← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 108/2011 van 16 juni 2011 Rolnummer 4991 In zake : de prejudiciële
vraag betreffende artikel 41 van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst, gesteld
door de Rechtbank van eerste aanleg te Leuven."
| Uittreksel uit arrest nr. 108/2011 van 16 juni 2011 Rolnummer 4991 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 41 van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Leuven. | Uittreksel uit arrest nr. 108/2011 van 16 juni 2011 Rolnummer 4991 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 41 van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Leuven. |
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | GRONDWETTELIJK HOF |
| Uittreksel uit arrest nr. 108/2011 van 16 juni 2011 | Uittreksel uit arrest nr. 108/2011 van 16 juni 2011 |
| Rolnummer 4991 | Rolnummer 4991 |
| In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 41 van de wet van | In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 41 van de wet van |
| 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst, gesteld door de | 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst, gesteld door de |
| Rechtbank van eerste aanleg te Leuven. | Rechtbank van eerste aanleg te Leuven. |
| Het Grondwettelijk Hof, | Het Grondwettelijk Hof, |
| samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en R. Henneuse, en de | samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en R. Henneuse, en de |
| rechters E. De Groot, L. Lavrysen, J.-P. Snappe, J. Spreutels en F. | rechters E. De Groot, L. Lavrysen, J.-P. Snappe, J. Spreutels en F. |
| Daoût, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder | Daoût, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder |
| voorzitterschap van voorzitter M. Bossuyt, | voorzitterschap van voorzitter M. Bossuyt, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
| Bij vonnis van 16 juni 2010 in zake de nv « DKV Belgium » tegen « | Bij vonnis van 16 juni 2010 in zake de nv « DKV Belgium » tegen « |
| Ethias Gemeen Recht », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is | Ethias Gemeen Recht », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is |
| ingekomen op 2 juli 2010, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te | ingekomen op 2 juli 2010, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te |
| Leuven de volgende prejudiciële vraag gesteld : | Leuven de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
| « Schendt artikel 41 wet landverzekeringsovereenkomst [van 25 juni | « Schendt artikel 41 wet landverzekeringsovereenkomst [van 25 juni |
| 1992], dat slechts een wettelijke indeplaatsstelling voorziet tegen | 1992], dat slechts een wettelijke indeplaatsstelling voorziet tegen |
| aansprakelijke derden, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat | aansprakelijke derden, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat |
| de particuliere ziektekostenverzekeraar voor de vergoeding betaald aan | de particuliere ziektekostenverzekeraar voor de vergoeding betaald aan |
| een verzekerde, die het slachtoffer werd van een ongeval waarbij een | een verzekerde, die het slachtoffer werd van een ongeval waarbij een |
| motorrijtuig betrokken is, zich niet via wettelijke subrogatie kan | motorrijtuig betrokken is, zich niet via wettelijke subrogatie kan |
| beroepen op artikel 29bis WAM 1989 om zijn uitgaven te verhalen op de | beroepen op artikel 29bis WAM 1989 om zijn uitgaven te verhalen op de |
| verzekeraar burgerlijke aansprakelijkheid van het betrokken | verzekeraar burgerlijke aansprakelijkheid van het betrokken |
| motorrijtuig, terwijl andere derde betalers (waaronder het ziekenfonds | motorrijtuig, terwijl andere derde betalers (waaronder het ziekenfonds |
| op grond van artikel 136 § 2 ziv-wet 1994 en de | op grond van artikel 136 § 2 ziv-wet 1994 en de |
| arbeidsongevallenverzekeraars op grond van artikel 48ter | arbeidsongevallenverzekeraars op grond van artikel 48ter |
| arbeidsongevallenwet en artikel 14bis arbeidsongevallenwet | arbeidsongevallenwet en artikel 14bis arbeidsongevallenwet |
| overheidspersoneel) zich wel via wettelijke subrogatie kunnen beroepen | overheidspersoneel) zich wel via wettelijke subrogatie kunnen beroepen |
