← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 22/2007 van 25 januari 2007 Rolnummer 3972 In zake : de
prejudiciële vragen over artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek en artikel 167, vierde
lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering vo Het Arbitragehof, samengesteld
uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters R. Henn(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 22/2007 van 25 januari 2007 Rolnummer 3972 In zake : de prejudiciële vragen over artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek en artikel 167, vierde lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering vo Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters R. Henn(...) | Uittreksel uit arrest nr. 22/2007 van 25 januari 2007 Rolnummer 3972 In zake : de prejudiciële vragen over artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek en artikel 167, vierde lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering vo Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters R. Henn(...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | ARBITRAGEHOF |
Uittreksel uit arrest nr. 22/2007 van 25 januari 2007 | Uittreksel uit arrest nr. 22/2007 van 25 januari 2007 |
Rolnummer 3972 | Rolnummer 3972 |
In zake : de prejudiciële vragen over artikel 982, tweede lid, van het | In zake : de prejudiciële vragen over artikel 982, tweede lid, van het |
Gerechtelijk Wetboek en artikel 167, vierde lid, van de wet | Gerechtelijk Wetboek en artikel 167, vierde lid, van de wet |
betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en | betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en |
uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, gesteld door het | uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, gesteld door het |
Arbeidshof te Luik. | Arbeidshof te Luik. |
Het Arbitragehof, | Het Arbitragehof, |
samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters | samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters |
R. Henneuse, M. Bossuyt, J.-P. Snappe, E. Derycke en J. Spreutels, | R. Henneuse, M. Bossuyt, J.-P. Snappe, E. Derycke en J. Spreutels, |
bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van | bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van |
voorzitter M. Melchior, | voorzitter M. Melchior, |
wijst na beraad het volgende arrest : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging |
Bij arrest van 24 april 2006 in zake G. Alamia tegen het | Bij arrest van 24 april 2006 in zake G. Alamia tegen het |
Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (Riziv) en in | Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (Riziv) en in |
aanwezigheid van M. Matagne, waarvan de expeditie ter griffie van het | aanwezigheid van M. Matagne, waarvan de expeditie ter griffie van het |
Arbitragehof is ingekomen op 2 mei 2006, heeft het Arbeidshof te Luik | Arbitragehof is ingekomen op 2 mei 2006, heeft het Arbeidshof te Luik |
de volgende prejudiciële vragen gesteld : | de volgende prejudiciële vragen gesteld : |
1. « Schendt artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek, | 1. « Schendt artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek, |
wanneer het bepaalt : ' Behoudens een andersluidende wetsbepaling ', | wanneer het bepaalt : ' Behoudens een andersluidende wetsbepaling ', |
de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat het in de wettelijke | de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat het in de wettelijke |
mogelijkheid voorziet een verschil in behandeling te creëren tussen | mogelijkheid voorziet een verschil in behandeling te creëren tussen |
rechtzoekenden, naar gelang van de evaluatiecriteria van het ereloon | rechtzoekenden, naar gelang van de evaluatiecriteria van het ereloon |
en de kosten van de gerechtsdeskundigen ? »; | en de kosten van de gerechtsdeskundigen ? »; |
