| Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse besluiten met betrekking tot de ruimtelijke ordening | Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse besluiten met betrekking tot de ruimtelijke ordening |
|---|---|
| VLAAMSE OVERHEID | VLAAMSE OVERHEID |
| 6 JUNI 2014. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van | 6 JUNI 2014. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van |
| diverse besluiten met betrekking tot de ruimtelijke ordening | diverse besluiten met betrekking tot de ruimtelijke ordening |
| De Vlaamse Regering, | De Vlaamse Regering, |
| Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, artikel 1.1.5, eerste | Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, artikel 1.1.5, eerste |
| lid, artikel 1.4.3, tweede lid, artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, | lid, artikel 1.4.3, tweede lid, artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, |
| artikel 4.4.25, § 2, derde lid, artikel 4.4.29, artikel 4.7.16, § 2, | artikel 4.4.25, § 2, derde lid, artikel 4.4.29, artikel 4.7.16, § 2, |
| eerste lid, artikel 4.7.20, eerste lid, artikel 4.7.26, § 2 en § 5, | eerste lid, artikel 4.7.20, eerste lid, artikel 4.7.26, § 2 en § 5, |
| artikel 5.1.1, § 2, tweede lid, artikel 5.1.2, § 2, tweede lid, | artikel 5.1.1, § 2, tweede lid, artikel 5.1.2, § 2, tweede lid, |
| artikel 5.3.1, § 4, en artikel 5.6.1, tweede lid, al dan niet in | artikel 5.3.1, § 4, en artikel 5.6.1, tweede lid, al dan niet in |
| samenhang gelezen met artikel 20 van de bijzondere wet van 8 augustus | samenhang gelezen met artikel 20 van de bijzondere wet van 8 augustus |
| 1980 `tot hervorming der instellingen'; | 1980 `tot hervorming der instellingen'; |
| Gelet op het decreet van 4 april 2014 houdende wijziging van diverse | Gelet op het decreet van 4 april 2014 houdende wijziging van diverse |
| decreten met betrekking tot de ruimtelijke ordening en het grond- en | decreten met betrekking tot de ruimtelijke ordening en het grond- en |
| pandenbeleid, artikel 6, gelezen in samenhang met het voornoemde | pandenbeleid, artikel 6, gelezen in samenhang met het voornoemde |
| artikel 20 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980, en artikel 118, | artikel 20 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980, en artikel 118, |
| 7° ; | 7° ; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 |
| betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot | betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot |
| stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsaanvragen en aanvragen tot | stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsaanvragen en aanvragen tot |
| verkavelingswijziging; | verkavelingswijziging; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 tot | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 tot |
| aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel | aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel |
| 4.4.7, § 2, en artikel 4.7.1, § 2, tweede lid, van de Vlaamse Codex | 4.4.7, § 2, en artikel 4.7.1, § 2, tweede lid, van de Vlaamse Codex |
| Ruimtelijke Ordening en tot regeling van het vooroverleg met de | Ruimtelijke Ordening en tot regeling van het vooroverleg met de |
| Vlaamse Bouwmeester; | Vlaamse Bouwmeester; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 tot | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 tot |
| bepaling van de werken en handelingen die vrijgesteld zijn van het | bepaling van de werken en handelingen die vrijgesteld zijn van het |
| eensluidend advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar; | eensluidend advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 houdende | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 houdende |
| de organisatie van het vergunningenregister; | de organisatie van het vergunningenregister; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 houdende | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 houdende |
| bepaling van de nadere regels voor de opmaak en de actualisering van | bepaling van de nadere regels voor de opmaak en de actualisering van |
| het plannenregister; | het plannenregister; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2000 tot | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2000 tot |
| vaststelling van de voorwaarden waaraan personen moeten voldoen om als | vaststelling van de voorwaarden waaraan personen moeten voldoen om als |
| ambtenaar van ruimtelijke ordening te kunnen worden aangesteld; | ambtenaar van ruimtelijke ordening te kunnen worden aangesteld; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2008 houdende | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2008 houdende |
| bepaling van de nadere regels voor de opmaak, de actualisering en de | bepaling van de nadere regels voor de opmaak, de actualisering en de |
| financiering van het register van de onbebouwde percelen; | financiering van het register van de onbebouwde percelen; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009 | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009 |
| betreffende sommige aspecten van de planbatenheffing; | betreffende sommige aspecten van de planbatenheffing; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 maart 2010 | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 maart 2010 |
| betreffende stedenbouwkundige attesten, projectvergaderingen en | betreffende stedenbouwkundige attesten, projectvergaderingen en |
| stedenbouwkundige inlichtingen; | stedenbouwkundige inlichtingen; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 29 maart 2013 tot | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 29 maart 2013 tot |
| bepaling van de nadere regels inzake het planologisch attest; | bepaling van de nadere regels inzake het planologisch attest; |
| Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 17 | Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 17 |
