Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 19/12/2019
← Terug naar "Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot opheffing van de artikelen 3, 4, 7 en 8 van het koninklijk besluit van 11 januari 1940 betreffende de uitvoering van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten "
Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot opheffing van de artikelen 3, 4, 7 en 8 van het koninklijk besluit van 11 januari 1940 betreffende de uitvoering van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot opheffing van de artikelen 3, 4, 7 en 8 van het koninklijk besluit van 11 januari 1940 betreffende de uitvoering van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten
BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
19 DECEMBER 2019. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering 19 DECEMBER 2019. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering
tot opheffing van de artikelen 3, 4, 7 en 8 van het koninklijk besluit tot opheffing van de artikelen 3, 4, 7 en 8 van het koninklijk besluit
van 11 januari 1940 betreffende de uitvoering van het Wetboek der van 11 januari 1940 betreffende de uitvoering van het Wetboek der
registratie-, hypotheek- en griffierechten registratie-, hypotheek- en griffierechten
De Brussels Hoofdstedelijke Regering, De Brussels Hoofdstedelijke Regering,
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der
instellingen, artikel 20; instellingen, artikel 20;
Gelet op de ordonnantie van 20 december 2002 tot wijziging van het Gelet op de ordonnantie van 20 december 2002 tot wijziging van het
Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten, artikel 11; Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten, artikel 11;
Gelet op advies 66.704/4 van de Raad van State, gegeven op 4 december Gelet op advies 66.704/4 van de Raad van State, gegeven op 4 december
2019, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de 2019, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de
wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat, voor zover dit besluit geen rechtstreekse of Overwegende dat, voor zover dit besluit geen rechtstreekse of
onrechtstreekse invloed op natuurlijke personen heeft, het onrechtstreekse invloed op natuurlijke personen heeft, het
evaluatieverslag bedoeld in artikel 2, § 1, van de ordonnantie van 4 evaluatieverslag bedoeld in artikel 2, § 1, van de ordonnantie van 4
oktober 2018 tot invoering van de gelijkekansentest, niet moet worden oktober 2018 tot invoering van de gelijkekansentest, niet moet worden
opgesteld, overeenkomstig artikel 2, § 3, 6°, van dezelfde opgesteld, overeenkomstig artikel 2, § 3, 6°, van dezelfde
ordonnantie; ordonnantie;
Op voorstel van de Minister van Financiën, na beraadslaging, Op voorstel van de Minister van Financiën, na beraadslaging,
Besluit : Besluit :

Artikel 1.Artikel 3 van het koninklijk besluit van 11 januari 1940

Artikel 1.Artikel 3 van het koninklijk besluit van 11 januari 1940

betreffende de uitvoering van het Wetboek der registratie-, hypotheek- betreffende de uitvoering van het Wetboek der registratie-, hypotheek-
en griffierechten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 juli en griffierechten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 juli
2000, wordt opgeheven. 2000, wordt opgeheven.

Art. 2.Artikel 4 van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij het

Art. 2.Artikel 4 van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij het

koninklijk besluit van 20 juli 2000, wordt opgeheven. koninklijk besluit van 20 juli 2000, wordt opgeheven.

Art. 3.Artikel 7 van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij het

Art. 3.Artikel 7 van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij het

koninklijk besluit van 20 juli 2000, wordt opgeheven. koninklijk besluit van 20 juli 2000, wordt opgeheven.

Art. 4.Artikel 8 van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij het

Art. 4.Artikel 8 van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij het

koninklijk besluit van 21 december 1979, wordt opgeheven. koninklijk besluit van 21 december 1979, wordt opgeheven.

Art. 5.De Minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering

Art. 5.De Minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering

van dit besluit. van dit besluit.
Brussel, 19 december 2019. Brussel, 19 december 2019.
Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering: Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering:
De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering,
R. VERVOORT R. VERVOORT
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met
Financiën, Begroting, Openbaar ambt en de Promotie van Meertaligheid, Financiën, Begroting, Openbaar ambt en de Promotie van Meertaligheid,
S. GATZ S. GATZ
^