| Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van delegaties van bevoegdheden aan de leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar van Net Brussel, Gewestelijk Agentschap voor Netheid | Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van delegaties van bevoegdheden aan de leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar van Net Brussel, Gewestelijk Agentschap voor Netheid |
|---|---|
| MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST | MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST |
| 29 OKTOBER 2011. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering | 29 OKTOBER 2011. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering |
| tot vaststelling van delegaties van bevoegdheden aan de leidend | tot vaststelling van delegaties van bevoegdheden aan de leidend |
| ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar van Net Brussel, Gewestelijk | ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar van Net Brussel, Gewestelijk |
| Agentschap voor Netheid | Agentschap voor Netheid |
| De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, | De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, |
| Gelet op de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de | Gelet op de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de |
| financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten en latere | financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten en latere |
| wijzigingen; | wijzigingen; |
| Gelet op de ordonnantie van 19 juli 1990 houdende oprichting van het | Gelet op de ordonnantie van 19 juli 1990 houdende oprichting van het |
| Gewestelijk Agentschap voor Netheid, artikel 6; | Gewestelijk Agentschap voor Netheid, artikel 6; |
| Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 | Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 |
| maart 1995 tot vaststelling van delegaties van bevoegdheden aan de | maart 1995 tot vaststelling van delegaties van bevoegdheden aan de |
| leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar van het Gewestelijk | leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar van het Gewestelijk |
| Agentschap voor Netheid; | Agentschap voor Netheid; |
| Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 16 mei | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 16 mei |
| 2011; | 2011; |
| Gelet op advies 50.011/2/V van de Raad van State, gegeven op 10 | Gelet op advies 50.011/2/V van de Raad van State, gegeven op 10 |
| augustus 2011 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van | augustus 2011 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van |
| de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
| Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 29 | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 29 |
| oktober 2011; | oktober 2011; |
| Op de voordracht van de Minister-President bevoegd voor Openbare | Op de voordracht van de Minister-President bevoegd voor Openbare |
| Netheid; | Netheid; |
| Na beraadslaging, | Na beraadslaging, |
| Besluit : | Besluit : |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit, dient te worden |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit, dient te worden |
| verstaan onder : | verstaan onder : |
| 1° de Minister : het Lid van de Regering of de Gewestelijke | 1° de Minister : het Lid van de Regering of de Gewestelijke |
| Staatssecretaris die de beheersbevoegdheid van het Gewestelijk | Staatssecretaris die de beheersbevoegdheid van het Gewestelijk |
| Agentschap voor Netheid uitoefent; | Agentschap voor Netheid uitoefent; |
| 2° Agentschap : het Gewestelijk Agentschap voor Netheid. | 2° Agentschap : het Gewestelijk Agentschap voor Netheid. |
| I. Werking | I. Werking |
Art. 2.De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar staan in |
Art. 2.De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar staan in |
| voor het dagelijks beheer van het Agentschap, overeenkomstig de | voor het dagelijks beheer van het Agentschap, overeenkomstig de |
| bepalingen van dit besluit. | bepalingen van dit besluit. |
| Er wordt hun algemene delegatie van ondertekening toegekend voor alle | Er wordt hun algemene delegatie van ondertekening toegekend voor alle |
| handelingen die tot dit dagelijks beheer behoren. | handelingen die tot dit dagelijks beheer behoren. |
Art. 3.De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar nemen |
Art. 3.De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar nemen |
| gezamenlijk de beslissingen en gaan de verbintenissen aan die nodig | gezamenlijk de beslissingen en gaan de verbintenissen aan die nodig |