| april 2014; | april 2014; |
| Gelet op advies nr. 56.280/1 van de Raad van State, gegeven op 27 mei | Gelet op advies nr. 56.280/1 van de Raad van State, gegeven op 27 mei |
| 2014 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten | 2014 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten |
| op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
| Op voorstel van de Vlaamse minister van Financiën, Begroting, Werk, | Op voorstel van de Vlaamse minister van Financiën, Begroting, Werk, |
| Ruimtelijke Ordening en Sport; | Ruimtelijke Ordening en Sport; |
| Na beraadslaging, | Na beraadslaging, |
| Besluit: | Besluit: |
| HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van | HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van |
| 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot | 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot |
| stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsaanvragen en aanvragen tot | stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsaanvragen en aanvragen tot |
| verkavelingswijziging | verkavelingswijziging |
Artikel 1.In artikel 8, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse |
Artikel 1.In artikel 8, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse |
| Regering van 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over | Regering van 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over |
| aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsaanvragen en | aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsaanvragen en |
| aanvragen tot verkavelingswijziging, vervangen bij het besluit van de | aanvragen tot verkavelingswijziging, vervangen bij het besluit van de |
| Vlaamse Regering van 5 juni 2009, wordt de zinsnede ",de gedelegeerde | Vlaamse Regering van 5 juni 2009, wordt de zinsnede ",de gedelegeerde |
| stedenbouwkundige ambtenaar" opgeheven. | stedenbouwkundige ambtenaar" opgeheven. |
Art. 2.Artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit |
Art. 2.Artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009, wordt vervangen door wat | van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009, wordt vervangen door wat |
| volgt: | volgt: |
| " Art. 10.Als het een vergunningsaanvraag betreft die wegeniswerken |
" Art. 10.Als het een vergunningsaanvraag betreft die wegeniswerken |
| omvat als vermeld in artikel 4.2.25 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke | omvat als vermeld in artikel 4.2.25 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke |
| Ordening, neemt de gemeenteraad een gemotiveerd besluit over de zaak | Ordening, neemt de gemeenteraad een gemotiveerd besluit over de zaak |
| van de wegen. De gemeenteraad neemt daarbij kennis van de ingediende | van de wegen. De gemeenteraad neemt daarbij kennis van de ingediende |
| bezwaren en opmerkingen.". | bezwaren en opmerkingen.". |
Art. 3.In bijlage 1 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
Art. 3.In bijlage 1 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009, worden de volgende | van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009, worden de volgende |
| wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
| 1° de zinsnede ", (1) gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar" wordt | 1° de zinsnede ", (1) gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar" wordt |
| opgeheven; | opgeheven; |
| 2° de zinsnede "(2)" wordt telkens vervangen door de zinsnede "(1)"; | 2° de zinsnede "(2)" wordt telkens vervangen door de zinsnede "(1)"; |
| 3° tussen de woorden "bij het college van burgemeester en schepenen" | 3° tussen de woorden "bij het college van burgemeester en schepenen" |
| en de zinsnede ", vóór het einde van het openbaar onderzoek" wordt de | en de zinsnede ", vóór het einde van het openbaar onderzoek" wordt de |
| zinsnede "of via het omgevingsloket, vermeld in artikel 2 van het | zinsnede "of via het omgevingsloket, vermeld in artikel 2 van het |
| besluit van de Vlaamse Regering van 4 april 2014 houdende de | besluit van de Vlaamse Regering van 4 april 2014 houdende de |
| digitalisering van het ruimtelijke vergunningenbeleid" ingevoegd; | digitalisering van het ruimtelijke vergunningenbeleid" ingevoegd; |
| 4° de zinnen "(1) Twee van de drie mogelijkheden schrappen of | 4° de zinnen "(1) Twee van de drie mogelijkheden schrappen of |
| weglaten. (2) Een van beide mogelijkheden schrappen of weglaten." | weglaten. (2) Een van beide mogelijkheden schrappen of weglaten." |
| worden vervangen door de zin "(1) Een van beide mogelijkheden | worden vervangen door de zin "(1) Een van beide mogelijkheden |
| schrappen of weglaten.". | schrappen of weglaten.". |
Art. 4.In bijlage 2 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
Art. 4.In bijlage 2 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 9 september 2011, worden de volgende | van de Vlaamse Regering van 9 september 2011, worden de volgende |
| wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
| 1° de zinsnede "(2) gemeente...., (2) gewestelijke stedenbouwkundige | 1° de zinsnede "(2) gemeente...., (2) gewestelijke stedenbouwkundige |
| ambtenaar, (2) gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar" wordt | ambtenaar, (2) gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar" wordt |
| vervangen door de zinsnede "(1) gemeente...., (1) gewestelijke | vervangen door de zinsnede "(1) gemeente...., (1) gewestelijke |
| stedenbouwkundige ambtenaar"; | stedenbouwkundige ambtenaar"; |
| 2° tussen de woorden "bij het college van burgemeester en schepenen" | 2° tussen de woorden "bij het college van burgemeester en schepenen" |
| en de zinsnede ", vóór het einde van het openbaar onderzoek" wordt de | en de zinsnede ", vóór het einde van het openbaar onderzoek" wordt de |
| zinsnede "of via het omgevingsloket, vermeld in artikel 2 van het | zinsnede "of via het omgevingsloket, vermeld in artikel 2 van het |
