| Besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van de criteria, de voorwaarden en de nadere regelen volgens welke subsidies worden verleend met betrekking tot het VESOC-actieplan 2003 « evenredige arbeidsdeelname en diversiteit » | Besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van de criteria, de voorwaarden en de nadere regelen volgens welke subsidies worden verleend met betrekking tot het VESOC-actieplan 2003 « evenredige arbeidsdeelname en diversiteit » |
|---|---|
| MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP | MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP |
| 18 JULI 2003. - Besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van | 18 JULI 2003. - Besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van |
| de criteria, de voorwaarden en de nadere regelen volgens welke | de criteria, de voorwaarden en de nadere regelen volgens welke |
| subsidies worden verleend met betrekking tot het VESOC-actieplan 2003 | subsidies worden verleend met betrekking tot het VESOC-actieplan 2003 |
| « evenredige arbeidsdeelname en diversiteit » | « evenredige arbeidsdeelname en diversiteit » |
| De Vlaamse regering, | De Vlaamse regering, |
| Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der | Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der |
| instellingen, gewijzigd bij de wet van 8 augustus 1988 en de | instellingen, gewijzigd bij de wet van 8 augustus 1988 en de |
| bijzondere wetten van 12 januari 1989, 16 januari 1989, 5 mei 1993, 16 | bijzondere wetten van 12 januari 1989, 16 januari 1989, 5 mei 1993, 16 |
| juli 1993, 28 december 1994, 5 april 1995, 25 maart 1996, het | juli 1993, 28 december 1994, 5 april 1995, 25 maart 1996, het |
| bijzondere decreet van 24 juli 1996, de bijzondere wet van 4 december | bijzondere decreet van 24 juli 1996, de bijzondere wet van 4 december |
| 1996, de bijzondere decreten van 15 juli 1997 en 14 juli 1998, de | 1996, de bijzondere decreten van 15 juli 1997 en 14 juli 1998, de |
| bijzondere wetten van 8 februari 1999 en 19 maart 1999 en het | bijzondere wetten van 8 februari 1999 en 19 maart 1999 en het |
| bijzonder decreet van 18 mei 1999; | bijzonder decreet van 18 mei 1999; |
| Gelet op het decreet van 20 december 2002 houdende de | Gelet op het decreet van 20 december 2002 houdende de |
| middelenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar | middelenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar |
| 2002; | 2002; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 17 juli 1991 houdende coördinatie | Gelet op het koninklijk besluit van 17 juli 1991 houdende coördinatie |
| van de wetten op de rijkscomptabiliteit, inzonderheid op de artikelen | van de wetten op de rijkscomptabiliteit, inzonderheid op de artikelen |
| 55 tot en met 58 betreffende de controle op de aanwending van de | 55 tot en met 58 betreffende de controle op de aanwending van de |
| toelagen; | toelagen; |
| Gelet op het decreet van 8 mei 2002 houdende evenredige participatie | Gelet op het decreet van 8 mei 2002 houdende evenredige participatie |
| op de arbeidsmarkt; | op de arbeidsmarkt; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 3 juli 2002 tot | Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 3 juli 2002 tot |
| bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse regering; | bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse regering; |
| Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën over het budgettair | Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën over het budgettair |
| implementatieplan ter operationalisering van het voorliggende ontwerp | implementatieplan ter operationalisering van het voorliggende ontwerp |
| van besluit van de Vlaamse Regering, gegeven op 23 juni 2003; | van besluit van de Vlaamse Regering, gegeven op 23 juni 2003; |
| Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor begroting, | Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor begroting, |
| gegeven op 15 juli 2003; | gegeven op 15 juli 2003; |
| Overwegende de 'Krachtlijnennota VESOC-actieplan 2003 evenredige | Overwegende de 'Krachtlijnennota VESOC-actieplan 2003 evenredige |
| arbeidsdeelname en diversiteit' van 21 november 2002; | arbeidsdeelname en diversiteit' van 21 november 2002; |
| Overwegende de gemeenschappelijke platformtekst van 3 december 2002 | Overwegende de gemeenschappelijke platformtekst van 3 december 2002 |
| afgesloten tussen de Vlaamse regering, de Vlaamse sociale partners en | afgesloten tussen de Vlaamse regering, de Vlaamse sociale partners en |
| de allochtone gemeenschappen met betrekking tot 'Evenredige | de allochtone gemeenschappen met betrekking tot 'Evenredige |
| arbeidsdeelname en diversiteit 2010'; | arbeidsdeelname en diversiteit 2010'; |
| Op voorstel van de minister vice-president van de Vlaamse regering en | Op voorstel van de minister vice-president van de Vlaamse regering en |
| Vlaamse minister van Werkgelegenheid en Toerisme; | Vlaamse minister van Werkgelegenheid en Toerisme; |
| Na beraadslaging, | Na beraadslaging, |
| Besluit : | Besluit : |
| HOOFDSTUK I. - Begrippen | HOOFDSTUK I. - Begrippen |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
| 1° de minister : de Vlaamse minister bevoegd voor werkgelegenheid; | 1° de minister : de Vlaamse minister bevoegd voor werkgelegenheid; |
| 2° de administratie : de administratie Werkgelegenheid van het | 2° de administratie : de administratie Werkgelegenheid van het |
| departement Economie, Werkgelegenheid, Binnenlandse Aangelegenheden en | departement Economie, Werkgelegenheid, Binnenlandse Aangelegenheden en |
| Landbouw van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap; | Landbouw van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap; |
| 3° STC : sub-regionaal tewerkstellingscomité zoals bedoeld bij artikel | 3° STC : sub-regionaal tewerkstellingscomité zoals bedoeld bij artikel |
| 6 van het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 1988 | 6 van het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 1988 |
| houdende organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding; | houdende organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding; |
| 4° BNCTO : Brussels Nederlands Comité voor Tewerkstelling en Opleiding | 4° BNCTO : Brussels Nederlands Comité voor Tewerkstelling en Opleiding |
| waarvan de opdracht, bevoegdheid en samenstelling worden geregeld op | waarvan de opdracht, bevoegdheid en samenstelling worden geregeld op |
| basis van het samenwerkingsakkoord van 4 april 1996 tussen de Vlaamse | basis van het samenwerkingsakkoord van 4 april 1996 tussen de Vlaamse |
| regering en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; | regering en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; |
| 5° STC-Coördinatieteam : het team zoals bedoeld bij artikel 20, §4 van | 5° STC-Coördinatieteam : het team zoals bedoeld bij artikel 20, §4 van |
| het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 1988 houdende | het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 1988 houdende |
| organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding; | organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding; |
| 6° allochtonen : legaal in België verblijvende burgers met een | 6° allochtonen : legaal in België verblijvende burgers met een |
