens vijftig woningen in huur; | 7° het sociaal verhuurkantoor heeft minstens vijftig woningen in huur; |
8° het sociaal verhuurkantoor verbindt zich ertoe aan het agentschap | 8° het sociaal verhuurkantoor verbindt zich ertoe aan het agentschap |
en aan de ondersteuningsstructuur elke wijziging in de statuten, het | en aan de ondersteuningsstructuur elke wijziging in de statuten, het |
huishoudelijk reglement, de vervanging van de coördinator en elke | huishoudelijk reglement, de vervanging van de coördinator en elke |
wijziging waardoor niet meer voldaan wordt aan de subsidievoorwaarden, | wijziging waardoor niet meer voldaan wordt aan de subsidievoorwaarden, |
mee te delen; | mee te delen; |
9° het sociaal verhuurkantoor dient een gemotiveerde planning in van | 9° het sociaal verhuurkantoor dient een gemotiveerde planning in van |
de woningaangroei die het verwacht te realiseren in de komende vijf | de woningaangroei die het verwacht te realiseren in de komende vijf |
jaar; | jaar; |
Voor de toepassing van het eerste lid, 7°, wordt geen rekening | Voor de toepassing van het eerste lid, 7°, wordt geen rekening |
gehouden met de woningen waarvan een gemeente, een OCMW, een autonoom | gehouden met de woningen waarvan een gemeente, een OCMW, een autonoom |
gemeentebedrijf, een intercommunale, de Vlaamse Maatschappij voor | gemeentebedrijf, een intercommunale, de Vlaamse Maatschappij voor |
Sociaal Wonen of een erkende sociale huisvestingsmaatschappij, het | Sociaal Wonen of een erkende sociale huisvestingsmaatschappij, het |
Vlaams Woningfonds van de Grote Gezinnen of een provinciebestuur, | Vlaams Woningfonds van de Grote Gezinnen of een provinciebestuur, |
eigenaar is. | eigenaar is. |
§ 3. Er wordt voor de toepassing van § 2, eerste lid 7°, wel rekening | § 3. Er wordt voor de toepassing van § 2, eerste lid 7°, wel rekening |
gehouden met de woningen die door het sociaal verhuurkantoor worden | gehouden met de woningen die door het sociaal verhuurkantoor worden |
verhuurd met toepassing van artikel 18, § 2, en artikel 90 van de | verhuurd met toepassing van artikel 18, § 2, en artikel 90 van de |
Vlaamse Wooncode en met kamers die op de private huurwoningmarkt | Vlaamse Wooncode en met kamers die op de private huurwoningmarkt |
ingehuurd worden door het sociaal verhuurkantoor en verhuurd worden in | ingehuurd worden door het sociaal verhuurkantoor en verhuurd worden in |
het kader van een samenwerkingsovereenkomst die gesloten is met een | het kader van een samenwerkingsovereenkomst die gesloten is met een |
erkende welzijnsinstantie. | erkende welzijnsinstantie. |
De aanvullende subsidie-enveloppe wordt toegekend als het aantal | De aanvullende subsidie-enveloppe wordt toegekend als het aantal |
woningen respectievelijk meer bedraagt dan vijftig en honderd. Het | woningen respectievelijk meer bedraagt dan vijftig en honderd. Het |
aantal woningen dat in aanmerking wordt genomen, is het aantal | aantal woningen dat in aanmerking wordt genomen, is het aantal |
woningen op 1 november van het jaar waarin de aanvraag wordt | woningen op 1 november van het jaar waarin de aanvraag wordt |
ingediend. Dat aantal wordt met een omstandige overzichtstabel | ingediend. Dat aantal wordt met een omstandige overzichtstabel |
bewezen, waaruit blijkt dat de woningen voldoen aan de voorwaarden | bewezen, waaruit blijkt dat de woningen voldoen aan de voorwaarden |
vermeld in paragraaf twee, tweede lid en paragraaf drie, eerste lid. | vermeld in paragraaf twee, tweede lid en paragraaf drie, eerste lid. |
De minister kan de minimale competenties van de verschillende | De minister kan de minimale competenties van de verschillende |
functieprofielen voor de personeelsformatie van een sociaal | functieprofielen voor de personeelsformatie van een sociaal |
verhuurkantoor, vermeld in § 2, eerste lid, 4° vaststellen. | verhuurkantoor, vermeld in § 2, eerste lid, 4° vaststellen. |
Afdeling 2. De subsidieaanvraag | Afdeling 2. De subsidieaanvraag |
Art. 10.De aanvraag voor de basissubsidie-enveloppe wordt ingediend |
Art. 10.De aanvraag voor de basissubsidie-enveloppe wordt ingediend |
bij het agentschap en bevat de volgende gegevens en stukken : | bij het agentschap en bevat de volgende gegevens en stukken : |
1° bewijzen waaruit blijkt dat aan de subsidievoorwaarden, vermeld in | 1° bewijzen waaruit blijkt dat aan de subsidievoorwaarden, vermeld in |
artikel 9, § 2, eerste lid, 1° tot en met 9°, is voldaan; | artikel 9, § 2, eerste lid, 1° tot en met 9°, is voldaan; |
2° de toelichting, vermeld in artikel 5, eerste lid, 2°. | 2° de toelichting, vermeld in artikel 5, eerste lid, 2°. |
De minister of zijn gemachtigde beslist over de subsidieaanvraag | De minister of zijn gemachtigde beslist over de subsidieaanvraag |
binnen een termijn van drie maanden nadat het agentschap een volledig | binnen een termijn van drie maanden nadat het agentschap een volledig |
aanvraagdossier heeft ontvangen en daarvan een ontvangstmelding heeft | aanvraagdossier heeft ontvangen en daarvan een ontvangstmelding heeft |
gestuurd. | gestuurd. |
Art. 11.Het agentschap betekent het subsidiebesluit inzake de |
Art. 11.Het agentschap betekent het subsidiebesluit inzake de |
basissubsidie-enveloppe aan het sociaal verhuurkantoor met een | basissubsidie-enveloppe aan het sociaal verhuurkantoor met een |
afschrift aan de ondersteuningsstructuur, aan de toezichthouder en aan | afschrift aan de ondersteuningsstructuur, aan de toezichthouder en aan |
de belangenstructuur. | de belangenstructuur. |
De periode waarin het sociaal verhuurkantoor in aanmerking komt voor | De periode waarin het sociaal verhuurkantoor in aanmerking komt voor |
de basissubsidie-enveloppe gaat in op de eerste dag van de maand die | de basissubsidie-enveloppe gaat in op de eerste dag van de maand die |