| besluit van de Vlaamse Regering van 4 april 2014 houdende de | besluit van de Vlaamse Regering van 4 april 2014 houdende de |
| digitalisering van het ruimtelijke vergunningenbeleid" ingevoegd. | digitalisering van het ruimtelijke vergunningenbeleid" ingevoegd. |
Art. 5.In bijlage 3 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
Art. 5.In bijlage 3 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009, worden de volgende | van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009, worden de volgende |
| wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
| 1° de zinsnede "(2) gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar" wordt | 1° de zinsnede "(2) gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar" wordt |
| vervangen door de zinsnede "(2) gewestelijke stedenbouwkundige | vervangen door de zinsnede "(2) gewestelijke stedenbouwkundige |
| ambtenaar"; | ambtenaar"; |
| 2° tussen de zinsnede "bij het college van burgemeester en schepenen | 2° tussen de zinsnede "bij het college van burgemeester en schepenen |
| van de gemeente(n)...... (1)" en de zinsnede ", vóór het einde van het | van de gemeente(n)...... (1)" en de zinsnede ", vóór het einde van het |
| openbaar onderzoek" wordt de zinsnede "of via het omgevingsloket, | openbaar onderzoek" wordt de zinsnede "of via het omgevingsloket, |
| vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 | vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 |
| april 2014 houdende de digitalisering van het ruimtelijke | april 2014 houdende de digitalisering van het ruimtelijke |
| vergunningenbeleid" ingevoegd. | vergunningenbeleid" ingevoegd. |
Art. 6.In bijlage 4 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
Art. 6.In bijlage 4 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009, worden de volgende | van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009, worden de volgende |
| wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
| 1° de zinsnede " (1) gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar" wordt | 1° de zinsnede " (1) gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar" wordt |
| opgeheven; | opgeheven; |
| 2° de zinsnede "(2)" wordt telkens vervangen door de zinsnede "(1)"; | 2° de zinsnede "(2)" wordt telkens vervangen door de zinsnede "(1)"; |
| 3° tussen de woorden "bij het college van burgemeester en schepenen" | 3° tussen de woorden "bij het college van burgemeester en schepenen" |
| en de zinsnede ",vóór ....." wordt de zinsnede "of via het | en de zinsnede ",vóór ....." wordt de zinsnede "of via het |
| omgevingsloket, vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse | omgevingsloket, vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse |
| Regering van 4 april 2014 houdende de digitalisering van het | Regering van 4 april 2014 houdende de digitalisering van het |
| ruimtelijke vergunningenbeleid" ingevoegd; | ruimtelijke vergunningenbeleid" ingevoegd; |
| 4° de zinnen "(1) Twee van de drie mogelijkheden schrappen of | 4° de zinnen "(1) Twee van de drie mogelijkheden schrappen of |
| weglaten. (2) Een van beide mogelijkheden schrappen of weglaten." | weglaten. (2) Een van beide mogelijkheden schrappen of weglaten." |
| worden vervangen door de zin "(1) Een van beide mogelijkheden | worden vervangen door de zin "(1) Een van beide mogelijkheden |
| schrappen of weglaten.". | schrappen of weglaten.". |
Art. 7.In bijlage 5 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
Art. 7.In bijlage 5 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 9 september 2011, worden de volgende | van de Vlaamse Regering van 9 september 2011, worden de volgende |
| wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
| 1° de zinsnede "(2) gemeente...., (2) gewestelijke stedenbouwkundige | 1° de zinsnede "(2) gemeente...., (2) gewestelijke stedenbouwkundige |
| ambtenaar, (2) gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar" wordt | ambtenaar, (2) gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar" wordt |
| vervangen door de zinsnede "(1) gemeente...., (1) gewestelijke | vervangen door de zinsnede "(1) gemeente...., (1) gewestelijke |
| stedenbouwkundige ambtenaar"; | stedenbouwkundige ambtenaar"; |
| 2° tussen de woorden "bij het college van burgemeester en schepenen" | 2° tussen de woorden "bij het college van burgemeester en schepenen" |
| en de zinsnede ",vóór het einde van het openbaar onderzoek" wordt de | en de zinsnede ",vóór het einde van het openbaar onderzoek" wordt de |
| zinsnede "of via het omgevingsloket, vermeld in artikel 2 van het | zinsnede "of via het omgevingsloket, vermeld in artikel 2 van het |
| besluit van de Vlaamse Regering van 4 april 2014 houdende de | besluit van de Vlaamse Regering van 4 april 2014 houdende de |
| digitalisering van het ruimtelijke vergunningenbeleid" ingevoegd. | digitalisering van het ruimtelijke vergunningenbeleid" ingevoegd. |
| HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 | HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 |
| mei 2000 tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel | mei 2000 tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel |
| 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, § 2, en artikel 4.7.1, § 2, tweede lid, van | 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, § 2, en artikel 4.7.1, § 2, tweede lid, van |
| de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en tot regeling van het | de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en tot regeling van het |
| vooroverleg met de Vlaamse Bouwmeester | vooroverleg met de Vlaamse Bouwmeester |
Art. 8.In artikel 4, § 1, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse |
Art. 8.In artikel 4, § 1, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse |
| Regering van 5 mei 2000 tot aanwijzing van de handelingen in de zin | Regering van 5 mei 2000 tot aanwijzing van de handelingen in de zin |
