Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Arrest van --
← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 66/2012 van 24 mei 2012 Rolnummer 5123 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 174, derde lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 j Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de rechter(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 66/2012 van 24 mei 2012 Rolnummer 5123 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 174, derde lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 j Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de rechter(...) Uittreksel uit arrest nr. 66/2012 van 24 mei 2012 Rolnummer 5123 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 174, derde lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 j Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de rechter(...)
GRONDWETTELIJK HOF GRONDWETTELIJK HOF
Uittreksel uit arrest nr. 66/2012 van 24 mei 2012 Uittreksel uit arrest nr. 66/2012 van 24 mei 2012
Rolnummer 5123 Rolnummer 5123
In zake : de prejudiciële vraag over artikel 174, derde lid, van de In zake : de prejudiciële vraag over artikel 174, derde lid, van de
wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige
verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, zoals dat verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, zoals dat
artikel werd gewijzigd bij artikel 47 van de wet van 19 december 2008 artikel werd gewijzigd bij artikel 47 van de wet van 19 december 2008
houdende diverse bepalingen inzake gezondheid, gesteld door de houdende diverse bepalingen inzake gezondheid, gesteld door de
Arbeidsrechtbank te Brussel. Arbeidsrechtbank te Brussel.
Het Grondwettelijk Hof, Het Grondwettelijk Hof,
samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de
rechters E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. rechters E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P.
Moerman, E. Derycke, J. Spreutels, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul en F. Moerman, E. Derycke, J. Spreutels, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul en F.
Daoût, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder Daoût, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder
voorzitterschap van voorzitter R. Henneuse, voorzitterschap van voorzitter R. Henneuse,
wijst na beraad het volgende arrest : wijst na beraad het volgende arrest :
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging
Bij vonnis van 24 februari 2011 in zake Els Tenreiro Lourenco tegen de Bij vonnis van 24 februari 2011 in zake Els Tenreiro Lourenco tegen de
Landsbond van Liberale Mutualiteiten, waarvan de expeditie ter griffie Landsbond van Liberale Mutualiteiten, waarvan de expeditie ter griffie
van het Hof is ingekomen op 9 maart 2011, heeft de Arbeidsrechtbank te van het Hof is ingekomen op 9 maart 2011, heeft de Arbeidsrechtbank te
Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld :
« Schendt artikel 47 van de wet van 19 december 2008 houdende diverse « Schendt artikel 47 van de wet van 19 december 2008 houdende diverse
bepalingen inzake gezondheidszorg, dat artikel 174 van de wet bepalingen inzake gezondheidszorg, dat artikel 174 van de wet
betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en
uitkeringen, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 14 juli uitkeringen, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 14 juli
1994, wijzigt, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, 1994, wijzigt, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet,
in zoverre het de verzekeringsinstellingen toestaat de prestaties in in zoverre het de verzekeringsinstellingen toestaat de prestaties in
de uitkeringsverzekering terug te vorderen die, door een aan hen toe de uitkeringsverzekering terug te vorderen die, door een aan hen toe
te schrijven vergissing, ten onrechte aan hun aangeslotenen zijn te schrijven vergissing, ten onrechte aan hun aangeslotenen zijn
uitbetaald, op voorwaarde dat de per vergissing gecrediteerde persoon uitbetaald, op voorwaarde dat de per vergissing gecrediteerde persoon
niet wist of niet moest weten dat hij geen of niet langer recht had op niet wist of niet moest weten dat hij geen of niet langer recht had op
de uitgekeerde prestatie, geheel of gedeeltelijk, de uitgekeerde prestatie, geheel of gedeeltelijk,
terwijl, in het algemeen, artikel 17, tweede lid, van het Handvest van terwijl, in het algemeen, artikel 17, tweede lid, van het Handvest van
de sociaal verzekerde, dat van toepassing is op alle de sociaal verzekerde, dat van toepassing is op alle
socialezekerheidsinstellingen, waartoe de verzekeringsinstellingen socialezekerheidsinstellingen, waartoe de verzekeringsinstellingen
voor ziekte en invaliditeit behoren, zich verzet tegen elke voor ziekte en invaliditeit behoren, zich verzet tegen elke
terugvordering van sommen die de sociaal verzekerden ten onrechte terugvordering van sommen die de sociaal verzekerden ten onrechte
hebben geïnd, wanneer : hebben geïnd, wanneer :
1) de vergissing die aan de oorsprong van de verbeterende beslissing 1) de vergissing die aan de oorsprong van de verbeterende beslissing
ligt, aan de socialezekerheidsinstelling te wijten is; ligt, aan de socialezekerheidsinstelling te wijten is;
2) het na de herziening erkende recht kleiner is dan het aanvankelijk 2) het na de herziening erkende recht kleiner is dan het aanvankelijk
toegekende recht; toegekende recht;
3) de sociaal verzekerde niet wist of niet moest weten dat hij geen 3) de sociaal verzekerde niet wist of niet moest weten dat hij geen
recht meer had op het gehele bedrag van de uitgekeerde prestaties ? ». recht meer had op het gehele bedrag van de uitgekeerde prestaties ? ».