volgt op de ondertekening van het subsidiebesluit en loopt tot en met | volgt op de ondertekening van het subsidiebesluit en loopt tot en met |
31 december van het vijfde kalenderjaar dat volgt op het jaar waarin | 31 december van het vijfde kalenderjaar dat volgt op het jaar waarin |
de ondertekening heeft plaatsgevonden. | de ondertekening heeft plaatsgevonden. |
Het sociaal verhuurkantoor dient jaarlijks, uiterlijk op 15 november, | Het sociaal verhuurkantoor dient jaarlijks, uiterlijk op 15 november, |
een overzichtstabel van de woningen die het in beheer heeft op 1 | een overzichtstabel van de woningen die het in beheer heeft op 1 |
november, bij het agentschap in om aan te tonen dat het voldoet aan | november, bij het agentschap in om aan te tonen dat het voldoet aan |
artikel 9, § 2, 7°. | artikel 9, § 2, 7°. |
De periode, vermeld in het tweede lid, kan telkens met vijf jaar | De periode, vermeld in het tweede lid, kan telkens met vijf jaar |
worden verlengd op voorwaarde dat het sociaal verhuurkantoor uiterlijk | worden verlengd op voorwaarde dat het sociaal verhuurkantoor uiterlijk |
zes maanden voor het einde van de periode in kwestie een aanvraag tot | zes maanden voor het einde van de periode in kwestie een aanvraag tot |
verlenging van de subsidie indient bij het agentschap. | verlenging van de subsidie indient bij het agentschap. |
De verlengingsaanvraag bevat de gegevens, vermeld in artikel 9, § 2, | De verlengingsaanvraag bevat de gegevens, vermeld in artikel 9, § 2, |
eerste lid, 9°. | eerste lid, 9°. |
De verlengingsaanvraag wordt afgehandeld overeenkomstig de procedure, | De verlengingsaanvraag wordt afgehandeld overeenkomstig de procedure, |
vermeld in artikel 10, tweede lid. | vermeld in artikel 10, tweede lid. |
Art. 12.De aanvraag voor de aanvullende subsidie-enveloppe wordt |
Art. 12.De aanvraag voor de aanvullende subsidie-enveloppe wordt |
jaarlijks uiterlijk op 15 november bij het agentschap ingediend en | jaarlijks uiterlijk op 15 november bij het agentschap ingediend en |
bevat de bewijzen dat aan de subsidievoorwaarden, vermeld in artikel | bevat de bewijzen dat aan de subsidievoorwaarden, vermeld in artikel |
9, § 3, tweede lid, is voldaan. | 9, § 3, tweede lid, is voldaan. |
De minister of zijn gemachtigde beslist over de subsidieaanvraag | De minister of zijn gemachtigde beslist over de subsidieaanvraag |
binnen een termijn van drie maanden nadat het agentschap een volledig | binnen een termijn van drie maanden nadat het agentschap een volledig |
aanvraagdossier heeft ontvangen en daarvan een ontvangstmelding heeft | aanvraagdossier heeft ontvangen en daarvan een ontvangstmelding heeft |
gestuurd. | gestuurd. |
Het agentschap betekent het subsidiebesluit inzake de aanvullende | Het agentschap betekent het subsidiebesluit inzake de aanvullende |
subsidie-enveloppe aan het sociaal verhuurkantoor met een afschrift | subsidie-enveloppe aan het sociaal verhuurkantoor met een afschrift |
aan de ondersteuningsstructuur en aan de toezichthouder. | aan de ondersteuningsstructuur en aan de toezichthouder. |
Het subsidiebesluit vermeldt het maximumbedrag van de aanvullende | Het subsidiebesluit vermeldt het maximumbedrag van de aanvullende |
subsidie-enveloppe. De periode waarin het sociaal verhuurkantoor in | subsidie-enveloppe. De periode waarin het sociaal verhuurkantoor in |
aanmerking komt voor de aanvullende subsidie-enveloppe gaat in op de | aanmerking komt voor de aanvullende subsidie-enveloppe gaat in op de |
eerste dag van het kalenderjaar dat volgt op het jaar waarin de | eerste dag van het kalenderjaar dat volgt op het jaar waarin de |
aanvraag is ingediend en loopt tot en met 31 december van dat | aanvraag is ingediend en loopt tot en met 31 december van dat |
kalenderjaar. | kalenderjaar. |
Afdeling 3. De subsidie, de uitbetaling van de subsidie en de vorming | Afdeling 3. De subsidie, de uitbetaling van de subsidie en de vorming |
van reserves | van reserves |
Art. 13.De basissubsidie-enveloppe bedraagt maximaal 114.000 euro per |
Art. 13.De basissubsidie-enveloppe bedraagt maximaal 114.000 euro per |
kalenderjaar voor een sociaal verhuurkantoor dat minstens 50 woningen | kalenderjaar voor een sociaal verhuurkantoor dat minstens 50 woningen |
en maximaal 99 woningen in huur heeft en de aanvullende | en maximaal 99 woningen in huur heeft en de aanvullende |
subsidie-enveloppe bedraagt per kalenderjaar 1.600 euro per woning | subsidie-enveloppe bedraagt per kalenderjaar 1.600 euro per woning |
voor de 51ste tot en met de 99ste woning. | voor de 51ste tot en met de 99ste woning. |
De basissubsidie-enveloppe bedraagt maximaal 210.000 euro per | De basissubsidie-enveloppe bedraagt maximaal 210.000 euro per |
kalenderjaar voor een sociaal verhuurkantoor dat minstens 100 woningen | kalenderjaar voor een sociaal verhuurkantoor dat minstens 100 woningen |
in huur heeft en de aanvullende subsidie-enveloppe bedraagt per | in huur heeft en de aanvullende subsidie-enveloppe bedraagt per |
kalenderjaar 1.600 euro per woning vanaf de 101ste woning. | kalenderjaar 1.600 euro per woning vanaf de 101ste woning. |
Een erkend en gesubsidieerd sociaal verhuurkantoor met minder dan 100 | Een erkend en gesubsidieerd sociaal verhuurkantoor met minder dan 100 |
woningen in huur, moet op 1 november van het derde kalenderjaar na het | woningen in huur, moet op 1 november van het derde kalenderjaar na het |
ingaan van de periode van de eerste basissubsidie-enveloppe minstens | ingaan van de periode van de eerste basissubsidie-enveloppe minstens |
100 woningen inhuren. Een erkend en gesubsidieerd sociaal | 100 woningen inhuren. Een erkend en gesubsidieerd sociaal |
verhuurkantoor dat op datum van inwerkingtreding van dit besluit reeds | verhuurkantoor dat op datum van inwerkingtreding van dit besluit reeds |
minstens 50 woningen maar minder dan 100 woningen in huur had, moet op | minstens 50 woningen maar minder dan 100 woningen in huur had, moet op |