| op artikel 29bis WAM 1989 om hun uitgaven te verhalen op de | op artikel 29bis WAM 1989 om hun uitgaven te verhalen op de |
| verzekeraar burgerlijke aansprakelijkheid van het betrokken | verzekeraar burgerlijke aansprakelijkheid van het betrokken |
| motorrijtuig ? ». | motorrijtuig ? ». |
| (...) | (...) |
| III. In rechte | III. In rechte |
| (...) | (...) |
| B.1.1. Artikel 41 van de wet van 25 juni 1992 op de | B.1.1. Artikel 41 van de wet van 25 juni 1992 op de |
| landverzekeringsovereenkomst bepaalt : | landverzekeringsovereenkomst bepaalt : |
| « De verzekeraar die de schadevergoeding betaald heeft, treedt ten | « De verzekeraar die de schadevergoeding betaald heeft, treedt ten |
| belope van het bedrag van die vergoeding in de rechten en | belope van het bedrag van die vergoeding in de rechten en |
| rechtsvorderingen van de verzekerde of de begunstigde tegen de | rechtsvorderingen van de verzekerde of de begunstigde tegen de |
| aansprakelijke derden. | aansprakelijke derden. |
| Indien, door toedoen van de verzekerde of de begunstigde, de | Indien, door toedoen van de verzekerde of de begunstigde, de |
| indeplaatsstelling geen gevolg kan hebben ten voordele van de | indeplaatsstelling geen gevolg kan hebben ten voordele van de |
| verzekeraar, kan deze van hem de terugbetaling vorderen van de | verzekeraar, kan deze van hem de terugbetaling vorderen van de |
| betaalde schadevergoeding in de mate van het geleden nadeel. | betaalde schadevergoeding in de mate van het geleden nadeel. |
| De indeplaatsstelling mag de verzekerde of de begunstigde, die slechts | De indeplaatsstelling mag de verzekerde of de begunstigde, die slechts |
| gedeeltelijk vergoed is, niet benadelen. In dat geval kan hij zijn | gedeeltelijk vergoed is, niet benadelen. In dat geval kan hij zijn |
| rechten uitoefenen voor hetgeen hem nog verschuldigd is, bij voorrang | rechten uitoefenen voor hetgeen hem nog verschuldigd is, bij voorrang |
| boven de verzekeraar. | boven de verzekeraar. |
| De verzekeraar heeft geen verhaal op de bloedverwanten in de rechte | De verzekeraar heeft geen verhaal op de bloedverwanten in de rechte |
| opgaande of nederdalende lijn, de echtgenoot en de aanverwanten in de | opgaande of nederdalende lijn, de echtgenoot en de aanverwanten in de |
| rechte lijn van de verzekerde, noch op de bij hem inwonende personen, | rechte lijn van de verzekerde, noch op de bij hem inwonende personen, |
| zijn gasten en zijn huispersoneel, behoudens kwaad opzet. In geval van | zijn gasten en zijn huispersoneel, behoudens kwaad opzet. In geval van |
| kwaad opzet door minderjarigen kan de Koning het recht van verhaal | kwaad opzet door minderjarigen kan de Koning het recht van verhaal |
| beperken van de verzekeraar die de burgerrechtelijke aansprakelijkheid | beperken van de verzekeraar die de burgerrechtelijke aansprakelijkheid |
| buiten overeenkomst met betrekking tot het privé-leven dekt. | buiten overeenkomst met betrekking tot het privé-leven dekt. |
| De verzekeraar kan evenwel verhaal uitoefenen op de in het vorige lid | De verzekeraar kan evenwel verhaal uitoefenen op de in het vorige lid |
| genoemde personen, voor zover hun aansprakelijkheid daadwerkelijk door | genoemde personen, voor zover hun aansprakelijkheid daadwerkelijk door |
| een verzekeringsovereenkomst is gedekt ». | een verzekeringsovereenkomst is gedekt ». |
| Artikel 41, eerste lid, voorziet derhalve enkel in een wettelijke | Artikel 41, eerste lid, voorziet derhalve enkel in een wettelijke |
| indeplaatsstelling in de rechten van de verzekerde of de begunstigde « | indeplaatsstelling in de rechten van de verzekerde of de begunstigde « |
| tegen de aansprakelijke derden ». | tegen de aansprakelijke derden ». |
| B.1.2. Artikel 29bis van de wet van 21 november 1989 betreffende de | B.1.2. Artikel 29bis van de wet van 21 november 1989 betreffende de |
| verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen, zoals | verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen, zoals |
| gewijzigd bij de wet van 19 januari 2001, bepaalt : | gewijzigd bij de wet van 19 januari 2001, bepaalt : |
