Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 september 2011 betreffende de erkenning en subsidiëring van diensten Ondersteuningsplan en een mentororganisatie voor het voortraject van personen met een handicap | Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 september 2011 betreffende de erkenning en subsidiëring van diensten Ondersteuningsplan en een mentororganisatie voor het voortraject van personen met een handicap |
---|---|
VLAAMSE OVERHEID | VLAAMSE OVERHEID |
11 MAART 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het | 11 MAART 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het |
besluit van de Vlaamse Regering van 30 september 2011 betreffende de | besluit van de Vlaamse Regering van 30 september 2011 betreffende de |
erkenning en subsidiëring van diensten Ondersteuningsplan en een | erkenning en subsidiëring van diensten Ondersteuningsplan en een |
mentororganisatie voor het voortraject van personen met een handicap | mentororganisatie voor het voortraject van personen met een handicap |
Rechtsgronden | Rechtsgronden |
Dit besluit is gebaseerd op: | Dit besluit is gebaseerd op: |
- het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern | - het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern |
verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap | verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap |
voor Personen met een Handicap, artikel 8, 2°, 7° en 8°, ingevoegd bij | voor Personen met een Handicap, artikel 8, 2°, 7° en 8°, ingevoegd bij |
het decreet van 25 april 2014. | het decreet van 25 april 2014. |
Vormvereisten | Vormvereisten |
De volgende vormvereisten zijn vervuld: | De volgende vormvereisten zijn vervuld: |
- De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 22 november 2021. | - De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 22 november 2021. |
- De Raad van State heeft advies 70.904/1 gegeven op 23 februari 2022, | - De Raad van State heeft advies 70.904/1 gegeven op 23 februari 2022, |
met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op | met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op |
de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. | de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. |
Initiatiefnemer | Initiatiefnemer |
Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Welzijn, | Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Welzijn, |
Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding. | Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding. |
Na beraadslaging, | Na beraadslaging, |
DE VLAAMSE REGERING BESLUIT: | DE VLAAMSE REGERING BESLUIT: |
HOOFDSTUK 1. - Wijzigingsbepalingen | HOOFDSTUK 1. - Wijzigingsbepalingen |
Artikel 1.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 |
Artikel 1.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 |
september 2011 betreffende de erkenning en subsidiëring van diensten | september 2011 betreffende de erkenning en subsidiëring van diensten |
Ondersteuningsplan en een mentororganisatie voor het voortraject van | Ondersteuningsplan en een mentororganisatie voor het voortraject van |
personen met een handicap, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse | personen met een handicap, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse |
Regering van 27 november 2015, wordt punt 4° opgeheven. | Regering van 27 november 2015, wordt punt 4° opgeheven. |
Art. 2.In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit |
Art. 2.In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit |
van de Vlaamse Regering van 20 juli 2018, worden de volgende | van de Vlaamse Regering van 20 juli 2018, worden de volgende |
wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
1° aan punt 2° worden de woorden "van dit besluit" toegevoegd; | 1° aan punt 2° worden de woorden "van dit besluit" toegevoegd; |
2° punt 4° wordt vervangen door wat volgt: | 2° punt 4° wordt vervangen door wat volgt: |
"4° het engagement om deel te nemen aan het afstemmingsoverleg, | "4° het engagement om deel te nemen aan het afstemmingsoverleg, |
vermeld in artikel 8, § 5, van dit besluit.". | vermeld in artikel 8, § 5, van dit besluit.". |