| socio-culturele herkomst, teruggaand op een ander land, die al dan | socio-culturele herkomst, teruggaand op een ander land, die al dan |
| niet Belg geworden zijn en ofwel in het kader van gastarbeid en | niet Belg geworden zijn en ofwel in het kader van gastarbeid en |
| volgmigratie naar ons land gekomen zijn, ofwel het statuut van | volgmigratie naar ons land gekomen zijn, ofwel het statuut van |
| ontvankelijk verklaarde asielzoeker of van vluchteling hebben | ontvankelijk verklaarde asielzoeker of van vluchteling hebben |
| verkregen, ofwel door regularisatie recht op verblijf in België hebben | verkregen, ofwel door regularisatie recht op verblijf in België hebben |
| verworven, of elke als allochtoon geregistreerde persoon binnen de | verworven, of elke als allochtoon geregistreerde persoon binnen de |
| door het VESOC goedgekeurde registratiemethode; | door het VESOC goedgekeurde registratiemethode; |
| 7° arbeidsgehandicapten : personen met of een VFSIPH-nummer, en/of ten | 7° arbeidsgehandicapten : personen met of een VFSIPH-nummer, en/of ten |
| hoogste een diploma BuSO, en/of bij de VDAB ingeschreven staan als | hoogste een diploma BuSO, en/of bij de VDAB ingeschreven staan als |
| beperkt of zeer beperkt arbeidsgeschikt, of elke als | beperkt of zeer beperkt arbeidsgeschikt, of elke als |
| arbeidsgehandicapte geregistreerde persoon binnen een door het VESOC | arbeidsgehandicapte geregistreerde persoon binnen een door het VESOC |
| goedgekeurde registratiemethode; | goedgekeurde registratiemethode; |
| 8° ouder wordende werknemers en werkzoekenden : 45- tot 64- jarigen | 8° ouder wordende werknemers en werkzoekenden : 45- tot 64- jarigen |
| 9° laaggeschoolden : personen met maximaal een diploma van het lager | 9° laaggeschoolden : personen met maximaal een diploma van het lager |
| secundair onderwijs, of afgestudeerden van middenstandsopleidingen, of | secundair onderwijs, of afgestudeerden van middenstandsopleidingen, of |
| houders van een niet erkend buitenlands diploma; | houders van een niet erkend buitenlands diploma; |
| 10° kansengroepen : categorieën van personen waarbij de | 10° kansengroepen : categorieën van personen waarbij de |
| werkzaamheidsgraad, zijnde het procentueel aandeel van de personen uit | werkzaamheidsgraad, zijnde het procentueel aandeel van de personen uit |
| de betrokken categorie op beroepsactieve leeftijd (15-64 jaar) die | de betrokken categorie op beroepsactieve leeftijd (15-64 jaar) die |
| effectief werken, lager ligt dan het gemiddelde bij de totale Vlaamse | effectief werken, lager ligt dan het gemiddelde bij de totale Vlaamse |
| beroepsbevolking. | beroepsbevolking. |
| HOOFDSTUK II. - Algemeen | HOOFDSTUK II. - Algemeen |
Art. 2.Binnen de perken van de op de begroting goedgekeurde kredieten |
Art. 2.Binnen de perken van de op de begroting goedgekeurde kredieten |
| voor de uitvoering van het Vlaams impulsbeleid van evenredige | voor de uitvoering van het Vlaams impulsbeleid van evenredige |
| arbeidsdeelname en diversiteit, zoals overeengekomen tussen de Vlaamse | arbeidsdeelname en diversiteit, zoals overeengekomen tussen de Vlaamse |
| regering en de Vlaamse sociale partners, kunnen subsidies en | regering en de Vlaamse sociale partners, kunnen subsidies en |
| werkingsmiddelen worden toegekend aan de aanvragers die voldoen aan de | werkingsmiddelen worden toegekend aan de aanvragers die voldoen aan de |
| in hoofdstuk 3, 4 en 5 van dit besluit gestelde voorwaarden. | in hoofdstuk 3, 4 en 5 van dit besluit gestelde voorwaarden. |
| HOOFDSTUK III. - Ondersteuning bij het opstellen en uitvoeren van | HOOFDSTUK III. - Ondersteuning bij het opstellen en uitvoeren van |
| een diversiteitsplan in ondernemingen, (openbare) instellingen en | een diversiteitsplan in ondernemingen, (openbare) instellingen en |
| lokale besturen | lokale besturen |
Art. 3.De inhoud van een diversiteitsplan |
Art. 3.De inhoud van een diversiteitsplan |
| § 1. Een diversiteitsplan is een geheel van maatregelen en acties, met | § 1. Een diversiteitsplan is een geheel van maatregelen en acties, met |
| oog voor het managen van verschil, die op een planmatige manier direct | oog voor het managen van verschil, die op een planmatige manier direct |
| en indirect discriminerende drempels wegnemen en/of voorzieningen | en indirect discriminerende drempels wegnemen en/of voorzieningen |
| scheppen waardoor de verticale en horizontale mobiliteit van leden van | scheppen waardoor de verticale en horizontale mobiliteit van leden van |
| de kansengroepen op de bedrijfsinterne en -externe arbeidsmarkt worden | de kansengroepen op de bedrijfsinterne en -externe arbeidsmarkt worden |
| vergroot en hun voortijdige uitstroomkansen worden verminderd, met het | vergroot en hun voortijdige uitstroomkansen worden verminderd, met het |
| oog op hun evenredige en volwaardige participatie in alle afdelingen | oog op hun evenredige en volwaardige participatie in alle afdelingen |
| en functies van de organisatie, zonder evenwel de relevante | en functies van de organisatie, zonder evenwel de relevante |
| technisch-instrumentele functievereisten te verlagen. | technisch-instrumentele functievereisten te verlagen. |
| § 2. Onder planmatig werken wordt het hanteren van minimaal een | § 2. Onder planmatig werken wordt het hanteren van minimaal een |
| vierstappenaanpak verstaan, wat het volgende inhoudt : | vierstappenaanpak verstaan, wat het volgende inhoudt : |
| - probleemdefinitie aan de hand van een (niet limitatieve) | - probleemdefinitie aan de hand van een (niet limitatieve) |
| controlelijst; | controlelijst; |
| - het bepalen van de oorzaken van het probleem; | - het bepalen van de oorzaken van het probleem; |
| - het vastleggen van een oplossingsstrategie; | - het vastleggen van een oplossingsstrategie; |
| - het uitvoeren, evalueren en dissemineren van de gekozen aanpak. | - het uitvoeren, evalueren en dissemineren van de gekozen aanpak. |
| § 3. Onder verticale mobiliteit wordt de toegang tot en de | § 3. Onder verticale mobiliteit wordt de toegang tot en de |
| doorstroming of promotie binnen de arbeidsorganisatie verstaan. | doorstroming of promotie binnen de arbeidsorganisatie verstaan. |
| § 4. Onder horizontale mobiliteit wordt de mogelijkheid verstaan om op | § 4. Onder horizontale mobiliteit wordt de mogelijkheid verstaan om op |
| basis van kwalificaties binnen elke afdeling van een | basis van kwalificaties binnen elke afdeling van een |
| arbeidsorganisatie werkzaam te zijn zonder geconfronteerd te worden | arbeidsorganisatie werkzaam te zijn zonder geconfronteerd te worden |
| met enige vorm van directe of indirecte discriminatie, ongeacht | met enige vorm van directe of indirecte discriminatie, ongeacht |
| geslacht, zogenaamd ras, huidskleur, afstamming, nationale of etnische | geslacht, zogenaamd ras, huidskleur, afstamming, nationale of etnische |
| afkomst, seksuele geaardheid, burgerlijke stand, geboorte, fortuin, | afkomst, seksuele geaardheid, burgerlijke stand, geboorte, fortuin, |
| leeftijd, geloof of levensbeschouwing, huidige of toekomstige | leeftijd, geloof of levensbeschouwing, huidige of toekomstige |