| « § 1. Bij een verkeersongeval waarbij een of meer motorrijtuigen | « § 1. Bij een verkeersongeval waarbij een of meer motorrijtuigen |
| betrokken zijn, op de plaatsen bedoeld in artikel 2, § 1, wordt, met | betrokken zijn, op de plaatsen bedoeld in artikel 2, § 1, wordt, met |
| uitzondering van de stoffelijke schade en de schade geleden door de | uitzondering van de stoffelijke schade en de schade geleden door de |
| bestuurder van elk van de betrokken motorrijtuigen, alle schade | bestuurder van elk van de betrokken motorrijtuigen, alle schade |
| geleden door de slachtoffers en hun rechthebbenden en voortvloeiend | geleden door de slachtoffers en hun rechthebbenden en voortvloeiend |
| uit lichamelijke letsels of het overlijden, met inbegrip van de | uit lichamelijke letsels of het overlijden, met inbegrip van de |
| kledijschade, hoofdelijk vergoed door de verzekeraars die de | kledijschade, hoofdelijk vergoed door de verzekeraars die de |
| aansprakelijkheid van de eigenaar, de bestuurder of de houder van de | aansprakelijkheid van de eigenaar, de bestuurder of de houder van de |
| motorrijtuigen overeenkomstig deze wet dekken. Deze bepaling is ook | motorrijtuigen overeenkomstig deze wet dekken. Deze bepaling is ook |
| van toepassing indien de schade opzettelijk werd veroorzaakt door de | van toepassing indien de schade opzettelijk werd veroorzaakt door de |
| bestuurder. | bestuurder. |
| Bij een verkeersongeval waarbij een motorrijtuig is betrokken dat aan | Bij een verkeersongeval waarbij een motorrijtuig is betrokken dat aan |
| spoorstaven is gebonden, rust de verplichting tot schadevergoeding die | spoorstaven is gebonden, rust de verplichting tot schadevergoeding die |
| in het voorgaande lid is bepaald, op de eigenaar van het motorrijtuig. | in het voorgaande lid is bepaald, op de eigenaar van het motorrijtuig. |
| [...] | [...] |
| § 4. De verzekeraar of het gemeenschappelijk waarborgfonds treden in | § 4. De verzekeraar of het gemeenschappelijk waarborgfonds treden in |
| de rechten van het slachtoffer tegen de in gemeen recht aansprakelijke | de rechten van het slachtoffer tegen de in gemeen recht aansprakelijke |
| derden. | derden. |
| De vergoedingen, die ter uitvoering van dit artikel werden uitgekeerd, | De vergoedingen, die ter uitvoering van dit artikel werden uitgekeerd, |
| zijn niet vatbaar voor beslag of schuldvergelijking met het oog op de | zijn niet vatbaar voor beslag of schuldvergelijking met het oog op de |
| vordering van andere vergoedingen wegens het verkeersongeval. | vordering van andere vergoedingen wegens het verkeersongeval. |
| § 5. De regels betreffende de burgerrechtelijke aansprakelijkheid | § 5. De regels betreffende de burgerrechtelijke aansprakelijkheid |
| blijven van toepassing op alles wat niet uitdrukkelijk bij dit artikel | blijven van toepassing op alles wat niet uitdrukkelijk bij dit artikel |
| wordt geregeld ». | wordt geregeld ». |
| Artikel 29bis verleent aan de slachtoffers (met uitzondering van de | Artikel 29bis verleent aan de slachtoffers (met uitzondering van de |
| bestuurder van een motorrijtuig) en hun rechthebbenden een recht op | bestuurder van een motorrijtuig) en hun rechthebbenden een recht op |
| vergoeding van de letselschade en schade uit overlijden die zij lijden | vergoeding van de letselschade en schade uit overlijden die zij lijden |
| door een verkeersongeval waarbij een motorrijtuig is betrokken. De | door een verkeersongeval waarbij een motorrijtuig is betrokken. De |
| vergoedingsplicht rust op de verzekeraar die de aansprakelijkheid dekt | vergoedingsplicht rust op de verzekeraar die de aansprakelijkheid dekt |
| van de bestuurder, de eigenaar of de houder van het betrokken | van de bestuurder, de eigenaar of de houder van het betrokken |
| motorrijtuig, zonder dat de aansprakelijkheid van de bestuurder, | motorrijtuig, zonder dat de aansprakelijkheid van de bestuurder, |
| eigenaar of houder moet worden aangetoond. Het betreft hier een van | eigenaar of houder moet worden aangetoond. Het betreft hier een van |
| elk foutbegrip losgekoppelde verplichting van de verzekeraar. | elk foutbegrip losgekoppelde verplichting van de verzekeraar. |