Art. 3.In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de volgende |
Art. 3.In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de volgende |
wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
1° in paragraaf 1, tweede lid, 1°, worden tussen de woorden "die | 1° in paragraaf 1, tweede lid, 1°, worden tussen de woorden "die |
erkend" en de woorden "zijn door" de woorden "of vergund" ingevoegd; | erkend" en de woorden "zijn door" de woorden "of vergund" ingevoegd; |
2° aan paragraaf 1 worden een derde en vierde lid toegevoegd, die | 2° aan paragraaf 1 worden een derde en vierde lid toegevoegd, die |
luiden als volgt: | luiden als volgt: |
"De samenstelling van de raad van bestuur waarborgt de onafhankelijke | "De samenstelling van de raad van bestuur waarborgt de onafhankelijke |
positie van de dienst. Elk lid kan maar een van de partijen, vermeld | positie van de dienst. Elk lid kan maar een van de partijen, vermeld |
in het eerste lid, vertegenwoordigen. | in het eerste lid, vertegenwoordigen. |
Naast de begeleiding, vermeld in dit besluit, biedt de dienst geen | Naast de begeleiding, vermeld in dit besluit, biedt de dienst geen |
begeleiding, zorg of ondersteuning die de onafhankelijke positie van | begeleiding, zorg of ondersteuning die de onafhankelijke positie van |
de dienst in het gedrang brengt."; | de dienst in het gedrang brengt."; |
3° paragraaf 2 wordt opgeheven; | 3° paragraaf 2 wordt opgeheven; |
4° in paragraaf 3 wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: | 4° in paragraaf 3 wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: |
"Elke werknemer van de dienst neemt op jaarbasis minstens één keer | "Elke werknemer van de dienst neemt op jaarbasis minstens één keer |
deel aan een vorming over het inhoudelijke thema dat wordt vastgesteld | deel aan een vorming over het inhoudelijke thema dat wordt vastgesteld |
conform artikel 8, § 4, tweede lid, van dit besluit."; | conform artikel 8, § 4, tweede lid, van dit besluit."; |
5° paragraaf 4 wordt opgeheven. | 5° paragraaf 4 wordt opgeheven. |
Art. 4.In artikel 6, derde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij |
Art. 4.In artikel 6, derde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij |
het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, worden de | het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, worden de |
woorden "personen met een handicap" vervangen door het woord | woorden "personen met een handicap" vervangen door het woord |
"zorgvragers". | "zorgvragers". |
Art. 5.Artikel 8 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat |
Art. 5.Artikel 8 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat |
volgt: | volgt: |
" Art. 8.§ 1. De diensten richten zich tot alle zorgvragers en zorgen |
" Art. 8.§ 1. De diensten richten zich tot alle zorgvragers en zorgen |
er samen binnen de provincie voor dat zorgvragers van alle doelgroepen | er samen binnen de provincie voor dat zorgvragers van alle doelgroepen |
de dienstverlening kunnen gebruiken. | de dienstverlening kunnen gebruiken. |
§ 2. De diensten hanteren de volgende principes bij de uitvoering van | § 2. De diensten hanteren de volgende principes bij de uitvoering van |
de opdrachten, vermeld in artikel 9: | de opdrachten, vermeld in artikel 9: |
1° de zorgvrager in zijn context staat centraal; | 1° de zorgvrager in zijn context staat centraal; |
2° de zorgvrager en zijn context hebben de regie bij de opmaak, de | 2° de zorgvrager en zijn context hebben de regie bij de opmaak, de |
uitvoering en de evaluatie van het ondersteuningsplan en bij de opmaak | uitvoering en de evaluatie van het ondersteuningsplan en bij de opmaak |
van het ondersteuningsplan persoonsvolgende financiering; | van het ondersteuningsplan persoonsvolgende financiering; |
3° er wordt vertrokken van en ingezet op de mogelijkheden en sterktes | 3° er wordt vertrokken van en ingezet op de mogelijkheden en sterktes |
van de zorgvrager en zijn context; | van de zorgvrager en zijn context; |