| gezondheidstoestand, handicap of fysieke eigenschap. | gezondheidstoestand, handicap of fysieke eigenschap. |
| § 5. Onder indirecte discriminatie worden ogenschijnlijk neutrale | § 5. Onder indirecte discriminatie worden ogenschijnlijk neutrale |
| gedragingen, procedures en structuren verstaan die niet de bedoeling | gedragingen, procedures en structuren verstaan die niet de bedoeling |
| hebben om bepaalde individuen en/of groepen te discrimineren, maar die | hebben om bepaalde individuen en/of groepen te discrimineren, maar die |
| in hun uitwerking stelselmatig nadelig uitvallen voor bepaalde | in hun uitwerking stelselmatig nadelig uitvallen voor bepaalde |
| individuen en/of groepen, tenzij die gedragingen, procedures of | individuen en/of groepen, tenzij die gedragingen, procedures of |
| structuren gerechtvaardigd worden door een legitiem doel en de | structuren gerechtvaardigd worden door een legitiem doel en de |
| middelen voor het bereiken van dat doel passend en noodzakelijk zijn. | middelen voor het bereiken van dat doel passend en noodzakelijk zijn. |
| § 6. Het diversiteitsplan omvat één of meer van de volgende | § 6. Het diversiteitsplan omvat één of meer van de volgende |
| maatregelen en acties : doorlichten en optimaliseren van het selectie- | maatregelen en acties : doorlichten en optimaliseren van het selectie- |
| en wervingsbeleid; doorlichten en optimaliseren van het onthaalbeleid; | en wervingsbeleid; doorlichten en optimaliseren van het onthaalbeleid; |
| het organiseren van coaching en interne begeleiding voor nieuwe | het organiseren van coaching en interne begeleiding voor nieuwe |
| medewerkers uit de kansengroepen; het (laten) organiseren van | medewerkers uit de kansengroepen; het (laten) organiseren van |
| taalopleidingen, taalstages of cursussen Nederlands op de werkvloer; | taalopleidingen, taalstages of cursussen Nederlands op de werkvloer; |
| het (laten) organiseren van trainingen of opleidingen rond | het (laten) organiseren van trainingen of opleidingen rond |
| interculturele communicatie, het managen van verschillen, het | interculturele communicatie, het managen van verschillen, het |
| tegengaan van alledaags racisme op de werkvloer; het (laten) | tegengaan van alledaags racisme op de werkvloer; het (laten) |
| organiseren van opleidingen gericht op de horizontale of verticale | organiseren van opleidingen gericht op de horizontale of verticale |
| doorstroom van leden van de kansengroepen binnen de organisatie; het | doorstroom van leden van de kansengroepen binnen de organisatie; het |
| opzetten van nieuwe rekruteringskanalen, gekoppeld aan actieve | opzetten van nieuwe rekruteringskanalen, gekoppeld aan actieve |
| wervingsinspanningen gericht op leden van de kansengroepen; voorzien | wervingsinspanningen gericht op leden van de kansengroepen; voorzien |
| in begeleide, additionele stage- of werkervaringsplaatsen voor leden | in begeleide, additionele stage- of werkervaringsplaatsen voor leden |
| van de kansengroepen; functioneren als voorbeeldonderneming binnen een | van de kansengroepen; functioneren als voorbeeldonderneming binnen een |
| regio en/of sector; in samenhang met minstens één van de hiervoor | regio en/of sector; in samenhang met minstens één van de hiervoor |
| genoemde acties, voorzien in een (project)structuur voor het verbreden | genoemde acties, voorzien in een (project)structuur voor het verbreden |
| van het draagvlak en voor het opvolgen en sturen van het beleid van | van het draagvlak en voor het opvolgen en sturen van het beleid van |
| diversiteit en evenredige arbeidsdeelname. Daarbij wordt in elk | diversiteit en evenredige arbeidsdeelname. Daarbij wordt in elk |
| diversiteitsplan aandacht besteed aan (een combinatie van) drie | diversiteitsplan aandacht besteed aan (een combinatie van) drie |
| soorten acties : naast het aangeven van streefcijfers (« het openen | soorten acties : naast het aangeven van streefcijfers (« het openen |
| van deuren ») en acties rond (aspecten van) het waarderen van | van deuren ») en acties rond (aspecten van) het waarderen van |
| veranderende verschillen (« het openen van ogen ») bevat het | veranderende verschillen (« het openen van ogen ») bevat het |
| diversiteitsplan tevens aacties met het oog op het verankeren en | diversiteitsplan tevens aacties met het oog op het verankeren en |
| borgen van de resultaten van het diversiteitsplan (« het openen van | borgen van de resultaten van het diversiteitsplan (« het openen van |
| praktijken »). | praktijken »). |
| § 7. Ieder diversiteitsplan voorziet daarnaast in de begeleide afname | § 7. Ieder diversiteitsplan voorziet daarnaast in de begeleide afname |
| van de DIVA-audit in de loop van de laatste drie maanden van de | van de DIVA-audit in de loop van de laatste drie maanden van de |
| looptijd van het actieplan, met het oog op continuering van het | looptijd van het actieplan, met het oog op continuering van het |
| diversiteitsbeleid na afloop van de subsidieperiode. | diversiteitsbeleid na afloop van de subsidieperiode. |
| § 8. Het diversiteitsplan omvat concrete objectieven (aantallen of een | § 8. Het diversiteitsplan omvat concrete objectieven (aantallen of een |
| percentage personen) omtrent instroom, doorstroom of opleiding (o.a. | percentage personen) omtrent instroom, doorstroom of opleiding (o.a. |
| ter voorkoming van voortijdige uitstroom) van leden van de | ter voorkoming van voortijdige uitstroom) van leden van de |
| kansengroepen. | kansengroepen. |
| § 9. In elk diversiteitsplan worden een nulmeting van het | § 9. In elk diversiteitsplan worden een nulmeting van het |
| personeelsbestand en de registratie van allochtonen volgens de door | personeelsbestand en de registratie van allochtonen volgens de door |
| het VESOC goedgekeurde registratiemethode doorgevoerd. | het VESOC goedgekeurde registratiemethode doorgevoerd. |
| § 10. In organisaties met meer dan vijftig werknemers wordt het | § 10. In organisaties met meer dan vijftig werknemers wordt het |
| diversiteitsplan begeleid door een interne werkgroep met minstens één | diversiteitsplan begeleid door een interne werkgroep met minstens één |
| vertegenwoordiger van de directie of het management, minstens één | vertegenwoordiger van de directie of het management, minstens één |
| vertegenwoordiger van de directe leidinggevenden en minstens één | vertegenwoordiger van de directe leidinggevenden en minstens één |
| vertegenwoordiger van de werknemersafgevaardigden. | vertegenwoordiger van de werknemersafgevaardigden. |
Art. 4.De begunstigden |
Art. 4.De begunstigden |
| § 1. Begunstigden zijn ondernemingen,(openbare) instellingen, andere | § 1. Begunstigden zijn ondernemingen,(openbare) instellingen, andere |
| arbeidsorganisaties uit de profit en non-profit sector. Daarbij wordt | arbeidsorganisaties uit de profit en non-profit sector. Daarbij wordt |
| gestreefd naar een evenwicht tussen profit en non-profit, waarbij de | gestreefd naar een evenwicht tussen profit en non-profit, waarbij de |
| klemtoon ligt op de profitsector zonder evenwel de engagementen rond | klemtoon ligt op de profitsector zonder evenwel de engagementen rond |
| diversiteit uit de afgesloten sectorconvenants te hypothekeren. | diversiteit uit de afgesloten sectorconvenants te hypothekeren. |