| van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, § 2, en artikel 4.7.1, § 2, | van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, § 2, en artikel 4.7.1, § 2, |
| tweede lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en tot regeling | tweede lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en tot regeling |
| van het vooroverleg met de Vlaamse Bouwmeester, gewijzigd bij de | van het vooroverleg met de Vlaamse Bouwmeester, gewijzigd bij de |
| besluiten van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 en 24 juli 2009, | besluiten van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 en 24 juli 2009, |
| wordt de zinsnede "de gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar," | wordt de zinsnede "de gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar," |
| opgeheven. | opgeheven. |
| HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van | HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van |
| 5 mei 2000 tot bepaling van de werken en handelingen die vrijgesteld | 5 mei 2000 tot bepaling van de werken en handelingen die vrijgesteld |
| zijn van het eensluidend advies van de gewestelijke stedenbouwkundige | zijn van het eensluidend advies van de gewestelijke stedenbouwkundige |
| ambtenaar | ambtenaar |
Art. 9.In het opschrift van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 |
Art. 9.In het opschrift van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 |
| mei 2000 tot bepaling van de werken en handelingen die vrijgesteld | mei 2000 tot bepaling van de werken en handelingen die vrijgesteld |
| zijn van het eensluidend advies van de gewestelijke stedenbouwkundige | zijn van het eensluidend advies van de gewestelijke stedenbouwkundige |
| ambtenaar, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 29 | ambtenaar, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 29 |
| mei 2009, worden de woorden "de gewestelijke stedenbouwkundige | mei 2009, worden de woorden "de gewestelijke stedenbouwkundige |
| ambtenaar" vervangen door de zinsnede "het Departement Ruimtelijke | ambtenaar" vervangen door de zinsnede "het Departement Ruimtelijke |
| Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed". | Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed". |
Art. 10.In artikel 1 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
Art. 10.In artikel 1 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 26 april 2002, wordt een punt 4° | van de Vlaamse Regering van 26 april 2002, wordt een punt 4° |
| toegevoegd, dat luidt als volgt: | toegevoegd, dat luidt als volgt: |
| "4° het departement: het Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid | "4° het departement: het Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid |
| en Onroerend Erfgoed.". | en Onroerend Erfgoed.". |
Art. 11.In artikel 2 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit |
Art. 11.In artikel 2 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009, worden de woorden "de | van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009, worden de woorden "de |
| gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" telkens vervangen door de | gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" telkens vervangen door de |
| woorden "het departement". | woorden "het departement". |
Art. 12.In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
Art. 12.In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
| besluiten van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en 29 mei 2009, | besluiten van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en 29 mei 2009, |
| worden de woorden "de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" | worden de woorden "de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" |
| telkens vervangen door de woorden "het departement". | telkens vervangen door de woorden "het departement". |
Art. 13.In artikel 4 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
Art. 13.In artikel 4 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en gewijzigd bij het besluit | van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en gewijzigd bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009, worden de woorden "de | van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009, worden de woorden "de |
| gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" telkens vervangen door de | gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" telkens vervangen door de |
| woorden "het departement". | woorden "het departement". |
Art. 14.In artikel 5, eerste lid, van hetzelfde besluit, vervangen |
Art. 14.In artikel 5, eerste lid, van hetzelfde besluit, vervangen |
| bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en gewijzigd | bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en gewijzigd |
| bij het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009, worden de | bij het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009, worden de |
| woorden "de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" vervangen door | woorden "de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" vervangen door |
| de woorden "het departement". | de woorden "het departement". |
Art. 15.In artikel 5bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het |
Art. 15.In artikel 5bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het |
| besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en gewijzigd bij het | besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en gewijzigd bij het |
| besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009, worden de woorden "de | besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009, worden de woorden "de |
| gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" telkens vervangen door de | gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" telkens vervangen door de |
| woorden "het departement". | woorden "het departement". |