2. « Schendt artikel 167, vierde lid, van de wet betreffende de | 2. « Schendt artikel 167, vierde lid, van de wet betreffende de |
verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, | verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, |
gecoördineerd op 14 juli 1994, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet | gecoördineerd op 14 juli 1994, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet |
in zoverre het een verschil in behandeling creëert tussen | in zoverre het een verschil in behandeling creëert tussen |
rechtzoekenden door de Koning ertoe te machtigen een tarief vast te | rechtzoekenden door de Koning ertoe te machtigen een tarief vast te |
stellen voor het ereloon en de kosten van de gerechtsdeskundigen, | stellen voor het ereloon en de kosten van de gerechtsdeskundigen, |
tarief waarvoor de evaluatiecriteria die van toepassing zijn in het | tarief waarvoor de evaluatiecriteria die van toepassing zijn in het |
gemeen recht, niet gelden ? ». | gemeen recht, niet gelden ? ». |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1. De basisregeling inzake de vergoeding van door de rechter met | B.1. De basisregeling inzake de vergoeding van door de rechter met |
toepassing van artikel 962 van het Gerechtelijk Wetboek aangestelde | toepassing van artikel 962 van het Gerechtelijk Wetboek aangestelde |
deskundigen is neergelegd in dat Wetboek. Naar luid van artikel 982, | deskundigen is neergelegd in dat Wetboek. Naar luid van artikel 982, |
tweede lid, van datzelfde Wetboek wordt, behoudens een andersluidende | tweede lid, van datzelfde Wetboek wordt, behoudens een andersluidende |
wetsbepaling, de staat van ereloon en kosten opgemaakt met | wetsbepaling, de staat van ereloon en kosten opgemaakt met |
inachtneming van de hoedanigheid van de deskundigen, de moeilijkheid | inachtneming van de hoedanigheid van de deskundigen, de moeilijkheid |
en de duur van de verrichte werkzaamheden en de waarde van het | en de duur van de verrichte werkzaamheden en de waarde van het |
geschil. Artikel 984, tweede lid, van hetzelfde Wetboek bepaalt dat, | geschil. Artikel 984, tweede lid, van hetzelfde Wetboek bepaalt dat, |
wanneer de partijen binnen vijftien dagen na de inlevering van het | wanneer de partijen binnen vijftien dagen na de inlevering van het |
verslag hun instemming niet hebben betuigd met het bedrag van het | verslag hun instemming niet hebben betuigd met het bedrag van het |
ereloon en de kosten die door de deskundigen worden gevorderd, de | ereloon en de kosten die door de deskundigen worden gevorderd, de |
rechter het bedrag van het ereloon en de kosten bepaalt, nadat de | rechter het bedrag van het ereloon en de kosten bepaalt, nadat de |
deskundige en de partijen door hem in raadkamer zijn gehoord. Artikel | deskundige en de partijen door hem in raadkamer zijn gehoord. Artikel |
988 bepaalt dat indien de deskundigen hun staat van ereloon en kosten | 988 bepaalt dat indien de deskundigen hun staat van ereloon en kosten |
niet indienen, de partijen aan de rechter kunnen vragen deze te | niet indienen, de partijen aan de rechter kunnen vragen deze te |
begroten. | begroten. |
B.2. Artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek voorziet in | B.2. Artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek voorziet in |
de mogelijkheid om bij wet af te wijken van die algemene regelgeving, | de mogelijkheid om bij wet af te wijken van die algemene regelgeving, |
vermits het bepaalt : | vermits het bepaalt : |
« Behoudens een andersluidende wetsbepaling, wordt de staat opgemaakt | « Behoudens een andersluidende wetsbepaling, wordt de staat opgemaakt |
met inachtneming van de hoedanigheid van de deskundigen, de | met inachtneming van de hoedanigheid van de deskundigen, de |
moeilijkheid en de duur van de verrichte werkzaamheden en de waarde | moeilijkheid en de duur van de verrichte werkzaamheden en de waarde |
van het geschil ». | van het geschil ». |
