Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 20 oktober 2000 tot bepaling van de voorwaarden voor de toekenning van subsidies aan gemeenten voor de opmaak van gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen, gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen en gemeentelijke plannen van aanleg | Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 20 oktober 2000 tot bepaling van de voorwaarden voor de toekenning van subsidies aan gemeenten voor de opmaak van gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen, gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen en gemeentelijke plannen van aanleg |
---|---|
MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP | MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP |
10 OKTOBER 2003. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van | 10 OKTOBER 2003. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van |
het besluit van de Vlaamse regering van 20 oktober 2000 tot bepaling | het besluit van de Vlaamse regering van 20 oktober 2000 tot bepaling |
van de voorwaarden voor de toekenning van subsidies aan gemeenten voor | van de voorwaarden voor de toekenning van subsidies aan gemeenten voor |
de opmaak van gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen, | de opmaak van gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen, |
gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen en gemeentelijke plannen | gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen en gemeentelijke plannen |
van aanleg | van aanleg |
De Vlaamse regering, | De Vlaamse regering, |
Gelet op het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de | Gelet op het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de |
ruimtelijke ordening, inzonderheid op artikel 35, § 4; | ruimtelijke ordening, inzonderheid op artikel 35, § 4; |
Gelet op het decreet van 20 december 2002 houdende de algemene | Gelet op het decreet van 20 december 2002 houdende de algemene |
uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar | uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar |
2003, inzonderheid op artikel 14; | 2003, inzonderheid op artikel 14; |
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 20 oktober 2000 tot | Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 20 oktober 2000 tot |
bepaling van de voorwaarden voor de toekenning van subsidies aan | bepaling van de voorwaarden voor de toekenning van subsidies aan |
gemeenten voor de opmaak van gemeentelijke ruimtelijke | gemeenten voor de opmaak van gemeentelijke ruimtelijke |
structuurplannen, gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen en | structuurplannen, gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen en |
gemeentelijke plannen van aanleg, gewijzigd bij het besluit van 14 | gemeentelijke plannen van aanleg, gewijzigd bij het besluit van 14 |
december 2001; | december 2001; |
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor de | Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor de |
Begroting, gegeven op 2 september 2002; | Begroting, gegeven op 2 september 2002; |
Gelet op de beraadslaging van de Vlaamse regering, op 6 september | Gelet op de beraadslaging van de Vlaamse regering, op 6 september |
2002, betreffende de aanvraag om advies bij de Raad van State binnen | 2002, betreffende de aanvraag om advies bij de Raad van State binnen |
een maand; | een maand; |
Gelet op het advies 34.141/1 van de Raad van State, gegeven op 10 | Gelet op het advies 34.141/1 van de Raad van State, gegeven op 10 |
oktober 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1o, van de | oktober 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1o, van de |
gecoördineerde wetten op de Raad van State; | gecoördineerde wetten op de Raad van State; |
Op voorstel van de Vlaamse minister van Financiën en Begroting, | Op voorstel van de Vlaamse minister van Financiën en Begroting, |
Ruimtelijke Ordening, Wetenschappen en Technologische Innovatie; | Ruimtelijke Ordening, Wetenschappen en Technologische Innovatie; |
Na beraadslaging, | Na beraadslaging, |
Besluit : | Besluit : |
Artikel 1.Aan artikel 3 van het besluit van de Vlaamse regering van |
Artikel 1.Aan artikel 3 van het besluit van de Vlaamse regering van |
20 oktober 2000 tot bepaling van de voorwaarden voor de toekenning van | 20 oktober 2000 tot bepaling van de voorwaarden voor de toekenning van |
subsidies aan gemeenten voor de opmaak van gemeentelijke ruimtelijke | subsidies aan gemeenten voor de opmaak van gemeentelijke ruimtelijke |
structuurplannen, gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen en | structuurplannen, gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen en |
gemeentelijke plannen van aanleg, gewijzigd bij het besluit van 14 | gemeentelijke plannen van aanleg, gewijzigd bij het besluit van 14 |
december 2001, wordt een § 4 toegevoegd, die luidt als volgt : | december 2001, wordt een § 4 toegevoegd, die luidt als volgt : |
« § 4. Als voor gemeenten met minder dan 10 000 inwoners het | « § 4. Als voor gemeenten met minder dan 10 000 inwoners het |
subsidiebedrag na toepassing van de correctiefactoren minder dan | subsidiebedrag na toepassing van de correctiefactoren minder dan |
24.000 euro bedraagt, wordt het subsidiebedrag opgetrokken tot 24.000 | 24.000 euro bedraagt, wordt het subsidiebedrag opgetrokken tot 24.000 |
euro. » | euro. » |
Art. 2 . Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat | Art. 2 . Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat |
volgt : | volgt : |
« Art. 4.De aanvraag tot subsidie moet door het college van |
« Art. 4.De aanvraag tot subsidie moet door het college van |