Art. 16.In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
Art. 16.In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
| besluiten van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en 29 mei 2009, | besluiten van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en 29 mei 2009, |
| worden de woorden "de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" | worden de woorden "de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" |
| vervangen door de woorden "het departement". | vervangen door de woorden "het departement". |
Art. 17.In artikel 7 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
Art. 17.In artikel 7 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
| besluiten van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en 29 mei 2009, | besluiten van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en 29 mei 2009, |
| worden de woorden "de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" | worden de woorden "de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" |
| vervangen door de woorden "het departement". | vervangen door de woorden "het departement". |
| HOOFDSTUK 4. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van | HOOFDSTUK 4. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van |
| 5 mei 2000 houdende de organisatie van het vergunningenregister | 5 mei 2000 houdende de organisatie van het vergunningenregister |
Art. 18.In artikel 3, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse |
Art. 18.In artikel 3, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse |
| Regering van 5 mei 2000 houdende de organisatie van het | Regering van 5 mei 2000 houdende de organisatie van het |
| vergunningenregister, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse | vergunningenregister, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse |
| Regering van 23 juni 2006, 5 juni 2009 en 9 september 2011, wordt de | Regering van 23 juni 2006, 5 juni 2009 en 9 september 2011, wordt de |
| zinsnede "1.4.1," opgeheven. | zinsnede "1.4.1," opgeheven. |
Art. 19.In artikel 5 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
Art. 19.In artikel 5 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
| besluiten van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en 9 september 2011, | besluiten van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en 9 september 2011, |
| worden de woorden "de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" | worden de woorden "de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" |
| vervangen door de woorden "het departement". | vervangen door de woorden "het departement". |
Art. 20.In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit |
Art. 20.In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006, worden de woorden "de | van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006, worden de woorden "de |
| gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" vervangen door de woorden | gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar" vervangen door de woorden |
| "het departement". | "het departement". |
| HOOFDSTUK 5. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 | HOOFDSTUK 5. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 |
| mei 2000 houdende bepaling van de nadere regels voor de opmaak en de | mei 2000 houdende bepaling van de nadere regels voor de opmaak en de |
| actualisering van het plannenregister | actualisering van het plannenregister |
Art. 21.In artikel 16 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 |
Art. 21.In artikel 16 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 |
| mei 2000 houdende bepaling van de nadere regels voor de opmaak en de | mei 2000 houdende bepaling van de nadere regels voor de opmaak en de |
| actualisering van het plannenregister, gewijzigd bij de besluiten van | actualisering van het plannenregister, gewijzigd bij de besluiten van |
| de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 en 5 juni 2009, worden de woorden | de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 en 5 juni 2009, worden de woorden |
| "de planologische ambtenaar en de gewestelijke stedenbouwkundige | "de planologische ambtenaar en de gewestelijke stedenbouwkundige |
| ambtenaar" vervangen door de woorden "het Departement Ruimtelijke | ambtenaar" vervangen door de woorden "het Departement Ruimtelijke |
| Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed". | Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed". |
| HOOFDSTUK 6. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van | HOOFDSTUK 6. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van |
| 19 mei 2000 tot vaststelling van de voorwaarden waaraan personen | 19 mei 2000 tot vaststelling van de voorwaarden waaraan personen |
| moeten voldoen om als ambtenaar van ruimtelijke ordening te kunnen | moeten voldoen om als ambtenaar van ruimtelijke ordening te kunnen |
| worden aangesteld | worden aangesteld |
Art. 22.In hoofdstuk II van het besluit van de Vlaamse Regering van |
Art. 22.In hoofdstuk II van het besluit van de Vlaamse Regering van |
| 19 mei 2000 tot vaststelling van de voorwaarden waaraan personen | 19 mei 2000 tot vaststelling van de voorwaarden waaraan personen |
| moeten voldoen om als ambtenaar van ruimtelijke ordening te kunnen | moeten voldoen om als ambtenaar van ruimtelijke ordening te kunnen |
| worden aangesteld wordt, vervangen bij het besluit van de Vlaamse | worden aangesteld wordt, vervangen bij het besluit van de Vlaamse |
| Regering van 23 juni 2006 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse | Regering van 23 juni 2006 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse |
| Regering van 9 september 2011, wordt afdeling I, die bestaat uit | Regering van 9 september 2011, wordt afdeling I, die bestaat uit |
| artikel 3 tot en met 6, opgeheven. | artikel 3 tot en met 6, opgeheven. |