4° de ondersteuningsvragen van de cliënt worden verkend met familie, | 4° de ondersteuningsvragen van de cliënt worden verkend met familie, |
sociaal netwerk en eventueel betrokken hulpverleners; | sociaal netwerk en eventueel betrokken hulpverleners; |
5° het ondersteuningsplan faciliteert zo inclusief mogelijke | 5° het ondersteuningsplan faciliteert zo inclusief mogelijke |
oplossingen, met als dat mogelijk is een complementaire inzet van de | oplossingen, met als dat mogelijk is een complementaire inzet van de |
diverse ondersteuningsbronnen, vermeld in bijlage 1, die bij dit | diverse ondersteuningsbronnen, vermeld in bijlage 1, die bij dit |
besluit is gevoegd; | besluit is gevoegd; |
6° binnen de samenwerking, vermeld in paragraaf 4, en in overleg met | 6° binnen de samenwerking, vermeld in paragraaf 4, en in overleg met |
de persoon en zijn sociaal netwerk worden de nodige afspraken gemaakt | de persoon en zijn sociaal netwerk worden de nodige afspraken gemaakt |
over: | over: |
a) de opvolging, de evaluatie en de eventuele bijsturing van het | a) de opvolging, de evaluatie en de eventuele bijsturing van het |
ondersteuningsplan; | ondersteuningsplan; |
b) wie de opdrachten, vermeld in punt a), na afloop van de begeleiding | b) wie de opdrachten, vermeld in punt a), na afloop van de begeleiding |
door de dienst continueert, opvolgt en bijstuurt. | door de dienst continueert, opvolgt en bijstuurt. |
§ 3. De diensten werken in het kader van de uitvoering van de | § 3. De diensten werken in het kader van de uitvoering van de |
opdrachten, vermeld in artikel 9 van dit besluit, samen met de | opdrachten, vermeld in artikel 9 van dit besluit, samen met de |
volgende diensten en organisaties: | volgende diensten en organisaties: |
1° diensten die conform artikel 2 van het besluit van de Vlaamse | 1° diensten die conform artikel 2 van het besluit van de Vlaamse |
Regering van 22 februari 2013 betreffende rechtstreeks toegankelijke | Regering van 22 februari 2013 betreffende rechtstreeks toegankelijke |
hulp voor personen met een handicap erkend zijn voor de uitbouw van | hulp voor personen met een handicap erkend zijn voor de uitbouw van |
rechtstreeks toegankelijke hulp; | rechtstreeks toegankelijke hulp; |
2° de aanbieders van zorg en ondersteuning die conform het besluit van | 2° de aanbieders van zorg en ondersteuning die conform het besluit van |
de Vlaamse Regering van 24 juni 2016 houdende het vergunnen van | de Vlaamse Regering van 24 juni 2016 houdende het vergunnen van |
aanbieders van niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning | aanbieders van niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning |
voor personen met een handicap, vergund zijn door het agentschap; | voor personen met een handicap, vergund zijn door het agentschap; |
3° bijstandsorganisaties als vermeld in artikel 1, 2°, van het besluit | 3° bijstandsorganisaties als vermeld in artikel 1, 2°, van het besluit |
van de Vlaamse Regering van 11 december 2015 houdende de | van de Vlaamse Regering van 11 december 2015 houdende de |
vergunningsvoorwaarden en de subsidieregeling van | vergunningsvoorwaarden en de subsidieregeling van |
bijstandsorganisaties om budgethouders bij te staan in het kader van | bijstandsorganisaties om budgethouders bij te staan in het kader van |
persoonsvolgende financiering; | persoonsvolgende financiering; |
4° ouderinitiatieven geregistreerd bij het agentschap conform artikel | 4° ouderinitiatieven geregistreerd bij het agentschap conform artikel |
2 van het ministerieel besluit van 19 december 2018 betreffende de | 2 van het ministerieel besluit van 19 december 2018 betreffende de |
registratie van ouderinitiatieven in het kader van de persoonsvolgende | registratie van ouderinitiatieven in het kader van de persoonsvolgende |
financiering; | financiering; |
5° groenezorginitiatieven geregistreerd bij het agentschap conform | 5° groenezorginitiatieven geregistreerd bij het agentschap conform |
artikel 3 van het ministerieel besluit van 20 februari 2017 tot | artikel 3 van het ministerieel besluit van 20 februari 2017 tot |
regeling van de dagondersteuning die wordt geboden door | regeling van de dagondersteuning die wordt geboden door |
