Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende maatregelen inzake rijopleiding voor de versoepeling van de lockdown om de verspreiding van COVID-19 in te perken | Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende maatregelen inzake rijopleiding voor de versoepeling van de lockdown om de verspreiding van COVID-19 in te perken |
---|---|
BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST | BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST |
2 JULI 2020. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering | 2 JULI 2020. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering |
houdende maatregelen inzake rijopleiding voor de versoepeling van de | houdende maatregelen inzake rijopleiding voor de versoepeling van de |
lockdown om de verspreiding van COVID-19 in te perken | lockdown om de verspreiding van COVID-19 in te perken |
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, | De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, |
A. Gelet op de volgende teksten en adviezen: | A. Gelet op de volgende teksten en adviezen: |
A.1. Artikel 6, § 1, XII van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot | A.1. Artikel 6, § 1, XII van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot |
hervorming der instellingen; | hervorming der instellingen; |
A.2. Artikels 4 en 8 van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met | A.2. Artikels 4 en 8 van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met |
betrekking tot de Brusselse instellingen; | betrekking tot de Brusselse instellingen; |
A.3. Volmachtenbesluit nr. 2020/001 van de Brusselse Hoofdstedelijke | A.3. Volmachtenbesluit nr. 2020/001 van de Brusselse Hoofdstedelijke |
Regering van 2 april 2020 betreffende de tijdelijke opschorting van de | Regering van 2 april 2020 betreffende de tijdelijke opschorting van de |
verval- en beroepstermijnen die vastgelegd zijn in de Brusselse | verval- en beroepstermijnen die vastgelegd zijn in de Brusselse |
wetgeving en reglementering of die op grond daarvan zijn ingevoerd; | wetgeving en reglementering of die op grond daarvan zijn ingevoerd; |
A.4. Volmachtenbesluit nr. 2020/002 van de Brusselse Hoofdstedelijke | A.4. Volmachtenbesluit nr. 2020/002 van de Brusselse Hoofdstedelijke |
Regering van 9 april 2020 houdende maatregelen inzake mobiliteit, | Regering van 9 april 2020 houdende maatregelen inzake mobiliteit, |
openbare werken en verkeersveiligheid om de verspreiding van het | openbare werken en verkeersveiligheid om de verspreiding van het |
coronavirus in te perken; | coronavirus in te perken; |
A.5. De wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd | A.5. De wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd |
op 16 maart 1968; | op 16 maart 1968; |
A.6. Het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het | A.6. Het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het |
rijbewijs; | rijbewijs; |
A.7. Het koninklijk besluit van 29 juni 2003 betreffende de opleiding | A.7. Het koninklijk besluit van 29 juni 2003 betreffende de opleiding |
van bestuurders van transporteenheden die andere gevaarlijke goederen | van bestuurders van transporteenheden die andere gevaarlijke goederen |
dan radioactieve stoffen over de weg vervoeren; | dan radioactieve stoffen over de weg vervoeren; |
A.8. Het koninklijk besluit van 11 mei 2004 betreffende de voorwaarden | A.8. Het koninklijk besluit van 11 mei 2004 betreffende de voorwaarden |
voor erkenning van scholen voor het besturen van motorvoertuigen; | voor erkenning van scholen voor het besturen van motorvoertuigen; |
A.9. Het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, | A.9. Het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, |
de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van | de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van |
de categorieën C1, C1+E, C, C+E, D1, D1+E, D, D+E; | de categorieën C1, C1+E, C, C+E, D1, D1+E, D, D+E; |
A.10. Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 | A.10. Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 |
januari 2010 tot vaststelling van de voorwaarden voor de toegang tot | januari 2010 tot vaststelling van de voorwaarden voor de toegang tot |
het beroep van ondernemer van personenvervoer over de weg voor het | het beroep van ondernemer van personenvervoer over de weg voor het |