Art. 23.In artikel 7 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
Art. 23.In artikel 7 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 en gewijzigd bij het besluit | van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 en gewijzigd bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 9 september 2011, wordt het woord | van de Vlaamse Regering van 9 september 2011, wordt het woord |
| "ambtenaren" telkens vervangen door het woord "personeelsleden". | "ambtenaren" telkens vervangen door het woord "personeelsleden". |
Art. 24.In artikel 8 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
Art. 24.In artikel 8 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit |
| van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006, worden de volgende | van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006, worden de volgende |
| wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
| 1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt: | 1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt: |
| "Om aangesteld te kunnen worden als gewestelijke stedenbouwkundige | "Om aangesteld te kunnen worden als gewestelijke stedenbouwkundige |
| ambtenaar met toepassing van artikel 7 moet het personeelslid houder | ambtenaar met toepassing van artikel 7 moet het personeelslid houder |
| zijn van een diploma van een opleiding ruimtelijke ordening. De | zijn van een diploma van een opleiding ruimtelijke ordening. De |
| minister bepaalt, rekening houdend met de kennis en vaardigheden die | minister bepaalt, rekening houdend met de kennis en vaardigheden die |
| voor de functie vereist zijn, welke diploma's van een opleiding | voor de functie vereist zijn, welke diploma's van een opleiding |
| ruimtelijke ordening voldoen voor een aanstelling."; | ruimtelijke ordening voldoen voor een aanstelling."; |
| 2° in het tweede lid wordt het woord "ambtenaren" vervangen door het | 2° in het tweede lid wordt het woord "ambtenaren" vervangen door het |
| woord "personeelsleden". | woord "personeelsleden". |
| HOOFDSTUK 7. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van | HOOFDSTUK 7. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van |
| 10 juli 2008 houdende bepaling van de nadere regels voor de opmaak, de | 10 juli 2008 houdende bepaling van de nadere regels voor de opmaak, de |
| actualisering en de financiering van het register van de onbebouwde | actualisering en de financiering van het register van de onbebouwde |
| percelen | percelen |
Art. 25.In artikel 17, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse |
Art. 25.In artikel 17, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse |
| Regering van 10 juli 2008 houdende bepaling van de nadere regels voor | Regering van 10 juli 2008 houdende bepaling van de nadere regels voor |
| de opmaak, de actualisering en de financiering van het register van de | de opmaak, de actualisering en de financiering van het register van de |
| onbebouwde percelen, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering | onbebouwde percelen, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering |
| van 5 juni 2009, worden de woorden "of planologische" opgeheven. | van 5 juni 2009, worden de woorden "of planologische" opgeheven. |
| HOOFDSTUK 8. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van | HOOFDSTUK 8. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van |
| 29 mei 2009 betreffende sommige aspecten van de planbatenheffing | 29 mei 2009 betreffende sommige aspecten van de planbatenheffing |
Art. 26.In artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 |
Art. 26.In artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 |
| mei 2009 betreffende sommige aspecten van de planbatenheffing wordt | mei 2009 betreffende sommige aspecten van de planbatenheffing wordt |
| paragraaf 1 vervangen door wat volgt: | paragraaf 1 vervangen door wat volgt: |
| " § 1. Uiterlijk op 31 maart van het jaar dat volgt op het jaar van de | " § 1. Uiterlijk op 31 maart van het jaar dat volgt op het jaar van de |
| inning, berekent de beheerder van het Planbatenfonds achtereenvolgens: | inning, berekent de beheerder van het Planbatenfonds achtereenvolgens: |
| 1° het totaal van de in het voorgaande kalenderjaar ten laste van dat | 1° het totaal van de in het voorgaande kalenderjaar ten laste van dat |
| kalenderjaar vastgelegde inningskosten, vermeerderd met de voor het | kalenderjaar vastgelegde inningskosten, vermeerderd met de voor het |
| lopende kalenderjaar geraamde inningskosten. Onder inningskosten | lopende kalenderjaar geraamde inningskosten. Onder inningskosten |
| worden alle inningskosten begrepen die gepaard gaan met de inning en | worden alle inningskosten begrepen die gepaard gaan met de inning en |
| de invordering van de planbatenheffing, met inbegrip van de marginale | de invordering van de planbatenheffing, met inbegrip van de marginale |
| personeels-, werkings- en informaticakosten, en van de eventuele | personeels-, werkings- en informaticakosten, en van de eventuele |
| verschuldigde moratoriumintresten; | verschuldigde moratoriumintresten; |
| 2° het totaal van de in het voorgaande kalenderjaar geïnde | 2° het totaal van de in het voorgaande kalenderjaar geïnde |
| ontvangsten; | ontvangsten; |
| 3° het totaal van de in het voorgaande kalenderjaar geïnde | 3° het totaal van de in het voorgaande kalenderjaar geïnde |
| ontvangsten, vermeld in artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 3°, van de | ontvangsten, vermeld in artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 3°, van de |
| Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; | Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; |
| 4° het totaal van de in het voorgaande kalenderjaar geïnde | 4° het totaal van de in het voorgaande kalenderjaar geïnde |
| ontvangsten, vermeld in artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 4, van de | ontvangsten, vermeld in artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 4, van de |