groenezorginitiatieven; | groenezorginitiatieven; |
6° andere welzijnsvoorzieningen. | 6° andere welzijnsvoorzieningen. |
§ 4. De diensten werken onderling samen en stemmen af. De diensten | § 4. De diensten werken onderling samen en stemmen af. De diensten |
rapporteren op periodieke wijze over de samenwerking en afstemming op | rapporteren op periodieke wijze over de samenwerking en afstemming op |
de wijze die het agentschap vaststelt. | de wijze die het agentschap vaststelt. |
De diensten bepalen jaarlijks in onderling overleg het inhoudelijk | De diensten bepalen jaarlijks in onderling overleg het inhoudelijk |
thema waarover dat jaar vorming wordt georganiseerd voor de werknemers | thema waarover dat jaar vorming wordt georganiseerd voor de werknemers |
van de diensten. | van de diensten. |
De diensten hebben periodiek overleg om ervoor te zorgen dat een | De diensten hebben periodiek overleg om ervoor te zorgen dat een |
uniformiteit in omgaan met ondersteuningsvragen over de verschillende | uniformiteit in omgaan met ondersteuningsvragen over de verschillende |
diensten heen gegarandeerd blijft. | diensten heen gegarandeerd blijft. |
De diensten kunnen bijkomende vormingen over andere thema's aanbieden. | De diensten kunnen bijkomende vormingen over andere thema's aanbieden. |
§ 5. De dienst neemt deel aan het afstemmingsoverleg dat het | § 5. De dienst neemt deel aan het afstemmingsoverleg dat het |
agentschap periodiek organiseert. | agentschap periodiek organiseert. |
De diensten stemmen de eigen werking af met de werking van andere | De diensten stemmen de eigen werking af met de werking van andere |
welzijnsvoorzieningen.". | welzijnsvoorzieningen.". |
Art. 6.Artikel 9 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat |
Art. 6.Artikel 9 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat |
volgt: | volgt: |
" Art. 9.§ 1. In dit artikel wordt verstaan onder outreach: |
" Art. 9.§ 1. In dit artikel wordt verstaan onder outreach: |
kennisoverdracht van minimaal één uur en maximaal twee uur over | kennisoverdracht van minimaal één uur en maximaal twee uur over |
kracht- en netwerkgericht werken en over vraagverduidelijking en | kracht- en netwerkgericht werken en over vraagverduidelijking en |
ondersteuningsplanning aan een groep van minimaal drie ondersteuners | ondersteuningsplanning aan een groep van minimaal drie ondersteuners |
van personen met een handicap of een externe organisatie. | van personen met een handicap of een externe organisatie. |
§ 2. De diensten hebben de volgende opdrachten: | § 2. De diensten hebben de volgende opdrachten: |
1° de zelfregie van de cliënt en zijn netwerk bij de opmaak, de | 1° de zelfregie van de cliënt en zijn netwerk bij de opmaak, de |
uitvoering en de evaluatie van het ondersteuningsplan versterken; | uitvoering en de evaluatie van het ondersteuningsplan versterken; |
2° de ondersteuningsvragen van de persoon en zijn sociaal netwerk in | 2° de ondersteuningsvragen van de persoon en zijn sociaal netwerk in |
kaart brengen; | kaart brengen; |
3° de ondersteuningsbronnen, vermeld in bijlage 1, die bij dit besluit | 3° de ondersteuningsbronnen, vermeld in bijlage 1, die bij dit besluit |
is gevoegd, die beschikbaar zijn of gemaakt kunnen worden, in kaart | is gevoegd, die beschikbaar zijn of gemaakt kunnen worden, in kaart |
brengen; | brengen; |
4° de ondersteuningsbronnen, vermeld in punt 3°, waar nodig versterken | 4° de ondersteuningsbronnen, vermeld in punt 3°, waar nodig versterken |
en nieuwe ondersteuningsbronnen toegankelijk maken en de inzet ervan | en nieuwe ondersteuningsbronnen toegankelijk maken en de inzet ervan |
faciliteren; | faciliteren; |
5° het bestaande sociale netwerk van de zorgvrager versterken en | 5° het bestaande sociale netwerk van de zorgvrager versterken en |
inzetten. Als de zorgvrager niet over een sociaal netwerkt beschikt, | inzetten. Als de zorgvrager niet over een sociaal netwerkt beschikt, |
staat de dienst de zorgvrager bij om een sociaal netwerk te creëren; | staat de dienst de zorgvrager bij om een sociaal netwerk te creëren; |