| B.2. Een door de particulier gesloten ziektekostenverzekering is een | B.2. Een door de particulier gesloten ziektekostenverzekering is een |
| verzekering tot vergoeding van schade, in de zin van de wet van 25 | verzekering tot vergoeding van schade, in de zin van de wet van 25 |
| juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst. Op grond van artikel 41 | juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst. Op grond van artikel 41 |
| van die wet, wordt de verzekeraar door betaling aan de verzekerde, te | van die wet, wordt de verzekeraar door betaling aan de verzekerde, te |
| dezen de particulier, gesubrogeerd in diens verhaalsrechten tegen de | dezen de particulier, gesubrogeerd in diens verhaalsrechten tegen de |
| aansprakelijke derde, maar niet in diens verhaalsrechten tegen degene | aansprakelijke derde, maar niet in diens verhaalsrechten tegen degene |
| die is gehouden op grond van artikel 29bis van de wet van 21 november | die is gehouden op grond van artikel 29bis van de wet van 21 november |
| 1989. | 1989. |
| B.3. Het Hof wordt gevraagd of artikel 41 van de wet van 25 juni 1992 | B.3. Het Hof wordt gevraagd of artikel 41 van de wet van 25 juni 1992 |
| bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat de | bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat de |
| private ziektekostenverzekeraar zich niet via wettelijke subrogatie | private ziektekostenverzekeraar zich niet via wettelijke subrogatie |
| kan beroepen op artikel 29bis van de wet van 21 november 1989 om zo | kan beroepen op artikel 29bis van de wet van 21 november 1989 om zo |
| zijn uitgaven te verhalen op de verzekeraar burgerlijke | zijn uitgaven te verhalen op de verzekeraar burgerlijke |
| aansprakelijkheid van het betrokken motorrijtuig, terwijl de in de | aansprakelijkheid van het betrokken motorrijtuig, terwijl de in de |
| prejudiciële vraag beoogde derde-betalers een wettelijke subrogatie | prejudiciële vraag beoogde derde-betalers een wettelijke subrogatie |
| genieten op grond van de bepalingen van de in die vraag genoemde wet | genieten op grond van de bepalingen van de in die vraag genoemde wet |
| van 14 juli 1994 betreffende de verplichte verzekering voor | van 14 juli 1994 betreffende de verplichte verzekering voor |
| geneeskundige verzorging en uitkeringen, de arbeidsongevallenwet van | geneeskundige verzorging en uitkeringen, de arbeidsongevallenwet van |
| 10 april 1971 en de wet van 3 juli 1967 betreffende de preventie van | 10 april 1971 en de wet van 3 juli 1967 betreffende de preventie van |
| of de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de | of de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de |
| weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector. | weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector. |
| B.4.1. Volgens de Ministerraad wordt geen onderscheid gemaakt tussen | B.4.1. Volgens de Ministerraad wordt geen onderscheid gemaakt tussen |
| zaakschadeverzekeraars, aansprakelijkheidsverzekeraars en | zaakschadeverzekeraars, aansprakelijkheidsverzekeraars en |
| kostenverzekeraars voor wat betreft de draagwijdte van artikel 41, | kostenverzekeraars voor wat betreft de draagwijdte van artikel 41, |
| eerste lid, van de wet van 25 juni 1992, zodat er geen verschil in | eerste lid, van de wet van 25 juni 1992, zodat er geen verschil in |
| behandeling bestaat. | behandeling bestaat. |
| B.4.2. Alhoewel artikel 41, eerste lid, van de wet van 25 juni 1992 | B.4.2. Alhoewel artikel 41, eerste lid, van de wet van 25 juni 1992 |
| geen onderscheid maakt tussen de verschillende categorieën van | geen onderscheid maakt tussen de verschillende categorieën van |
| derde-betalers, voorzien de bepalingen die op de in de prejudiciële | derde-betalers, voorzien de bepalingen die op de in de prejudiciële |
| vraag beoogde derde-betalers van toepassing zijn, in bijzondere | vraag beoogde derde-betalers van toepassing zijn, in bijzondere |
| stelsels. | stelsels. |
| B.5.1. Voor wat het ziekenfonds betreft, bepaalt artikel 136, § 2, van | B.5.1. Voor wat het ziekenfonds betreft, bepaalt artikel 136, § 2, van |
| de voormelde gecoördineerde wet van 14 juli 1994 : | de voormelde gecoördineerde wet van 14 juli 1994 : |