(...) (...)
III. In rechte III. In rechte
(...) (...)
B.1.1. Artikel 174 van de wet betreffende de verplichte verzekering B.1.1. Artikel 174 van de wet betreffende de verplichte verzekering
voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli
1994, bepaalt : 1994, bepaalt :
« [...] « [...]
5° De vordering tot terugvordering van de waarde der ten laste van de 5° De vordering tot terugvordering van de waarde der ten laste van de
uitkeringsverzekering ten onrechte verleende prestaties, verjaart twee uitkeringsverzekering ten onrechte verleende prestaties, verjaart twee
jaar na het einde van de maand waarin die prestaties zijn uitbetaald; jaar na het einde van de maand waarin die prestaties zijn uitbetaald;
[...] [...]
Van de in 1°, 2°, 3° en 4° bedoelde verjaringen mag niet worden Van de in 1°, 2°, 3° en 4° bedoelde verjaringen mag niet worden
afgezien. afgezien.
De in 5°, 6° en 7° bedoelde verjaringen worden vastgesteld op een jaar De in 5°, 6° en 7° bedoelde verjaringen worden vastgesteld op een jaar
ingeval van een onverschuldigde betaling die voortvloeit uit een ingeval van een onverschuldigde betaling die voortvloeit uit een
juridische of materiële vergissing van de verzekeringsinstelling en juridische of materiële vergissing van de verzekeringsinstelling en
wanneer de per vergissing gecrediteerde verzekerde niet wist of niet wanneer de per vergissing gecrediteerde verzekerde niet wist of niet
moest weten dat hij geen recht had of niet langer recht had op de moest weten dat hij geen recht had of niet langer recht had op de
betaalde prestatie, geheel of gedeeltelijk. betaalde prestatie, geheel of gedeeltelijk.
[...] ». [...] ».
Het derde lid van dat artikel werd ingevoegd bij artikel 47 van de wet Het derde lid van dat artikel werd ingevoegd bij artikel 47 van de wet
van 19 december 2008 houdende diverse bepalingen inzake van 19 december 2008 houdende diverse bepalingen inzake
gezondheidszorg. Het gaat om de in het geding zijnde bepaling. gezondheidszorg. Het gaat om de in het geding zijnde bepaling.
B.1.2. Artikel 17 van de wet van 11 april 1995 « tot invoering van het B.1.2. Artikel 17 van de wet van 11 april 1995 « tot invoering van het
' Handvest ' van de sociaal verzekerde » bepaalt : ' Handvest ' van de sociaal verzekerde » bepaalt :
« Wanneer vastgesteld wordt dat de beslissing aangetast is door een « Wanneer vastgesteld wordt dat de beslissing aangetast is door een
juridische of materiële vergissing, neemt de instelling van sociale juridische of materiële vergissing, neemt de instelling van sociale
zekerheid op eigen initiatief een nieuwe beslissing die uitwerking zekerheid op eigen initiatief een nieuwe beslissing die uitwerking
heeft op de datum waarop de verbeterde beslissing had moeten ingaan, heeft op de datum waarop de verbeterde beslissing had moeten ingaan,
onverminderd de wettelijke en reglementaire bepalingen inzake onverminderd de wettelijke en reglementaire bepalingen inzake
verjaring. verjaring.
Onverminderd de toepassing van artikel 18, heeft de nieuwe beslissing, Onverminderd de toepassing van artikel 18, heeft de nieuwe beslissing,
indien de vergissing aan de instelling van sociale zekerheid te wijten indien de vergissing aan de instelling van sociale zekerheid te wijten
is, uitwerking op de eerste dag van de maand na de kennisgeving ervan, is, uitwerking op de eerste dag van de maand na de kennisgeving ervan,
als het recht op de prestatie kleiner is dan het aanvankelijk als het recht op de prestatie kleiner is dan het aanvankelijk
toegekende recht. toegekende recht.
Het vorige lid is niet van toepassing indien de sociaal verzekerde Het vorige lid is niet van toepassing indien de sociaal verzekerde
weet of moest weten, in de zin van het koninklijk besluit van 31 mei weet of moest weten, in de zin van het koninklijk besluit van 31 mei
1933 betreffende de verklaringen af te leggen in verband met 1933 betreffende de verklaringen af te leggen in verband met
subsidies, vergoedingen en toelagen, dat hij geen recht heeft of meer subsidies, vergoedingen en toelagen, dat hij geen recht heeft of meer
heeft op het gehele bedrag van een prestatie ». heeft op het gehele bedrag van een prestatie ».