| zijn voor de uitvoering van de aan het Agentschap toevertrouwde | zijn voor de uitvoering van de aan het Agentschap toevertrouwde |
| opdrachten en voor het financieel beleid. | opdrachten en voor het financieel beleid. |
Art. 4.§ 1. In afwijking van artikel 3 is de leidend ambtenaar |
Art. 4.§ 1. In afwijking van artikel 3 is de leidend ambtenaar |
| bevoegd om : | bevoegd om : |
| 1° de begroting van het Agentschap uit te voeren overeenkomstig de | 1° de begroting van het Agentschap uit te voeren overeenkomstig de |
| vigerende wettelijke en reglementaire bepalingen; | vigerende wettelijke en reglementaire bepalingen; |
| 2° maatregelen te nemen die nodig zijn voor de goede werking van het | 2° maatregelen te nemen die nodig zijn voor de goede werking van het |
| Agentschap. | Agentschap. |
| § 2. In afwijking van artikel 3 is de adjunct-leidend ambtenaar | § 2. In afwijking van artikel 3 is de adjunct-leidend ambtenaar |
| bevoegd : | bevoegd : |
| 1° om de overeenkomsten voor commerciële abonnementen te sluiten | 1° om de overeenkomsten voor commerciële abonnementen te sluiten |
| waarvan het bedrag niet meer dan 124.000 euro bedraagt; | waarvan het bedrag niet meer dan 124.000 euro bedraagt; |
| 2° voor de rechtsgedingen waarin het Agentschap optreedt als eiser, | 2° voor de rechtsgedingen waarin het Agentschap optreedt als eiser, |
| als verweerder of als tussenkomende partij, met inbegrip van de | als verweerder of als tussenkomende partij, met inbegrip van de |
| bevoegdheid om alle uitgaven die voortvloeien uit deze rechtsgedingen | bevoegdheid om alle uitgaven die voortvloeien uit deze rechtsgedingen |
| en de uitgaven die uit een desbetreffende berusting, afstand van | en de uitgaven die uit een desbetreffende berusting, afstand van |
| geding of dading voortvloeien goed te keuren; | geding of dading voortvloeien goed te keuren; |
| 3° om alle nodige maatregelen te treffen inzake verzekering waarvoor | 3° om alle nodige maatregelen te treffen inzake verzekering waarvoor |
| het Agentschap verantwoordelijk is en inzake het innen van de | het Agentschap verantwoordelijk is en inzake het innen van de |
| vorderingen van het Agentschap. | vorderingen van het Agentschap. |
| § 3. De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar houden | § 3. De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar houden |
| elkaar geregeld op de hoogte van de handelingen die zij verrichten | elkaar geregeld op de hoogte van de handelingen die zij verrichten |
| krachtens de bevoegdheden die hun bij dit artikel respectievelijk zijn | krachtens de bevoegdheden die hun bij dit artikel respectievelijk zijn |
| toegekend. | toegekend. |
Art. 5.In dringende gevallen of ingeval van afwezigheid van meer dan |
Art. 5.In dringende gevallen of ingeval van afwezigheid van meer dan |
| acht dagen, vervangen de leidend ambtenaar en de adjunct-leidend | acht dagen, vervangen de leidend ambtenaar en de adjunct-leidend |
| ambtenaar elkaar in de uitoefening van hun functies. | ambtenaar elkaar in de uitoefening van hun functies. |
Art. 6.De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar kunnen, |
Art. 6.De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar kunnen, |
| indien ze de Minister erover inlichten, binnen de grenzen en onder de | indien ze de Minister erover inlichten, binnen de grenzen en onder de |
| voorwaarden die ze samen bepalen, sommige van de hun in de artikelen | voorwaarden die ze samen bepalen, sommige van de hun in de artikelen |
| 2, 3 en 4 toegekende bevoegdheden uitwisselen of delegeren. | 2, 3 en 4 toegekende bevoegdheden uitwisselen of delegeren. |
Art. 7.§ 1. De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar |
Art. 7.§ 1. De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar |
| regelen samen de opdrachten in het buitenland van de personeelsleden, | regelen samen de opdrachten in het buitenland van de personeelsleden, |
| na akkoord van de Minister. | na akkoord van de Minister. |
| § 2. In afwijking van § 1, is de voorafgaande toestemming van de | § 2. In afwijking van § 1, is de voorafgaande toestemming van de |
| Minister niet vereist voor de opdrachten in het buitenland die niet | Minister niet vereist voor de opdrachten in het buitenland die niet |
| langer dan twee dagen duren. | langer dan twee dagen duren. |
| II. Overheidsopdrachten | II. Overheidsopdrachten |
Art. 8.§ 1. Binnen de grenzen van de beschikbare kredieten, en |
Art. 8.§ 1. Binnen de grenzen van de beschikbare kredieten, en |