1 november 2015 minstens 100 woningen inhuren. | 1 november 2015 minstens 100 woningen inhuren. |
Een erkend en gesubsidieerd sociaal verhuurkantoor met minstens 100 | Een erkend en gesubsidieerd sociaal verhuurkantoor met minstens 100 |
woningen maar minder dan 150 woningen in huur, moet op 1 november van | woningen maar minder dan 150 woningen in huur, moet op 1 november van |
het vierde kalenderjaar na het ingaan van de periode van de | het vierde kalenderjaar na het ingaan van de periode van de |
basissubsidie-enveloppe die gekoppeld is aan 100 woningen, minstens | basissubsidie-enveloppe die gekoppeld is aan 100 woningen, minstens |
150 woningen inhuren. Een erkend en gesubsideerd sociaal | 150 woningen inhuren. Een erkend en gesubsideerd sociaal |
verhuurkantoor dat op datum van inwerkingtreding van dit besluit reeds | verhuurkantoor dat op datum van inwerkingtreding van dit besluit reeds |
minstens 100 woningen maar minder dan 150 woningen in huur had, moet | minstens 100 woningen maar minder dan 150 woningen in huur had, moet |
op 1 november 2016 minstens 150 woningen inhuren. | op 1 november 2016 minstens 150 woningen inhuren. |
Een erkend en gesubsidieerd sociaal verhuurkantoor, met een | Een erkend en gesubsidieerd sociaal verhuurkantoor, met een |
werkingsgebied waarvan een stad met meer dan 150 000 inwoners deel | werkingsgebied waarvan een stad met meer dan 150 000 inwoners deel |
uitmaakt, en met minstens 150 woningen, maar minder dan 200 woningen | uitmaakt, en met minstens 150 woningen, maar minder dan 200 woningen |
in huur, moet op 1 november van het derde kalenderjaar na het ingaan | in huur, moet op 1 november van het derde kalenderjaar na het ingaan |
van de periode van de basissubsidie-enveloppe en aanvullende | van de periode van de basissubsidie-enveloppe en aanvullende |
subsidie-enveloppe die gekoppeld is aan 150 woningen, minstens 200 | subsidie-enveloppe die gekoppeld is aan 150 woningen, minstens 200 |
woningen inhuren. Een erkend en gesubsidieerd sociaal verhuurkantoor, | woningen inhuren. Een erkend en gesubsidieerd sociaal verhuurkantoor, |
waarvan een stad met meer dan 150 000 inwoners deel uitmaakt van het | waarvan een stad met meer dan 150 000 inwoners deel uitmaakt van het |
werkingsgebied, dat op datum van inwerkingtreding van dit besluit | werkingsgebied, dat op datum van inwerkingtreding van dit besluit |
reeds minstens 150 woningen maar minder dan 200 woningen in huur had, | reeds minstens 150 woningen maar minder dan 200 woningen in huur had, |
moet op 1 november 2015 minstens 200 woningen inhuren. Een erkend en | moet op 1 november 2015 minstens 200 woningen inhuren. Een erkend en |
gesubsidieerd sociaal verhuurkantoor, met een werkingsgebied waarvan | gesubsidieerd sociaal verhuurkantoor, met een werkingsgebied waarvan |
een stad met meer dan 150 000 inwoners deel uitmaakt, en met minstens | een stad met meer dan 150 000 inwoners deel uitmaakt, en met minstens |
200 woningen maar minder dan 250 woningen in huur, moet op 1 november | 200 woningen maar minder dan 250 woningen in huur, moet op 1 november |
van het vierde kalenderjaar na het ingaan van de periode van de | van het vierde kalenderjaar na het ingaan van de periode van de |
basissubsidie-enveloppe en aanvullende subsidie-enveloppe die | basissubsidie-enveloppe en aanvullende subsidie-enveloppe die |
gekoppeld is aan 200 woningen, minstens 250 woningen inhuren. Een | gekoppeld is aan 200 woningen, minstens 250 woningen inhuren. Een |
erkend en gesubsidieerd sociaal verhuurkantoor, waarvan een stad met | erkend en gesubsidieerd sociaal verhuurkantoor, waarvan een stad met |
meer dan 150 000 inwoners deel uitmaakt van het werkingsgebied, dat op | meer dan 150 000 inwoners deel uitmaakt van het werkingsgebied, dat op |
datum van inwerkingtreding van dit besluit reeds minstens 200 woningen | datum van inwerkingtreding van dit besluit reeds minstens 200 woningen |
maar minder dan 250 woningen in huur had, moet op 1 november 2016 | maar minder dan 250 woningen in huur had, moet op 1 november 2016 |
minstens 250 woningen inhuren. | minstens 250 woningen inhuren. |
Indien het minimum aantal woningen in huur, zoals bepaald in het | Indien het minimum aantal woningen in huur, zoals bepaald in het |
derde, vierde en vijfde lid, niet wordt behaald, wordt de | derde, vierde en vijfde lid, niet wordt behaald, wordt de |
basissubsidie-enveloppe voor het daaropvolgende kalenderjaar | basissubsidie-enveloppe voor het daaropvolgende kalenderjaar |
verminderd met 10 % totdat het sociaal verhuurkantoor respectievelijk | verminderd met 10 % totdat het sociaal verhuurkantoor respectievelijk |
minstens 100, 150, 200 of 250 woningen in huur heeft. | minstens 100, 150, 200 of 250 woningen in huur heeft. |
De minister kan een afwijking toestaan van de vermindering met 10 %, | De minister kan een afwijking toestaan van de vermindering met 10 %, |
vermeld in het zesde lid. De minister kan de afwijking toestaan op | vermeld in het zesde lid. De minister kan de afwijking toestaan op |
voorwaarde dat het sociaal verhuurkantoor voldoende geobjectiveerd | voorwaarde dat het sociaal verhuurkantoor voldoende geobjectiveerd |
aantoont waarom de vooropgestelde woninggroei niet werd gehaald. | aantoont waarom de vooropgestelde woninggroei niet werd gehaald. |
Daarbij moeten minstens twee van de volgende redenen of realisaties | Daarbij moeten minstens twee van de volgende redenen of realisaties |
door het sociaal verhuurkantoor worden aangetoond, die in de | door het sociaal verhuurkantoor worden aangetoond, die in de |
beslissing tot afwijking tot uiting kunnen worden gebracht : | beslissing tot afwijking tot uiting kunnen worden gebracht : |
a) er werd een jaarlijks gemiddelde woninggroei van 7,5 % | a) er werd een jaarlijks gemiddelde woninggroei van 7,5 % |
gerealiseerd; | gerealiseerd; |