6° reguliere diensten inzetten of versterken; | 6° reguliere diensten inzetten of versterken; |
7° rechtstreeks toegankelijke ondersteuning van het agentschap | 7° rechtstreeks toegankelijke ondersteuning van het agentschap |
inzetten; | inzetten; |
8° onderzoeken of de inzet van een persoonsvolgend budget, | 8° onderzoeken of de inzet van een persoonsvolgend budget, |
complementair aan de inzet van andere ondersteuningsbronnen, nodig en | complementair aan de inzet van andere ondersteuningsbronnen, nodig en |
mogelijk is en voor welke ondersteuning, met welke frequentie en | mogelijk is en voor welke ondersteuning, met welke frequentie en |
intensiteit; | intensiteit; |
9° begeleiden bij de opmaak van het ondersteuningsplan | 9° begeleiden bij de opmaak van het ondersteuningsplan |
persoonsvolgende financiering; | persoonsvolgende financiering; |
10° het ondersteuningsplan mee helpen realiseren en opvolgen; | 10° het ondersteuningsplan mee helpen realiseren en opvolgen; |
11° outreach. | 11° outreach. |
§ 3. Vraagverheldering en ondersteuningsplanning houdt in dat de | § 3. Vraagverheldering en ondersteuningsplanning houdt in dat de |
dienst conform de kwaliteitsindicatoren die het agentschap in overleg | dienst conform de kwaliteitsindicatoren die het agentschap in overleg |
met de diensten vaststelt, bekijkt op welke wijze de ondersteuning van | met de diensten vaststelt, bekijkt op welke wijze de ondersteuning van |
de zorgvrager zo inclusief mogelijk georganiseerd kan worden. | de zorgvrager zo inclusief mogelijk georganiseerd kan worden. |
Het ondersteuningsplan omvat ten minste de elementen, vermeld in | Het ondersteuningsplan omvat ten minste de elementen, vermeld in |
bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd. | bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd. |
§ 4. De diensten zorgen voor de opstart van de uitvoering van het | § 4. De diensten zorgen voor de opstart van de uitvoering van het |
ondersteuningsplan en werken daarvoor samen met de diensten, vermeld | ondersteuningsplan en werken daarvoor samen met de diensten, vermeld |
in artikel 8, § 3, 1° tot en met 4°. | in artikel 8, § 3, 1° tot en met 4°. |
De diensten kunnen op eigen initiatief of op verzoek van ondersteuners | De diensten kunnen op eigen initiatief of op verzoek van ondersteuners |
van personen met een handicap of een externe organisatie outreach | van personen met een handicap of een externe organisatie outreach |
bieden. | bieden. |
De diensten begeleiden de zorgvrager op hun verzoek of op verzoek van | De diensten begeleiden de zorgvrager op hun verzoek of op verzoek van |
het agentschap bij de opmaak van een ondersteuningsplan | het agentschap bij de opmaak van een ondersteuningsplan |
persoonsvolgende financiering conform de visie en principes van de | persoonsvolgende financiering conform de visie en principes van de |
diensten. Als het verzoek uitgaat van de zorgvrager, beoordeelt de | diensten. Als het verzoek uitgaat van de zorgvrager, beoordeelt de |
dienst of het aangewezen is om op dat verzoek in te gaan.". | dienst of het aangewezen is om op dat verzoek in te gaan.". |
Art. 7.In artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit |
Art. 7.In artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit |
van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, worden de volgende | van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, worden de volgende |
wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
1° in het eerste lid worden de woorden "volgens de door de | 1° in het eerste lid worden de woorden "volgens de door de |
mentororganisatie aangestuurde methodieken" opgeheven; | mentororganisatie aangestuurde methodieken" opgeheven; |
2° in het vierde lid worden de woorden "personen met een handicap" | 2° in het vierde lid worden de woorden "personen met een handicap" |
vervangen door het woord "zorgvragers". | vervangen door het woord "zorgvragers". |
Art. 8.In artikel 11 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit |
Art. 8.In artikel 11 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit |
van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, worden de volgende | van de Vlaamse Regering van 27 november 2015, worden de volgende |
wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
1° paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt: | 1° paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt: |
" Art. 11.§ 1. De volgende begeleidingen komen in aanmerking voor |
" Art. 11.§ 1. De volgende begeleidingen komen in aanmerking voor |
subsidiëring : | subsidiëring : |
1° de begeleidingen met het oog op de opmaak van een | 1° de begeleidingen met het oog op de opmaak van een |
ondersteuningsplan die verstrekt zijn aan zorgvragers die ingeschreven | ondersteuningsplan die verstrekt zijn aan zorgvragers die ingeschreven |
zijn bij het agentschap en nog geen zorg en ondersteuning krijgen die | zijn bij het agentschap en nog geen zorg en ondersteuning krijgen die |
wordt gesubsidieerd door het agentschap, met uitzondering van de | wordt gesubsidieerd door het agentschap, met uitzondering van de |
individuele materiële bijstand, vermeld in artikel 2, 3°, van het | individuele materiële bijstand, vermeld in artikel 2, 3°, van het |
besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 2001 tot vaststelling van | besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 2001 tot vaststelling van |
de criteria, voorwaarden en refertebedragen van de tussenkomsten in de | de criteria, voorwaarden en refertebedragen van de tussenkomsten in de |
individuele materiële bijstand voor de sociale integratie van personen | individuele materiële bijstand voor de sociale integratie van personen |
met een handicap, de bijstand door tolken voor doven en | met een handicap, de bijstand door tolken voor doven en |
slechthorenden, vermeld in het besluit van de Vlaamse regering van 20 | slechthorenden, vermeld in het besluit van de Vlaamse regering van 20 |
juli 1994 houdende vaststelling van de regels volgens dewelke het | juli 1994 houdende vaststelling van de regels volgens dewelke het |
Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap de kosten van | Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap de kosten van |
bijstand door tolken voor doven en slechthorenden ten laste nemen, of | bijstand door tolken voor doven en slechthorenden ten laste nemen, of |
de rechtstreeks toegankelijke hulp; | de rechtstreeks toegankelijke hulp; |
2° de begeleidingen met het oog op de opmaak van een | 2° de begeleidingen met het oog op de opmaak van een |
ondersteuningsplan die verstrekt zijn aan personen met een vermoeden | ondersteuningsplan die verstrekt zijn aan personen met een vermoeden |
van handicap of ernstig risico op de ontwikkeling van een handicap die | van handicap of ernstig risico op de ontwikkeling van een handicap die |
nog niet ingeschreven zijn bij het agentschap; | nog niet ingeschreven zijn bij het agentschap; |
3° de begeleidingen met het oog op de opmaak van een | 3° de begeleidingen met het oog op de opmaak van een |
ondersteuningsplan persoonsvolgende financiering; | ondersteuningsplan persoonsvolgende financiering; |
4° de begeleidingen in het kader van outreach. | 4° de begeleidingen in het kader van outreach. |
De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, bepaalt de | De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, bepaalt de |
gevallen waarin kan worden afgeweken van de voorwaarde dat er nog geen | gevallen waarin kan worden afgeweken van de voorwaarde dat er nog geen |
zorg en ondersteuning die wordt gesubsidieerd door het agentschap, mag | zorg en ondersteuning die wordt gesubsidieerd door het agentschap, mag |
worden gekregen, vermeld in het eerste lid, 1°. | worden gekregen, vermeld in het eerste lid, 1°. |
Maximaal vijf procent van het aantal begeleidingen waarvoor een dienst | Maximaal vijf procent van het aantal begeleidingen waarvoor een dienst |
is erkend mag worden aangewend voor outreach." | is erkend mag worden aangewend voor outreach." |
2° in paragraaf 3, eerste lid, wordt het woord "personen" vervangen | 2° in paragraaf 3, eerste lid, wordt het woord "personen" vervangen |
door het woord "zorgvragers". | door het woord "zorgvragers". |