| « De bij deze gecoördineerde wet bepaalde prestaties worden geweigerd | « De bij deze gecoördineerde wet bepaalde prestaties worden geweigerd |
| indien voor de schade voortvloeiend uit ziekte, letsels, functionele | indien voor de schade voortvloeiend uit ziekte, letsels, functionele |
| stoornissen of overlijden, krachtens een andere Belgische wetgeving, | stoornissen of overlijden, krachtens een andere Belgische wetgeving, |
| een vreemde wetgeving of in het gemeen recht werkelijk | een vreemde wetgeving of in het gemeen recht werkelijk |
| schadeloosstelling is verleend. Belopen de bedragen welke krachtens | schadeloosstelling is verleend. Belopen de bedragen welke krachtens |
| die wetgeving of het gemeen recht worden verleend evenwel minder dan | die wetgeving of het gemeen recht worden verleend evenwel minder dan |
| de prestaties van de verzekering, dan heeft de rechthebbende recht op | de prestaties van de verzekering, dan heeft de rechthebbende recht op |
| het verschil ten laste van de verzekering. | het verschil ten laste van de verzekering. |
| Voor de toepassing van deze paragraaf is het bedrag van de door de | Voor de toepassing van deze paragraaf is het bedrag van de door de |
| andere wetgeving verleende prestaties gelijk aan het brutobedrag | andere wetgeving verleende prestaties gelijk aan het brutobedrag |
| verminderd met het bedrag van de socialezekerheidsbijdragen welke op | verminderd met het bedrag van de socialezekerheidsbijdragen welke op |
| die prestaties worden ingehouden. | die prestaties worden ingehouden. |
| De prestaties worden, onder door de Koning bepaalde voorwaarden, | De prestaties worden, onder door de Koning bepaalde voorwaarden, |
| toegekend in afwachting dat de schade effectief wordt vergoed | toegekend in afwachting dat de schade effectief wordt vergoed |
| krachtens een andere Belgische wetgeving, een vreemde wetgeving of het | krachtens een andere Belgische wetgeving, een vreemde wetgeving of het |
| gemeen recht. | gemeen recht. |
| De verzekeringsinstelling treedt rechtens in de plaats van de | De verzekeringsinstelling treedt rechtens in de plaats van de |
| rechthebbende; deze indeplaatsstelling geldt, tot beloop van het | rechthebbende; deze indeplaatsstelling geldt, tot beloop van het |
| bedrag van de verleende prestaties, voor het geheel van de sommen die | bedrag van de verleende prestaties, voor het geheel van de sommen die |
| krachtens een Belgische wetgeving, een buitenlandse wetgeving of het | krachtens een Belgische wetgeving, een buitenlandse wetgeving of het |
| gemeen recht verschuldigd zijn en die de in het eerste lid bedoelde | gemeen recht verschuldigd zijn en die de in het eerste lid bedoelde |
| schade geheel of gedeeltelijk vergoeden. | schade geheel of gedeeltelijk vergoeden. |
| De overeenkomst die tot stand gekomen is tussen de rechthebbende en | De overeenkomst die tot stand gekomen is tussen de rechthebbende en |
| degene die schadeloosstelling verschuldigd is, kan niet tegen de | degene die schadeloosstelling verschuldigd is, kan niet tegen de |
| verzekeringsinstelling worden aangevoerd zonder haar instemming. | verzekeringsinstelling worden aangevoerd zonder haar instemming. |
| Degene die schadeloosstelling verschuldigd is, verwittigt de | Degene die schadeloosstelling verschuldigd is, verwittigt de |
| verzekeringsinstelling van zijn voornemen om de rechthebbende | verzekeringsinstelling van zijn voornemen om de rechthebbende |
| schadeloos te stellen; hij maakt aan de verzekeringsinstelling, indien | schadeloos te stellen; hij maakt aan de verzekeringsinstelling, indien |
| deze geen partij is, een kopij over van de tot stand gekomen akkoorden | deze geen partij is, een kopij over van de tot stand gekomen akkoorden |
| of gerechtelijke beslissingen. De verzekeringsmaatschappijen | of gerechtelijke beslissingen. De verzekeringsmaatschappijen |
| burgerlijke aansprakelijkheid worden gelijkgesteld met degene die | burgerlijke aansprakelijkheid worden gelijkgesteld met degene die |
| schadeloosstelling is verschuldigd. | schadeloosstelling is verschuldigd. |