b) er is reeds een belangrijk aandeel van de private huurmarkt in het | b) er is reeds een belangrijk aandeel van de private huurmarkt in het |
werkingsgebied van het sociaal verhuurkantoor in beheer bij het | werkingsgebied van het sociaal verhuurkantoor in beheer bij het |
sociaal verhuurkantoor; | sociaal verhuurkantoor; |
c) het lokale betaalbare privaat huurwoningaanbod is beperkt; | c) het lokale betaalbare privaat huurwoningaanbod is beperkt; |
d) er is een substantiële bruto-groei, maar de netto-groei werd | d) er is een substantiële bruto-groei, maar de netto-groei werd |
beperkt omdat er een betekenisvol aantal woningen uit beheer zijn | beperkt omdat er een betekenisvol aantal woningen uit beheer zijn |
gegaan; | gegaan; |
e) de groei is beperkt omwille van een grondig gemotiveerde situatie | e) de groei is beperkt omwille van een grondig gemotiveerde situatie |
van overmacht of omwille van een grondige wijziging in het | van overmacht of omwille van een grondige wijziging in het |
personeelsteam, bestuur en/of het werkingsgebied; | personeelsteam, bestuur en/of het werkingsgebied; |
f) het sociaal verhuurkantoor heeft een verantwoorde professionele | f) het sociaal verhuurkantoor heeft een verantwoorde professionele |
herstructurering doorgevoerd, met daarin effectieve samenwerking met | herstructurering doorgevoerd, met daarin effectieve samenwerking met |
de lokale huisvestingsmaatschappij, welzijnsdienst of lokale besturen | de lokale huisvestingsmaatschappij, welzijnsdienst of lokale besturen |
rond het uitvoeren van de taken van het sociaal verhuurkantoor, | rond het uitvoeren van de taken van het sociaal verhuurkantoor, |
waardoor een grondige basis is gevormd om zich breder te kunnen | waardoor een grondige basis is gevormd om zich breder te kunnen |
toeleggen op effectieve woninggroei. | toeleggen op effectieve woninggroei. |
Het sociaal verhuurkantoor kan voor de in het vorige lid bedoelde | Het sociaal verhuurkantoor kan voor de in het vorige lid bedoelde |
motivering alle relevante elementen inbrengen die aantonen dat de in | motivering alle relevante elementen inbrengen die aantonen dat de in |
het besluit verwachte woninggroei niet haalbaar was, vooropgesteld dat | het besluit verwachte woninggroei niet haalbaar was, vooropgesteld dat |
er effectief een deel van de woninggroei werd gerealiseerd. | er effectief een deel van de woninggroei werd gerealiseerd. |
Als twee of meer gesubsidieerde sociale verhuurkantoren fuseren, | Als twee of meer gesubsidieerde sociale verhuurkantoren fuseren, |
ontvangt het gefuseerde sociaal verhuurkantoor voor een periode van | ontvangt het gefuseerde sociaal verhuurkantoor voor een periode van |
twee kalenderjaren een verhoging van de subsidie-enveloppe, vermeld in | twee kalenderjaren een verhoging van de subsidie-enveloppe, vermeld in |
het eerste en tweede lid. De verhoging bedraagt 200 euro per woning, | het eerste en tweede lid. De verhoging bedraagt 200 euro per woning, |
vanaf de 51ste woning in huur, en wordt toegepast bij de eerstvolgende | vanaf de 51ste woning in huur, en wordt toegepast bij de eerstvolgende |
subsidietoekenning, na de melding van de uitgevoerde fusie. | subsidietoekenning, na de melding van de uitgevoerde fusie. |
Met behoud van de bepalingen in artikel 15 en na aftrek van de aan de | Met behoud van de bepalingen in artikel 15 en na aftrek van de aan de |
ondersteuningsstructuur verschuldigde beheersvergoeding, worden de | ondersteuningsstructuur verschuldigde beheersvergoeding, worden de |
basissubsidie en de aanvullende subsidie besteed aan de werkings- en | basissubsidie en de aanvullende subsidie besteed aan de werkings- en |
personeelskosten die verbonden zijn aan de uitvoering van de | personeelskosten die verbonden zijn aan de uitvoering van de |
opdrachten van het sociaal verhuurkantoor, met inbegrip van de kosten | opdrachten van het sociaal verhuurkantoor, met inbegrip van de kosten |
van frictieleegstand en de afschrijvingen op andere activa dan de | van frictieleegstand en de afschrijvingen op andere activa dan de |
huurwoningen. Als de aangetoonde werkingskosten hoger zijn dan 30 % | huurwoningen. Als de aangetoonde werkingskosten hoger zijn dan 30 % |
van de totale subsidie-enveloppe, worden ze slechts ten bedrage van 30 | van de totale subsidie-enveloppe, worden ze slechts ten bedrage van 30 |
% aanvaard. | % aanvaard. |
Na de voorafgaande goedkeuring door het agentschap kunnen | Na de voorafgaande goedkeuring door het agentschap kunnen |
kostenvergoedingen voor externe personeelsleden, waarvan het sociaal | kostenvergoedingen voor externe personeelsleden, waarvan het sociaal |
verhuurkantoor aantoont dat ze noodzakelijk zijn om structureel te | verhuurkantoor aantoont dat ze noodzakelijk zijn om structureel te |
voorzien in de personeelsformatie, als personeelskosten worden | voorzien in de personeelsformatie, als personeelskosten worden |
beschouwd. | beschouwd. |
De bedragen, vermeld in dit artikel, zijn uitgedrukt tegen 100 % op | De bedragen, vermeld in dit artikel, zijn uitgedrukt tegen 100 % op |
basis van de spilindex die van toepassing is op 1 januari 2012. Binnen | basis van de spilindex die van toepassing is op 1 januari 2012. Binnen |
de perken van de begroting wordt het bedrag geïndexeerd overeenkomstig | de perken van de begroting wordt het bedrag geïndexeerd overeenkomstig |
de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij | de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij |
sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van het | sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van het |
Rijk worden gekoppeld. | Rijk worden gekoppeld. |
Art. 14.De basissubsidie-enveloppe en de aanvullende |
Art. 14.De basissubsidie-enveloppe en de aanvullende |
subsidie-enveloppe worden voor elk volledig kalenderjaar uitbetaald | subsidie-enveloppe worden voor elk volledig kalenderjaar uitbetaald |