| onverminderd de toepassing van de wettelijke en reglementaire | onverminderd de toepassing van de wettelijke en reglementaire |
| bepalingen betreffende de overheidsopdrachten voor werken, leveringen | bepalingen betreffende de overheidsopdrachten voor werken, leveringen |
| en diensten, worden de bevoegdheden die zijn toegekend inzake de | en diensten, worden de bevoegdheden die zijn toegekend inzake de |
| gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten voor werken, | gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten voor werken, |
| leveringen en diensten te sluiten en uit te voeren, gedelegeerd : | leveringen en diensten te sluiten en uit te voeren, gedelegeerd : |
| 1° aan de leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar, die | 1° aan de leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar, die |
| gezamenlijk optreden, voor de opdrachten waarvan het bedrag, buiten | gezamenlijk optreden, voor de opdrachten waarvan het bedrag, buiten |
| toegevoegde waarde, niet hoger is dan : | toegevoegde waarde, niet hoger is dan : |
| - 744.000 euro, voor een openbare aanbesteding of een algemene | - 744.000 euro, voor een openbare aanbesteding of een algemene |
| offerteaanvraag; | offerteaanvraag; |
| - 372.000 euro, voor een beperkte aanbesteding of een beperkte | - 372.000 euro, voor een beperkte aanbesteding of een beperkte |
| offerteaanvraag; | offerteaanvraag; |
| 2° aan de leidend ambtenaar voor de opdrachten waarvan het bedrag, | 2° aan de leidend ambtenaar voor de opdrachten waarvan het bedrag, |
| buiten toegevoegde waarde, niet hoger is dan : | buiten toegevoegde waarde, niet hoger is dan : |
| - 248.000 euro voor een openbare aanbesteding of voor een beperkte | - 248.000 euro voor een openbare aanbesteding of voor een beperkte |
| aanbesteding en voor een algemene of beperkte offerteaanvraag; | aanbesteding en voor een algemene of beperkte offerteaanvraag; |
| - 74.500 euro, voor de onderhandelingsprocedure. | - 74.500 euro, voor de onderhandelingsprocedure. |
| § 2. De in § 1 bedoelde delegaties van bevoegdheden, zijn geldig voor | § 2. De in § 1 bedoelde delegaties van bevoegdheden, zijn geldig voor |
| zover het voorwerp van de uitgave goedgekeurd is door de Regering of | zover het voorwerp van de uitgave goedgekeurd is door de Regering of |
| de Minister, hetzij door goedkeuring, van een programma waarin dit | de Minister, hetzij door goedkeuring, van een programma waarin dit |
| voorwerp vervat zit, hetzij door een bijzondere beslissing betreffende | voorwerp vervat zit, hetzij door een bijzondere beslissing betreffende |
| dit voorwerp, of voor zover de uitgave het voorwerp is van bijzondere | dit voorwerp, of voor zover de uitgave het voorwerp is van bijzondere |
| taken waarmee het Agentschap belast is. Deze goedkeuring is niet | taken waarmee het Agentschap belast is. Deze goedkeuring is niet |
| vereist voor de lopende dienstuitgaven of voor de uitgaven waarvan het | vereist voor de lopende dienstuitgaven of voor de uitgaven waarvan het |
| geraamde bedrag niet hoger dan 67.000 euro is. | geraamde bedrag niet hoger dan 67.000 euro is. |
| § 3. De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar zijn | § 3. De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar zijn |
| eveneens bevoegd om, in het kader van de normale uitvoering van de | eveneens bevoegd om, in het kader van de normale uitvoering van de |
| gesloten opdracht en binnen de grenzen van het oorspronkelijk bedoelde | gesloten opdracht en binnen de grenzen van het oorspronkelijk bedoelde |
| voorwerp, de rekeningen en de schuldverklaringen betreffende de | voorwerp, de rekeningen en de schuldverklaringen betreffende de |
| opdrachten voor werken, leveringen en diensten waarvan het bedrag de | opdrachten voor werken, leveringen en diensten waarvan het bedrag de |
| in § 1 bedoelde delegaties van bevoegdheden overschrijdt, goed te | in § 1 bedoelde delegaties van bevoegdheden overschrijdt, goed te |
| keuren. | keuren. |
Art. 9.Na de sluiting van de opdracht binnen de grenzen is de |
Art. 9.Na de sluiting van de opdracht binnen de grenzen is de |
| gedelegeerde overheid die de opdracht heeft toegekend gemachtigd om, | gedelegeerde overheid die de opdracht heeft toegekend gemachtigd om, |
| onverminderd de toepassing van de wettelijke en reglementaire | onverminderd de toepassing van de wettelijke en reglementaire |
| bepalingen betreffende de overheidsopdrachten voor werken, leveringen | bepalingen betreffende de overheidsopdrachten voor werken, leveringen |
