Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Besluit Van De Regering Van De Franse Gemeenschap van 03/02/1997
← Terug naar "Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot instelling van een examencommissie van de Franse Gemeenschap voor het toekennen van de graden van kandidaat in de architectuur en architect "
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot instelling van een examencommissie van de Franse Gemeenschap voor het toekennen van de graden van kandidaat in de architectuur en architect Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot instelling van een examencommissie van de Franse Gemeenschap voor het toekennen van de graden van kandidaat in de architectuur en architect
MINISTERIE VAN DE FRANSE GEMEENSCHAP MINISTERIE VAN DE FRANSE GEMEENSCHAP
3 FEBRUARI 1997. Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot 3 FEBRUARI 1997. Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot
instelling van een examencommissie van de Franse Gemeenschap voor het instelling van een examencommissie van de Franse Gemeenschap voor het
toekennen van de graden van kandidaat in de architectuur en architect toekennen van de graden van kandidaat in de architectuur en architect
De Regering van de Franse Gemeenschap, De Regering van de Franse Gemeenschap,
Gelet op het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene Gelet op het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene
organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen, inzonderheid op organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen, inzonderheid op
artikel 43, gewijzigd bij het decreet van 9 september 1996 en artikel 43, gewijzigd bij het decreet van 9 september 1996 en
gedeeltelijk vernietigd door het arrest van het Arbitragehof nr. 43/96 gedeeltelijk vernietigd door het arrest van het Arbitragehof nr. 43/96
van 2 juli 1996; van 2 juli 1996;
Gelet op de wet van 18 februari 1977 houdende organisatie van het Gelet op de wet van 18 februari 1977 houdende organisatie van het
architectuuronderwijs, inzonderheid op artikel 3, 1; architectuuronderwijs, inzonderheid op artikel 3, 1;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financièn, gegeven op 26 Gelet op het advies van de Inspecteur van Financièn, gegeven op 26
april 1996; april 1996;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 10 juli Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 10 juli
1996; 1996;
Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap
van 2 december 1996 over de aanvraag om advies binnen de termijn van van 2 december 1996 over de aanvraag om advies binnen de termijn van
een maand; een maand;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 18 december Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 18 december
1996, met toepassing van artikel 84, lid 1, 1°, van de gecoördineerde 1996, met toepassing van artikel 84, lid 1, 1°, van de gecoördineerde
wetten op de Raad van State; wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van de Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Op de voordracht van de Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk
Onderzoek, Sport en Internationale Betrekkingen, Onderzoek, Sport en Internationale Betrekkingen,
Besluit Besluit
HOOFDSTUK I. Zetel en samenstelling van de examencommissie HOOFDSTUK I. Zetel en samenstelling van de examencommissie

Artikel 1.Er wordt een examencommissie voor hoger onderwijs van de

Artikel 1.Er wordt een examencommissie voor hoger onderwijs van de
Franse Gemeenschap opgericht, belast met het toekennen van de graden Franse Gemeenschap opgericht, belast met het toekennen van de graden
van kandidaat in de architectuur en architect. van kandidaat in de architectuur en architect.
Zij wordt samengesteld uit leden die de examinandi hebben ondervraagd. Zij wordt samengesteld uit leden die de examinandi hebben ondervraagd.
De zetel van de examencommissie is gevestigd in het arrondissement De zetel van de examencommissie is gevestigd in het arrondissement
Brussel-Hoofdstad. De examencommissie kan eveneens examens buiten dat Brussel-Hoofdstad. De examencommissie kan eveneens examens buiten dat
arrondissement organiseren, in geval van noodzaak. arrondissement organiseren, in geval van noodzaak.

Art. 2.De examencommissie is samengesteld uit:

Art. 2.De examencommissie is samengesteld uit:
1° een voorzitter en een ondervoorzitter; 1° een voorzitter en een ondervoorzitter;
2° een secretaris en een adjunct-secretaris; 2° een secretaris en een adjunct-secretaris;
3° leden. 3° leden.