B.3. Artikel 167, vierde lid, van de gecoördineerde wet van 14 juli | B.3. Artikel 167, vierde lid, van de gecoördineerde wet van 14 juli |
1994 betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige | 1994 betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige |
verzorging en uitkeringen (hierna : de wet van 14 juli 1994) past in | verzorging en uitkeringen (hierna : de wet van 14 juli 1994) past in |
het kader van de mogelijkheid waarin de voormelde bepaling voorziet om | het kader van de mogelijkheid waarin de voormelde bepaling voorziet om |
af te wijken van de in het Gerechtelijk Wetboek vastgestelde | af te wijken van de in het Gerechtelijk Wetboek vastgestelde |
evaluatiecriteria van de kosten en het ereloon van een deskundige, en | evaluatiecriteria van de kosten en het ereloon van een deskundige, en |
bepaalt aldus het volgende : | bepaalt aldus het volgende : |
« In de zaken waarin een medisch expert wordt aangewezen, worden de | « In de zaken waarin een medisch expert wordt aangewezen, worden de |
voorschotten, de erelonen en de kosten van deze expert die vervat zijn | voorschotten, de erelonen en de kosten van deze expert die vervat zijn |
in de nota die hij opstelt overeenkomstig de bepalingen van het | in de nota die hij opstelt overeenkomstig de bepalingen van het |
Gerechtelijk Wetboek, aangeduid met toepassing van het door de Koning | Gerechtelijk Wetboek, aangeduid met toepassing van het door de Koning |
vastgestelde tarief ». | vastgestelde tarief ». |
Die bepaling werd uitgevoerd door het koninklijk besluit van 25 juni | Die bepaling werd uitgevoerd door het koninklijk besluit van 25 juni |
1997 « tot vaststelling van het tarief van de erelonen en kosten voor | 1997 « tot vaststelling van het tarief van de erelonen en kosten voor |
de deskundigen aangewezen door de arbeidsgerechten inzake de | de deskundigen aangewezen door de arbeidsgerechten inzake de |
geschillen betreffende de regeling voor verplichte verzekering voor | geschillen betreffende de regeling voor verplichte verzekering voor |
geneeskundige verzorging en uitkeringen », opgeheven en vervangen bij | geneeskundige verzorging en uitkeringen », opgeheven en vervangen bij |
het koninklijk besluit van 14 november 2003 « tot vaststelling van het | het koninklijk besluit van 14 november 2003 « tot vaststelling van het |
tarief van de erelonen en de kosten voor de deskundigen aangewezen | tarief van de erelonen en de kosten voor de deskundigen aangewezen |
door de arbeidsgerechten in het kader van medische deskundige | door de arbeidsgerechten in het kader van medische deskundige |
onderzoeken inzake de geschillen betreffende de tegemoetkomingen aan | onderzoeken inzake de geschillen betreffende de tegemoetkomingen aan |
gehandicapten, de gezinsbijslag voor werknemers en zelfstandigen, de | gehandicapten, de gezinsbijslag voor werknemers en zelfstandigen, de |
werkloosheidsverzekering en de regeling voor verplichte verzekering | werkloosheidsverzekering en de regeling voor verplichte verzekering |
voor geneeskundige verzorging en uitkeringen ». | voor geneeskundige verzorging en uitkeringen ». |
Ten aanzien van de eerste prejudiciële vraag | Ten aanzien van de eerste prejudiciële vraag |
B.4. In een eerste prejudiciële vraag ondervraagt de verwijzende | B.4. In een eerste prejudiciële vraag ondervraagt de verwijzende |
rechter het Hof over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van | rechter het Hof over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van |
de Grondwet, van artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek | de Grondwet, van artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek |
doordat het, wanneer het bepaalt « behoudens een andersluidende | doordat het, wanneer het bepaalt « behoudens een andersluidende |
wetsbepaling », voorziet in de wettelijke mogelijkheid om een verschil | wetsbepaling », voorziet in de wettelijke mogelijkheid om een verschil |