| Indien degene die schadeloosstelling verschuldigd is, nalaat de | Indien degene die schadeloosstelling verschuldigd is, nalaat de |
| verzekeringsinstelling in te lichten overeenkomstig het vorige lid, | verzekeringsinstelling in te lichten overeenkomstig het vorige lid, |
| kan hij tegen laatstgenoemde de betalingen die hij verrichtte ten | kan hij tegen laatstgenoemde de betalingen die hij verrichtte ten |
| gunste van de rechthebbende niet aanvoeren; ingeval van dubbele | gunste van de rechthebbende niet aanvoeren; ingeval van dubbele |
| betaling blijven deze definitief verworven in hoofde van de | betaling blijven deze definitief verworven in hoofde van de |
| rechthebbende. | rechthebbende. |
| De verzekeringsinstelling heeft een eigen recht van terugvordering van | De verzekeringsinstelling heeft een eigen recht van terugvordering van |
| de verleende prestaties tegenover het Gemeenschappelijk waarborgfonds | de verleende prestaties tegenover het Gemeenschappelijk waarborgfonds |
| bedoeld in artikel 49 van de wet van 9 juli 1975 betreffende de | bedoeld in artikel 49 van de wet van 9 juli 1975 betreffende de |
| controle der verzekeringsondernemingen, in de gevallen bedoeld bij | controle der verzekeringsondernemingen, in de gevallen bedoeld bij |
| artikel 50 van diezelfde wet ». | artikel 50 van diezelfde wet ». |
| Artikel 48ter van de voormelde wet van 10 april 1971 bepaalt : | Artikel 48ter van de voormelde wet van 10 april 1971 bepaalt : |
| « De verzekeringsonderneming en het Fonds voor arbeidsongevallen | « De verzekeringsonderneming en het Fonds voor arbeidsongevallen |
| kunnen een rechtsvordering instellen tegen de verzekeringsonderneming | kunnen een rechtsvordering instellen tegen de verzekeringsonderneming |
| die de aansprakelijkheid dekt van de eigenaar, de bestuurder of van de | die de aansprakelijkheid dekt van de eigenaar, de bestuurder of van de |
| houder van het motorvoertuig of tegen het Gemeenschappelijk | houder van het motorvoertuig of tegen het Gemeenschappelijk |
| Waarborgfonds bedoeld in artikel 80 van de wet van 9 juli 1975 | Waarborgfonds bedoeld in artikel 80 van de wet van 9 juli 1975 |
| betreffende de controle der verzekeringsondernemingen tot beloop van | betreffende de controle der verzekeringsondernemingen tot beloop van |
| de krachtens artikel 48bis, § 1, gedane uitkeringen, de ermee | de krachtens artikel 48bis, § 1, gedane uitkeringen, de ermee |
| overeenstemmende kapitalen, alsmede de bedragen en kapitalen bedoeld | overeenstemmende kapitalen, alsmede de bedragen en kapitalen bedoeld |
| in de artikelen 51bis, 51ter en 59quinquies. | in de artikelen 51bis, 51ter en 59quinquies. |
| Ze kunnen die vordering instellen op dezelfde wijze als de getroffene | Ze kunnen die vordering instellen op dezelfde wijze als de getroffene |
| of zijn rechthebbenden en worden gesubrogeerd in de rechten die de | of zijn rechthebbenden en worden gesubrogeerd in de rechten die de |
| getroffene of zijn rechthebbenden bij niet-vergoeding overeenkomstig | getroffene of zijn rechthebbenden bij niet-vergoeding overeenkomstig |
| artikel 48bis, § 1, hadden kunnen uitoefenen krachtens artikel 29bis | artikel 48bis, § 1, hadden kunnen uitoefenen krachtens artikel 29bis |
| van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte | van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte |
| aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen ». | aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen ». |
| Artikel 14bis, § 3, van de voormelde wet van 3 juli 1967 bepaalt : | Artikel 14bis, § 3, van de voormelde wet van 3 juli 1967 bepaalt : |
| « De in artikel 1 bedoelde rechtspersonen of instellingen alsook | « De in artikel 1 bedoelde rechtspersonen of instellingen alsook |
| degenen die de in artikel 1bis bedoelde personeelscategorieën | degenen die de in artikel 1bis bedoelde personeelscategorieën |
| tewerkstellen kunnen een rechtsvordering instellen tegen de | tewerkstellen kunnen een rechtsvordering instellen tegen de |
| verzekeraar die de aansprakelijkheid dekt van de eigenaar, de | verzekeraar die de aansprakelijkheid dekt van de eigenaar, de |
| bestuurder of de houder van het motorvoertuig of tegen het | bestuurder of de houder van het motorvoertuig of tegen het |
