| Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een financiële tegemoetkoming aan onthaalouders en kinderopvangvoorzieningen voor een basisopleiding levensreddend handelen bij kinderen | Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een financiële tegemoetkoming aan onthaalouders en kinderopvangvoorzieningen voor een basisopleiding levensreddend handelen bij kinderen |
|---|---|
| VLAAMSE OVERHEID | VLAAMSE OVERHEID |
| 16 OKTOBER 2009. - Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van | 16 OKTOBER 2009. - Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van |
| een financiële tegemoetkoming aan onthaalouders en | een financiële tegemoetkoming aan onthaalouders en |
| kinderopvangvoorzieningen voor een basisopleiding levensreddend | kinderopvangvoorzieningen voor een basisopleiding levensreddend |
| handelen bij kinderen | handelen bij kinderen |
| De Vlaamse Regering, | De Vlaamse Regering, |
| Gelet op het decreet van 30 april 2004 tot oprichting van het intern | Gelet op het decreet van 30 april 2004 tot oprichting van het intern |
| verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin, | verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin, |
| artikel 12; | artikel 12; |
| Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 31 juli | Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 31 juli |
| 2009; | 2009; |
| Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
| 1973, artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en | 1973, artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en |
| gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; | gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; |
| Gelet op de dringende noodzakelijkheid; | Gelet op de dringende noodzakelijkheid; |
| Overwegende dat onthaalouders en personeel van | Overwegende dat onthaalouders en personeel van |
| kinderopvangvoorzieningen op korte termijn moeten beschikken over een | kinderopvangvoorzieningen op korte termijn moeten beschikken over een |
| attest van een basisopleiding levensreddend handelen bij kinderen, en | attest van een basisopleiding levensreddend handelen bij kinderen, en |
| dat zij daar dringend een financiële tegemoetkoming voor moeten kunnen | dat zij daar dringend een financiële tegemoetkoming voor moeten kunnen |
| krijgen; | krijgen; |
| Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en | Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en |
| Gezin; | Gezin; |
| Na beraadslaging, | Na beraadslaging, |
| Besluit : | Besluit : |
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : |
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : |
| 1° Kind en Gezin : het intern verzelfstandigd agentschap Kind en | 1° Kind en Gezin : het intern verzelfstandigd agentschap Kind en |
| Gezin, opgericht bij het decreet van 30 april 2004 tot oprichting van | Gezin, opgericht bij het decreet van 30 april 2004 tot oprichting van |
| het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind | het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind |
| en Gezin; | en Gezin; |
| 2° kinderopvangvoorziening : voorziening erkend door of met een attest | 2° kinderopvangvoorziening : voorziening erkend door of met een attest |
| van toezicht van Kind en Gezin; | van toezicht van Kind en Gezin; |
| 3° personeel(slid) : het minimaal vereiste personeel van een | 3° personeel(slid) : het minimaal vereiste personeel van een |
| kinderdagverblijf, vermeld in artikel 7, 7°, van het besluit van de | kinderdagverblijf, vermeld in artikel 7, 7°, van het besluit van de |
| Vlaamse Regering van 23 februari 2001 houdende de voorwaarden inzake | Vlaamse Regering van 23 februari 2001 houdende de voorwaarden inzake |
| erkenning en subsidiëring van kinderdagverblijven en diensten voor | erkenning en subsidiëring van kinderdagverblijven en diensten voor |
| onthaalouders, en van een initiatief voor buitenschoolse opvang, | onthaalouders, en van een initiatief voor buitenschoolse opvang, |
| vermeld in artikel 12, 11°, van het besluit van de Vlaamse Regering | vermeld in artikel 12, 11°, van het besluit van de Vlaamse Regering |
| van 23 februari 2001 houdende de voorwaarden inzake erkenning en | van 23 februari 2001 houdende de voorwaarden inzake erkenning en |
| subsidiëring van initiatieven voor buitenschoolse opvang, alsook de | subsidiëring van initiatieven voor buitenschoolse opvang, alsook de |
| verantwoordelijken en de begeleiders van een zelfstandige | verantwoordelijken en de begeleiders van een zelfstandige |
| opvangvoorziening, vermeld in artikel 4, 2° en 3° en artikel 7, van | opvangvoorziening, vermeld in artikel 4, 2° en 3° en artikel 7, van |
| het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2009 houdende de | het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2009 houdende de |
| regeling van het attest van toezicht voor zelfstandige | regeling van het attest van toezicht voor zelfstandige |
| opvangvoorzieningen, alsook de begeleiders en de doelgroepwerknemers | opvangvoorzieningen, alsook de begeleiders en de doelgroepwerknemers |
| van een lokale dienst, vermeld in artikel 25, 12° en 27, tweede lid, | van een lokale dienst, vermeld in artikel 25, 12° en 27, tweede lid, |