via drie voorschotten. Het eerste voorschot omvat het bedrag dat het | via drie voorschotten. Het eerste voorschot omvat het bedrag dat het |
sociaal verhuurkantoor aan beheersvergoeding aan de | sociaal verhuurkantoor aan beheersvergoeding aan de |
ondersteuningsstructuur moet uitbetalen, verhoogd met 30 % van het | ondersteuningsstructuur moet uitbetalen, verhoogd met 30 % van het |
saldo van het toegestane maximumbedrag en de beheersvergoeding. Het | saldo van het toegestane maximumbedrag en de beheersvergoeding. Het |
tweede voorschot en derde voorschot bedraagt telkens 30 % van het | tweede voorschot en derde voorschot bedraagt telkens 30 % van het |
saldo van het toegestane maximumbedrag en de beheersvergoeding. De | saldo van het toegestane maximumbedrag en de beheersvergoeding. De |
voorschotten worden ambtshalve betaalbaar gesteld bij het begin van | voorschotten worden ambtshalve betaalbaar gesteld bij het begin van |
elke viermaandelijkse periode. De jaarlijkse afrekening wordt | elke viermaandelijkse periode. De jaarlijkse afrekening wordt |
uiterlijk op 31 mei van het volgende kalenderjaar opgemaakt op basis | uiterlijk op 31 mei van het volgende kalenderjaar opgemaakt op basis |
van de stukken, vermeld in artikel 7 en artikel 16, tweede lid, 1° en | van de stukken, vermeld in artikel 7 en artikel 16, tweede lid, 1° en |
2°, met het oog op de uitbetaling van het saldo. | 2°, met het oog op de uitbetaling van het saldo. |
De basissubsidie-enveloppe voor de maanden tussen de inwerkingtreding | De basissubsidie-enveloppe voor de maanden tussen de inwerkingtreding |
van het subsidiebesluit en 1 januari van het eerste volledige | van het subsidiebesluit en 1 januari van het eerste volledige |
kalenderjaar worden berekend in verhouding tot het aantal maanden. Ze | kalenderjaar worden berekend in verhouding tot het aantal maanden. Ze |
worden uitbetaald volgens de voorschottenregeling, vermeld in het | worden uitbetaald volgens de voorschottenregeling, vermeld in het |
eerste lid, per periode van maximaal vier maanden. | eerste lid, per periode van maximaal vier maanden. |
De subsidiëring voor de personeelskosten wordt bij de jaarlijkse | De subsidiëring voor de personeelskosten wordt bij de jaarlijkse |
afrekening berekend op grond van de werkelijke lasten van de | afrekening berekend op grond van de werkelijke lasten van de |
bezoldiging van de voltijds of deeltijds tewerkgestelde | bezoldiging van de voltijds of deeltijds tewerkgestelde |
personeelsleden, met inbegrip van de werkgeverslasten, het | personeelsleden, met inbegrip van de werkgeverslasten, het |
vakantiegeld, de eindejaarstoelage en het vervroegde vakantiegeld bij | vakantiegeld, de eindejaarstoelage en het vervroegde vakantiegeld bij |
uitdiensttreding. Er wordt rekening gehouden met de anciënniteit in | uitdiensttreding. Er wordt rekening gehouden met de anciënniteit in |
een voltijdse of deeltijdse dagtaak.Als het sociaal verhuurkantoor een | een voltijdse of deeltijdse dagtaak.Als het sociaal verhuurkantoor een |
afwijking heeft verkregen, overeenkomstig artikel 13, elfde lid, toont | afwijking heeft verkregen, overeenkomstig artikel 13, elfde lid, toont |
het de loonkosten van het personeel aan door middel van een omstandige | het de loonkosten van het personeel aan door middel van een omstandige |
afrekeningsnota van de betreffende werkgever aangevuld met de door | afrekeningsnota van de betreffende werkgever aangevuld met de door |
diezelfde werkgever echt verklaarde afschriften van de in artikel 16, | diezelfde werkgever echt verklaarde afschriften van de in artikel 16, |
tweede lid, 2° vermelde verantwoordingsstukken die betrekking hebben | tweede lid, 2° vermelde verantwoordingsstukken die betrekking hebben |
op de betrokken personeelsleden. | op de betrokken personeelsleden. |
Art. 15.Met behoud van de toepassing van artikel 13 kunnen sociale |
Art. 15.Met behoud van de toepassing van artikel 13 kunnen sociale |
verhuurkantoren het overschot van de subsidie, dat niet werd aangewend | verhuurkantoren het overschot van de subsidie, dat niet werd aangewend |
voor werkings- en personeelskosten, onder de hierna bepaalde | voor werkings- en personeelskosten, onder de hierna bepaalde |
voorwaarden aanwenden voor reservevorming : | voorwaarden aanwenden voor reservevorming : |
1° het boekjaar werd afgesloten met winst; | 1° het boekjaar werd afgesloten met winst; |
2° jaarlijks kan maximaal 5 % van de subsidie-enveloppe bestemd worden | 2° jaarlijks kan maximaal 5 % van de subsidie-enveloppe bestemd worden |
als reserve; | als reserve; |
3° de reserve wordt aangewend voor toekomstige kosten die verbonden | 3° de reserve wordt aangewend voor toekomstige kosten die verbonden |
zijn aan niet-recupereerbare huurschade of definitief oninbare | zijn aan niet-recupereerbare huurschade of definitief oninbare |
huurvorderingen; | huurvorderingen; |
4° de gecumuleerde reserve mag, na toevoeging van het niet-gebruikte | 4° de gecumuleerde reserve mag, na toevoeging van het niet-gebruikte |
gedeelte van de subsidie en na vermindering met de in de loop van het | gedeelte van de subsidie en na vermindering met de in de loop van het |
boekjaar geboekte waardeverminderingen op huur- en | boekjaar geboekte waardeverminderingen op huur- en |
huurschadevorderingen, niet hoger zijn dan 20 % van de huurinkomsten, | huurschadevorderingen, niet hoger zijn dan 20 % van de huurinkomsten, |
geboekt in het vorige boekjaar. | geboekt in het vorige boekjaar. |
Afdeling 4. Boekhouding en rapportering | Afdeling 4. Boekhouding en rapportering |
Art. 16.Elk sociaal verhuurkantoor dat een subsidie als vermeld in |
Art. 16.Elk sociaal verhuurkantoor dat een subsidie als vermeld in |
dit besluit, ontvangt, voert een boekhouding die gebaseerd is op een | dit besluit, ontvangt, voert een boekhouding die gebaseerd is op een |