in behandeling te creëren tussen de rechtzoekenden, naar gelang van de | in behandeling te creëren tussen de rechtzoekenden, naar gelang van de |
evaluatiecriteria van het ereloon en de kosten van de | evaluatiecriteria van het ereloon en de kosten van de |
gerechtsdeskundigen. | gerechtsdeskundigen. |
B.5. De bewoordingen « behoudens een andersluidende wetsbepaling » | B.5. De bewoordingen « behoudens een andersluidende wetsbepaling » |
werden in artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek | werden in artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek |
ingevoegd bij artikel 163 van de wet van 26 juni 1992 houdende sociale | ingevoegd bij artikel 163 van de wet van 26 juni 1992 houdende sociale |
en diverse bepalingen. | en diverse bepalingen. |
Volgens de parlementaire voorbereiding had die wijziging tot doel « | Volgens de parlementaire voorbereiding had die wijziging tot doel « |
het mogelijk te maken om de tarieven voor de honoraria van deskundigen | het mogelijk te maken om de tarieven voor de honoraria van deskundigen |
bij koninklijk besluit vast te stellen » (Parl. St., Kamer, B.Z. | bij koninklijk besluit vast te stellen » (Parl. St., Kamer, B.Z. |
1991-1992, nr. 480/6, p. 2). | 1991-1992, nr. 480/6, p. 2). |
De wetgever beoogde op dat ogenblik een uitzondering in te voeren ten | De wetgever beoogde op dat ogenblik een uitzondering in te voeren ten |
behoeve van de wetgeving inzake tegemoetkomingen voor gehandicapten, | behoeve van de wetgeving inzake tegemoetkomingen voor gehandicapten, |
waarbij artikel 164 van de voormelde wet van 26 juni 1992 in die | waarbij artikel 164 van de voormelde wet van 26 juni 1992 in die |
wettelijke afwijking voorzag (ibid., pp. 2 en 7). | wettelijke afwijking voorzag (ibid., pp. 2 en 7). |
De mogelijkheid om af te wijken van de door het Gerechtelijk Wetboek | De mogelijkheid om af te wijken van de door het Gerechtelijk Wetboek |
vastgestelde evaluatiecriteria van de kosten en het ereloon van | vastgestelde evaluatiecriteria van de kosten en het ereloon van |
deskundigen werd vervolgens aangewend in verschillende wetgevingen | deskundigen werd vervolgens aangewend in verschillende wetgevingen |
inzake sociale zekerheid, onder andere in artikel 167, vierde lid, van | inzake sociale zekerheid, onder andere in artikel 167, vierde lid, van |
de wet van 14 juli 1994. | de wet van 14 juli 1994. |
B.6.1. Door toe te staan dat bij wet wordt voorzien in een wijze van | B.6.1. Door toe te staan dat bij wet wordt voorzien in een wijze van |
tarifering van de kosten en het ereloon van deskundigen die afwijkt | tarifering van de kosten en het ereloon van deskundigen die afwijkt |
van de door het Gerechtelijk Wetboek bepaalde evaluatiecriteria van | van de door het Gerechtelijk Wetboek bepaalde evaluatiecriteria van |
het ereloon en de kosten van deskundigen, beperkt artikel 982, tweede | het ereloon en de kosten van deskundigen, beperkt artikel 982, tweede |
lid, van het Gerechtelijk Wetboek zich ertoe te wijzen op het beginsel | lid, van het Gerechtelijk Wetboek zich ertoe te wijzen op het beginsel |
volgens hetwelk een bepaling van wetgevende aard mag afwijken van een | volgens hetwelk een bepaling van wetgevende aard mag afwijken van een |
andere bepaling van dezelfde aard. | andere bepaling van dezelfde aard. |
Wat meer bepaald het Gerechtelijk Wetboek betreft, dat in principe op | Wat meer bepaald het Gerechtelijk Wetboek betreft, dat in principe op |
alle rechtsplegingen van toepassing is, volgt overigens uit artikel 2 | alle rechtsplegingen van toepassing is, volgt overigens uit artikel 2 |
van het Gerechtelijk Wetboek dat deskundigenonderzoeken geregeld zijn | van het Gerechtelijk Wetboek dat deskundigenonderzoeken geregeld zijn |
door de artikelen 962 en volgende van het Wetboek, behoudens | door de artikelen 962 en volgende van het Wetboek, behoudens |