B.1.3. Artikel 18 van dezelfde wet bepaalt : B.1.3. Artikel 18 van dezelfde wet bepaalt :
« Onverminderd de wettelijke en reglementaire bepalingen inzake « Onverminderd de wettelijke en reglementaire bepalingen inzake
verjaring, kan de instelling van sociale zekerheid haar beslissing verjaring, kan de instelling van sociale zekerheid haar beslissing
intrekken en een nieuwe beslissing nemen binnen de termijn voor het intrekken en een nieuwe beslissing nemen binnen de termijn voor het
instellen van een voorziening bij het bevoegde rechtscollege of, instellen van een voorziening bij het bevoegde rechtscollege of,
indien de voorziening reeds is ingesteld, tot aan de sluiting van de indien de voorziening reeds is ingesteld, tot aan de sluiting van de
debatten, wanneer : debatten, wanneer :
1° op de datum waarop de prestatie is ingegaan, het recht door een 1° op de datum waarop de prestatie is ingegaan, het recht door een
wettelijke of reglementaire bepaling is gewijzigd; wettelijke of reglementaire bepaling is gewijzigd;
2° een nieuw feit of nieuw bewijsmateriaal dat een terugslag heeft op 2° een nieuw feit of nieuw bewijsmateriaal dat een terugslag heeft op
de rechten van de verzoeker, tijdens het geding wordt ingeroepen; de rechten van de verzoeker, tijdens het geding wordt ingeroepen;
3° vastgesteld wordt dat de administratieve beslissing aangetast is 3° vastgesteld wordt dat de administratieve beslissing aangetast is
door een onregelmatigheid of een materiële vergissing ». door een onregelmatigheid of een materiële vergissing ».
B.1.4. Artikel 18bis van dezelfde wet bepaalt : B.1.4. Artikel 18bis van dezelfde wet bepaalt :
« De Koning bepaalt voor welke regelingen van sociale zekerheid of « De Koning bepaalt voor welke regelingen van sociale zekerheid of
gedeelten daarvan, een beslissing over dezelfde rechten genomen gedeelten daarvan, een beslissing over dezelfde rechten genomen
ingevolge een onderzoek op de wettelijkheid van de uitbetaalde ingevolge een onderzoek op de wettelijkheid van de uitbetaalde
prestaties, niet als een nieuwe beslissing wordt beschouwd voor de prestaties, niet als een nieuwe beslissing wordt beschouwd voor de
toepassing van de artikelen 17 en 18 ». toepassing van de artikelen 17 en 18 ».
B.2. De verwijzende rechter stelt aan het Hof een vraag over de B.2. De verwijzende rechter stelt aan het Hof een vraag over de
bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van de in bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van de in
het geding zijnde bepaling in zoverre zij een verschil in behandeling het geding zijnde bepaling in zoverre zij een verschil in behandeling
onder sociaal verzekerden invoert. onder sociaal verzekerden invoert.
Met toepassing van artikel 174, derde lid, van de in het geding zijnde Met toepassing van artikel 174, derde lid, van de in het geding zijnde
wet, en in afwijking van de termijn van twee jaar waarin in hoofdorde wet, en in afwijking van de termijn van twee jaar waarin in hoofdorde
is voorzien in het eerste lid van dat artikel, kan van de sociaal is voorzien in het eerste lid van dat artikel, kan van de sociaal
verzekerde die ten onrechte prestaties in de uitkeringsverzekering verzekerde die ten onrechte prestaties in de uitkeringsverzekering
heeft ontvangen wegens een vergissing vanwege de heeft ontvangen wegens een vergissing vanwege de
verzekeringsinstelling, de terugbetaling van het onverschuldigde verzekeringsinstelling, de terugbetaling van het onverschuldigde
bedrag gedurende een jaar worden geëist. Op grond van artikel 17 van bedrag gedurende een jaar worden geëist. Op grond van artikel 17 van
het Handvest van de sociaal verzekerde moet diegene die ten onrechte het Handvest van de sociaal verzekerde moet diegene die ten onrechte
betaalde uitkeringen heeft geïnd als gevolg van een vergissing van de betaalde uitkeringen heeft geïnd als gevolg van een vergissing van de
instelling die de uitkeringen heeft uitbetaald, daarentegen niets instelling die de uitkeringen heeft uitbetaald, daarentegen niets
terugbetalen, na de termijn voor het instellen van een beroep tegen de terugbetalen, na de termijn voor het instellen van een beroep tegen de
beslissing die de verzekeringsinstelling bij vergissing heeft genomen, beslissing die de verzekeringsinstelling bij vergissing heeft genomen,
behalve wanneer die sociaal verzekerde wist of moest weten dat hij behalve wanneer die sociaal verzekerde wist of moest weten dat hij
geen of niet langer recht had op het gehele bedrag van de prestatie. geen of niet langer recht had op het gehele bedrag van de prestatie.