Art. 3.1. De voorzitter en de ondervoorzitter worden gekozen uit de

Art. 3.1. De voorzitter en de ondervoorzitter worden gekozen uit de
leden van het bestuurspersoneel van de het architectuuronderwijs leden van het bestuurspersoneel van de het architectuuronderwijs
organiserende inrichtingen voor hoger onderwijs die in actieve dienst organiserende inrichtingen voor hoger onderwijs die in actieve dienst
zijn of in ruste gesteld zijn. zijn of in ruste gesteld zijn.
2. De leden worden gekozen uit de leden van het universitair 2. De leden worden gekozen uit de leden van het universitair
onderwijzend personeel en van het hoger onderwijs die in actieve onderwijzend personeel en van het hoger onderwijs die in actieve
dienst zijn of in ruste gesteld zijn. dienst zijn of in ruste gesteld zijn.
Zij worden voor de helft gekozen uit het personeel van het officieel Zij worden voor de helft gekozen uit het personeel van het officieel
onderwijs en voor de helft uit het personeel van het vrij onderwijs. onderwijs en voor de helft uit het personeel van het vrij onderwijs.
3. De secretaris en de adjunct-secretaris worden bij voorkeur onder de 3. De secretaris en de adjunct-secretaris worden bij voorkeur onder de
leden gekozen, op de voordracht van de voorzitter. Wanneer zij niet leden gekozen, op de voordracht van de voorzitter. Wanneer zij niet
onder de leden van de examencommissie worden gekozen, hebben de onder de leden van de examencommissie worden gekozen, hebben de
secretaris en de adjunct-secretaris een raadgevende stem. secretaris en de adjunct-secretaris een raadgevende stem.

Art. 4.De voorzitter, ondervoorzitter, secretaris, adjunct-secretaris

Art. 4.De voorzitter, ondervoorzitter, secretaris, adjunct-secretaris
en leden worden voor een periode van twee jaar benoemd door de en leden worden voor een periode van twee jaar benoemd door de
Minister tot wiens bevoegdheid het hoger onderwijs behoort. Minister tot wiens bevoegdheid het hoger onderwijs behoort.
HOOFDSTUK II. Werking van de examencommissie HOOFDSTUK II. Werking van de examencommissie

Art. 5.De voorzitter zorgt voor de regelmatigheid van de examens en

Art. 5.De voorzitter zorgt voor de regelmatigheid van de examens en
zit de beraadslaging voor. zit de beraadslaging voor.
Bij afwezigheid of verhindering van de voorzitter, wordt deze in Bij afwezigheid of verhindering van de voorzitter, wordt deze in
eerste orde door de ondervoorzitter en in tweede orde door het oudste eerste orde door de ondervoorzitter en in tweede orde door het oudste
aanwezige lid vervangen. aanwezige lid vervangen.

Art. 6.De secretaris roept de examinandi op, houdt de geschriften en

Art. 6.De secretaris roept de examinandi op, houdt de geschriften en
de processen-verbaal bij. de processen-verbaal bij.
Bij afwezigheid van de secretaris wordt deze door de Bij afwezigheid van de secretaris wordt deze door de
adjunct-secretaris vervangen. adjunct-secretaris vervangen.

Art. 7.De examencommissie beraadslaagt per studiejaar, met gesloten

Art. 7.De examencommissie beraadslaagt per studiejaar, met gesloten
deuren, over de uitslag van de examens en over elk probleem dat deuren, over de uitslag van de examens en over elk probleem dat
opgeworpen wordt door de voorzitter of door ten minste vijf leden. opgeworpen wordt door de voorzitter of door ten minste vijf leden.
De aanwezigheid van de meerderheid van de leden is vereist om te De aanwezigheid van de meerderheid van de leden is vereist om te
kunnen beraadslagen en beslissen. kunnen beraadslagen en beslissen.
Is het vereiste quorum bij de eerste vergadering van de Is het vereiste quorum bij de eerste vergadering van de
examencommissie niet bereikt, dan beraadslaagt en beslist deze bij de examencommissie niet bereikt, dan beraadslaagt en beslist deze bij de
tweede vergadering geldig indien ten minste 25% van haar leden tweede vergadering geldig indien ten minste 25% van haar leden
aanwezig is. aanwezig is.
Het minimumaantal aanwezige leden mag echter geenszins lager zijn dan Het minimumaantal aanwezige leden mag echter geenszins lager zijn dan
vijf, de voorzitter inbegrepen. vijf, de voorzitter inbegrepen.
De beslissingen worden bij meerderheid van stemmen van de aanwezige De beslissingen worden bij meerderheid van stemmen van de aanwezige
leden getroffen. Bij staking van stemmen, is die van de voorzitter leden getroffen. Bij staking van stemmen, is die van de voorzitter
beslissend. beslissend.

Art. 8.Geen lid van de examencommissie mag het examen afnemen, of aan

Art. 8.Geen lid van de examencommissie mag het examen afnemen, of aan
de beraadslaging deelnemen, noch tot enige beslissing bijdragen de beraadslaging deelnemen, noch tot enige beslissing bijdragen
betreffende een examinandus van wie hij echtgenoot, bloed- of betreffende een examinandus van wie hij echtgenoot, bloed- of
aanverwant tot en met de vierde graad is. aanverwant tot en met de vierde graad is.
Bevindt de voorzitter zich in het in lid 1 bedoelde geval, wordt hij Bevindt de voorzitter zich in het in lid 1 bedoelde geval, wordt hij
in eerste orde door de ondervoorzitter en in tweede orde door het in eerste orde door de ondervoorzitter en in tweede orde door het
oudste aanwezige lid vervangen. oudste aanwezige lid vervangen.