uitdrukkelijke afwijkende bepaling. | uitdrukkelijke afwijkende bepaling. |
B.6.2. De in het geding zijnde bepaling kan niettemin enkel toelaten | B.6.2. De in het geding zijnde bepaling kan niettemin enkel toelaten |
dat bij wet wordt afgeweken van de criteria waarin zij voorziet met | dat bij wet wordt afgeweken van de criteria waarin zij voorziet met |
inachtneming van het grondwettelijk beginsel van gelijkheid en | inachtneming van het grondwettelijk beginsel van gelijkheid en |
niet-discriminatie. | niet-discriminatie. |
Er mag dus niet van worden uitgegaan dat de in het geding zijnde | Er mag dus niet van worden uitgegaan dat de in het geding zijnde |
bepaling als dusdanig toelaat een onverantwoord verschil in | bepaling als dusdanig toelaat een onverantwoord verschil in |
behandeling tussen rechtzoekenden in te voeren. De mogelijkheid om bij | behandeling tussen rechtzoekenden in te voeren. De mogelijkheid om bij |
wet af te wijken van de criteria vermeld in artikel 982, tweede lid, | wet af te wijken van de criteria vermeld in artikel 982, tweede lid, |
van het Gerechtelijk Wetboek, kan op zich niet onbestaanbaar zijn met | van het Gerechtelijk Wetboek, kan op zich niet onbestaanbaar zijn met |
de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. |
B.7. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.7. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
T en aanzien van de tweede prejudiciële vraag | T en aanzien van de tweede prejudiciële vraag |
B.8. In een tweede prejudiciële vraag ondervraagt de verwijzende | B.8. In een tweede prejudiciële vraag ondervraagt de verwijzende |
rechter het Hof over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van | rechter het Hof over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van |
de Grondwet, van artikel 167, vierde lid, van de wet van 14 juli 1994, | de Grondwet, van artikel 167, vierde lid, van de wet van 14 juli 1994, |
in zoverre het een verschil in behandeling creëert tussen de | in zoverre het een verschil in behandeling creëert tussen de |
rechtzoekenden door de Koning ertoe te machtigen een tarief vast te | rechtzoekenden door de Koning ertoe te machtigen een tarief vast te |
stellen voor het ereloon en de kosten van de gerechtsdeskundigen, | stellen voor het ereloon en de kosten van de gerechtsdeskundigen, |
tarief waarvoor de evaluatiecriteria die van toepassing zijn in het | tarief waarvoor de evaluatiecriteria die van toepassing zijn in het |
gemeen recht, niet gelden. | gemeen recht, niet gelden. |
B.9.1. De tekst van artikel 167, vierde lid, van de wet van 14 juli | B.9.1. De tekst van artikel 167, vierde lid, van de wet van 14 juli |
1994 gaat terug op artikel 73 van de wet van 15 februari 1993 tot | 1994 gaat terug op artikel 73 van de wet van 15 februari 1993 tot |
hervorming van de wet van 9 augustus 1963 tot instelling en | hervorming van de wet van 9 augustus 1963 tot instelling en |
organisatie van een regeling voor verplichte ziekte- en | organisatie van een regeling voor verplichte ziekte- en |
invaliditeitsverzekering. | invaliditeitsverzekering. |
In de parlementaire voorbereiding van die bepaling werd aan het | In de parlementaire voorbereiding van die bepaling werd aan het |
volgende herinnerd : | volgende herinnerd : |
« Artikel 163 van de programmawet van 26 juni 1992 voorziet in artikel | « Artikel 163 van de programmawet van 26 juni 1992 voorziet in artikel |
982 van het Gerechtelijk Wetboek de mogelijkheid om bij wet af te | 982 van het Gerechtelijk Wetboek de mogelijkheid om bij wet af te |
wijken van het algemeen principe waarbij de erelonen en kosten van de | wijken van het algemeen principe waarbij de erelonen en kosten van de |
deskundige opgemaakt worden ' met inachtneming van de hoedanigheid van | deskundige opgemaakt worden ' met inachtneming van de hoedanigheid van |
de deskundigen, de moeilijkheid en de duur van de verrichte | de deskundigen, de moeilijkheid en de duur van de verrichte |