B.3.1. Met de invoering van het « Handvest » van de sociaal verzekerde B.3.1. Met de invoering van het « Handvest » van de sociaal verzekerde
wilde de wetgever een betere juridische bescherming voor de sociaal wilde de wetgever een betere juridische bescherming voor de sociaal
verzekerde. Daarom diende het Handvest aan de volgende verwachtingen verzekerde. Daarom diende het Handvest aan de volgende verwachtingen
te voldoen : « rechtszekerheid, toegankelijkheid, doorzichtigheid, te voldoen : « rechtszekerheid, toegankelijkheid, doorzichtigheid,
snelheid en nauwkeurigheid, en ten slotte vereenvoudiging van de snelheid en nauwkeurigheid, en ten slotte vereenvoudiging van de
administratieve verplichtingen » (Parl. St., Kamer, B.Z. 1991-1992, administratieve verplichtingen » (Parl. St., Kamer, B.Z. 1991-1992,
nr. 353/1, pp. 1-2). Een amendement van de Regering (Parl. St., Kamer, nr. 353/1, pp. 1-2). Een amendement van de Regering (Parl. St., Kamer,
B.Z. 1991-1992, nr. 353/2, p. 10) om artikel 21 (thans artikel 17) te B.Z. 1991-1992, nr. 353/2, p. 10) om artikel 21 (thans artikel 17) te
schrappen, werd niet gevolgd omdat de Commissie voor de Sociale Zaken schrappen, werd niet gevolgd omdat de Commissie voor de Sociale Zaken
van oordeel was dat « deze bepaling [...] in sterke mate de van oordeel was dat « deze bepaling [...] in sterke mate de
rechtszekerheid van de sociaal verzekerde [verhoogt] en [...] behouden rechtszekerheid van de sociaal verzekerde [verhoogt] en [...] behouden
[moet] blijven » (Parl. St., Kamer, B.Z. 1991-1992, nr. 353/5, p. 19). [moet] blijven » (Parl. St., Kamer, B.Z. 1991-1992, nr. 353/5, p. 19).
B.3.2. Evenwel werd vastgesteld dat artikel 17, tweede lid, van de wet B.3.2. Evenwel werd vastgesteld dat artikel 17, tweede lid, van de wet
van 11 april 1995 belangrijke budgettaire implicaties had : van 11 april 1995 belangrijke budgettaire implicaties had :
« Vooral in het kader van de werkloosheidsverzekering en de « Vooral in het kader van de werkloosheidsverzekering en de
verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen zouden deze verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen zouden deze
nieuwe bepalingen aanleiding geven tot een verlies van miljarden frank nieuwe bepalingen aanleiding geven tot een verlies van miljarden frank
teveel betaalde prestaties die niet meer kunnen worden teruggevorderd teveel betaalde prestaties die niet meer kunnen worden teruggevorderd
» (Parl. St., Kamer, 1996-1997, nr. 907/1, p. 16). » (Parl. St., Kamer, 1996-1997, nr. 907/1, p. 16).
B.3.3. Niettemin werd het beginsel van artikel 17 van het Handvest in B.3.3. Niettemin werd het beginsel van artikel 17 van het Handvest in
verschillende socialezekerheidssectoren ingevoerd. Dat is het geval verschillende socialezekerheidssectoren ingevoerd. Dat is het geval
voor de arbeidsongevallenwetgeving (artikel 60bis van de wet van 10 voor de arbeidsongevallenwetgeving (artikel 60bis van de wet van 10
april 1971) en voor de werkloosheidsreglementering (artikel 149, § 1, april 1971) en voor de werkloosheidsreglementering (artikel 149, § 1,
van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de
werkloosheidsreglementering). werkloosheidsreglementering).
B.4.1. Bij het bepalen van zijn beleid in sociaal-economische B.4.1. Bij het bepalen van zijn beleid in sociaal-economische
aangelegenheden beschikt de wetgever over een ruime aangelegenheden beschikt de wetgever over een ruime
beoordelingsbevoegdheid. beoordelingsbevoegdheid.