| en diensten, inzonderheid artikel 8 van het koninklijk besluit van 26 | en diensten, inzonderheid artikel 8 van het koninklijk besluit van 26 |
| september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de | september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de |
| overheidsopdrachten en van de concessies van openbare werken en | overheidsopdrachten en van de concessies van openbare werken en |
| artikelen 17 en 42 van de bijlage tot vaststelling van de algemene | artikelen 17 en 42 van de bijlage tot vaststelling van de algemene |
| aannemingsvoorwaarden van de overheidsopdrachten voor aanneming van | aannemingsvoorwaarden van de overheidsopdrachten voor aanneming van |
| werken, leveringen en diensten en van de concessies van openbare | werken, leveringen en diensten en van de concessies van openbare |
| werken bij het voormelde koninklijk besluit, met een met redenen | werken bij het voormelde koninklijk besluit, met een met redenen |
| omklede beslissing af te wijken van de toepassing van bepaalde | omklede beslissing af te wijken van de toepassing van bepaalde |
| bedingen van de opdracht. | bedingen van de opdracht. |
Art. 10.Op voorwaarde dat de Minister ervan op voorhand wordt |
Art. 10.Op voorwaarde dat de Minister ervan op voorhand wordt |
| ingelicht, kunnen de leidend ambtenaar en de adjunct-leidend | ingelicht, kunnen de leidend ambtenaar en de adjunct-leidend |
| ambtenaar, mits ze de overeenstemmende bevoegdheden beperken, sommige | ambtenaar, mits ze de overeenstemmende bevoegdheden beperken, sommige |
| van de hun in artikel 8 toegekende bevoegdheden uitwisselen of | van de hun in artikel 8 toegekende bevoegdheden uitwisselen of |
| gezamenlijk delegeren. | gezamenlijk delegeren. |
| III. Personeel | III. Personeel |
Art. 11.De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar zijn |
Art. 11.De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar zijn |
| bevoegd, elk voor zijn eigen taalrol, om de eedaflegging van de | bevoegd, elk voor zijn eigen taalrol, om de eedaflegging van de |
| personeelsleden van niveau 2+, 2, 3 en 4 te ontvangen. | personeelsleden van niveau 2+, 2, 3 en 4 te ontvangen. |
Art. 12.De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar zijn |
Art. 12.De leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar zijn |
| gezamenlijk bevoegd om : | gezamenlijk bevoegd om : |
| 1° de vacante betrekkingen in niveau 2+, 2, 3 en 4 bekend te maken om | 1° de vacante betrekkingen in niveau 2+, 2, 3 en 4 bekend te maken om |
| erin te voorzien door promotie of aanwerving; | erin te voorzien door promotie of aanwerving; |
| 2° de personeelsleden van niveau 2+, 2, 3 en 4 in disponibiliteit te | 2° de personeelsleden van niveau 2+, 2, 3 en 4 in disponibiliteit te |
| stellen door intrekking van werk in het belang van de dienst; | stellen door intrekking van werk in het belang van de dienst; |
| 3° de personeelsleden in disponibiliteit te stellen om persoonlijke | 3° de personeelsleden in disponibiliteit te stellen om persoonlijke |
| redenen of bijzondere opdracht; | redenen of bijzondere opdracht; |
| 4° het contractueel personeel aan te werven in het kader van de | 4° het contractueel personeel aan te werven in het kader van de |
| machtigingen van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering en het te | machtigingen van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering en het te |
| ontslaan en om de beslissingen te nemen voor de aanwerving van de | ontslaan en om de beslissingen te nemen voor de aanwerving van de |
| tijdelijke personeelsleden en arbeiders van niveau 2+, 2, 3 en 4. | tijdelijke personeelsleden en arbeiders van niveau 2+, 2, 3 en 4. |
Art. 13.§ 1. De leidend ambtenaar is bevoegd om : |
Art. 13.§ 1. De leidend ambtenaar is bevoegd om : |
| 1° de beslissingen te nemen voor de benoeming promotie en wijziging | 1° de beslissingen te nemen voor de benoeming promotie en wijziging |
| van graad van de stagedoende en vastbenoemde personeelsleden en | van graad van de stagedoende en vastbenoemde personeelsleden en |
| arbeiders van niveau 2+, 2, 3 en 4; | arbeiders van niveau 2+, 2, 3 en 4; |
| 2° de beslissingen te nemen tot vaststelling van de wedde van de | 2° de beslissingen te nemen tot vaststelling van de wedde van de |
| personeelsleden en arbeiders van niveau 1, 2+, 2, 3 en 4. | personeelsleden en arbeiders van niveau 1, 2+, 2, 3 en 4. |
| 3° de beslissingen te nemen inzake indeling bij een dienst en | 3° de beslissingen te nemen inzake indeling bij een dienst en |