Art. 9.De notulen van de zittingen worden in een register

Art. 9.De notulen van de zittingen worden in een register
ingeschreven. Zij worden door de voorzitter, de secretaris en de ingeschreven. Zij worden door de voorzitter, de secretaris en de
aanwezige leden ondertekend. De notulenregisters gelden tevens als aanwezige leden ondertekend. De notulenregisters gelden tevens als
presentie-registers. presentie-registers.
Dat archief wordt door de Algemene Directie Hoger Onderwijs bewaard. Dat archief wordt door de Algemene Directie Hoger Onderwijs bewaard.
HOOFDSTUK III. Organisatie van de examens HOOFDSTUK III. Organisatie van de examens
Afdeling 1. - Examenzittijden en toelatingsvoorwaarden Afdeling 1. - Examenzittijden en toelatingsvoorwaarden

Art. 10.Er is jaarlijks één examenzittijd; het examen is het geheel

Art. 10.Er is jaarlijks één examenzittijd; het examen is het geheel
van de examengedeelten van eenzelfde studiejaar; het examengedeelte van de examengedeelten van eenzelfde studiejaar; het examengedeelte
heeft tot doel de kennis in een bepaald vak te controleren. heeft tot doel de kennis in een bepaald vak te controleren.
De Minister tot wiens bevoegdheid het hoger onderwijs behoort, of De Minister tot wiens bevoegdheid het hoger onderwijs behoort, of
diens gemachtigde, stelt de datums en de gedetailleerde volgorde voor diens gemachtigde, stelt de datums en de gedetailleerde volgorde voor
elke zittijd vast. elke zittijd vast.

Art. 11.Eenieder kan zich voor het examen aanmelden, ongeacht de

Art. 11.Eenieder kan zich voor het examen aanmelden, ongeacht de
plaats waar hij gestudeerd heeft. plaats waar hij gestudeerd heeft.

Art. 12.Niemand wordt tot het eerste examen voor de graad van

Art. 12.Niemand wordt tot het eerste examen voor de graad van
kandidaat-architect toegelaten, als hij de voorwaarden niet vervult om kandidaat-architect toegelaten, als hij de voorwaarden niet vervult om
toegang te hebben tot het hoger onderwijs van het lange type met toegang te hebben tot het hoger onderwijs van het lange type met
volledig leerplan. volledig leerplan.
Niemand wordt tot het tweede examen voor de graad van Niemand wordt tot het tweede examen voor de graad van
kandidaat-architect toegelaten, als hij geen getuigschrift kan kandidaat-architect toegelaten, als hij geen getuigschrift kan
voorleggen waaruit blijkt dat hij sedert ten minste een academiejaar voorleggen waaruit blijkt dat hij sedert ten minste een academiejaar
voor het eerste examen voor die graad geslaagd is. voor het eerste examen voor die graad geslaagd is.
Niemand wordt tot het eerste examen voor de graad van architect Niemand wordt tot het eerste examen voor de graad van architect
toegelaten, als hij geen houder is van het diploma van toegelaten, als hij geen houder is van het diploma van
kandidaat-architect sedert ten minste een academiejaar. kandidaat-architect sedert ten minste een academiejaar.
Niemand wordt tot het tweede examen voor de graad van architect Niemand wordt tot het tweede examen voor de graad van architect
toegelaten, als hij geen getuigschrift kan voorleggen waaruit blijkt toegelaten, als hij geen getuigschrift kan voorleggen waaruit blijkt
dat hij sedert ten minste een academiejaar voor het eerste examen voor dat hij sedert ten minste een academiejaar voor het eerste examen voor
deze graad geslaagd is. deze graad geslaagd is.
Niemand wordt tot het derde examen voor de graad van architect Niemand wordt tot het derde examen voor de graad van architect
toegelaten, als hij geen getuigschrift kan voorleggen waaruit blijkt toegelaten, als hij geen getuigschrift kan voorleggen waaruit blijkt
dat hij sedert ten minste een academiejaar voor het tweede examen voor dat hij sedert ten minste een academiejaar voor het tweede examen voor
deze graad geslaagd is. deze graad geslaagd is.
De door een door de Franse Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd De door een door de Franse Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd
Hoger Architectuurinstituut verdaagde examinandi kunnen zich niet meer Hoger Architectuurinstituut verdaagde examinandi kunnen zich niet meer
tijdens dezelfde zittijd aanmelden voor de examencommissie van de tijdens dezelfde zittijd aanmelden voor de examencommissie van de
Franse Gemeenschap. Franse Gemeenschap.
De door een door de Franse Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd De door een door de Franse Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd
Hoger Architectuurinstituut afgewezen examinandi kunnen zich pas na Hoger Architectuurinstituut afgewezen examinandi kunnen zich pas na
één academiejaar voor de examencommissie van de Franse Gemeenschap één academiejaar voor de examencommissie van de Franse Gemeenschap
opnieuw aanmelden. opnieuw aanmelden.