Volgens het Europees Hof voor de Rechten van de Mens dient een Volgens het Europees Hof voor de Rechten van de Mens dient een
striktere evenredigheidstoetsing te worden toegepast wanneer de in het striktere evenredigheidstoetsing te worden toegepast wanneer de in het
geding zijnde bepaling ertoe strekt, in het nadeel van een individu, geding zijnde bepaling ertoe strekt, in het nadeel van een individu,
een vergissing te verbeteren die door de overheidsinstanties zelf is een vergissing te verbeteren die door de overheidsinstanties zelf is
begaan, zonder dat de persoon wiens rechten door die bepaling worden begaan, zonder dat de persoon wiens rechten door die bepaling worden
geraakt, enige fout kan worden verweten (EHRM, 15 september 2009, geraakt, enige fout kan worden verweten (EHRM, 15 september 2009,
Moskal t. Polen, § 73). Bovendien heeft hetzelfde Hof geoordeeld dat : Moskal t. Polen, § 73). Bovendien heeft hetzelfde Hof geoordeeld dat :
« [...] overheden niet ervan zouden mogen worden weerhouden « [...] overheden niet ervan zouden mogen worden weerhouden
vergissingen bij het toekennen van uitkeringen recht te zetten, zelfs vergissingen bij het toekennen van uitkeringen recht te zetten, zelfs
indien die vergissingen voortvloeien uit hun eigen nalatigheid. Er indien die vergissingen voortvloeien uit hun eigen nalatigheid. Er
anders over oordelen, zou indruisen tegen de leer van de anders over oordelen, zou indruisen tegen de leer van de
ongerechtvaardigde verrijking, zou oneerlijk zijn ten aanzien van ongerechtvaardigde verrijking, zou oneerlijk zijn ten aanzien van
andere personen die bijdragen tot het socialezekerheidsfonds en zou de andere personen die bijdragen tot het socialezekerheidsfonds en zou de
goedkeuring inhouden van een onbehoorlijke toekenning van schaarse goedkeuring inhouden van een onbehoorlijke toekenning van schaarse
publieke middelen. Niettemin heeft het Hof erop gewezen dat het publieke middelen. Niettemin heeft het Hof erop gewezen dat het
voormelde algemeen beginsel niet mag gelden in een situatie waarin de voormelde algemeen beginsel niet mag gelden in een situatie waarin de
betrokkene mogelijk een buitensporige last moet dragen als gevolg van betrokkene mogelijk een buitensporige last moet dragen als gevolg van
de maatregel die hem een voordeel ontneemt » (EHRM, 14 februari 2012, de maatregel die hem een voordeel ontneemt » (EHRM, 14 februari 2012,
B. t. Verenigd Koninkrijk, § 60). B. t. Verenigd Koninkrijk, § 60).
B.4.2. De in het geding zijnde bepaling is afgekondigd op 19 december B.4.2. De in het geding zijnde bepaling is afgekondigd op 19 december
2008, dus na artikel 17 van het Handvest van de sociaal verzekerde. 2008, dus na artikel 17 van het Handvest van de sociaal verzekerde.
Zolang dit Handvest ongewijzigd blijft, roept een wetswijziging, na de Zolang dit Handvest ongewijzigd blijft, roept een wetswijziging, na de
afkondiging van het Handvest, die een op een socialezekerheidssector afkondiging van het Handvest, die een op een socialezekerheidssector
toepasselijke reglementering invoert, die voor de verzekerde minder toepasselijke reglementering invoert, die voor de verzekerde minder
gunstig is dan die welke in het algemeen is opgenomen in het Handvest, gunstig is dan die welke in het algemeen is opgenomen in het Handvest,
onder de sociaal verzekerden een verschil in behandeling in het leven onder de sociaal verzekerden een verschil in behandeling in het leven
dat enkel met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet bestaanbaar kan dat enkel met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet bestaanbaar kan
worden geacht indien hiervoor een relevante specifieke verantwoording worden geacht indien hiervoor een relevante specifieke verantwoording
bestaat. bestaat.
B.5. In de parlementaire voorbereiding met betrekking tot artikel 47 B.5. In de parlementaire voorbereiding met betrekking tot artikel 47
van de voormelde wet van 19 december 2008 wordt de keuze van de van de voormelde wet van 19 december 2008 wordt de keuze van de
wetgever als volgt verantwoord : wetgever als volgt verantwoord :
« De invoeging van deze bepaling wil een in de tijd beperkte « De invoeging van deze bepaling wil een in de tijd beperkte
terugvordering toelaten van aan de sociaal verzekerde te goeder trouw terugvordering toelaten van aan de sociaal verzekerde te goeder trouw
onverschuldigd betaalde prestaties, in geval van een juridische of een onverschuldigd betaalde prestaties, in geval van een juridische of een
materiële vergissing van de verzekeringsinstelling bij de betaling van materiële vergissing van de verzekeringsinstelling bij de betaling van
die prestaties. Aan de beslissing tot rechtzetting van de initiële die prestaties. Aan de beslissing tot rechtzetting van de initiële
vergissing wordt een terugwerkende kracht van een jaar toegekend. vergissing wordt een terugwerkende kracht van een jaar toegekend.