| § 2. Ook maximum zevenentwintig lokale besturen komen voor een | § 2. Ook maximum zevenentwintig lokale besturen komen voor een |
| gesubsidieerd diversiteitsplan in aanmerking. Daarbij komen ook lokale | gesubsidieerd diversiteitsplan in aanmerking. Daarbij komen ook lokale |
| besturen in aanmerking die in het verleden bewezen inspanningen hebben | besturen in aanmerking die in het verleden bewezen inspanningen hebben |
| geleverd rond evenredige arbeidsdeelname en diversiteit en/of | geleverd rond evenredige arbeidsdeelname en diversiteit en/of |
| participeren aan het diversiteitsproject van « VVSG Oud is niet out | participeren aan het diversiteitsproject van « VVSG Oud is niet out |
| maar goud ». | maar goud ». |
Art. 5.De subsidievoorwaarden |
Art. 5.De subsidievoorwaarden |
| § 1. De aanvragers, zoals bedoeld in artikel 4 en onder de voorwaarden | § 1. De aanvragers, zoals bedoeld in artikel 4 en onder de voorwaarden |
| van artikel 3, dienen | van artikel 3, dienen |
| - zich te engageren tot een continuering van het beleid van | - zich te engageren tot een continuering van het beleid van |
| diversiteit en evenredige arbeidsdeelname na de subsidieperiode | diversiteit en evenredige arbeidsdeelname na de subsidieperiode |
| - een diversiteitsplan voor te leggen, geadviseerd door het STC van | - een diversiteitsplan voor te leggen, geadviseerd door het STC van |
| hun regio | hun regio |
| - in cofinanciering te voorzien. | - in cofinanciering te voorzien. |
| § 2. De aanvragers hebben nog geen subsidie ontvangen voor een | § 2. De aanvragers hebben nog geen subsidie ontvangen voor een |
| positieve actieplan allochtonen, voor een actieplan « Evenredige | positieve actieplan allochtonen, voor een actieplan « Evenredige |
| arbeidsdeelname en diversiteit », voor een diversiteitsplan, voor een | arbeidsdeelname en diversiteit », voor een diversiteitsplan, voor een |
| TRIVISI-leerproject of voor een Zilverpasplan. | TRIVISI-leerproject of voor een Zilverpasplan. |
| § 3. De aanvragers dienen een aanvraag in bij het bevoegde STC of bij | § 3. De aanvragers dienen een aanvraag in bij het bevoegde STC of bij |
| de administratie Werkgelegenheid, die in dat geval de aanvraag | de administratie Werkgelegenheid, die in dat geval de aanvraag |
| overmaakt aan het betrokken STC. Het STC beoordeelt de aanvraag en | overmaakt aan het betrokken STC. Het STC beoordeelt de aanvraag en |
| maakt zijn advies over aan de administratie binnen de dertig dagen na | maakt zijn advies over aan de administratie binnen de dertig dagen na |
| ontvangst van de aanvraag en uiterlijk op 17 oktober 2003. De | ontvangst van de aanvraag en uiterlijk op 17 oktober 2003. De |
| administratie beoordeelt eveneens de aanvraag binnen de veertien dagen | administratie beoordeelt eveneens de aanvraag binnen de veertien dagen |
| na ontvangst. Beide adviezen worden via de administratie aan de | na ontvangst. Beide adviezen worden via de administratie aan de |
| minister overgemaakt. De minister beslist over de toekenning van de | minister overgemaakt. De minister beslist over de toekenning van de |
| subsidie, waarbij minstens één positief advies als voorwaarde geldt | subsidie, waarbij minstens één positief advies als voorwaarde geldt |
| voor een goedkeuring. De administratie Werkgelegenheid stelt een | voor een goedkeuring. De administratie Werkgelegenheid stelt een |
| standaard aanvraagformulier ter beschikking. | standaard aanvraagformulier ter beschikking. |
| § 4. Voor de aanvragers die niet onder één STC ressorteren verloopt de | § 4. Voor de aanvragers die niet onder één STC ressorteren verloopt de |
| procedure als volgt. Ze dienen een aanvraag in bij de administratie | procedure als volgt. Ze dienen een aanvraag in bij de administratie |
| Werkgelegenheid. De administratie legt het dossier ter advies voor aan | Werkgelegenheid. De administratie legt het dossier ter advies voor aan |
| de vertegenwoordigers van de sociale partners en maakt dit advies, | de vertegenwoordigers van de sociale partners en maakt dit advies, |
| samen met het advies van de administratie, ten laatste binnen de | samen met het advies van de administratie, ten laatste binnen de |
| dertig dagen na ontvangst en uiterlijk op 31 oktober 2003 over aan de | dertig dagen na ontvangst en uiterlijk op 31 oktober 2003 over aan de |
| minister. De minister beslist over de toekenning van de subsidie, | minister. De minister beslist over de toekenning van de subsidie, |
| waarbij minstens één positief advies als voorwaarde geldt voor een | waarbij minstens één positief advies als voorwaarde geldt voor een |
| goedkeuring. | goedkeuring. |
| § 5. Een diversiteitsplan heeft een looptijd van minimum 6 en maximum | § 5. Een diversiteitsplan heeft een looptijd van minimum 6 en maximum |
| 24 maanden. Diversiteitsplannen met een looptijd van meer dan zes | 24 maanden. Diversiteitsplannen met een looptijd van meer dan zes |
| maanden maken uiterlijk één maand na het verstrijken van de helft van | maanden maken uiterlijk één maand na het verstrijken van de helft van |
| de looptijd een tussentijds rapport over aan de administratie | de looptijd een tussentijds rapport over aan de administratie |
| Werkgelegenheid, met kopie aan het STC van de regio, over de globale | Werkgelegenheid, met kopie aan het STC van de regio, over de globale |
| uitvoering van het plan, de stand van zaken en de knelpunten. Dit | uitvoering van het plan, de stand van zaken en de knelpunten. Dit |
| tussentijdse verslag maakt ook melding van de wijze waarop het | tussentijdse verslag maakt ook melding van de wijze waarop het |
| personeel en/of hun vertegenwoordigers betrokken werden en worden bij | personeel en/of hun vertegenwoordigers betrokken werden en worden bij |
| de ontwikkeling en uitvoering van het diversiteitsplan. De | de ontwikkeling en uitvoering van het diversiteitsplan. De |
| administratie stelt voor de tussentijdse rapportage een | administratie stelt voor de tussentijdse rapportage een |
| standaardformulier ter beschikking. De administratie maakt een | standaardformulier ter beschikking. De administratie maakt een |
| samenvattende tussentijdse rapportering over aan de minister. | samenvattende tussentijdse rapportering over aan de minister. |
| § 6. Op basis van een inhoudelijk eindrapport, een financieel | § 6. Op basis van een inhoudelijk eindrapport, een financieel |
| verantwoordingsrapport en een advies door het STC wordt de toegekende | verantwoordingsrapport en een advies door het STC wordt de toegekende |
| subsidie na afloop van de actie daadwerkelijk toegekend. Het | subsidie na afloop van de actie daadwerkelijk toegekend. Het |
| eindrapport wordt uiterlijk twee maanden na het aflopen van de | eindrapport wordt uiterlijk twee maanden na het aflopen van de |
| subsidieperiode aan de administratie Werkgelegenheid overgemaakt. De | subsidieperiode aan de administratie Werkgelegenheid overgemaakt. De |
| administratie stelt voor deze eindrapportage een standaardformulier | administratie stelt voor deze eindrapportage een standaardformulier |
| ter beschikking. | ter beschikking. |
| § 7. Ingeval een subsidie wordt toegekend, heeft de aanvrager recht op | § 7. Ingeval een subsidie wordt toegekend, heeft de aanvrager recht op |