Art. 13.Niemand mag zich meer dan viermaal voor de examengedeelten

Art. 13.Niemand mag zich meer dan viermaal voor de examengedeelten
van hetzelfde examen van de examencommissie laten inschrijven. De van hetzelfde examen van de examencommissie laten inschrijven. De
Minister, of zijn gemachtigde, kan echter, na gunstig advies van de Minister, of zijn gemachtigde, kan echter, na gunstig advies van de
beperkte examencommissie zoals bepaald in artikel 24, lid 3, een beperkte examencommissie zoals bepaald in artikel 24, lid 3, een
bijkomende inschrijving toelaten, wanneer de ingeroepen buitengewone bijkomende inschrijving toelaten, wanneer de ingeroepen buitengewone
omstandigheden dit rechtvaardigen. omstandigheden dit rechtvaardigen.
Afdeling 2. Inschrijvingen Afdeling 2. Inschrijvingen

Art. 14.Jaarlijks wordt een oproep tot de kandidaten in het Belgisch

Art. 14.Jaarlijks wordt een oproep tot de kandidaten in het Belgisch
Staatsblad bekendgemaakt. De inschrijvingstermijnen zijn daarin Staatsblad bekendgemaakt. De inschrijvingstermijnen zijn daarin
vermeld. vermeld.

Art. 15.De inschrijvingsaanvragen worden schriftelijk en aangetekend

Art. 15.De inschrijvingsaanvragen worden schriftelijk en aangetekend
gezonden aan de directeur-generaal van het Hoger Onderwijs en het gezonden aan de directeur-generaal van het Hoger Onderwijs en het
Wetenschappelijk Onderzoek. Wetenschappelijk Onderzoek.
Buiten de gestelde termijn wordt geen inschrijvingsaanvraag aanvaard. Buiten de gestelde termijn wordt geen inschrijvingsaanvraag aanvaard.

Art. 16.De inschrijvingsformulieren worden bezorgd op eenvoudige

Art. 16.De inschrijvingsformulieren worden bezorgd op eenvoudige
aanvraag, gericht aan de Algemene Directie Hoger Onderwijs en aanvraag, gericht aan de Algemene Directie Hoger Onderwijs en
Wetenschappelijk Onderzoek. Wetenschappelijk Onderzoek.