Deze aanpassing maakt een einde aan de huidige juridische onzekerheid Deze aanpassing maakt een einde aan de huidige juridische onzekerheid
met betrekking tot de beslissing tot terugvordering van met betrekking tot de beslissing tot terugvordering van
onverschuldigde prestaties in geval van vergissing van een openbare of onverschuldigde prestaties in geval van vergissing van een openbare of
private instelling van sociale zekerheid, ten gevolge van het arrest private instelling van sociale zekerheid, ten gevolge van het arrest
nr. 196/2005 van het Arbitragehof van 21 december 2005. nr. 196/2005 van het Arbitragehof van 21 december 2005.
Deze bepaling wordt eveneens gerechtvaardigd door de complexiteit van Deze bepaling wordt eveneens gerechtvaardigd door de complexiteit van
de dossiers in de sector verzekering voor geneeskundige verzorging en de dossiers in de sector verzekering voor geneeskundige verzorging en
uitkeringen, met name het aantal en de aard van de feitelijke en uitkeringen, met name het aantal en de aard van de feitelijke en
juridische elementen die in aanmerking moeten worden genomen om juridische elementen die in aanmerking moeten worden genomen om
prestaties toe te kennen en het juiste bedrag ervan te bepalen, de prestaties toe te kennen en het juiste bedrag ervan te bepalen, de
verplichting om de prestaties binnen een relatief korte termijn te verplichting om de prestaties binnen een relatief korte termijn te
betalen en tenslotte de budgettaire en financiële kost die de betalen en tenslotte de budgettaire en financiële kost die de
afwezigheid van terugvordering bij de sociaal verzekerde afwezigheid van terugvordering bij de sociaal verzekerde
vertegenwoordigt, een kost die volledig ten laste zou moeten worden vertegenwoordigt, een kost die volledig ten laste zou moeten worden
genomen door de verzekeringsinstellingen (weinig realistische genomen door de verzekeringsinstellingen (weinig realistische
hypothese als deze kost volledig ten laste zou moeten worden genomen hypothese als deze kost volledig ten laste zou moeten worden genomen
door deze laatsten) of door de regeling (en uiteindelijk door het door deze laatsten) of door de regeling (en uiteindelijk door het
globaal beheer). globaal beheer).
Deze bepaling is tenslotte gelijkaardig als deze die werd ingevoegd in Deze bepaling is tenslotte gelijkaardig als deze die werd ingevoegd in
hun specifieke wetgeving door de sector van de jaarlijkse vakantie, hun specifieke wetgeving door de sector van de jaarlijkse vakantie,
sinds 1 januari 2006, en door de sector van de gezinsbijslag, sinds 1 sinds 1 januari 2006, en door de sector van de gezinsbijslag, sinds 1
oktober 2006 » (Parl. St., Kamer, 2008-2009, DOC 52-1491/001, DOC oktober 2006 » (Parl. St., Kamer, 2008-2009, DOC 52-1491/001, DOC
52-1492/001, pp. 32-33). 52-1492/001, pp. 32-33).
B.6.1. Het ingewikkelde karakter van het administratieve beheer B.6.1. Het ingewikkelde karakter van het administratieve beheer
waarvoor de verzekeringsinstellingen instaan, zou niet kunnen waarvoor de verzekeringsinstellingen instaan, zou niet kunnen
verantwoorden dat de begunstigde van ten onrechte uitgekeerde verantwoorden dat de begunstigde van ten onrechte uitgekeerde
prestaties, die die heeft ontvangen als gevolg van een vergissing van prestaties, die die heeft ontvangen als gevolg van een vergissing van
de uitkerende verzekeringsinstelling, terwijl hij zich daarvan geen de uitkerende verzekeringsinstelling, terwijl hij zich daarvan geen
rekenschap kon geven, gedurende één jaar ertoe is gehouden de bedragen rekenschap kon geven, gedurende één jaar ertoe is gehouden de bedragen
terug te betalen die hij ten onrechte heeft ontvangen, terwijl de terug te betalen die hij ten onrechte heeft ontvangen, terwijl de
begunstigden van andere sociale uitkeringen die in dezelfde begunstigden van andere sociale uitkeringen die in dezelfde
omstandigheden ten onrechte werden ontvangen, niet ertoe zijn gehouden omstandigheden ten onrechte werden ontvangen, niet ertoe zijn gehouden
die terug te betalen. die terug te betalen.