geregeld vervoer en de bijzondere vormen van geregeld vervoer; | geregeld vervoer en de bijzondere vormen van geregeld vervoer; |
A.11. Het koninklijk besluit van 13 juni 2010 houdende de erkenning | A.11. Het koninklijk besluit van 13 juni 2010 houdende de erkenning |
van de beroepskwalificaties die door rijinstructeurs en directeurs van | van de beroepskwalificaties die door rijinstructeurs en directeurs van |
rijscholen werden verworven in de lidstaten van de Europese | rijscholen werden verworven in de lidstaten van de Europese |
Gemeenschap, alsook tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 | Gemeenschap, alsook tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 |
mei 2004 betreffende de voorwaarden voor erkenning van scholen voor | mei 2004 betreffende de voorwaarden voor erkenning van scholen voor |
het besturen van motorvoertuigen; | het besturen van motorvoertuigen; |
A.12. Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 | A.12. Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 |
maart 2018 betreffende de rijopleiding en het rijexamen van categorie | maart 2018 betreffende de rijopleiding en het rijexamen van categorie |
van motorvoertuigen B en bepaalde aspecten voor alle categorieën van | van motorvoertuigen B en bepaalde aspecten voor alle categorieën van |
motorvoertuigen; | motorvoertuigen; |
A.13. Het ministerieel besluit van 23 oktober 2018 tot vaststelling | A.13. Het ministerieel besluit van 23 oktober 2018 tot vaststelling |
van de regels inzake de rijopleiding, en het rijexamen, de retributies | van de regels inzake de rijopleiding, en het rijexamen, de retributies |
en de beroepscommissie; | en de beroepscommissie; |
A.14. Het ministerieel besluit van 18 maart 2020 houdende dringende | A.14. Het ministerieel besluit van 18 maart 2020 houdende dringende |
maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te | maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te |
beperken; | beperken; |
A.15. Advies 67.678/4 van de Raad van State, gegeven op 29 juni 2020, | A.15. Advies 67.678/4 van de Raad van State, gegeven op 29 juni 2020, |
bij toepassing van artikel 84, § 1, lid 1, 3°, van de wetten op de | bij toepassing van artikel 84, § 1, lid 1, 3°, van de wetten op de |
Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973 (de motivatie van de | Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973 (de motivatie van de |
noodsituatie wordt uitgewerkt in de punten B.4 tot en met B.8 | noodsituatie wordt uitgewerkt in de punten B.4 tot en met B.8 |
hieronder); | hieronder); |
B. Overwegende wat volgt: | B. Overwegende wat volgt: |
B.1. België maakt momenteel een grootschalige gezondheidscrisis door | B.1. België maakt momenteel een grootschalige gezondheidscrisis door |
in verband met de pandemie van het coronavirus SARS-CoV2, drager van | in verband met de pandemie van het coronavirus SARS-CoV2, drager van |
de ziekte COVID-19; | de ziekte COVID-19; |
B.2. De zogenaamde maatregelen van "lockdown" en "social distancing" | B.2. De zogenaamde maatregelen van "lockdown" en "social distancing" |
die de federale minister van Binnenlandse Zaken heeft genomen in maart | die de federale minister van Binnenlandse Zaken heeft genomen in maart |
2020 om de verspreiding van het virus te beperken, hebben tot gevolg | 2020 om de verspreiding van het virus te beperken, hebben tot gevolg |
dat vele onderdelen van de economie verlamd raken; alle operatoren die | dat vele onderdelen van de economie verlamd raken; alle operatoren die |
actief zijn in de rijopleidingssector hebben als gevolg van deze | actief zijn in de rijopleidingssector hebben als gevolg van deze |
maatregelen en van de volmachtbesluit nr. 2020/002 van de Brusselse | maatregelen en van de volmachtbesluit nr. 2020/002 van de Brusselse |
Hoofdstedelijke Regering van 9 april 2020 houdende maatregelen inzake | Hoofdstedelijke Regering van 9 april 2020 houdende maatregelen inzake |
mobiliteit, openbare werken en verkeersveiligheid om de verspreiding | mobiliteit, openbare werken en verkeersveiligheid om de verspreiding |
van het coronavirus in te perken, hun activiteiten onmiddellijk moeten | van het coronavirus in te perken, hun activiteiten onmiddellijk moeten |
opschorten; | opschorten; |
B.3. Aangezien de genomen maatregelen momenteel de verwachte effecten | B.3. Aangezien de genomen maatregelen momenteel de verwachte effecten |