| een tussenkomst van 2/3 in de gedane uitgaven met betrekking tot het | een tussenkomst van 2/3 in de gedane uitgaven met betrekking tot het |
| diversiteitsplan, met een maximum van 10.000 EUR. Voor financiering | diversiteitsplan, met een maximum van 10.000 EUR. Voor financiering |
| komen loonkosten en werkingsmiddelen ter uitvoering van het actieplan | komen loonkosten en werkingsmiddelen ter uitvoering van het actieplan |
| in aanmerking. Enkel de kosten die voortvloeien uit de voorbereiding | in aanmerking. Enkel de kosten die voortvloeien uit de voorbereiding |
| en uitvoering van de specifieke acties voorzien in het | en uitvoering van de specifieke acties voorzien in het |
| diversiteitsplan komen voor subsidie in aanmerking. Komen derhalve | diversiteitsplan komen voor subsidie in aanmerking. Komen derhalve |
| niet in aanmerking voor subsidie : | niet in aanmerking voor subsidie : |
| - de loutere inschakeling van leden van de kansengroepen in het | - de loutere inschakeling van leden van de kansengroepen in het |
| productieproces; de subsidie kan niet aangewend worden als | productieproces; de subsidie kan niet aangewend worden als |
| inschakelingpremie; | inschakelingpremie; |
| - de aanschaf van algemene investeringsgoederen; | - de aanschaf van algemene investeringsgoederen; |
| - algemene technische opleidingen voor het personeel. | - algemene technische opleidingen voor het personeel. |
| § 8. Alle kosten dienen bewezen te worden, en de subsidie kan in geen | § 8. Alle kosten dienen bewezen te worden, en de subsidie kan in geen |
| geval gecumuleerd worden met een andere betoelaging voor dezelfde | geval gecumuleerd worden met een andere betoelaging voor dezelfde |
| loonkosten en werkingsmiddelen. Als voorwaarde voor betaling van de | loonkosten en werkingsmiddelen. Als voorwaarde voor betaling van de |
| subsidie geldt tevens dat aangegeven is op welke wijze de werknemers | subsidie geldt tevens dat aangegeven is op welke wijze de werknemers |
| via de geëigende kanalen geïnformeerd en betrokken zijn bij de opmaak | via de geëigende kanalen geïnformeerd en betrokken zijn bij de opmaak |
| en uitvoering van het diversiteitsplan. | en uitvoering van het diversiteitsplan. |
| § 9. Het objectief op Vlaams niveau is voor 2003 bepaald op 270 nieuwe | § 9. Het objectief op Vlaams niveau is voor 2003 bepaald op 270 nieuwe |
| diversiteitsplannen, met een minimumobjectief van 15 in hun uitvoering | diversiteitsplannen, met een minimumobjectief van 15 in hun uitvoering |
| begeleide diversiteitsplannen per STC. Voor de realisatie van dit | begeleide diversiteitsplannen per STC. Voor de realisatie van dit |
| objectief wordt als richtbedrag 2.700.000 EUR voorzien. Mocht dit | objectief wordt als richtbedrag 2.700.000 EUR voorzien. Mocht dit |
| bedrag op 31 oktober 2003 niet uitgeput zijn, dan kan het worden | bedrag op 31 oktober 2003 niet uitgeput zijn, dan kan het worden |
| aangewend voor een van de andere in dit besluit voorziene acties. Bij | aangewend voor een van de andere in dit besluit voorziene acties. Bij |
| dreigende overschrijding van het richtbedrag voor diversiteitsplannen, | dreigende overschrijding van het richtbedrag voor diversiteitsplannen, |
| bekijkt de administratie de stand van zaken bij de andere acties die | bekijkt de administratie de stand van zaken bij de andere acties die |
| in dit besluit voorzien worden. Wanneer uit de stand van uitvoering | in dit besluit voorzien worden. Wanneer uit de stand van uitvoering |
| van de andere acties blijkt dat het totaal beschikbare bedrag dreigt | van de andere acties blijkt dat het totaal beschikbare bedrag dreigt |
| overschreden te worden, dan stelt de administratie in overleg met de | overschreden te worden, dan stelt de administratie in overleg met de |
| sociale partners een gemotiveerde rangorde op van de 15 laatst | sociale partners een gemotiveerde rangorde op van de 15 laatst |
| ingediende subsidieaanvragen voor een diversiteitsplan. | ingediende subsidieaanvragen voor een diversiteitsplan. |
| HOOFDSTUK IV. - Ondersteuning bij het opstellen en uitvoeren van een | HOOFDSTUK IV. - Ondersteuning bij het opstellen en uitvoeren van een |
| beste praktijk in ondernemingen en instellingen | beste praktijk in ondernemingen en instellingen |
Art. 6.De inhoud van een beste praktijk |
Art. 6.De inhoud van een beste praktijk |
| § 1. Ter verdieping van het beleid van evenredige arbeidsdeelname en | § 1. Ter verdieping van het beleid van evenredige arbeidsdeelname en |
| diversiteitsmanagement binnen organisaties, worden « beste praktijken | diversiteitsmanagement binnen organisaties, worden « beste praktijken |
| » ontwikkeld in een aantal ondernemingen en instellingen. Om | » ontwikkeld in een aantal ondernemingen en instellingen. Om |
| weerhouden te worden als « beste praktijk » moet de onderneming, de | weerhouden te worden als « beste praktijk » moet de onderneming, de |
| (openbare) instelling of het lokaal bestuur worden voorgedragen door | (openbare) instelling of het lokaal bestuur worden voorgedragen door |
| een STC, door een sector of door de administratie Werkgelegenheid. Om | een STC, door een sector of door de administratie Werkgelegenheid. Om |
| voorgedragen te kunnen worden moet het gaan om een organisatie die een | voorgedragen te kunnen worden moet het gaan om een organisatie die een |
| excellent diversiteitsplan (of een TRIVISI-leerproject, of een | excellent diversiteitsplan (of een TRIVISI-leerproject, of een |
| positieve actieplan, of een Zilverpasplan) heeft afgerond, een sterk | positieve actieplan, of een Zilverpasplan) heeft afgerond, een sterk |
| geïntegreerde aanpak ontwikkelt op basis van een langetermijnvisie, | geïntegreerde aanpak ontwikkelt op basis van een langetermijnvisie, |
| met een goede mix van acties en een sterke betrokkenheid van de | met een goede mix van acties en een sterke betrokkenheid van de |
| medewerkers en hun afgevaardigden. | medewerkers en hun afgevaardigden. |
| § 2. De onderneming, instelling of het lokale bestuur dat « een beste | § 2. De onderneming, instelling of het lokale bestuur dat « een beste |
| praktijk » ontwikkelt, voldoet verder aan de volgende voorwaarden : | praktijk » ontwikkelt, voldoet verder aan de volgende voorwaarden : |
| 1° een actieplan hebben opgestart in het kader van één van de vorige | 1° een actieplan hebben opgestart in het kader van één van de vorige |
| VESOC-actieplannen voor kansengroepen, of in het verleden bewezen | VESOC-actieplannen voor kansengroepen, of in het verleden bewezen |
| inspanningen hebben geleverd rond gelijke kansen voor mannen en | inspanningen hebben geleverd rond gelijke kansen voor mannen en |
| vrouwen of voor de integratie in de onderneming van | vrouwen of voor de integratie in de onderneming van |
| arbeidsgehandicapten, allochtonen of oudere werknemers; | arbeidsgehandicapten, allochtonen of oudere werknemers; |
| 2° haar ervaringen bekend maken en functioneren als | 2° haar ervaringen bekend maken en functioneren als |
| voorbeeldonderneming binnen een regio en/of sector, en actief gebruik | voorbeeldonderneming binnen een regio en/of sector, en actief gebruik |
| maken van (onderdelen van) de TRIVISI-producten; | maken van (onderdelen van) de TRIVISI-producten; |