In de beoogde hypothese heeft de begunstigde immers geen enkele In de beoogde hypothese heeft de begunstigde immers geen enkele
vergissing begaan, zodat de verzekeringsinstelling correct vergissing begaan, zodat de verzekeringsinstelling correct
geïnformeerd zou moeten zijn over zijn juridische en materiële geïnformeerd zou moeten zijn over zijn juridische en materiële
situatie. De beheersmoeilijkheden als gevolg van de complexe situatie. De beheersmoeilijkheden als gevolg van de complexe
behandeling van de gevallen van arbeidsongeschiktheid, kunnen in die behandeling van de gevallen van arbeidsongeschiktheid, kunnen in die
situatie dus niet de oorzaak van de onverschuldigde betaling vormen. situatie dus niet de oorzaak van de onverschuldigde betaling vormen.
Zij kunnen dus niet verantwoorden dat de gevolgen van een vergissing Zij kunnen dus niet verantwoorden dat de gevolgen van een vergissing
van de schuldenaar van de uitkeringen bij de toekenning ervan, ten van de schuldenaar van de uitkeringen bij de toekenning ervan, ten
laste van de sociaal verzekerde worden gelegd. laste van de sociaal verzekerde worden gelegd.
Overigens, vermits een terugbetaling van onterecht uitgekeerde Overigens, vermits een terugbetaling van onterecht uitgekeerde
bedragen de regel is, dienen de in de in het geding zijnde bepaling bedragen de regel is, dienen de in de in het geding zijnde bepaling
gebruikte bewoordingen « niet wist of niet kon weten dat hij geen of gebruikte bewoordingen « niet wist of niet kon weten dat hij geen of
niet langer recht had » strikt te worden geïnterpreteerd. niet langer recht had » strikt te worden geïnterpreteerd.
B.6.2. Bovendien, in tegenstelling tot het vakantiegeld, dat het B.6.2. Bovendien, in tegenstelling tot het vakantiegeld, dat het
voorwerp uitmaakte van het arrest nr. 39/2008 van 4 maart 2008 waarbij voorwerp uitmaakte van het arrest nr. 39/2008 van 4 maart 2008 waarbij
het Hof oordeelde dat het niet strijdig was met de artikelen 10 en 11 het Hof oordeelde dat het niet strijdig was met de artikelen 10 en 11
van de Grondwet de terugvordering toe te staan van een onterechte van de Grondwet de terugvordering toe te staan van een onterechte
uitbetaling als gevolg van een vergissing van de uitkerende uitbetaling als gevolg van een vergissing van de uitkerende
instelling, zijn de uitkeringen voor arbeidsongeschiktheid een instelling, zijn de uitkeringen voor arbeidsongeschiktheid een
vervangingsinkomen dat elke maand wordt uitbetaald, zodat zij in de vervangingsinkomen dat elke maand wordt uitbetaald, zodat zij in de
meeste gevallen het grootste deel vormen van het maandelijkse budget meeste gevallen het grootste deel vormen van het maandelijkse budget
van de sociaal verzekerde die ertoe gerechtigd is. Gedurende een van de sociaal verzekerde die ertoe gerechtigd is. Gedurende een
volledig jaar een terugvordering toestaan van bedragen die als gevolg volledig jaar een terugvordering toestaan van bedragen die als gevolg
van een vergissing van de uitkerende instelling werden uitbetaald, zou van een vergissing van de uitkerende instelling werden uitbetaald, zou
dan ook onevenredige gevolgen hebben voor het merendeel van de dan ook onevenredige gevolgen hebben voor het merendeel van de
uitkeringsgerechtigden die zich in die situatie bevinden en die geen uitkeringsgerechtigden die zich in die situatie bevinden en die geen
enkele fout of nalatigheid kan worden verweten. enkele fout of nalatigheid kan worden verweten.
B.6.3. Ten slotte kan de omstandigheid dat in de sector van de B.6.3. Ten slotte kan de omstandigheid dat in de sector van de
verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen de meeste verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen de meeste
beslissingen worden genomen door private instellingen die meewerken beslissingen worden genomen door private instellingen die meewerken
aan de sociale zekerheid, namelijk de ziekenfondsen, evenmin de aan de sociale zekerheid, namelijk de ziekenfondsen, evenmin de
ongelijke behandeling verantwoorden. Het feit dat de genomen ongelijke behandeling verantwoorden. Het feit dat de genomen
beslissingen naderhand dienen te worden gecontroleerd door het beslissingen naderhand dienen te worden gecontroleerd door het
Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV) en dat Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV) en dat
die controle materieel onmogelijk kan geschieden binnen de termijn van die controle materieel onmogelijk kan geschieden binnen de termijn van
drie maanden, dit wil zeggen de periode waarbinnen beroep kan worden drie maanden, dit wil zeggen de periode waarbinnen beroep kan worden
ingesteld bij de arbeidsrechtbank en waarbinnen de instelling haar ingesteld bij de arbeidsrechtbank en waarbinnen de instelling haar
beslissing kan herzien, kan dat verschil in behandeling evenmin beslissing kan herzien, kan dat verschil in behandeling evenmin
verantwoorden. Immers, de organisatie van de privé- en verantwoorden. Immers, de organisatie van de privé- en
overheidsinstellingen die een rol spelen in die specifieke sector van overheidsinstellingen die een rol spelen in die specifieke sector van
de sociale zekerheid, alsook de complexiteit en de daaruit de sociale zekerheid, alsook de complexiteit en de daaruit
voortvloeiende traagheid bij de behandeling van dossiers kunnen geen voortvloeiende traagheid bij de behandeling van dossiers kunnen geen
redelijke verantwoording vormen voor het feit dat de redelijke verantwoording vormen voor het feit dat de
uitkeringsgerechtigden de financiële gevolgen van een door een uitkeringsgerechtigden de financiële gevolgen van een door een
instelling begane vergissing moeten dragen. instelling begane vergissing moeten dragen.