Art. 17.Bij de inschrijving moeten de examinandi de volgende stukken

Art. 17.Bij de inschrijving moeten de examinandi de volgende stukken
overleggen of de volgende gegevens vermelden: overleggen of de volgende gegevens vermelden:
1° een behoorlijk ingevuld, gedateerd en ondertekend 1° een behoorlijk ingevuld, gedateerd en ondertekend
inschrijvingsformulier; inschrijvingsformulier;
2° een uittreksel uit de akte van geboorte; 2° een uittreksel uit de akte van geboorte;
3° het origineel van het bewijs van betaling van het inschrijvingsgeld 3° het origineel van het bewijs van betaling van het inschrijvingsgeld
bedoeld bij artikel 17 van het besluit van de Executieve van de Franse bedoeld bij artikel 17 van het besluit van de Executieve van de Franse
Gemeenschap van 13 mei 1991 tot instelling van een examencommissie van Gemeenschap van 13 mei 1991 tot instelling van een examencommissie van
de Franse Gemeenschap voor het toekennen van de graden van kandidaat de Franse Gemeenschap voor het toekennen van de graden van kandidaat
in de architectuur en architect; in de architectuur en architect;
4° de vermelding van het programma van een hoger 4° de vermelding van het programma van een hoger
architectuurinstituut, georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse architectuurinstituut, georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse
Gemeenschap, waarover de examinandus wenst ondervraagd te worden; Gemeenschap, waarover de examinandus wenst ondervraagd te worden;
5° de juiste vermelding van het studiejaar en de eventuele keuzevakken 5° de juiste vermelding van het studiejaar en de eventuele keuzevakken
waarover het examen zou worden afgelegd; waarover het examen zou worden afgelegd;
6° voor de inschrijving voor het eindexamen voor de graad van 6° voor de inschrijving voor het eindexamen voor de graad van
architect, het onderwerp van de scriptie die zij wensen te verdedigen, architect, het onderwerp van de scriptie die zij wensen te verdedigen,
samen met een korte beschrijving; samen met een korte beschrijving;
7° voor de inschrijving voor het eerste examen van de kandidatuur, het 7° voor de inschrijving voor het eerste examen van de kandidatuur, het
met het origineel voor eensluidend verklaard afschrift van het of van met het origineel voor eensluidend verklaard afschrift van het of van
de bij artikel 12, lid 1, bedoelde bekwaamheidsbewijs(zen) of, bij de bij artikel 12, lid 1, bedoelde bekwaamheidsbewijs(zen) of, bij
ontstentenis daarvan, van een of meer voorlopige attesten, met dien ontstentenis daarvan, van een of meer voorlopige attesten, met dien
verstande dat de beraadslaging betreffende de examinandus pas plaats verstande dat de beraadslaging betreffende de examinandus pas plaats
zal vinden na overlegging van het (de) bekwaamheidsbewijs(zen), zal vinden na overlegging van het (de) bekwaamheidsbewijs(zen),
behoorlijk gehomologeerd overeenkomstig de artikelen 9 en 10 van de behoorlijk gehomologeerd overeenkomstig de artikelen 9 en 10 van de
wetten op het toekennen van de academische graden en en het programma wetten op het toekennen van de academische graden en en het programma
van de universitaire examens, gecoördineerd op 31 december 1949, of van de universitaire examens, gecoördineerd op 31 december 1949, of
van het officieel attest van gelijkwaardigheid van het in het van het officieel attest van gelijkwaardigheid van het in het
buitenland behaalde bekwaamheidsbewijs of de in het buitenland buitenland behaalde bekwaamheidsbewijs of de in het buitenland
behaalde bekwaamheidsbewijzen. behaalde bekwaamheidsbewijzen.
Voor de examinandus van de examens van de volgende jaren, het met het Voor de examinandus van de examens van de volgende jaren, het met het
origineel voor eensluidend verklaard afschrift van het attest waaruit origineel voor eensluidend verklaard afschrift van het attest waaruit
blijkt dat hij geslaagd is voor het examen over de leerstof van het blijkt dat hij geslaagd is voor het examen over de leerstof van het
vorige studiejaar; vorige studiejaar;
8° het afschrift van een identiteitsstuk. 8° het afschrift van een identiteitsstuk.
Bij het afleggen van het eerste examengedeelte, is het overleggen van Bij het afleggen van het eerste examengedeelte, is het overleggen van
het origineel stuk vereist, en, voor de examinandi van buitenlandse het origineel stuk vereist, en, voor de examinandi van buitenlandse
nationaliteit, het origineel van de geldig verklaarde verblijfsvisa of nationaliteit, het origineel van de geldig verklaarde verblijfsvisa of
-vergunning. -vergunning.
Afdeling 3. Examenstof Afdeling 3. Examenstof

Art. 18.De stof van het examen is de leerstof van het programma van

Art. 18.De stof van het examen is de leerstof van het programma van
het lopende academiejaar in de door de Franse Gemeenschap het lopende academiejaar in de door de Franse Gemeenschap
georganiseerde of gesubsidieerde hogere architectuurinstituten, door georganiseerde of gesubsidieerde hogere architectuurinstituten, door
de examinandus gekozen, met uitzondering van het examengedeelte de examinandus gekozen, met uitzondering van het examengedeelte
betreffende het architectuurprojekt, overeenkomstig de bepalingen van betreffende het architectuurprojekt, overeenkomstig de bepalingen van
de artikelen 20 en 21. de artikelen 20 en 21.
Afdeling 4. Verloop van de examengedeelten Afdeling 4. Verloop van de examengedeelten

Art. 19.De voorzitter opent en sluit de zittijd, bepaalt de regeling

Art. 19.De voorzitter opent en sluit de zittijd, bepaalt de regeling
van de werkzaamheden, roept de leden bijeen en treft alle maatregelen van de werkzaamheden, roept de leden bijeen en treft alle maatregelen
voor het verloop van de examengedeelten. voor het verloop van de examengedeelten.
De voorzitter kan de leden laten bijeenroepen door de secretaris. De voorzitter kan de leden laten bijeenroepen door de secretaris.

Art. 20.De voorzitter bepaalt de vakken waarover het examengedeelte

Art. 20.De voorzitter bepaalt de vakken waarover het examengedeelte
schriftelijk of mondeling wordt afgenomen. schriftelijk of mondeling wordt afgenomen.
De theoretische en praktische examengedeelten vinden plaats in het De theoretische en praktische examengedeelten vinden plaats in het
instituut waarvan het programma door de examinandus werd gekozen. instituut waarvan het programma door de examinandus werd gekozen.