| Gemeenschappelijk Waarborgfonds bedoeld in artikel 80 van de wet van 9 | Gemeenschappelijk Waarborgfonds bedoeld in artikel 80 van de wet van 9 |
| juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, tot | juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, tot |
| beloop van de krachtens § 1 gedane uitkeringen en de ermee | beloop van de krachtens § 1 gedane uitkeringen en de ermee |
| overeenstemmende kapitalen. | overeenstemmende kapitalen. |
| Ze kunnen die vordering instellen op dezelfde wijze als het | Ze kunnen die vordering instellen op dezelfde wijze als het |
| slachtoffer of zijn rechthebbenden en worden vervangen in de rechten | slachtoffer of zijn rechthebbenden en worden vervangen in de rechten |
| die het slachtoffer of zijn rechthebbenden bij niet-vergoeding | die het slachtoffer of zijn rechthebbenden bij niet-vergoeding |
| overeenkomstig § 1 hadden kunnen uitoefenen krachtens artikel 29bis | overeenkomstig § 1 hadden kunnen uitoefenen krachtens artikel 29bis |
| van de voormelde wet van 21 november 1989 ». | van de voormelde wet van 21 november 1989 ». |
| B.5.2. Het voormelde artikel 136, § 2, vierde lid, voorziet in een | B.5.2. Het voormelde artikel 136, § 2, vierde lid, voorziet in een |
| subrogatie van de verzekeringsinstelling. Artikel 29bis van de wet van | subrogatie van de verzekeringsinstelling. Artikel 29bis van de wet van |
| 21 november 1989, dat werd aangenomen om de zwakke weggebruiker te | 21 november 1989, dat werd aangenomen om de zwakke weggebruiker te |
| beschermen en de financiën van de ziekteverzekering te vrijwaren door | beschermen en de financiën van de ziekteverzekering te vrijwaren door |
| de financiële last van de nieuwe regeling te laten dragen door de | de financiële last van de nieuwe regeling te laten dragen door de |
| verzekeraars (Parl. St., Senaat, 1993-1994, nr. 980/3, pp. 4 en 6; | verzekeraars (Parl. St., Senaat, 1993-1994, nr. 980/3, pp. 4 en 6; |
| Kamer, 1993-1994, nr. 1343/6, p. 2), bevatte in de oorspronkelijke | Kamer, 1993-1994, nr. 1343/6, p. 2), bevatte in de oorspronkelijke |
| bewoordingen ervan een analoge subrogatoire bepaling die ertoe strekte | bewoordingen ervan een analoge subrogatoire bepaling die ertoe strekte |
| de regresvordering van de ziekenfondsen te waarborgen (Parl. St., | de regresvordering van de ziekenfondsen te waarborgen (Parl. St., |
| Senaat, 1993-1994, nr. 980/3, pp. 11, 19, 20 en 41). Ook al is die | Senaat, 1993-1994, nr. 980/3, pp. 11, 19, 20 en 41). Ook al is die |
| bepaling later opgeheven gelet op het feit dat het voormelde artikel | bepaling later opgeheven gelet op het feit dat het voormelde artikel |
| 136, § 2, reeds in die subrogatie voorzag, komt de combinatie van | 136, § 2, reeds in die subrogatie voorzag, komt de combinatie van |
| beide bepalingen tegemoet aan het doel van de wetgever om een regeling | beide bepalingen tegemoet aan het doel van de wetgever om een regeling |
| in te voeren voor de schadevergoeding van de zwakke weggebruikers die | in te voeren voor de schadevergoeding van de zwakke weggebruikers die |
| geen last vormt voor de instellingen van de ziekteverzekering. | geen last vormt voor de instellingen van de ziekteverzekering. |
| B.5.3. Met de invoering van de artikelen 48bis en 48ter van de | B.5.3. Met de invoering van de artikelen 48bis en 48ter van de |
| voormelde wet van 10 april 1971 en artikel 14bis van de voormelde wet | voormelde wet van 10 april 1971 en artikel 14bis van de voormelde wet |
| van 3 juli 1967 wenste de wetgever, om een einde aan een controverse | van 3 juli 1967 wenste de wetgever, om een einde aan een controverse |
| te maken, het optreden van de wetsverzekeraar te laten primeren op dat | te maken, het optreden van de wetsverzekeraar te laten primeren op dat |
| van de motorrijtuigverzekeraar (voormeld artikel 48bis ) en tegelijk | van de motorrijtuigverzekeraar (voormeld artikel 48bis ) en tegelijk |
| het verhaal van die wetsverzekeraar of van het Fonds voor | het verhaal van die wetsverzekeraar of van het Fonds voor |
| Arbeidsongevallen op die verzekeraar of het Gemeenschappelijk | Arbeidsongevallen op die verzekeraar of het Gemeenschappelijk |