| overplaatsing van de personeelsleden van niveau 1, 2+, 2, 3 en 4, na | overplaatsing van de personeelsleden van niveau 1, 2+, 2, 3 en 4, na |
| advies van de adjunct-leidend ambtenaar voor wat het | advies van de adjunct-leidend ambtenaar voor wat het |
| begeleidingspersoneel betreft. | begeleidingspersoneel betreft. |
| § 2. De adjunct-leidend ambtenaar is bevoegd om : | § 2. De adjunct-leidend ambtenaar is bevoegd om : |
| 1° de beslissingen te nemen betreffende de toelating tot de stage van | 1° de beslissingen te nemen betreffende de toelating tot de stage van |
| personeelsleden van niveau 1, 2+, 2, 3 en 4; | personeelsleden van niveau 1, 2+, 2, 3 en 4; |
| 2° de beslissingen te nemen betreffende de aanvaarding van vrijwillig | 2° de beslissingen te nemen betreffende de aanvaarding van vrijwillig |
| ontslag of normale oppensioenstelling van vastbenoemde of tijdelijke | ontslag of normale oppensioenstelling van vastbenoemde of tijdelijke |
| personeelsleden van niveau 2+, 2, 3 en 4; | personeelsleden van niveau 2+, 2, 3 en 4; |
| 3° het vereiste voorstel voor de benoeming, de verandering van graad | 3° het vereiste voorstel voor de benoeming, de verandering van graad |
| of de promotie door verhoging in graad of door overgang naar een hoger | of de promotie door verhoging in graad of door overgang naar een hoger |
| niveau voor de personeelsleden van niveau 2+, 2, 3 en 4 op te stellen; | niveau voor de personeelsleden van niveau 2+, 2, 3 en 4 op te stellen; |
| 4° de beschikbaarheid van rechtswege wegens ziekte of invaliditeit van | 4° de beschikbaarheid van rechtswege wegens ziekte of invaliditeit van |
| de personeelsleden van niveau 1, 2+, 2, 3 en 4 vast te stellen en om | de personeelsleden van niveau 1, 2+, 2, 3 en 4 vast te stellen en om |
| het hun toe te kennen wachtgeld vast te leggen; | het hun toe te kennen wachtgeld vast te leggen; |
| 5° aan de personeelsleden van niveau 1 - met uitzondering van zij die | 5° aan de personeelsleden van niveau 1 - met uitzondering van zij die |
| tot rang 15 behoren, die onder de bevoegdheid van de leidend ambtenaar | tot rang 15 behoren, die onder de bevoegdheid van de leidend ambtenaar |
| vallen - en van niveau 2+, 2, 3 en 4 de verloven van alle aard waarop | vallen - en van niveau 2+, 2, 3 en 4 de verloven van alle aard waarop |
| ze recht hebben, toe te kennen, en om ter zake de krachtens het | ze recht hebben, toe te kennen, en om ter zake de krachtens het |
| reglement voorziene beslissingen te nemen. | reglement voorziene beslissingen te nemen. |
Art. 14.Op voorwaarde dat de Minister er op voorhand van wordt |
Art. 14.Op voorwaarde dat de Minister er op voorhand van wordt |
| ingelicht, kunnen de leidend ambtenaar en de adjunct-leidend | ingelicht, kunnen de leidend ambtenaar en de adjunct-leidend |
| ambtenaar, na gezamenlijk akkoord, sommige van de bevoegdheden die hun | ambtenaar, na gezamenlijk akkoord, sommige van de bevoegdheden die hun |
| respectievelijk bij de artikelen 12 en 13 zijn toevertrouwd, | respectievelijk bij de artikelen 12 en 13 zijn toevertrouwd, |
| uitwisselen of delegeren. | uitwisselen of delegeren. |
Art. 15.Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 |
Art. 15.Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 |
| maart 1995 tot vaststelling van delegaties van bevoegdheden aan de | maart 1995 tot vaststelling van delegaties van bevoegdheden aan de |
| leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar van het Gewestelijk | leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar van het Gewestelijk |
| Agentschap voor Netheid wordt opgeheven. | Agentschap voor Netheid wordt opgeheven. |
Art. 16.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
Art. 16.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
| Belgisch Staatsblad wordt bekend gemaakt. | Belgisch Staatsblad wordt bekend gemaakt. |
Art. 17.De Minister bevoegd voor Openbare Netheid is belast met de |
Art. 17.De Minister bevoegd voor Openbare Netheid is belast met de |
| uitvoering van dit besluit. | uitvoering van dit besluit. |
| Brussel, 29 oktober 2011. | Brussel, 29 oktober 2011. |
| Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : | Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : |
| De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, | De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, |
| bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten | bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten |
| en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, | en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, |
| Ch. PICQUE | Ch. PICQUE |