| 3° een diversiteitsplan opstellen dat voldoet aan alle voorwaarden | 3° een diversiteitsplan opstellen dat voldoet aan alle voorwaarden |
| gesteld onder de artikelen 3, 4 en 5 van dit besluit, met uitzondering | gesteld onder de artikelen 3, 4 en 5 van dit besluit, met uitzondering |
| van de voorwaarde onder artikel 5, § 2; | van de voorwaarde onder artikel 5, § 2; |
| 4° het diversiteitsplan omvat daarnaast één of meerdere van de | 4° het diversiteitsplan omvat daarnaast één of meerdere van de |
| volgende acties : | volgende acties : |
| - optreden als peterbedrijf voor minstens één andere onderneming (die | - optreden als peterbedrijf voor minstens één andere onderneming (die |
| niet behoort tot de eigen juridische of economische bedrijfseenheid) | niet behoort tot de eigen juridische of economische bedrijfseenheid) |
| die een beleid van diversiteit en evenredige arbeidsdeelname opstart; | die een beleid van diversiteit en evenredige arbeidsdeelname opstart; |
| - experimenteerruimte bieden voor het uittesten van nieuwe methodieken | - experimenteerruimte bieden voor het uittesten van nieuwe methodieken |
| of trainingspakketten die de integratie van leden van de kansengroepen | of trainingspakketten die de integratie van leden van de kansengroepen |
| binnen de onderneming bevorderen; | binnen de onderneming bevorderen; |
| - meewerken aan de ontwikkeling of de verfijning van nieuwe | - meewerken aan de ontwikkeling of de verfijning van nieuwe |
| methodieken of acties, inzonderheid voor de verdere concretisering van | methodieken of acties, inzonderheid voor de verdere concretisering van |
| de TRIVISI-producten; | de TRIVISI-producten; |
| - zelf minstens twee andere ondernemingen of organisaties aanbrengen | - zelf minstens twee andere ondernemingen of organisaties aanbrengen |
| die een diversiteitsplan opstarten; | die een diversiteitsplan opstarten; |
| 5° de « beste praktijk » richt zich op een geïntegreerde wijze tot | 5° de « beste praktijk » richt zich op een geïntegreerde wijze tot |
| meerdere kansengroepen. | meerdere kansengroepen. |
Art. 7.De begunstigden |
Art. 7.De begunstigden |
| § 1. Begunstigden zijn ondernemingen,(openbare) instellingen, andere | § 1. Begunstigden zijn ondernemingen,(openbare) instellingen, andere |
| arbeidsorganisaties uit de profit en non-profit sector. Daarbij wordt | arbeidsorganisaties uit de profit en non-profit sector. Daarbij wordt |
| gestreefd naar een evenwicht tussen profit en non-profit, waarbij de | gestreefd naar een evenwicht tussen profit en non-profit, waarbij de |
| klemtoon ligt op de profitsector zonder evenwel de engagementen rond | klemtoon ligt op de profitsector zonder evenwel de engagementen rond |
| diversiteit uit de afgesloten sectorconvenants te hypothekeren. | diversiteit uit de afgesloten sectorconvenants te hypothekeren. |
| § 2.Ook maximum drie lokale besturen komen voor een gesubsidieerde « | § 2.Ook maximum drie lokale besturen komen voor een gesubsidieerde « |
| beste praktijk » in aanmerking. Daarbij komen ook lokale besturen in | beste praktijk » in aanmerking. Daarbij komen ook lokale besturen in |
| aanmerking die participeren aan het diversiteitsproject van VVSG « Oud | aanmerking die participeren aan het diversiteitsproject van VVSG « Oud |
| is niet out maar goud ». | is niet out maar goud ». |
Art. 8.De subsidievoorwaarden |
Art. 8.De subsidievoorwaarden |
| § 1. De aanvragers, zoals bedoeld in artikel 7 en onder de voorwaarden | § 1. De aanvragers, zoals bedoeld in artikel 7 en onder de voorwaarden |
| van artikel 6, dienen | van artikel 6, dienen |
| - zich te engageren tot een continuering van het beleid van | - zich te engageren tot een continuering van het beleid van |
| diversiteit en evenredige arbeidsdeelname na de subsidieperiode | diversiteit en evenredige arbeidsdeelname na de subsidieperiode |
| - een diversiteitsplan voor te leggen, geadviseerd door het STC van | - een diversiteitsplan voor te leggen, geadviseerd door het STC van |
| hun regio | hun regio |
| - in cofinanciering te voorzien. | - in cofinanciering te voorzien. |
| § 2. De aanvragers dienen een aanvraag in bij het bevoegde STC of bij | § 2. De aanvragers dienen een aanvraag in bij het bevoegde STC of bij |
| de administratie Werkgelegenheid, die in dat geval de aanvraag | de administratie Werkgelegenheid, die in dat geval de aanvraag |
| overmaakt aan het betrokken STC. Het STC beoordeelt de aanvraag en | overmaakt aan het betrokken STC. Het STC beoordeelt de aanvraag en |
| maakt zijn advies over aan de administratie binnen de dertig dagen na | maakt zijn advies over aan de administratie binnen de dertig dagen na |
| ontvangst van de aanvraag en uiterlijk op 17 oktober 2003. De | ontvangst van de aanvraag en uiterlijk op 17 oktober 2003. De |
| administratie beoordeelt eveneens de aanvraag binnen de veertien dagen | administratie beoordeelt eveneens de aanvraag binnen de veertien dagen |
| na ontvangst. Beide adviezen worden via de administratie aan de | na ontvangst. Beide adviezen worden via de administratie aan de |
| minister overgemaakt. De minister beslist over de toekenning van de | minister overgemaakt. De minister beslist over de toekenning van de |
| subsidie, waarbij minstens één positief advies als voorwaarde geldt | subsidie, waarbij minstens één positief advies als voorwaarde geldt |
| voor een goedkeuring. | voor een goedkeuring. |
| § 3. Voor de aanvragers die niet onder één STC ressorteren verloopt de | § 3. Voor de aanvragers die niet onder één STC ressorteren verloopt de |
| procedure als volgt. Ze dienen een aanvraag in bij de administratie | procedure als volgt. Ze dienen een aanvraag in bij de administratie |
| Werkgelegenheid. De administratie legt het dossier ter advies voor aan | Werkgelegenheid. De administratie legt het dossier ter advies voor aan |
| de vertegenwoordigers van de sociale partners en maakt dit advies, | de vertegenwoordigers van de sociale partners en maakt dit advies, |
| samen met het advies van de administratie over aan de minister, ten | samen met het advies van de administratie over aan de minister, ten |
| laatste binnen de dertig dagen na ontvangst en uiterlijk op 31 oktober | laatste binnen de dertig dagen na ontvangst en uiterlijk op 31 oktober |
| 2003. De minister beslist over de toekenning van de subsidie, waarbij | 2003. De minister beslist over de toekenning van de subsidie, waarbij |
| minstens één positief advies als voorwaarde geldt voor een | minstens één positief advies als voorwaarde geldt voor een |
| goedkeuring. | goedkeuring. |
| § 4. Een « beste praktijk » heeft een looptijd van minimum 6 en | § 4. Een « beste praktijk » heeft een looptijd van minimum 6 en |
| maximum 24 maanden. Beste praktijken met een looptijd van meer dan zes | maximum 24 maanden. Beste praktijken met een looptijd van meer dan zes |
| maanden maken uiterlijk één maand na het verstrijken van de helft van | maanden maken uiterlijk één maand na het verstrijken van de helft van |
| de looptijd een tussentijds rapport over aan de administratie | de looptijd een tussentijds rapport over aan de administratie |
| Werkgelegenheid, met kopie aan het STC van de regio, over de globale | Werkgelegenheid, met kopie aan het STC van de regio, over de globale |