| Motorwaarborgfonds te regelen (voormelde artikelen 48ter en 14bis ). | Motorwaarborgfonds te regelen (voormelde artikelen 48ter en 14bis ). |
| Op die manier was de onbeperkte cumulatie voortaan onmogelijk van de | Op die manier was de onbeperkte cumulatie voortaan onmogelijk van de |
| vergoeding betaald door de motorrijtuigenverzekeraar en de vergoeding | vergoeding betaald door de motorrijtuigenverzekeraar en de vergoeding |
| op basis van de arbeidsongevallenwet (Parl. St., Kamer, 1995-1996, nr. | op basis van de arbeidsongevallenwet (Parl. St., Kamer, 1995-1996, nr. |
| 352/11, p. 19). | 352/11, p. 19). |
| B.6.1. Rekening houdend met de bedoeling van de wetgever, is het | B.6.1. Rekening houdend met de bedoeling van de wetgever, is het |
| redelijk verantwoord dat de private ziektekostenverzekeraar, in | redelijk verantwoord dat de private ziektekostenverzekeraar, in |
| tegenstelling tot bepaalde derde-betalers, niet wettelijk wordt | tegenstelling tot bepaalde derde-betalers, niet wettelijk wordt |
| gesubrogeerd in de rechten van het verkeersslachtoffer ten aanzien van | gesubrogeerd in de rechten van het verkeersslachtoffer ten aanzien van |
| de aansprakelijkheidsverzekeraar van het motorrijtuig. De wetgever | de aansprakelijkheidsverzekeraar van het motorrijtuig. De wetgever |
| vermocht te voorzien in een mogelijkheid van verhaal voor de | vermocht te voorzien in een mogelijkheid van verhaal voor de |
| instellingen die, door deel te nemen aan de uitvoering van verplichte | instellingen die, door deel te nemen aan de uitvoering van verplichte |
| stelsels van de ziekte- en invaliditeitsverzekering of voor de | stelsels van de ziekte- en invaliditeitsverzekering of voor de |
| vergoeding van arbeidsongevallen, geregeld door de overheid, bijdragen | vergoeding van arbeidsongevallen, geregeld door de overheid, bijdragen |
| tot het bereiken van een doel van algemeen belang en zich daarmee | tot het bereiken van een doel van algemeen belang en zich daarmee |
| onderscheiden van de verzekeringsinstellingen die, zoals te dezen, | onderscheiden van de verzekeringsinstellingen die, zoals te dezen, |
| doelstellingen van privébelang nastreven. | doelstellingen van privébelang nastreven. |
| B.6.2. Bovendien doet de in het geding zijnde bepaling, toegepast | B.6.2. Bovendien doet de in het geding zijnde bepaling, toegepast |
| zoals aangegeven in B.4.2, niet op onevenredige wijze afbreuk aan de | zoals aangegeven in B.4.2, niet op onevenredige wijze afbreuk aan de |
| rechten van de private ziektekostenverzekeraar, nu voor hem steeds de | rechten van de private ziektekostenverzekeraar, nu voor hem steeds de |
| mogelijkheid bestaat zich conventioneel te laten subrogeren in de | mogelijkheid bestaat zich conventioneel te laten subrogeren in de |
| rechten van de verzekerde (artikel 1250, 1°, van het Burgerlijk | rechten van de verzekerde (artikel 1250, 1°, van het Burgerlijk |
| Wetboek) of de verzekerde te vragen de schuldvordering over te dragen | Wetboek) of de verzekerde te vragen de schuldvordering over te dragen |
| (artikel 1690 van het Burgerlijk Wetboek). | (artikel 1690 van het Burgerlijk Wetboek). |
| B.7. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.7. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
| Om die redenen, | Om die redenen, |
| het Hof | het Hof |
| zegt voor recht : | zegt voor recht : |
| Artikel 41 van de wet van 25 juni 1992 op de | Artikel 41 van de wet van 25 juni 1992 op de |
| landverzekeringsovereenkomst schendt de artikelen 10 en 11 van de | landverzekeringsovereenkomst schendt de artikelen 10 en 11 van de |
| Grondwet niet. | Grondwet niet. |
| Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig | Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig |
| artikel 65 van de bijzondere wet op het Grondwettelijk Hof van 6 | artikel 65 van de bijzondere wet op het Grondwettelijk Hof van 6 |
| januari 1989, op de openbare terechtzitting van 16 juni 2011. | januari 1989, op de openbare terechtzitting van 16 juni 2011. |
| De griffier, | De griffier, |
| P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
| De voorzitter, | De voorzitter, |
| M. Bossuyt. | M. Bossuyt. |