werkzaamheden en de waarde van het geschil '. | werkzaamheden en de waarde van het geschil '. |
Een dergelijke uitzondering werd reeds ingevoerd in artikel 19 van de | Een dergelijke uitzondering werd reeds ingevoerd in artikel 19 van de |
wet van 27 februari 1987 met betrekking tot de uitkeringen aan | wet van 27 februari 1987 met betrekking tot de uitkeringen aan |
gehandicapten bij artikel 164 van de wet van 26 juni 1992. | gehandicapten bij artikel 164 van de wet van 26 juni 1992. |
Het nieuwe artikel voert in de verplichte ziekteverzekering hetzelfde | Het nieuwe artikel voert in de verplichte ziekteverzekering hetzelfde |
principe in (Parl. St., Senaat, 1992-1993, nr. 579/1, pp. 33-34). | principe in (Parl. St., Senaat, 1992-1993, nr. 579/1, pp. 33-34). |
Het systeem van tarifering door de Koning, zoals bepaald in artikel | Het systeem van tarifering door de Koning, zoals bepaald in artikel |
167, vierde lid, van de wet van 14 juli 1994, past dus in de | 167, vierde lid, van de wet van 14 juli 1994, past dus in de |
verwezenlijking van het in B.5 vermelde doel van de wijziging van | verwezenlijking van het in B.5 vermelde doel van de wijziging van |
artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek. | artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek. |
B.9.2. Terwijl de in B.1 vermelde gemeenrechtelijke regeling van | B.9.2. Terwijl de in B.1 vermelde gemeenrechtelijke regeling van |
toepassing is op een zeer breed en gevarieerd gamma aan deskundigen en | toepassing is op een zeer breed en gevarieerd gamma aan deskundigen en |
deskundigenonderzoeken, hetgeen een meer uniforme regeling van | deskundigenonderzoeken, hetgeen een meer uniforme regeling van |
erelonen en kosten vrijwel onmogelijk maakt, is de in B.2 vermelde | erelonen en kosten vrijwel onmogelijk maakt, is de in B.2 vermelde |
bijzondere regeling van toepassing op een goed afgebakend domein : de | bijzondere regeling van toepassing op een goed afgebakend domein : de |
medische expertises die door de arbeidsgerechten worden bevolen in het | medische expertises die door de arbeidsgerechten worden bevolen in het |
kader van geschillen voortvloeiende uit de wetgeving en reglementering | kader van geschillen voortvloeiende uit de wetgeving en reglementering |
betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en | betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en |
uitkeringen. | uitkeringen. |
Die expertises onderscheiden zich in meerdere opzichten en op | Die expertises onderscheiden zich in meerdere opzichten en op |
objectieve wijze van de deskundigenonderzoeken die in de | objectieve wijze van de deskundigenonderzoeken die in de |
gemeenrechtelijke regeling zijn bedoeld, zowel naar de hoedanigheid | gemeenrechtelijke regeling zijn bedoeld, zowel naar de hoedanigheid |
van de deskundigen - het gaat immers noodzakelijkerwijze steeds om | van de deskundigen - het gaat immers noodzakelijkerwijze steeds om |
medische deskundigen, terwijl dat uiteraard in de gemeenrechtelijke | medische deskundigen, terwijl dat uiteraard in de gemeenrechtelijke |
regeling niet het geval is -, als naar de aard van de geschillen | regeling niet het geval is -, als naar de aard van de geschillen |
waarin zij worden geroepen op te treden - het gaat immers steeds om | waarin zij worden geroepen op te treden - het gaat immers steeds om |
betwistingen in verband met de rechten en verplichtingen die | betwistingen in verband met de rechten en verplichtingen die |
voortvloeien uit de verplichte verzekering voor geneeskundige | voortvloeien uit de verplichte verzekering voor geneeskundige |
verzorging en uitkeringen, terwijl de gemeenrechtelijke regeling van | verzorging en uitkeringen, terwijl de gemeenrechtelijke regeling van |
toepassing is op alle geschillen waarvoor geen bijzondere regels | toepassing is op alle geschillen waarvoor geen bijzondere regels |