| van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 mei 2008 houdende de | van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 mei 2008 houdende de |
| voorwaarden voor toestemming voor en subsidiëring van lokale diensten | voorwaarden voor toestemming voor en subsidiëring van lokale diensten |
| buurtgerichte kinderopvang; | buurtgerichte kinderopvang; |
| 4° onthaalouders : onthaalouders die aangesloten zijn bij een dienst | 4° onthaalouders : onthaalouders die aangesloten zijn bij een dienst |
| voor onthaalouders, vermeld in artikel 18, 1°, van het besluit van de | voor onthaalouders, vermeld in artikel 18, 1°, van het besluit van de |
| Vlaamse Regering van 23 februari 2001 houdende de voorwaarden inzake | Vlaamse Regering van 23 februari 2001 houdende de voorwaarden inzake |
| erkenning en subsidiëring van kinderdagverblijven en diensten voor | erkenning en subsidiëring van kinderdagverblijven en diensten voor |
| onthaalouders, en zelfstandige onthaalouders, vermeld in artikel 4, 1° | onthaalouders, en zelfstandige onthaalouders, vermeld in artikel 4, 1° |
| en artikel 7, van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari | en artikel 7, van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari |
| 2009 houdende de regeling van het attest van toezicht voor | 2009 houdende de regeling van het attest van toezicht voor |
| zelfstandige opvangvoorzieningen; | zelfstandige opvangvoorzieningen; |
| 5° attest : attest van een basisopleiding levensreddend handelen bij | 5° attest : attest van een basisopleiding levensreddend handelen bij |
| kinderen. | kinderen. |
Art. 2.Kinderopvangvoorzieningen kunnen van Kind en Gezin een |
Art. 2.Kinderopvangvoorzieningen kunnen van Kind en Gezin een |
| financiële tegemoetkoming krijgen als cumulatief aan de volgende | financiële tegemoetkoming krijgen als cumulatief aan de volgende |
| voorwaarden wordt voldaan : | voorwaarden wordt voldaan : |
| 1° het personeelslid of onthaalouder beschikt over een attest dat | 1° het personeelslid of onthaalouder beschikt over een attest dat |
| voldoet aan de bepalingen vermeld in het ministerieel besluit van 26 | voldoet aan de bepalingen vermeld in het ministerieel besluit van 26 |
| februari 2009 betreffende het attest van een basisopleiding | februari 2009 betreffende het attest van een basisopleiding |
| levensreddend handelen bij kinderen voor onthaalouders en personeel in | levensreddend handelen bij kinderen voor onthaalouders en personeel in |
| kinderopvangvoorzieningen; | kinderopvangvoorzieningen; |
| 2° het attest, vermeld in punt 1°, wordt behaald voor 31 december | 2° het attest, vermeld in punt 1°, wordt behaald voor 31 december |
| 2009, en/of is geldig in 2009; | 2009, en/of is geldig in 2009; |
| 3° sedert 1 januari 2005 heeft de kinderopvangvoorziening voor het | 3° sedert 1 januari 2005 heeft de kinderopvangvoorziening voor het |
| personeelslid of de onthaalouder nog geen financiële tegemoetkoming | personeelslid of de onthaalouder nog geen financiële tegemoetkoming |
| ontvangen van Kind en Gezin voor het behalen van een attest als | ontvangen van Kind en Gezin voor het behalen van een attest als |
| vermeld in punt 1°. | vermeld in punt 1°. |
Art. 3.De financiële tegemoetkoming bedraagt maximaal 20 euro per |
Art. 3.De financiële tegemoetkoming bedraagt maximaal 20 euro per |
| personeelslid of onthaalouder. Het gaat om een eenmalige | personeelslid of onthaalouder. Het gaat om een eenmalige |
| tegemoetkoming. | tegemoetkoming. |
Art. 4.De kinderopvangvoorziening doet een aanvraag bij Kind en Gezin |
Art. 4.De kinderopvangvoorziening doet een aanvraag bij Kind en Gezin |
| tot het verkrijgen van de financiële tegemoetkoming via het | tot het verkrijgen van de financiële tegemoetkoming via het |
| aanvraagformulier, dat als bijlage bij dit besluit is gevoegd. Een | aanvraagformulier, dat als bijlage bij dit besluit is gevoegd. Een |
| kopie van het behaalde attest als vermeld in artikel 1, moet bij de | kopie van het behaalde attest als vermeld in artikel 1, moet bij de |
| aanvraag gevoegd worden. | aanvraag gevoegd worden. |
Art. 5.De aanvragen, vermeld in artikel 4, moeten ten laatste op 28 |
Art. 5.De aanvragen, vermeld in artikel 4, moeten ten laatste op 28 |
| februari 2010, bij Kind en Gezin ingediend zijn. | februari 2010, bij Kind en Gezin ingediend zijn. |
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking |
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking |
| ervan in het Belgisch Staatsblad. | ervan in het Belgisch Staatsblad. |
Art. 7.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is |
Art. 7.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is |
| belast met de uitvoering van dit besluit. | belast met de uitvoering van dit besluit. |
| Brussel, 16 oktober 2009. | Brussel, 16 oktober 2009. |
| De minister-president van de Vlaamse Regering, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
| K. PEETERS | K. PEETERS |
| De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, | De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, |
| J. VANDEURZEN | J. VANDEURZEN |