burgemeester en schepenen aangetekend of tegen ontvangstbewijs bij de | burgemeester en schepenen aangetekend of tegen ontvangstbewijs bij de |
administratie ingediend worden, onmiddellijk na de voorlopige | administratie ingediend worden, onmiddellijk na de voorlopige |
vaststelling van het ontwerp van het gemeentelijk ruimtelijk | vaststelling van het ontwerp van het gemeentelijk ruimtelijk |
structuurplan. | structuurplan. |
De aanvraag tot subsidie moet een afschrift van de | De aanvraag tot subsidie moet een afschrift van de |
gemeenteraadsbeslissing bevatten waarin het ontwerp van het | gemeenteraadsbeslissing bevatten waarin het ontwerp van het |
gemeentelijk ruimtelijk structuurplan voorlopig wordt vastgesteld. » | gemeentelijk ruimtelijk structuurplan voorlopig wordt vastgesteld. » |
Art. 3.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat |
Art. 3.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat |
volgt : | volgt : |
« Art. 10.De aanvraag tot subsidie moet door het college van |
« Art. 10.De aanvraag tot subsidie moet door het college van |
burgemeester en schepenen aangetekend of tegen ontvangstbewijs bij de | burgemeester en schepenen aangetekend of tegen ontvangstbewijs bij de |
administratie ingediend worden, onmiddellijk na de goedkeuring van het | administratie ingediend worden, onmiddellijk na de goedkeuring van het |
gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan door de minister of de | gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan door de minister of de |
bestendige deputatie. | bestendige deputatie. |
De aanvraag tot subsidie moet de volgende elementen bevatten : | De aanvraag tot subsidie moet de volgende elementen bevatten : |
1o een afschrift van de goedkeuring van het plan door de minister of | 1o een afschrift van de goedkeuring van het plan door de minister of |
de bestendige deputatie; | de bestendige deputatie; |
2o een opgave van de categorie van het plan waarvoor de subsidie wordt | 2o een opgave van de categorie van het plan waarvoor de subsidie wordt |
aangevraagd, de reden waarom het desbetreffende plan of een stuk ervan | aangevraagd, de reden waarom het desbetreffende plan of een stuk ervan |
in aanmerking komt voor de subsidie en de wijze waarop het plan | in aanmerking komt voor de subsidie en de wijze waarop het plan |
overeenstemt met een bepaalde categorie van subsidieerbare plannen; | overeenstemt met een bepaalde categorie van subsidieerbare plannen; |
3o een berekening van het aantal hectaren waarvoor een subsidie wordt | 3o een berekening van het aantal hectaren waarvoor een subsidie wordt |
gevraagd; | gevraagd; |
4o het rekeningnummer van de gemeente waarop de subsidie moet worden | 4o het rekeningnummer van de gemeente waarop de subsidie moet worden |
gestort. | gestort. |
Er kan geen subsidie worden toegekend voor delen van het grondgebied | Er kan geen subsidie worden toegekend voor delen van het grondgebied |
van de gemeente die zijn opgenomen in één van de in artikel 9 vermelde | van de gemeente die zijn opgenomen in één van de in artikel 9 vermelde |
categorieën van plannen waarvoor reeds een subsidie is verleend met | categorieën van plannen waarvoor reeds een subsidie is verleend met |
toepassing van dit besluit. | toepassing van dit besluit. |
Art. 4.Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat |
Art. 4.Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat |
volgt : | volgt : |
« Art. 11.De minister neemt de beslissing tot subsidie. De beslissing |
« Art. 11.De minister neemt de beslissing tot subsidie. De beslissing |
wordt aan de aanvrager betekend met een aangetekende brief en vermeldt | wordt aan de aanvrager betekend met een aangetekende brief en vermeldt |
het bedrag van de subsidie op basis van de in artikel 9 vermelde | het bedrag van de subsidie op basis van de in artikel 9 vermelde |
categorieën. | categorieën. |
De subsidie wordt uitbetaald onmiddellijk na het nemen van de | De subsidie wordt uitbetaald onmiddellijk na het nemen van de |
beslissing tot subsidie. » | beslissing tot subsidie. » |
Art. 5 . Artikel 14 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat | Art. 5 . Artikel 14 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat |
volgt : | volgt : |
« Art. 14.De tweede schijf van de subsidie, bedoeld in artikel 6, |
« Art. 14.De tweede schijf van de subsidie, bedoeld in artikel 6, |
wordt niet uitbetaald als het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan | wordt niet uitbetaald als het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan |
niet wordt goedgekeurd binnen een periode van twee jaar na de datum | niet wordt goedgekeurd binnen een periode van twee jaar na de datum |
van de beslissing tot toekenning van de subsidie. » | van de beslissing tot toekenning van de subsidie. » |
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking |
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking |
ervan in het Belgisch Staatsblad . | ervan in het Belgisch Staatsblad . |
Art. 7.De Vlaamse minister, bevoegd voor de Ruimtelijke Ordening, is |
Art. 7.De Vlaamse minister, bevoegd voor de Ruimtelijke Ordening, is |
belast met de uitvoering van dit besluit. | belast met de uitvoering van dit besluit. |
Brussel, 10 oktober 2003. | Brussel, 10 oktober 2003. |
De minister-president van de Vlaamse regering, | De minister-president van de Vlaamse regering, |
B. SOMERS | B. SOMERS |
De Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Ruimtelijke Ordening, | De Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Ruimtelijke Ordening, |
Wetenschappen en Technologische Innovatie | Wetenschappen en Technologische Innovatie |
D. VAN MECHELEN | D. VAN MECHELEN |