Art. 21.Voor het architectuurprojekt wordt een enkel examengedeelte

Art. 21.Voor het architectuurprojekt wordt een enkel examengedeelte
afgenomen, dat hetzelfde is voor alle examinandi van hetzelfde afgenomen, dat hetzelfde is voor alle examinandi van hetzelfde
studiejaar. studiejaar.
Bij het afleggen van het examengedeelte staan de examinandi onder Bij het afleggen van het examengedeelte staan de examinandi onder
toezicht van de leden van de examencommissie die door de voorzitter toezicht van de leden van de examencommissie die door de voorzitter
aangewezen werden. aangewezen werden.
De scripties, projekten of werken aan het einde van de studie worden De scripties, projekten of werken aan het einde van de studie worden
in het openbaar voorgesteld en verdedigd voor een paritaire in het openbaar voorgesteld en verdedigd voor een paritaire
examencommissie die dezelfde is voor alle examinandi. examencommissie die dezelfde is voor alle examinandi.

Art. 22.De mondelinge examengedeelten worden in het openbaar

Art. 22.De mondelinge examengedeelten worden in het openbaar
afgenomen. afgenomen.

Art. 23.Bij vastgesteld bedrog wordt de examinandus door de

Art. 23.Bij vastgesteld bedrog wordt de examinandus door de
examencommissie onmiddellijk afgewezen. examencommissie onmiddellijk afgewezen.
Afdeling 5. Bekrachtiging van de examens Afdeling 5. Bekrachtiging van de examens

Art. 24.Er wordt een proces-verbaal van de uitslag van de

Art. 24.Er wordt een proces-verbaal van de uitslag van de
beraadslaging opgemaakt, met vermelding van de graad van de verdienste beraadslaging opgemaakt, met vermelding van de graad van de verdienste
van de examinandus. Het bevestigt dat de reglementsbepalingen van de examinandus. Het bevestigt dat de reglementsbepalingen
betreffende de openbaarheid van het examen en de studieduur nageleefd betreffende de openbaarheid van het examen en de studieduur nageleefd
werden. werden.
Het wordt in het openbaar voorgelezen. Het wordt in het openbaar voorgelezen.
In geval van betwisting betreffende een materiële vergissing moet de In geval van betwisting betreffende een materiële vergissing moet de
voorzitter of zijn gemachtigde daarvan ten hoogste vier werkdagen na voorzitter of zijn gemachtigde daarvan ten hoogste vier werkdagen na
de openbare proclamatie van de examenuitslagen in kennis worden de openbare proclamatie van de examenuitslagen in kennis worden
gesteld. Hij roept dan een beperkte examencommissie bijeen, bestaande gesteld. Hij roept dan een beperkte examencommissie bijeen, bestaande
uit de voorzitter, de secretaris en twee leden van de examencommissie uit de voorzitter, de secretaris en twee leden van de examencommissie
die beraadslaagd heeft, met name één lid uit het officieel onderwijs die beraadslaagd heeft, met name één lid uit het officieel onderwijs
en één lid uit het vrij onderwijs. en één lid uit het vrij onderwijs.
Die beperkte examencommissie spreekt zich binnen 48 uur uit over de Die beperkte examencommissie spreekt zich binnen 48 uur uit over de
betwisting. betwisting.

Art. 25.1. Examinandi die niet op voldoende wijze geantwoord hebben,

Art. 25.1. Examinandi die niet op voldoende wijze geantwoord hebben,
worden afgewezen en mogen zich pas na afloop van een academiejaar worden afgewezen en mogen zich pas na afloop van een academiejaar
opnieuw aanmelden. opnieuw aanmelden.
2. De examinandus die voor een examenzittijd regelmatig ingeschreven 2. De examinandus die voor een examenzittijd regelmatig ingeschreven
is en niet alle examengedeelten aflegt waarvan hij geen vrijstelling is en niet alle examengedeelten aflegt waarvan hij geen vrijstelling
heeft gekregen, wordt afgewezen. heeft gekregen, wordt afgewezen.
Indien hij evenwel, bij de eerste zittijd, een verhinderingsgrond Indien hij evenwel, bij de eerste zittijd, een verhinderingsgrond
aanvoert die de examencommissie geldig acht, wordt hij verontschuldigd aanvoert die de examencommissie geldig acht, wordt hij verontschuldigd
en gelijkgesteld met de afgewezen examinandi. en gelijkgesteld met de afgewezen examinandi.