hebben, moet er vanaf nu, rekening houdend met de geleidelijke | hebben, moet er vanaf nu, rekening houdend met de geleidelijke |
opheffing van deze maatregelen en met de laatste aanbevelingen van het | opheffing van deze maatregelen en met de laatste aanbevelingen van het |
Nationaal Crisiscentrum, gezorgd worden voor een geleidelijke en | Nationaal Crisiscentrum, gezorgd worden voor een geleidelijke en |
ordelijke heropstart van de activiteiten waarvan de werking door deze | ordelijke heropstart van de activiteiten waarvan de werking door deze |
maatregelen aangepast was; | maatregelen aangepast was; |
B.4. Voor de rijopleiding is het dringend noodzakelijk de hervatting | B.4. Voor de rijopleiding is het dringend noodzakelijk de hervatting |
van de activiteiten te organiseren, aangezien de opschorting van de | van de activiteiten te organiseren, aangezien de opschorting van de |
activiteiten gedurende drie maanden betekent dat degenen die niet in | activiteiten gedurende drie maanden betekent dat degenen die niet in |
staat zijn geweest de vereiste opleiding te volgen of de vereiste | staat zijn geweest de vereiste opleiding te volgen of de vereiste |
examens in deze periode af te leggen, worden toegevoegd aan degenen | examens in deze periode af te leggen, worden toegevoegd aan degenen |
die dat in de komende maanden wel van plan waren; de sector zal deze | die dat in de komende maanden wel van plan waren; de sector zal deze |
uitzonderlijke hoeveelheid verzoeken dus niet tijdig kunnen opvangen; | uitzonderlijke hoeveelheid verzoeken dus niet tijdig kunnen opvangen; |
B.5 Deze toevloed van aanvragen heeft tot gevolg dat, indien er geen | B.5 Deze toevloed van aanvragen heeft tot gevolg dat, indien er geen |
maatregelen worden genomen, bepaalde personen, om hun opleidings- | maatregelen worden genomen, bepaalde personen, om hun opleidings- |
en/of testproces voort te zetten, bepaalde reeds genomen stappen | en/of testproces voort te zetten, bepaalde reeds genomen stappen |
moeten herhalen, omdat ze niet binnen de door de verschillende | moeten herhalen, omdat ze niet binnen de door de verschillende |
hierboven vermelde besluiten vereiste termijnen zijn genomen; | hierboven vermelde besluiten vereiste termijnen zijn genomen; |
B.6. Aangezien de gezondheidscrisis nog niet voorbij is, is het van | B.6. Aangezien de gezondheidscrisis nog niet voorbij is, is het van |
essentieel belang om de vermenigvuldiging van de contacten tussen | essentieel belang om de vermenigvuldiging van de contacten tussen |
mensen zoveel mogelijk te vermijden, en daarom moeten de betrokken | mensen zoveel mogelijk te vermijden, en daarom moeten de betrokken |
termijnen worden verlengd; | termijnen worden verlengd; |
B.7. De formele goedkeuring van dit besluit is urgent, om dezelfde | B.7. De formele goedkeuring van dit besluit is urgent, om dezelfde |
reden: het is absoluut noodzakelijk om het aantal personen dat zich in | reden: het is absoluut noodzakelijk om het aantal personen dat zich in |
de periode tussen de hervatting van de activiteiten en de verlenging | de periode tussen de hervatting van de activiteiten en de verlenging |
van de termijnen zou engageren, zoveel mogelijk te beperken, om - | van de termijnen zou engageren, zoveel mogelijk te beperken, om - |
bovendien onnodig, gezien de verlenging van de termijnen - de | bovendien onnodig, gezien de verlenging van de termijnen - de |
betrokken stappen te herhalen; | betrokken stappen te herhalen; |
B.8. Aangezien iedere dag die verstrijkt bijdraagt aan de verzadiging | B.8. Aangezien iedere dag die verstrijkt bijdraagt aan de verzadiging |
van de sector en de gezondheidsrisico's, dient het huidige besluit | van de sector en de gezondheidsrisico's, dient het huidige besluit |
dringend te worden aangenomen; | dringend te worden aangenomen; |
Op voorstel van de minister belast met Mobiliteit, Openbare Werken en | Op voorstel van de minister belast met Mobiliteit, Openbare Werken en |
Verkeersveiligheid; | Verkeersveiligheid; |
Na beraadslaging, | Na beraadslaging, |
Besluit : | Besluit : |
Artikel 1.In afwijking van artikel 34, lid 1 van het koninklijk |
Artikel 1.In afwijking van artikel 34, lid 1 van het koninklijk |
besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs en artikel 3.2.4, | besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs en artikel 3.2.4, |