B.6.4. Zoals de Ministerraad erop wijst, leidt het verbod om van de B.6.4. Zoals de Ministerraad erop wijst, leidt het verbod om van de
sociaal verzekerde de prestaties die hij ten onrechte heeft ontvangen sociaal verzekerde de prestaties die hij ten onrechte heeft ontvangen
terug te vorderen, weliswaar ertoe, in de huidige stand van de terug te vorderen, weliswaar ertoe, in de huidige stand van de
wetgeving, dat het RIZIV de financiële gevolgen draagt van een wetgeving, dat het RIZIV de financiële gevolgen draagt van een
vergissing die aan de verzekeringsinstellingen is toe te schrijven vergissing die aan de verzekeringsinstellingen is toe te schrijven
(zie in dat verband, Cass., 22 december 2008, Arr. Cass., 2008, nr. (zie in dat verband, Cass., 22 december 2008, Arr. Cass., 2008, nr.
749). 749).
Het staat niettemin aan de wetgever en aan de Koning om, in voorkomend Het staat niettemin aan de wetgever en aan de Koning om, in voorkomend
geval, de relevante regelgeving te wijzigen opdat de financiële geval, de relevante regelgeving te wijzigen opdat de financiële
gevolgen van zulk een vergissing geheel of gedeeltelijk zouden worden gevolgen van zulk een vergissing geheel of gedeeltelijk zouden worden
gedragen door de verzekeringsinstellingen, die verantwoordelijk zijn gedragen door de verzekeringsinstellingen, die verantwoordelijk zijn
voor de onterechte uitbetaling van prestaties aan de sociaal voor de onterechte uitbetaling van prestaties aan de sociaal
verzekerde, of de regels inzake de controle op de verzekerde, of de regels inzake de controle op de
verzekeringsinstellingen te verstrengen. verzekeringsinstellingen te verstrengen.
B.7. De prejudiciële vraag dient bevestigend te worden beantwoord. B.7. De prejudiciële vraag dient bevestigend te worden beantwoord.
Om die redenen, Om die redenen,
het Hof het Hof
zegt voor recht : zegt voor recht :
Artikel 174, derde lid, van de wet betreffende de verplichte Artikel 174, derde lid, van de wet betreffende de verplichte
verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen,
gecoördineerd op 14 juli 1994, zoals het werd ingevoegd bij artikel 47 gecoördineerd op 14 juli 1994, zoals het werd ingevoegd bij artikel 47
van de wet van 19 december 2008 houdende diverse bepalingen inzake van de wet van 19 december 2008 houdende diverse bepalingen inzake
gezondheidszorg, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in gezondheidszorg, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in
zoverre het de verzekeringsinstellingen toestaat gedurende een jaar de zoverre het de verzekeringsinstellingen toestaat gedurende een jaar de
invaliditeitsuitkeringen terug te vorderen die, door een aan hen toe invaliditeitsuitkeringen terug te vorderen die, door een aan hen toe
te schrijven vergissing, ten onrechte aan hun aangeslotenen zijn te schrijven vergissing, ten onrechte aan hun aangeslotenen zijn
uitbetaald, op voorwaarde dat de sociaal verzekerde niet wist of niet uitbetaald, op voorwaarde dat de sociaal verzekerde niet wist of niet
moest weten dat hij geen of niet langer recht had op de uitgekeerde moest weten dat hij geen of niet langer recht had op de uitgekeerde
prestatie. prestatie.
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het
Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 24 mei 2012. Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 24 mei 2012.
De griffier, De griffier,
P.-Y. Dutilleux. P.-Y. Dutilleux.
De voorzitter, De voorzitter,
R. Henneuse. R. Henneuse.
^