Art. 26.Onverminderd lid 2, om voor het examen op voldoende wijze,

Art. 26.Onverminderd lid 2, om voor het examen op voldoende wijze,
met onderscheiding, met grote onderscheiding of met de grootste met onderscheiding, met grote onderscheiding of met de grootste
onderscheiding te slagen, moet de examinandus voor elk vak de helft onderscheiding te slagen, moet de examinandus voor elk vak de helft
van de punten behalen en respectief 60, 70, 80 of 90 % van de punten. van de punten behalen en respectief 60, 70, 80 of 90 % van de punten.
De examencommissie beraadslaagt collegiaal en in laatste aanleg over De examencommissie beraadslaagt collegiaal en in laatste aanleg over
het slagen of het afwijzen van de andere examinandi alsook over het het slagen of het afwijzen van de andere examinandi alsook over het
toekennen van de meldingen. toekennen van de meldingen.
Voor de bepaling van de examenuitslagen, stelt de examencommissie een Voor de bepaling van de examenuitslagen, stelt de examencommissie een
wegingscoëfficiënt voor de uitslag van elk examengedeelte vast. Die wegingscoëfficiënt voor de uitslag van elk examengedeelte vast. Die
coëfficiënten worden voor het begin van de zittijd medegedeeld. coëfficiënten worden voor het begin van de zittijd medegedeeld.

Art. 27.1. Aan de examinandus die in België of in het buitenland

Art. 27.1. Aan de examinandus die in België of in het buitenland
geslaagd is voor één of meer jaren hoger onderwijs, kan de Minister geslaagd is voor één of meer jaren hoger onderwijs, kan de Minister
tot wiens bevoegdheid het hoger onderwijs behoort, of zijn tot wiens bevoegdheid het hoger onderwijs behoort, of zijn
gemachtigde, vrijstelling verlenen van examengedeelten, na advies van gemachtigde, vrijstelling verlenen van examengedeelten, na advies van
de Inspectie van het hoger onderwijs. de Inspectie van het hoger onderwijs.
2. De examencommissie kan vrijstelling van bepaalde examengedeelten 2. De examencommissie kan vrijstelling van bepaalde examengedeelten
verlenen aan de examinandus die gezakt is voor de examencommissie en verlenen aan de examinandus die gezakt is voor de examencommissie en
zich er het jaar daarop opnieuw voor inschrijft om zich voor hetzelfde zich er het jaar daarop opnieuw voor inschrijft om zich voor hetzelfde
studiejaar aan te melden, binnen de hierna vermelde perken en onder de studiejaar aan te melden, binnen de hierna vermelde perken en onder de
hierna vermelde voorwaarden: hierna vermelde voorwaarden:
1° de examinandus moet zich voor ten minste een volledige zittijd 1° de examinandus moet zich voor ten minste een volledige zittijd
hebben aangemeld, behoudens vrijstelling van bepaalde examengedeelten, hebben aangemeld, behoudens vrijstelling van bepaalde examengedeelten,
en ten minste 50 % van de punten hebben behaald; en ten minste 50 % van de punten hebben behaald;
2° de examinandus moet zich voor hetzelfde programma aanmelden; 2° de examinandus moet zich voor hetzelfde programma aanmelden;
3° de punten behaald voor de examengedeelten waarvoor een aanvraag om 3° de punten behaald voor de examengedeelten waarvoor een aanvraag om
vrijstelling wordt ingediend, moeten gelijk zijn aan ten minste 12/20; vrijstelling wordt ingediend, moeten gelijk zijn aan ten minste 12/20;
4° de examinandus mag geen vrijstelling hebben van het examengedeelte 4° de examinandus mag geen vrijstelling hebben van het examengedeelte
betreffende het architectuurprojekt of van de scriptie. betreffende het architectuurprojekt of van de scriptie.

Art. 28.De diploma's worden gesteld op de wijze bepaald door de

Art. 28.De diploma's worden gesteld op de wijze bepaald door de
Minister tot wiens bevoegdheid het hoger onderwijs behoort. Minister tot wiens bevoegdheid het hoger onderwijs behoort.
Ze vermelden de vakken van het examen en bevestigen dat de Ze vermelden de vakken van het examen en bevestigen dat de
reglementsvoorschriften betreffende de duur van de studie en de reglementsvoorschriften betreffende de duur van de studie en de
openbaarheid van de examens nageleefd werden. openbaarheid van de examens nageleefd werden.
Ze worden ondertekend door de leden van de examencommissie en Ze worden ondertekend door de leden van de examencommissie en
vermelden dat het examen afgelegd werd op voldoende wijze, met vermelden dat het examen afgelegd werd op voldoende wijze, met
onderscheiding, grote onderscheiding of de grootste onderscheiding. onderscheiding, grote onderscheiding of de grootste onderscheiding.