| voormelde codex; | voormelde codex; |
| 5° de deelname in de inningskosten ten laste van het Rubiconfonds, | 5° de deelname in de inningskosten ten laste van het Rubiconfonds, |
| door de totale inningskosten, vermeld in punt 1°, te vermenigvuldigen | door de totale inningskosten, vermeld in punt 1°, te vermenigvuldigen |
| met het verhoudingspercentage, afgerond op twee cijfers na de komma, | met het verhoudingspercentage, afgerond op twee cijfers na de komma, |
| van het totaal, vermeld in artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 2°, van de | van het totaal, vermeld in artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 2°, van de |
| voormelde codex, ten opzichte van de som van de totalen, vermeld in | voormelde codex, ten opzichte van de som van de totalen, vermeld in |
| artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 2° en 5°, van de voormelde codex; | artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 2° en 5°, van de voormelde codex; |
| 6° de deelname in de inningskosten ten laste van het Grondfonds, door | 6° de deelname in de inningskosten ten laste van het Grondfonds, door |
| de totale inningskosten, vermeld in punt 1°, te vermenigvuldigen met | de totale inningskosten, vermeld in punt 1°, te vermenigvuldigen met |
| het verhoudingspercentage, afgerond op twee cijfers na de komma, van | het verhoudingspercentage, afgerond op twee cijfers na de komma, van |
| het totaal, vermeld in artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 5°, van de | het totaal, vermeld in artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 5°, van de |
| voormelde codex, ten opzichte van de som van de totalen, vermeld in | voormelde codex, ten opzichte van de som van de totalen, vermeld in |
| artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 2° en 5°, van de voormelde codex; | artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 2° en 5°, van de voormelde codex; |
| 7° het aan het Rubiconfonds door te storten bedrag door de inkomsten, | 7° het aan het Rubiconfonds door te storten bedrag door de inkomsten, |
| vermeld in artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 2°, van de voormelde codex | vermeld in artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 2°, van de voormelde codex |
| te verminderen met de deelname in de inningskosten ten laste van het | te verminderen met de deelname in de inningskosten ten laste van het |
| Rubiconfonds, vermeld in punt 5° ; | Rubiconfonds, vermeld in punt 5° ; |
| 8° het aan het Grondfonds door te storten bedrag door de inkomsten, | 8° het aan het Grondfonds door te storten bedrag door de inkomsten, |
| vermeld in artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 5°, van de voormelde codex | vermeld in artikel 2.6.17, § 3, eerste lid, 5°, van de voormelde codex |
| te verminderen met de deelname in de inningskosten ten laste van het | te verminderen met de deelname in de inningskosten ten laste van het |
| Grondfonds, vermeld in punt 6°. | Grondfonds, vermeld in punt 6°. |
| Als de geïnde planbatenheffing voortvloeit uit meerdere | Als de geïnde planbatenheffing voortvloeit uit meerdere |
| bestemmingswijzigingen op hetzelfde perceel conform artikel 2.6.10, § | bestemmingswijzigingen op hetzelfde perceel conform artikel 2.6.10, § |
| 2, tweede lid, van de voormelde codex, worden de ontvangsten, geïnd | 2, tweede lid, van de voormelde codex, worden de ontvangsten, geïnd |
| uit elke bestemmingswijziging, geacht afkomstig te zijn uit de | uit elke bestemmingswijziging, geacht afkomstig te zijn uit de |
| respectieve bestemmingswijzigingen in functie van het relatieve | respectieve bestemmingswijzigingen in functie van het relatieve |
| aandeel van de overeenkomstige meerwaarde in de totale meerwaarde die | aandeel van de overeenkomstige meerwaarde in de totale meerwaarde die |
| berekend is voor dat perceel. | berekend is voor dat perceel. |
| Uiterlijk op 31 maart van het jaar dat volgt op het jaar van de | Uiterlijk op 31 maart van het jaar dat volgt op het jaar van de |
| inning, voert de beheerder van het planbatenfonds de doorstortingen | inning, voert de beheerder van het planbatenfonds de doorstortingen |
| van de bedragen, vermeld in het eerste lid, 3°, 4°, 7° en 8°, uit aan | van de bedragen, vermeld in het eerste lid, 3°, 4°, 7° en 8°, uit aan |
| de begunstigden, vermeld in artikel 2.6.17, § 3, van de voormelde | de begunstigden, vermeld in artikel 2.6.17, § 3, van de voormelde |
| codex.". | codex.". |
| HOOFDSTUK 9. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van | HOOFDSTUK 9. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van |
| 19 maart 2010 betreffende stedenbouwkundige attesten, | 19 maart 2010 betreffende stedenbouwkundige attesten, |
| projectvergaderingen en stedenbouwkundige inlichtingen | projectvergaderingen en stedenbouwkundige inlichtingen |
Art. 27.In artikel 3, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering |
Art. 27.In artikel 3, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering |
| van 19 maart 2010 betreffende stedenbouwkundige attesten, | van 19 maart 2010 betreffende stedenbouwkundige attesten, |
| projectvergaderingen en stedenbouwkundige inlichtingen, worden de | projectvergaderingen en stedenbouwkundige inlichtingen, worden de |
| volgende wijzigingen aangebracht: | volgende wijzigingen aangebracht: |
| 1° in het tweede lid worden de woorden "de gewestelijke | 1° in het tweede lid worden de woorden "de gewestelijke |
| stedenbouwkundige ambtenaar" telkens vervangen door de woorden "het | stedenbouwkundige ambtenaar" telkens vervangen door de woorden "het |
| Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed"; | Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed"; |
| 2° in het derde lid wordt de zinsnede ", de gedelegeerde | 2° in het derde lid wordt de zinsnede ", de gedelegeerde |