§ 2 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 | § 2 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 |
maart 2018 betreffende de rijopleiding en het rijexamen van categorie | maart 2018 betreffende de rijopleiding en het rijexamen van categorie |
van motorvoertuigen B en bepaalde aspecten voor alle categorieën van | van motorvoertuigen B en bepaalde aspecten voor alle categorieën van |
motorvoertuigen, wordt de geldigheid van het attest van het slagen in | motorvoertuigen, wordt de geldigheid van het attest van het slagen in |
het theoretisch examen die vervalt vanaf 13 maart tot en met 30 | het theoretisch examen die vervalt vanaf 13 maart tot en met 30 |
december 2020 verlengd tot en met 31 december 2020. | december 2020 verlengd tot en met 31 december 2020. |
Art. 2.In afwijking van artikel 2.2.13 van voormeld besluit van de |
Art. 2.In afwijking van artikel 2.2.13 van voormeld besluit van de |
Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 maart 2018 en van artikel | Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 maart 2018 en van artikel |
16, lid 3 van het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het | 16, lid 3 van het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het |
rijbewijs, wordt de termijn van drie jaar tijdens dewelke de gevolgde | rijbewijs, wordt de termijn van drie jaar tijdens dewelke de gevolgde |
lesuren in een rijschool in aanmerking genomen worden die vervalt | lesuren in een rijschool in aanmerking genomen worden die vervalt |
vanaf 13 maart tot en met 30 december 2020 verlengd tot en met 31 | vanaf 13 maart tot en met 30 december 2020 verlengd tot en met 31 |
december 2020. | december 2020. |
Art. 3.In afwijking van artikel 39, § 2, lid 1 van het koninklijk |
Art. 3.In afwijking van artikel 39, § 2, lid 1 van het koninklijk |
besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs wordt de | besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs wordt de |
geldigheidsduur van het slagen voor de proef op een terrein buiten het | geldigheidsduur van het slagen voor de proef op een terrein buiten het |
verkeer die vervalt vanaf 13 maart tot en met 30 december 2020 | verkeer die vervalt vanaf 13 maart tot en met 30 december 2020 |
verlengd tot en met 31 december 2020. | verlengd tot en met 31 december 2020. |
Art. 4.In afwijking van artikel 3.2.12, § 1, lid 2, van voormeld |
Art. 4.In afwijking van artikel 3.2.12, § 1, lid 2, van voormeld |
besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 maart 2018 | besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 maart 2018 |
wordt de geldigheidsperiode van een jaar van het slagen voor de | wordt de geldigheidsperiode van een jaar van het slagen voor de |
risicoperceptietest die vervalt vanaf 13 maart tot en met 30 december | risicoperceptietest die vervalt vanaf 13 maart tot en met 30 december |
2020 verlengd tot en met 31 december 2020. | 2020 verlengd tot en met 31 december 2020. |
Art. 5.In afwijking van artikel 2.2.14, lid 4 van voormeld besluit |
Art. 5.In afwijking van artikel 2.2.14, lid 4 van voormeld besluit |
van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 maart 2018 en van | van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 maart 2018 en van |
artikels 11 en 12 van het ministerieel besluit van 23 oktober 2018 tot | artikels 11 en 12 van het ministerieel besluit van 23 oktober 2018 tot |
vaststelling van de regels inzake de rijopleiding, en het rijexamen, | vaststelling van de regels inzake de rijopleiding, en het rijexamen, |
de retributies en de beroepscommissie wordt de geldigheidsduur van | de retributies en de beroepscommissie wordt de geldigheidsduur van |
twee jaar van de attesten van de EHBO-opleiding, van de brevetten en | twee jaar van de attesten van de EHBO-opleiding, van de brevetten en |
getuigschriften die toelaten een vrijstelling voor de EHBO-opleiding | getuigschriften die toelaten een vrijstelling voor de EHBO-opleiding |
te bekomen zoals bedoeld in voormeld artikel 2.2.14 en van deze | te bekomen zoals bedoeld in voormeld artikel 2.2.14 en van deze |
vrijstellingen die vervalt vanaf 13 maart tot en met 30 december 2020 | vrijstellingen die vervalt vanaf 13 maart tot en met 30 december 2020 |
verlengd tot en met 31 december 2020. | verlengd tot en met 31 december 2020. |
Art. 6.De rijgeschiktheidsattesten vermeld in bijlage 6, XII van het |