minimaal genormaliseerd rekeningstelsel, overeenkomstig de nadere | minimaal genormaliseerd rekeningstelsel, overeenkomstig de nadere |
regels die de minister heeft bepaald. | regels die de minister heeft bepaald. |
Het sociaal verhuurkantoor bezorgt jaarlijks uiterlijk op 15 maart en | Het sociaal verhuurkantoor bezorgt jaarlijks uiterlijk op 15 maart en |
voor de eerste keer uiterlijk op 15 maart van het jaar dat volgt op | voor de eerste keer uiterlijk op 15 maart van het jaar dat volgt op |
het jaar waarin het sociaal verhuurkantoor werd gesubsidieerd, de | het jaar waarin het sociaal verhuurkantoor werd gesubsidieerd, de |
volgende stukken aan het agentschap : | volgende stukken aan het agentschap : |
1° een gedetailleerde afrekening van de kosten en opbrengsten die | 1° een gedetailleerde afrekening van de kosten en opbrengsten die |
verbonden zijn aan de werking van het sociaal verhuurkantoor, | verbonden zijn aan de werking van het sociaal verhuurkantoor, |
aangevuld met de resultatenrekening en een balans over het voorbije | aangevuld met de resultatenrekening en een balans over het voorbije |
werkingsjaar, overeenkomstig het genormaliseerde rekeningstelsel, | werkingsjaar, overeenkomstig het genormaliseerde rekeningstelsel, |
vermeld in het eerste lid, alsook een begroting voor het lopende | vermeld in het eerste lid, alsook een begroting voor het lopende |
kalenderjaar die goedgekeurd is door het bevoegde bestuursorgaan. Als | kalenderjaar die goedgekeurd is door het bevoegde bestuursorgaan. Als |
de werking van het sociaal verhuurkantoor deel uitmaakt van een breder | de werking van het sociaal verhuurkantoor deel uitmaakt van een breder |
opdrachtenpakket van een rechtspersoon, overeenkomstig artikel 9, § 2, | opdrachtenpakket van een rechtspersoon, overeenkomstig artikel 9, § 2, |
eerste lid, 1°, moet de rechtspersoon een volledige analytische | eerste lid, 1°, moet de rechtspersoon een volledige analytische |
boekhouding voeren, zodat de activa en passiva van het sociaal | boekhouding voeren, zodat de activa en passiva van het sociaal |
verhuurkantoor kunnen worden afgezonderd in de balans en de kosten en | verhuurkantoor kunnen worden afgezonderd in de balans en de kosten en |
opbrengsten die verbonden zijn aan de werking van het sociaal | opbrengsten die verbonden zijn aan de werking van het sociaal |
verhuurkantoor, afzonderlijk gerapporteerd en bewezen kunnen worden; | verhuurkantoor, afzonderlijk gerapporteerd en bewezen kunnen worden; |
2° een gedetailleerde afrekening van de personeelskosten met onder | 2° een gedetailleerde afrekening van de personeelskosten met onder |
meer een afschrift van de RSZ-staten en de individuele jaarrekeningen | meer een afschrift van de RSZ-staten en de individuele jaarrekeningen |
over de gesubsidieerde periode. | over de gesubsidieerde periode. |
Het sociaal verhuurkantoor staat in voor een uniforme registratie en | Het sociaal verhuurkantoor staat in voor een uniforme registratie en |
terbeschikkingstelling van gegevens, op basis van instructies van de | terbeschikkingstelling van gegevens, op basis van instructies van de |
ondersteuningsstructuur, met het oog op het administratieve beheer en | ondersteuningsstructuur, met het oog op het administratieve beheer en |
de externe rapportering van de relevante gegevens. | de externe rapportering van de relevante gegevens. |
Hoofdstuk 6. Sancties | Hoofdstuk 6. Sancties |
Art. 17.Met behoud van de toepassing van het koninklijk besluit van |
Art. 17.Met behoud van de toepassing van het koninklijk besluit van |
31 mei 1933 betreffende de verklaringen, af te leggen in verband met | 31 mei 1933 betreffende de verklaringen, af te leggen in verband met |
subsidies, vergoedingen en toelagen, zal de minister na gemotiveerd | subsidies, vergoedingen en toelagen, zal de minister na gemotiveerd |
advies van het agentschap of de toezichthouder, na het sociaal | advies van het agentschap of de toezichthouder, na het sociaal |
verhuurkantoor te hebben gehoord en na de schriftelijke kennisgeving | verhuurkantoor te hebben gehoord en na de schriftelijke kennisgeving |
daarvan, de uitbetaling van de subsidie stopzetten, de al uitbetaalde | daarvan, de uitbetaling van de subsidie stopzetten, de al uitbetaalde |
subsidie terugvorderen en de erkenning intrekken als : | subsidie terugvorderen en de erkenning intrekken als : |
1° wordt vastgesteld dat het sociaal verhuurkantoor niet meer voldoet | 1° wordt vastgesteld dat het sociaal verhuurkantoor niet meer voldoet |
aan de erkennings- of subsidievoorwaarden en ze niet kan aantonen dat | aan de erkennings- of subsidievoorwaarden en ze niet kan aantonen dat |
het opnieuw aan de voorwaarden voldoet binnen drie maanden die volgen | het opnieuw aan de voorwaarden voldoet binnen drie maanden die volgen |
op de datum van de vaststelling dat ze niet voldeed aan een van de | op de datum van de vaststelling dat ze niet voldeed aan een van de |
erkennings- of subsidievoorwaarden; | erkennings- of subsidievoorwaarden; |
2° het sociaal verhuurkantoor een voldoende ernstige onregelmatigheid | 2° het sociaal verhuurkantoor een voldoende ernstige onregelmatigheid |
begaat bij de uitvoering van haar opdrachten; | begaat bij de uitvoering van haar opdrachten; |
3° het sociaal verhuurkantoor ten onrechte een erkenning of | 3° het sociaal verhuurkantoor ten onrechte een erkenning of |
subsidiëring heeft ontvangen op grond van onjuiste informatie; | subsidiëring heeft ontvangen op grond van onjuiste informatie; |
4° het sociaal verhuurkantoor de controle op de aanwending van de | 4° het sociaal verhuurkantoor de controle op de aanwending van de |
toegekende susidies verhindert. | toegekende susidies verhindert. |
Hoofdstuk 7. Wijzigingsbepalingen | Hoofdstuk 7. Wijzigingsbepalingen |
Art. 18.In artikel 1, 11°, van het besluit van de Vlaamse Regering |