| stedenbouwkundige ambtenaar" opgeheven. | stedenbouwkundige ambtenaar" opgeheven. |
Art. 28.In artikel 6, § 3, eerste lid, van hetzelfde besluit, wordt |
Art. 28.In artikel 6, § 3, eerste lid, van hetzelfde besluit, wordt |
| de zinsnede ", de gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar" opgeheven. | de zinsnede ", de gedelegeerde stedenbouwkundige ambtenaar" opgeheven. |
| HOOFDSTUK 1 0. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering | HOOFDSTUK 1 0. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering |
| van 29 maart 2013 tot bepaling van de nadere regels inzake het | van 29 maart 2013 tot bepaling van de nadere regels inzake het |
| planologisch attest | planologisch attest |
Art. 29.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 |
Art. 29.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 |
| maart 2013 tot bepaling van de nadere regels inzake het planologisch | maart 2013 tot bepaling van de nadere regels inzake het planologisch |
| attest wordt een punt 6° toegevoegd, dat luidt als volgt: | attest wordt een punt 6° toegevoegd, dat luidt als volgt: |
| "6° het departement: het Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid | "6° het departement: het Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid |
| en Onroerend Erfgoed.". | en Onroerend Erfgoed.". |
Art. 30.In artikel 5, § 1, 2°, van hetzelfde besluit worden de |
Art. 30.In artikel 5, § 1, 2°, van hetzelfde besluit worden de |
| woorden "de deputatie" vervangen door de woorden "de provincieraad". | woorden "de deputatie" vervangen door de woorden "de provincieraad". |
Art. 31.In artikel 6, § 1, 2°, van hetzelfde besluit worden de |
Art. 31.In artikel 6, § 1, 2°, van hetzelfde besluit worden de |
| woorden "de deputatie" vervangen door de woorden "de provincieraad". | woorden "de deputatie" vervangen door de woorden "de provincieraad". |
Art. 32.In artikel 7, § 1, derde lid, van hetzelfde besluit worden de |
Art. 32.In artikel 7, § 1, derde lid, van hetzelfde besluit worden de |
| woorden "de deputatie" vervangen door de woorden "de provincieraad". | woorden "de deputatie" vervangen door de woorden "de provincieraad". |
Art. 33.In artikel 9, § 3, tweede lid, van hetzelfde besluit worden |
Art. 33.In artikel 9, § 3, tweede lid, van hetzelfde besluit worden |
| de woorden "de deputatie" vervangen door de woorden "de | de woorden "de deputatie" vervangen door de woorden "de |
| provincieraad". | provincieraad". |
Art. 34.In artikel 10 van hetzelfde besluit worden de volgende |
Art. 34.In artikel 10 van hetzelfde besluit worden de volgende |
| wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
| 1° paragraaf 5 wordt vervangen door wat volgt: | 1° paragraaf 5 wordt vervangen door wat volgt: |
| " § 5. Het departement verstuurt uiterlijk de laatste dag van het | " § 5. Het departement verstuurt uiterlijk de laatste dag van het |
| openbaar onderzoek een advies naar de bevoegde overheid."; | openbaar onderzoek een advies naar de bevoegde overheid."; |
| 2° in paragraaf 6 worden de woorden "de deputatie" vervangen door de | 2° in paragraaf 6 worden de woorden "de deputatie" vervangen door de |
| woorden "de provincieraad"; | woorden "de provincieraad"; |
| 3° aan paragraaf 6 worden de volgende zinnen toegevoegd: | 3° aan paragraaf 6 worden de volgende zinnen toegevoegd: |
| "Overeenkomstig artikel 4.4.25, § 4, tweede lid, van de Vlaamse Codex | "Overeenkomstig artikel 4.4.25, § 4, tweede lid, van de Vlaamse Codex |
| Ruimtelijke Ordening bevat het advies het integrale advies van het | Ruimtelijke Ordening bevat het advies het integrale advies van het |
| departement. Op hetzelfde ogenblik bezorgt de bevoegde commissie voor | departement. Op hetzelfde ogenblik bezorgt de bevoegde commissie voor |
| ruimtelijke ordening de gebundelde adviezen, opmerkingen en bezwaren | ruimtelijke ordening de gebundelde adviezen, opmerkingen en bezwaren |
| aan het bevoegde bestuursorgaan.". | aan het bevoegde bestuursorgaan.". |
| HOOFDSTUK 1 1. - Slotbepalingen | HOOFDSTUK 1 1. - Slotbepalingen |
Art. 35.De volgende bepalingen treden in werking dertig dagen na de |
Art. 35.De volgende bepalingen treden in werking dertig dagen na de |
| bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad: | bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad: |
| 1° artikel 51 van het decreet van 4 april 2014 houdende wijziging van | 1° artikel 51 van het decreet van 4 april 2014 houdende wijziging van |
| diverse decreten met betrekking tot de ruimtelijke ordening en het | diverse decreten met betrekking tot de ruimtelijke ordening en het |
| grond- en pandenbeleid, voor wat betreft de bevoegdheid van de | grond- en pandenbeleid, voor wat betreft de bevoegdheid van de |
| provincieraad om te beslissen over aanvragen tot planologisch attest; | provincieraad om te beslissen over aanvragen tot planologisch attest; |
| 2° artikel 30 tot en met artikel 34 van dit besluit, voor wat betreft | 2° artikel 30 tot en met artikel 34 van dit besluit, voor wat betreft |
| de bevoegdheid van de provincieraad om te beslissen over aanvragen | de bevoegdheid van de provincieraad om te beslissen over aanvragen |
| voor een planologisch attest. | voor een planologisch attest. |
Art. 36.De Vlaamse minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening, is |
Art. 36.De Vlaamse minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening, is |
| belast met de uitvoering van dit besluit. | belast met de uitvoering van dit besluit. |
| Brussel, 6 juni 2014. | Brussel, 6 juni 2014. |
| De minister-president van de Vlaamse Regering, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
| K. PEETERS | K. PEETERS |
| De Vlaamse minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke | De Vlaamse minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke |
| Ordening en Sport, | Ordening en Sport, |
| Ph. MUYTERS | Ph. MUYTERS |