Art. 6.De rijgeschiktheidsattesten vermeld in bijlage 6, XII van het |
koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs waarvan | koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs waarvan |
de geldigheid vervalt vanaf 13 maart tot en met 30 december 2020 | de geldigheid vervalt vanaf 13 maart tot en met 30 december 2020 |
verlengd tot en met 31 december 2020. | verlengd tot en met 31 december 2020. |
Art. 7.Worden verminderd ten belope van een zesde van het voor het |
Art. 7.Worden verminderd ten belope van een zesde van het voor het |
jaar 2020 opeisbare bedrag, de jaarlijkse retributies te betalen door: | jaar 2020 opeisbare bedrag, de jaarlijkse retributies te betalen door: |
1° de erkende rijscholen in overeenstemming met artikel 10, § 2 van | 1° de erkende rijscholen in overeenstemming met artikel 10, § 2 van |
het koninklijk besluit van 11 mei 2004 betreffende de voorwaarden voor | het koninklijk besluit van 11 mei 2004 betreffende de voorwaarden voor |
erkenning van scholen voor het besturen van motorvoertuigen; | erkenning van scholen voor het besturen van motorvoertuigen; |
2° de opleidingscentra in overeenstemming met artikel 26bis, § 6, lid | 2° de opleidingscentra in overeenstemming met artikel 26bis, § 6, lid |
2, van het koninklijk besluit van 23 maart 1998. | 2, van het koninklijk besluit van 23 maart 1998. |
Art. 8.In afwijking van artikel 33, § 2, lid 1 van het koninklijk |
Art. 8.In afwijking van artikel 33, § 2, lid 1 van het koninklijk |
besluit van 11 mei 2004 betreffende de voorwaarden voor erkenning van | besluit van 11 mei 2004 betreffende de voorwaarden voor erkenning van |
scholen voor het besturen van motorvoertuigen wordt de geldigheidsduur | scholen voor het besturen van motorvoertuigen wordt de geldigheidsduur |
voor de stagetoelating verlengd: | voor de stagetoelating verlengd: |
1° met zes maanden voor kandidaten die hun examens in het Vlaamse | 1° met zes maanden voor kandidaten die hun examens in het Vlaamse |
Gewest hebben afgelegd en waarvan de toelating is afgegeven vóór 11 | Gewest hebben afgelegd en waarvan de toelating is afgegeven vóór 11 |
mei 2020; | mei 2020; |
2° tot en met 31 december 2020 voor kandidaten die hun examens in het | 2° tot en met 31 december 2020 voor kandidaten die hun examens in het |
Waalse Gewest hebben afgelegd en waarvan de toelating verloopt vanaf | Waalse Gewest hebben afgelegd en waarvan de toelating verloopt vanaf |
16 maart 2020 tot en met 30 september 2020. | 16 maart 2020 tot en met 30 september 2020. |
Art. 9.In afwijking van artikel 33, § 6, lid 3 van voormeld |
Art. 9.In afwijking van artikel 33, § 6, lid 3 van voormeld |
koninklijk besluit van 11 mei 2004 wordt de geldigheidsduur van het | koninklijk besluit van 11 mei 2004 wordt de geldigheidsduur van het |
stageattest dat vervalt vanaf 13 maart tot en met 30 december 2020 tot | stageattest dat vervalt vanaf 13 maart tot en met 30 december 2020 tot |
en met 31 december verlengd. | en met 31 december verlengd. |
Afdeling 3. - Slotbepalingen | Afdeling 3. - Slotbepalingen |
Art. 10.Dit besluit treedt in werking op de dag van de publicatie |
Art. 10.Dit besluit treedt in werking op de dag van de publicatie |
ervan in het Belgisch Staatsblad. | ervan in het Belgisch Staatsblad. |
Art. 11.De minister belast met Mobiliteit, Openbare Werken en |
Art. 11.De minister belast met Mobiliteit, Openbare Werken en |
Verkeersveiligheid wordt belast met de uitvoering van dit besluit. | Verkeersveiligheid wordt belast met de uitvoering van dit besluit. |
Brussel, 2 juli 2020. | Brussel, 2 juli 2020. |
Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering: | Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering: |
De Minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, | De Minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, |
belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de | belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de |
Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van | Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van |
Gewestelijk Belang, | Gewestelijk Belang, |
R. VERVOORT | R. VERVOORT |
De Minister belast met Mobiliteit, Openbare Werken en | De Minister belast met Mobiliteit, Openbare Werken en |
Verkeersveiligheid, | Verkeersveiligheid, |
E. VAN DEN BRANDT | E. VAN DEN BRANDT |