Art. 18.In artikel 1, 11°, van het besluit van de Vlaamse Regering |
van 18 december 1992 houdende instelling van een aanpassingspremie en | van 18 december 1992 houdende instelling van een aanpassingspremie en |
een verbeteringspremie voor woningen, ingevoegd bij het besluit van de | een verbeteringspremie voor woningen, ingevoegd bij het besluit van de |
Vlaamse Regering van 28 november 2003 en gewijzigd bij het besluit van | Vlaamse Regering van 28 november 2003 en gewijzigd bij het besluit van |
de Vlaamse Regering van 6 februari 2004, wordt de zinsnede "erkend | de Vlaamse Regering van 6 februari 2004, wordt de zinsnede "erkend |
krachtens het besluit van 6 februari 2004 houdende bepaling van de | krachtens het besluit van 6 februari 2004 houdende bepaling van de |
erkennings- en subsidievoorwaarden van sociale verhuurkantoren" | erkennings- en subsidievoorwaarden van sociale verhuurkantoren" |
vervangen door de zinsnede "erkend krachtens het besluit van de | vervangen door de zinsnede "erkend krachtens het besluit van de |
Vlaamse Regering van 20 juli 2012 houdende bepaling van de erkennings- | Vlaamse Regering van 20 juli 2012 houdende bepaling van de erkennings- |
en subsidievoorwaarden van sociale verhuurkantoren". | en subsidievoorwaarden van sociale verhuurkantoren". |
Art. 19.In artikel 21, § 1, tweede lid, van het besluit van de |
Art. 19.In artikel 21, § 1, tweede lid, van het besluit van de |
Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 tot reglementering van het | Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 tot reglementering van het |
sociale huurstelsel ter uitvoering van titel VII van de Vlaamse | sociale huurstelsel ter uitvoering van titel VII van de Vlaamse |
Wooncode,ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 30 | Wooncode,ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 30 |
september 2011, wordt de zinsnede "artikel 5, § 1, van het besluit van | september 2011, wordt de zinsnede "artikel 5, § 1, van het besluit van |
de Vlaamse Regering van 6 februari 2004 betreffende de erkenning van | de Vlaamse Regering van 6 februari 2004 betreffende de erkenning van |
de sociale verhuurkantoren" vervangen door de zinsnede "artikel 3, van | de sociale verhuurkantoren" vervangen door de zinsnede "artikel 3, van |
het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2012 houdende bepaling | het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2012 houdende bepaling |
van de erkennings- en subsidievoorwaarden van sociale | van de erkennings- en subsidievoorwaarden van sociale |
verhuurkantoren". | verhuurkantoren". |
Art. 20.In het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2012 |
Art. 20.In het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2012 |
tot vaststelling van nadere regels voor de bijdragen van de sociale | tot vaststelling van nadere regels voor de bijdragen van de sociale |
woonactoren in de financiering van de Vlaamse Maatschappij voor | woonactoren in de financiering van de Vlaamse Maatschappij voor |
Sociaal Wonen worden volgende wijzigingen aangebracht : | Sociaal Wonen worden volgende wijzigingen aangebracht : |
1° artikel 5, § 4, wordt vervangen door wat volgt : | 1° artikel 5, § 4, wordt vervangen door wat volgt : |
" § 4. In afwijking van paragrafen 2 en 3 bedraagt de vergoeding voor | " § 4. In afwijking van paragrafen 2 en 3 bedraagt de vergoeding voor |
SVK's 50 euro per gesubsidieerde woning die op 1 november van het jaar | SVK's 50 euro per gesubsidieerde woning die op 1 november van het jaar |
voorafgaand aan het werkingsjaar verhuurd worden aan woonbehoeftige | voorafgaand aan het werkingsjaar verhuurd worden aan woonbehoeftige |
gezinnen en alleenstaanden, met een maximum van 12.500 euro. Het SVK | gezinnen en alleenstaanden, met een maximum van 12.500 euro. Het SVK |
stort de vergoeding in het Fonds binnen de maand nadat het SVK haar | stort de vergoeding in het Fonds binnen de maand nadat het SVK haar |
eerste voorschot van subsidie heeft ontvangen." | eerste voorschot van subsidie heeft ontvangen." |
2° In artikel 17 wordt de zinsnede "met uitzondering van het bedrag, | 2° In artikel 17 wordt de zinsnede "met uitzondering van het bedrag, |
vermeld in artikel 11" vervangen door de zinsnede "met uitzondering | vermeld in artikel 11" vervangen door de zinsnede "met uitzondering |
van de bedragen vermeld in de artikelen 5, § 4 en 11 ". | van de bedragen vermeld in de artikelen 5, § 4 en 11 ". |
3° In hetzelfde artikel wordt een tweede lid toegevoegd die luidt als | 3° In hetzelfde artikel wordt een tweede lid toegevoegd die luidt als |
volgt : | volgt : |
"De bedragen vermeld in artikel 5, § 4, worden jaarlijks geïndexeerd | "De bedragen vermeld in artikel 5, § 4, worden jaarlijks geïndexeerd |
overeenkomstig de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een | overeenkomstig de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een |
stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het | stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het |
indexcijfer van het Rijk worden gekoppeld. De bedragen zijn uitgedrukt | indexcijfer van het Rijk worden gekoppeld. De bedragen zijn uitgedrukt |
tegen 100 % op basis van de spilindex die van toepassing is op 1 | tegen 100 % op basis van de spilindex die van toepassing is op 1 |
januari 2012." | januari 2012." |
Hoofdstuk 8. Slotbepalingen | Hoofdstuk 8. Slotbepalingen |
Art. 21.Het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 2004 |
Art. 21.Het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 2004 |
houdende bepaling van de erkennings- en subsidievoorwaarden van | houdende bepaling van de erkennings- en subsidievoorwaarden van |
sociale verhuurkantoren, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse | sociale verhuurkantoren, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse |
Regering van 14 mei 2004, 30 juni 2006, 12 oktober 2007 en 14 maart | Regering van 14 mei 2004, 30 juni 2006, 12 oktober 2007 en 14 maart |
2008, wordt opgeheven. | 2008, wordt opgeheven. |
Art. 22.De sociale verhuurkantoren die erkend zijn op basis van het |
Art. 22.De sociale verhuurkantoren die erkend zijn op basis van het |
besluit, vermeld in artikel 21, voor 1 januari 2013, worden geacht | besluit, vermeld in artikel 21, voor 1 januari 2013, worden geacht |
erkend te zijn overeenkomstig de bepalingen van dit besluit. | erkend te zijn overeenkomstig de bepalingen van dit besluit. |
De sociale verhuurkantoren die subsidiegerechtigd zijn op basis van | De sociale verhuurkantoren die subsidiegerechtigd zijn op basis van |
een subsidiebesluit dat steunt op het besluit, vermeld in artikel 21, | een subsidiebesluit dat steunt op het besluit, vermeld in artikel 21, |
worden geacht voor de periode, vermeld in het individueel | worden geacht voor de periode, vermeld in het individueel |
subsidiebesluit, voor subsidie in aanmerking te komen overeenkomstig | subsidiebesluit, voor subsidie in aanmerking te komen overeenkomstig |
de bepalingen van dit besluit. | de bepalingen van dit besluit. |
Voor de subsidies die met toepassing van het besluit, vermeld in | Voor de subsidies die met toepassing van het besluit, vermeld in |
artikel 21, toegekend zijn, blijven de bepalingen van dat besluit nog | artikel 21, toegekend zijn, blijven de bepalingen van dat besluit nog |
van toepassing. | van toepassing. |
Als twee of meer sociale verhuurkantoren niet voldoen aan de | Als twee of meer sociale verhuurkantoren niet voldoen aan de |
voorwaarde, vermeld in artikel 4, eerste lid, 4°, moeten de betrokken | voorwaarde, vermeld in artikel 4, eerste lid, 4°, moeten de betrokken |
sociale verhuurkantoren uiterlijk op 30 juni 2016 voldoen aan die | sociale verhuurkantoren uiterlijk op 30 juni 2016 voldoen aan die |
voorwaarde. In tussentijd mogen de sociale verhuurkantoren geen | voorwaarde. In tussentijd mogen de sociale verhuurkantoren geen |
samenvallende inhuurnames creëren in gemeenten waar er nog geen | samenvallende inhuurnames creëren in gemeenten waar er nog geen |
samenvallende inhuurnames waren. Aan de voorwaarde is voldaan als in | samenvallende inhuurnames waren. Aan de voorwaarde is voldaan als in |
een schriftelijke overeenkomst tussen de betrokken sociale | een schriftelijke overeenkomst tussen de betrokken sociale |
verhuurkantoren het huren van bijkomende woningen in de betreffende | verhuurkantoren het huren van bijkomende woningen in de betreffende |
gemeenten uitdrukkelijk wordt overgedragen aan één van de betrokken | gemeenten uitdrukkelijk wordt overgedragen aan één van de betrokken |
sociaal verhuurkantoren en deze overdracht leidt tot aaneengesloten | sociaal verhuurkantoren en deze overdracht leidt tot aaneengesloten |
werkingsgebieden zonder samenvallende inhuurnames. Als de betrokken | werkingsgebieden zonder samenvallende inhuurnames. Als de betrokken |
sociale verhuurkantoren niet tot overeenstemming komen, beslist de | sociale verhuurkantoren niet tot overeenstemming komen, beslist de |
Vlaamse Regering, nadat de betrokken actoren zijn gehoord, op basis | Vlaamse Regering, nadat de betrokken actoren zijn gehoord, op basis |
van het aantal woningen, de huurtermijn en het advies van het lokaal | van het aantal woningen, de huurtermijn en het advies van het lokaal |
woonoverleg over de overdracht van beoogde inhuurnames met het oog op | woonoverleg over de overdracht van beoogde inhuurnames met het oog op |
een afgestemd werkingsgebied. | een afgestemd werkingsgebied. |
Als een sociaal verhuurkantoor, dat op de datum van de | Als een sociaal verhuurkantoor, dat op de datum van de |
inwerkingtreding van dit besluit gesubsidieerd wordt met toepassing | inwerkingtreding van dit besluit gesubsidieerd wordt met toepassing |
van het besluit, vermeld in artikel 21, niet voldoet aan de | van het besluit, vermeld in artikel 21, niet voldoet aan de |
voorwaarde, vermeld in artikel 9, § 2, eerste lid, 5°, moet het | voorwaarde, vermeld in artikel 9, § 2, eerste lid, 5°, moet het |
sociaal verhuurkantoor uiterlijk op 31 oktober 2013 voldoen aan die | sociaal verhuurkantoor uiterlijk op 31 oktober 2013 voldoen aan die |
voorwaarde. | voorwaarde. |
Art. 23.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2013. |
Art. 23.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2013. |
Art. 24.Artikel 2 en Hoofdstuk 2 van het besluit van de Vlaamse |
Art. 24.Artikel 2 en Hoofdstuk 2 van het besluit van de Vlaamse |
Regering van 13 januari 2012 tot vaststelling van nadere regels voor | Regering van 13 januari 2012 tot vaststelling van nadere regels voor |
de bijdragen van de sociale woonactoren in de financiering van de | de bijdragen van de sociale woonactoren in de financiering van de |
Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen treden in werking op 1 januari | Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen treden in werking op 1 januari |
2013, voor wat de sociale verhuurkantoren betreft. | 2013, voor wat de sociale verhuurkantoren betreft. |
Art. 25.Het artikel 60 van het decreet van 29 april 2011 houdende |
Art. 25.Het artikel 60 van het decreet van 29 april 2011 houdende |
wijziging van diverse decreten met betrekking tot wonen treedt in | wijziging van diverse decreten met betrekking tot wonen treedt in |
werking. | werking. |
Art. 26.De Vlaamse minister, bevoegd voor wonen, is belast met de |
Art. 26.De Vlaamse minister, bevoegd voor wonen, is belast met de |
uitvoering van dit besluit. | uitvoering van dit besluit. |
Brussel, 20 juli 2012 | Brussel, 20 juli 2012 |
De minister-president van de Vlaamse Regering, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
De Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie, | De Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie, |
F. VAN DEN BOSSCHE | F. VAN DEN BOSSCHE |