Art. 29.Een uittreksel uit het register van de uitslagen van de

Art. 29.Een uittreksel uit het register van de uitslagen van de
beraadslagingen, waaruit blijkt dat een diploma uitgereikt werd, kan beraadslagingen, waaruit blijkt dat een diploma uitgereikt werd, kan
worden bekomen op voorlegging van het ontvangstbewijs van de storting worden bekomen op voorlegging van het ontvangstbewijs van de storting
van 250 (tweehonderd vijftig) frank op de rekening van de van 250 (tweehonderd vijftig) frank op de rekening van de
rekenplichtige van de ontvangsten van het Ministerie van Onderwijs, rekenplichtige van de ontvangsten van het Ministerie van Onderwijs,
Onderzoek en Vorming. Onderzoek en Vorming.
HOOFDSTUK IV. Slotbepalingen HOOFDSTUK IV. Slotbepalingen

Art. 30.De leden van de examencommissie ontvangen als vacatiegeld:

Art. 30.De leden van de examencommissie ontvangen als vacatiegeld:
1° 225 frank per dag voor de voorzitter en de ondervoorzitter 1° 225 frank per dag voor de voorzitter en de ondervoorzitter
2° 200 frank per dag voor de secretaris en de adjunct-secretaris 2° 200 frank per dag voor de secretaris en de adjunct-secretaris
3° 165 frank per dag voor de leden. 3° 165 frank per dag voor de leden.
Als de dag meer dan zes uur duurt, wordt elk overuur bezoldigd als Als de dag meer dan zes uur duurt, wordt elk overuur bezoldigd als
volgt: volgt:
1° 45 frank voor de voorzitter en de ondervoorzitter 1° 45 frank voor de voorzitter en de ondervoorzitter
2° 40 frank voor de secretaris en de adjunct-secretaris 2° 40 frank voor de secretaris en de adjunct-secretaris
3° 30 frank voor de leden. 3° 30 frank voor de leden.

Art. 31.Het bedrag van de vergoedingen verschuldigd aan de

Art. 31.Het bedrag van de vergoedingen verschuldigd aan de
voorzitter, de ondervoorzitter, de secretaris, de adjunct-secretaris voorzitter, de ondervoorzitter, de secretaris, de adjunct-secretaris
en de leden voor reis- en verblijfkosten wordt respectievelijk en de leden voor reis- en verblijfkosten wordt respectievelijk
berekend overeenkomstig het koninklijk besluit van 18 januari 1965 berekend overeenkomstig het koninklijk besluit van 18 januari 1965
houdende algemene regeling inzake reiskosten en het koninklijk besluit houdende algemene regeling inzake reiskosten en het koninklijk besluit
van 24 december 1964 tot vaststelling van de vergoedingen wegens van 24 december 1964 tot vaststelling van de vergoedingen wegens
verblijfkosten toegekend aan de leden van het personeel der verblijfkosten toegekend aan de leden van het personeel der
ministeries, met dien verstande dat hun "administratieve standplaats" ministeries, met dien verstande dat hun "administratieve standplaats"
de plaats blijft waar zij de betrekking bekleden, vereist bij artikel de plaats blijft waar zij de betrekking bekleden, vereist bij artikel
3 van dit besluit, en dat zij geacht worden ingedeeld te zijn in rang 3 van dit besluit, en dat zij geacht worden ingedeeld te zijn in rang
14. 14.
Het begrip "administratieve standplaats" is niet van toepassing op de Het begrip "administratieve standplaats" is niet van toepassing op de
in ruste gestelde leden. in ruste gestelde leden.

Art. 32.Het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van

Art. 32.Het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van
13 mei 1991 tot instelling van een examencommissie van de Franse 13 mei 1991 tot instelling van een examencommissie van de Franse
Gemeenschap voor het toekennen van de graden van kandidaat in de Gemeenschap voor het toekennen van de graden van kandidaat in de
architectuur en architect, wordt opgeheven, met uitzondering van architectuur en architect, wordt opgeheven, met uitzondering van
artikel 17 dat betrekking heeft op het inschrijvingsgeld. artikel 17 dat betrekking heeft op het inschrijvingsgeld.

Art. 33.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997.

Art. 33.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997.

Art. 34.De Minister tot wiens bevoegdheid het hoger onderwijs

Art. 34.De Minister tot wiens bevoegdheid het hoger onderwijs
behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit. behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 3 februari 1997. Brussel, 3 februari 1997.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap :
De Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek, Sport en De Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek, Sport en
Internationale Betrekkingen, Internationale Betrekkingen,
W. ANCION W. ANCION
^