| uitvoering van het plan, de stand van zaken en de knelpunten. Dit | uitvoering van het plan, de stand van zaken en de knelpunten. Dit |
| tussentijdse verslag maakt ook melding van de wijze waarop het | tussentijdse verslag maakt ook melding van de wijze waarop het |
| personeel en/of hun vertegenwoordigers betrokken werden en worden bij | personeel en/of hun vertegenwoordigers betrokken werden en worden bij |
| de ontwikkeling en uitvoering van de « beste praktijk ». De | de ontwikkeling en uitvoering van de « beste praktijk ». De |
| administratie stelt voor de tussentijdse rapportage een | administratie stelt voor de tussentijdse rapportage een |
| standaardformulier ter beschikking. De administratie maakt een | standaardformulier ter beschikking. De administratie maakt een |
| samenvattende tussentijdse rapportering over aan de minister. | samenvattende tussentijdse rapportering over aan de minister. |
| § 5. Op basis van een inhoudelijk eindrapport, een financieel | § 5. Op basis van een inhoudelijk eindrapport, een financieel |
| verantwoordingsrapport en een advies door het STC wordt de toegekende | verantwoordingsrapport en een advies door het STC wordt de toegekende |
| subsidie na afloop van de actie daadwerkelijk toegekend. Het | subsidie na afloop van de actie daadwerkelijk toegekend. Het |
| eindrapport wordt uiterlijk twee maanden na het aflopen van de | eindrapport wordt uiterlijk twee maanden na het aflopen van de |
| subsidieperiode aan de administratie Werkgelegenheid overgemaakt. De | subsidieperiode aan de administratie Werkgelegenheid overgemaakt. De |
| administratie stelt voor deze eindrapportage een standaardformulier | administratie stelt voor deze eindrapportage een standaardformulier |
| ter beschikking. | ter beschikking. |
| § 6. Ingeval een subsidie wordt toegekend, heeft de aanvrager recht op | § 6. Ingeval een subsidie wordt toegekend, heeft de aanvrager recht op |
| een tussenkomst van 2/3 in de gedane uitgaven met betrekking tot de | een tussenkomst van 2/3 in de gedane uitgaven met betrekking tot de |
| beste praktijk, met een maximum van 10.000 EUR. Voor financiering | beste praktijk, met een maximum van 10.000 EUR. Voor financiering |
| komen loonkosten en werkingsmiddelen ter uitvoering van de beste | komen loonkosten en werkingsmiddelen ter uitvoering van de beste |
| praktijk in aanmerking. Enkel de kosten die voortvloeien uit de | praktijk in aanmerking. Enkel de kosten die voortvloeien uit de |
| voorbereiding en uitvoering van de specifieke acties voorzien in de | voorbereiding en uitvoering van de specifieke acties voorzien in de |
| beste praktijk komen voor subsidie in aanmerking. Komen derhalve niet | beste praktijk komen voor subsidie in aanmerking. Komen derhalve niet |
| in aanmerking voor subsidie : | in aanmerking voor subsidie : |
| - de loutere inschakeling van leden van de kansengroepen in het | - de loutere inschakeling van leden van de kansengroepen in het |
| productieproces; de subsidie kan niet aangewend worden als | productieproces; de subsidie kan niet aangewend worden als |
| inschakelingpremie; | inschakelingpremie; |
| - de aanschaf van algemene investeringsgoederen; | - de aanschaf van algemene investeringsgoederen; |
| - algemene technische opleidingen voor het personeel. | - algemene technische opleidingen voor het personeel. |
| § 7. Alle kosten dienen bewezen te worden, en de subsidie kan in geen | § 7. Alle kosten dienen bewezen te worden, en de subsidie kan in geen |
| geval gecumuleerd worden met een andere betoelaging voor dezelfde | geval gecumuleerd worden met een andere betoelaging voor dezelfde |
| loonkosten en werkingsmiddelen. Als voorwaarde voor betaling van de | loonkosten en werkingsmiddelen. Als voorwaarde voor betaling van de |
| subsidie geldt tevens dat aangegeven is op welke wijze de werknemers | subsidie geldt tevens dat aangegeven is op welke wijze de werknemers |
| via de geëigende kanalen geïnformeerd en betrokken zijn bij de opmaak | via de geëigende kanalen geïnformeerd en betrokken zijn bij de opmaak |
| en uitvoering van de beste praktijk. | en uitvoering van de beste praktijk. |
| § 8. Het objectief op Vlaams niveau is voor 2003 bepaald op dertig | § 8. Het objectief op Vlaams niveau is voor 2003 bepaald op dertig |
| nieuwe beste praktijken. Voor de realisatie van dit objectief wordt | nieuwe beste praktijken. Voor de realisatie van dit objectief wordt |
| als richtbedrag 300.000 EUR voorzien. Mocht dit bedrag op 31 oktober | als richtbedrag 300.000 EUR voorzien. Mocht dit bedrag op 31 oktober |
| 2003 niet uitgeput zijn, dan kan het worden aangewend voor een van de | 2003 niet uitgeput zijn, dan kan het worden aangewend voor een van de |
| andere in dit besluit voorziene acties. Bij dreigende overschrijding | andere in dit besluit voorziene acties. Bij dreigende overschrijding |
| van het richtbedrag voor « beste praktijken », bekijkt de | van het richtbedrag voor « beste praktijken », bekijkt de |
| administratie de stand van zaken bij de andere acties die in dit | administratie de stand van zaken bij de andere acties die in dit |
| besluit voorzien worden. Wanneer uit de stand van uitvoering van de | besluit voorzien worden. Wanneer uit de stand van uitvoering van de |
| andere acties blijkt dat het totaal beschikbare bedrag dreigt | andere acties blijkt dat het totaal beschikbare bedrag dreigt |
| overschreden te worden, dan stelt de administratie in overleg met de | overschreden te worden, dan stelt de administratie in overleg met de |
| sociale partners een gemotiveerde rangorde op van de 5 laatst | sociale partners een gemotiveerde rangorde op van de 5 laatst |
| ingediende subsidieaanvragen voor een « beste praktijk ». | ingediende subsidieaanvragen voor een « beste praktijk ». |
| HOOFDSTUK V. - Ondersteuning bij het opstarten en uitvoeren van een | HOOFDSTUK V. - Ondersteuning bij het opstarten en uitvoeren van een |
| diversiteitsproject | diversiteitsproject |
Art. 9.De inhoud van diversiteitsprojecten |
Art. 9.De inhoud van diversiteitsprojecten |
| § 1. Diversiteitsprojecten dienen ter ondersteuning van de structurele | § 1. Diversiteitsprojecten dienen ter ondersteuning van de structurele |
| projecten in uitvoering van de gemeenschappelijke platformtekst van 3 | projecten in uitvoering van de gemeenschappelijke platformtekst van 3 |
| december 2002 en van de acties in de ondernemingen, instellingen, | december 2002 en van de acties in de ondernemingen, instellingen, |
| lokale besturen en sectoren. Ze hebben een meer experimenteel en/of | lokale besturen en sectoren. Ze hebben een meer experimenteel en/of |
| innoverend karakter, moeten snel kunnen inspelen op gesignaleerde | innoverend karakter, moeten snel kunnen inspelen op gesignaleerde |
| noden, en één van hun componenten is steeds methodiekontwikkeling (of | noden, en één van hun componenten is steeds methodiekontwikkeling (of |
| -verfijning) of ervaringsuitwisseling. Ze situeren zich binnen | -verfijning) of ervaringsuitwisseling. Ze situeren zich binnen |
| prioritaire actieterreinen en acties die aangegeven worden in de §§ | prioritaire actieterreinen en acties die aangegeven worden in de §§ |
| 2-4 van dit artikel. | 2-4 van dit artikel. |