Art. 9.In artikel 17, § 2, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt de |
Art. 9.In artikel 17, § 2, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt de |
zinsnede "De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen," | zinsnede "De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen," |
vervangen door de woorden "Het agentschap". | vervangen door de woorden "Het agentschap". |
Art. 10.In hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit |
Art. 10.In hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit |
van de Vlaamse Regering van 17 juli 2020, wordt hoofdstuk 5, dat | van de Vlaamse Regering van 17 juli 2020, wordt hoofdstuk 5, dat |
bestaat uit artikel 18 tot en met artikel 21, opgeheven. | bestaat uit artikel 18 tot en met artikel 21, opgeheven. |
Art. 11.In het opschrift van het besluit van de Vlaamse Regering van |
Art. 11.In het opschrift van het besluit van de Vlaamse Regering van |
30 september 2011 betreffende de erkenning en subsidiëring van | 30 september 2011 betreffende de erkenning en subsidiëring van |
diensten Ondersteuningsplan en een mentororganisatie voor het | diensten Ondersteuningsplan en een mentororganisatie voor het |
voortraject van personen met een handicap, het laatst gewijzigd bij | voortraject van personen met een handicap, het laatst gewijzigd bij |
het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 2020, worden de | het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 2020, worden de |
woorden "en een mentororganisatie" opgeheven. | woorden "en een mentororganisatie" opgeheven. |
HOOFDSTUK 2. - Slotbepalingen | HOOFDSTUK 2. - Slotbepalingen |
Art. 12.De diensten die erkend zijn op de datum van de |
Art. 12.De diensten die erkend zijn op de datum van de |
inwerkingtreding van dit besluit, blijven erkend. | inwerkingtreding van dit besluit, blijven erkend. |
Artikel 8, § 2, 5°, en artikel 9, § 2, 2°, en § 4, van het besluit van | Artikel 8, § 2, 5°, en artikel 9, § 2, 2°, en § 4, van het besluit van |
de Vlaamse Regering van 30 september 2011 betreffende de erkenning en | de Vlaamse Regering van 30 september 2011 betreffende de erkenning en |
subsidiëring van diensten Ondersteuningsplan voor het voortraject van | subsidiëring van diensten Ondersteuningsplan voor het voortraject van |
personen met een handicap, zoals van kracht vanaf de datum van de | personen met een handicap, zoals van kracht vanaf de datum van de |
inwerkingtreding van dit besluit, zijn niet van toepassing voor de | inwerkingtreding van dit besluit, zijn niet van toepassing voor de |
begeleidingen, vermeld in artikel 11, § 1, eerste lid, 1° en 2°, van | begeleidingen, vermeld in artikel 11, § 1, eerste lid, 1° en 2°, van |
het voormelde besluit, zoals van kracht vanaf de datum van de | het voormelde besluit, zoals van kracht vanaf de datum van de |
inwerkingtreding van dit besluit, die werden opgestart voor de datum | inwerkingtreding van dit besluit, die werden opgestart voor de datum |
van de inwerkingtreding van dit besluit. | van de inwerkingtreding van dit besluit. |
Art. 13.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand |
Art. 13.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand |
die volgt op het verstrijken van een termijn van tien dagen, die | die volgt op het verstrijken van een termijn van tien dagen, die |
ingaat op de dag na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad. | ingaat op de dag na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad. |
Art. 14.De Vlaamse minister, bevoegd voor de personen met een |
Art. 14.De Vlaamse minister, bevoegd voor de personen met een |
beperking, is belast met de uitvoering van dit besluit. | beperking, is belast met de uitvoering van dit besluit. |
Brussel, 11 maart 2022. | Brussel, 11 maart 2022. |
De minister-president van de Vlaamse Regering, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
J. JAMBON | J. JAMBON |
De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en | De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en |
Armoedebestrijding, | Armoedebestrijding, |
W. BEKE | W. BEKE |