| § 2. Actieterrein « Ondersteuning uitvoering decreet evenredige | § 2. Actieterrein « Ondersteuning uitvoering decreet evenredige |
| participatie op de arbeidsmarkt ». | participatie op de arbeidsmarkt ». |
| Prioritaire acties zijn : | Prioritaire acties zijn : |
| - versterking van de voorbeeldfunctie van de overheid o.m. door | - versterking van de voorbeeldfunctie van de overheid o.m. door |
| concretisering op administratie- en VOI-niveau van het positieve | concretisering op administratie- en VOI-niveau van het positieve |
| actieplan van het MVG voor allochtonen en arbeidsgehandicapten, door | actieplan van het MVG voor allochtonen en arbeidsgehandicapten, door |
| het ontwikkelen van aangepast vormings-, trainings- en | het ontwikkelen van aangepast vormings-, trainings- en |
| sensibilisatiemateriaal, door doorlichting en optimalisering van de | sensibilisatiemateriaal, door doorlichting en optimalisering van de |
| selectie-, wervings- en onthaalprocedure (met klemtoon op screening | selectie-, wervings- en onthaalprocedure (met klemtoon op screening |
| van de gebruikte tests op (culturele) bias), door instroomacties bij | van de gebruikte tests op (culturele) bias), door instroomacties bij |
| lokale besturen i.s.m. intermediairs | lokale besturen i.s.m. intermediairs |
| - versterken van de rol van de intermediairs in het beleid van | - versterken van de rol van de intermediairs in het beleid van |
| evenredige arbeidsdeelname onder meer door het ontwikkelen van | evenredige arbeidsdeelname onder meer door het ontwikkelen van |
| aangepaste instrumenten (brochures, vormings- en trainingspakketten) | aangepaste instrumenten (brochures, vormings- en trainingspakketten) |
| § 3. Actieterrein « Vorming en training ». | § 3. Actieterrein « Vorming en training ». |
| Prioritaire acties zijn : | Prioritaire acties zijn : |
| - ontwikkeling van een « Draaiboek Diversiteitsplannen » | - ontwikkeling van een « Draaiboek Diversiteitsplannen » |
| - verdere concretisering van de producten van de « | - verdere concretisering van de producten van de « |
| TRIVISI-pioniersgroep « Diversiteit » en verdere invulling van blinde | TRIVISI-pioniersgroep « Diversiteit » en verdere invulling van blinde |
| vlekken in het opleidingsaanbod | vlekken in het opleidingsaanbod |
| - methodiekontwikkeling rond de raakpunten tussen het beleid van | - methodiekontwikkeling rond de raakpunten tussen het beleid van |
| evenredige arbeidsdeelname en diversiteit enerzijds, en het | evenredige arbeidsdeelname en diversiteit enerzijds, en het |
| cultuurbeleid anderzijds, in één pilootproject rond een | cultuurbeleid anderzijds, in één pilootproject rond een |
| praktijkgerichte alternerende opleiding voor vijf allochtone | praktijkgerichte alternerende opleiding voor vijf allochtone |
| cultuurfunctionarissen | cultuurfunctionarissen |
| - met het ontwikkelde en in ontwikkeling zijnde materiaal een | - met het ontwikkelde en in ontwikkeling zijnde materiaal een |
| aangepast en behoeftedekkkend aanbod voor regio's en sectoren | aangepast en behoeftedekkkend aanbod voor regio's en sectoren |
| ontwikkelen | ontwikkelen |
| - vorming rond de DIVA-audit | - vorming rond de DIVA-audit |
| § 4. Actieterrein « bevorderen van ervaringsuitwisseling en | § 4. Actieterrein « bevorderen van ervaringsuitwisseling en |
| sensibilisatie ». | sensibilisatie ». |
| Prioritaire acties zijn : | Prioritaire acties zijn : |
| - regionale intervisie en ervaringsuitwisseling tussen en met | - regionale intervisie en ervaringsuitwisseling tussen en met |
| ondernemingen, lokale besturen, (vertegenwoordigers van de) | ondernemingen, lokale besturen, (vertegenwoordigers van de) |
| kansengroepen. | kansengroepen. |
Art. 10.Subsidievoorwaarden |
Art. 10.Subsidievoorwaarden |
| § 1. Binnen de perken van de op de begroting goedgekeurde kredieten | § 1. Binnen de perken van de op de begroting goedgekeurde kredieten |
| voor de uitvoering van het Vlaams impulsbeleid van evenredige | voor de uitvoering van het Vlaams impulsbeleid van evenredige |
| arbeidsdeelname en diversiteit, zoals overeengekomen tussen de Vlaamse | arbeidsdeelname en diversiteit, zoals overeengekomen tussen de Vlaamse |
| regering en de Vlaamse sociale partners, kunnen subsidies worden | regering en de Vlaamse sociale partners, kunnen subsidies worden |
| toegekend aan de diversiteitsprojecten die passen binnen de | toegekend aan de diversiteitsprojecten die passen binnen de |
| prioritaire acties zoals vermeld in artikel 9 van dit besluit, voor | prioritaire acties zoals vermeld in artikel 9 van dit besluit, voor |
| zover zij voldoen aan de voorwaarden gesteld in de onderdelen 4.3 tot | zover zij voldoen aan de voorwaarden gesteld in de onderdelen 4.3 tot |
| en met 4.6 van het bijgevoegde budgettaire implementatieplan ter | en met 4.6 van het bijgevoegde budgettaire implementatieplan ter |
| operationalisering van dit besluit. | operationalisering van dit besluit. |
| § 2. Het maximumbedrag dat aan subsidies wordt toegekend voor het | § 2. Het maximumbedrag dat aan subsidies wordt toegekend voor het |
| totaal van de posten ondersteuning van diversiteitsplannen, beste | totaal van de posten ondersteuning van diversiteitsplannen, beste |
| praktijken en diversiteitsprojecten samen bedraagt 3.050.359 EUR. Dit | praktijken en diversiteitsprojecten samen bedraagt 3.050.359 EUR. Dit |
| bedrag wordt in voorkomend geval verhoogd met de op 17 oktober 2003 | bedrag wordt in voorkomend geval verhoogd met de op 17 oktober 2003 |
| niet bestede middelen voor de uitvoering van de in de inleiding van | niet bestede middelen voor de uitvoering van de in de inleiding van |
| het budgettaire implementatieplan vermelde acties die niet onder de | het budgettaire implementatieplan vermelde acties die niet onder de |
| bepalingen van het budgettaire implementatieplan werden opgenomen. | bepalingen van het budgettaire implementatieplan werden opgenomen. |
| HOOFDSTUK VI. - Toezicht en slotbepalingen | HOOFDSTUK VI. - Toezicht en slotbepalingen |
Art. 11.De personeelsleden van de afdeling Inspectie Werkgelegenheid |
Art. 11.De personeelsleden van de afdeling Inspectie Werkgelegenheid |
| van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap zijn gerechtigd om ter | van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap zijn gerechtigd om ter |
| plaatse controle uit te oefenen op de aanwending van de toegekende | plaatse controle uit te oefenen op de aanwending van de toegekende |
| gelden. | gelden. |
Art. 12.Dit besluit treedt in werking op 18 juli 2003 |
Art. 12.Dit besluit treedt in werking op 18 juli 2003 |
Art. 13.De Vlaamse minister, bevoegd voor werkgelegenheid, is belast |
Art. 13.De Vlaamse minister, bevoegd voor werkgelegenheid, is belast |
| met de uitvoering van dit besluit. | met de uitvoering van dit besluit. |
| Brussel, 18 juli 2003. | Brussel, 18 juli 2003. |
| De minister-president van de Vlaamse regering, | De minister-president van de Vlaamse regering, |
| B. SOMERS | B. SOMERS |
| De minister vice-president van de Vlaamse regering, | De minister vice-president van de Vlaamse regering, |
| De Vlaamse minister van Werkgelegenheid en Toerisme, | De Vlaamse minister van Werkgelegenheid en Toerisme, |
| R. LANDUYT | R. LANDUYT |