bestaan - en naar de vraag wie de gerechtelijke kosten moet dragen. In | bestaan - en naar de vraag wie de gerechtelijke kosten moet dragen. In |
de gemeenrechtelijke regeling wordt naar luid van artikel 1017 van het | de gemeenrechtelijke regeling wordt naar luid van artikel 1017 van het |
Gerechtelijk Wetboek de in het ongelijk gestelde partij in de kosten | Gerechtelijk Wetboek de in het ongelijk gestelde partij in de kosten |
verwezen, onverminderd de overeenkomst tussen partijen bekrachtigd in | verwezen, onverminderd de overeenkomst tussen partijen bekrachtigd in |
het eindvonnis, terwijl bij vorderingen ingesteld door of tegen | het eindvonnis, terwijl bij vorderingen ingesteld door of tegen |
gerechtigden van voormelde verzekering, behalve in geval van tergend | gerechtigden van voormelde verzekering, behalve in geval van tergend |
of roekeloos geding, de instelling belast met de toepassing van | of roekeloos geding, de instelling belast met de toepassing van |
bedoelde wetten en verordeningen, te dezen het Rijksinstituut voor | bedoelde wetten en verordeningen, te dezen het Rijksinstituut voor |
Ziekte- en Invaliditeitsverzekering, steeds in de kosten wordt | Ziekte- en Invaliditeitsverzekering, steeds in de kosten wordt |
verwezen. | verwezen. |
B.9.3. Het verschil in de wijze van tarifering van de kosten en het | B.9.3. Het verschil in de wijze van tarifering van de kosten en het |
ereloon van een deskundige berust dus op een objectief criterium. | ereloon van een deskundige berust dus op een objectief criterium. |
B.10.1. In antwoord op de vraag over de beperking van de honoraria van | B.10.1. In antwoord op de vraag over de beperking van de honoraria van |
de medische deskundigen in het kader van de ziekteverzekering, heeft | de medische deskundigen in het kader van de ziekteverzekering, heeft |
de minister van Sociale Zaken erop gewezen dat het invoeren van een | de minister van Sociale Zaken erop gewezen dat het invoeren van een |
uniforme schaal door de volgende overwegingen werd verantwoord : | uniforme schaal door de volgende overwegingen werd verantwoord : |
« De praktijk heeft uitgewezen dat de criteria vervat in artikel 982 | « De praktijk heeft uitgewezen dat de criteria vervat in artikel 982 |
van het Gerechtelijk Wetboek ontoereikend waren en grote verschillen | van het Gerechtelijk Wetboek ontoereikend waren en grote verschillen |
toelieten voor de honorering van hetzelfde werk. | toelieten voor de honorering van hetzelfde werk. |
Zo moest men niet alleen een aanzienlijk verschil vaststellen tussen | Zo moest men niet alleen een aanzienlijk verschil vaststellen tussen |
de gemiddelden per expert, maar ook tussen de gemiddelden per | de gemiddelden per expert, maar ook tussen de gemiddelden per |
rechtbank, zonder dat deze verschillen objectief verklaard konden | rechtbank, zonder dat deze verschillen objectief verklaard konden |
worden. Het invoeren van een barema zal deze verschillen wegwerken. | worden. Het invoeren van een barema zal deze verschillen wegwerken. |
Daarbij komt dat er in de ziekteverzekering meer en meer expertises | Daarbij komt dat er in de ziekteverzekering meer en meer expertises |
bevolen worden in geschillen die geen verband houden met het recht op | bevolen worden in geschillen die geen verband houden met het recht op |
uitkeringen voor arbeidsongeschiktheid, maar [met] andere materies | uitkeringen voor arbeidsongeschiktheid, maar [met] andere materies |
waar het bedrag dat reëel in betwisting is minder belangrijk is, zodat | waar het bedrag dat reëel in betwisting is minder belangrijk is, zodat |
de vrees voor een dure expertise een hinderpaal kan worden tot het | de vrees voor een dure expertise een hinderpaal kan worden tot het |
nemen van negatieve beslissingen » (Vraag nr. 525 van de heer Jef | nemen van negatieve beslissingen » (Vraag nr. 525 van de heer Jef |
Valkeniers van 10 oktober 1997, Vragen en antwoorden, Kamer, | Valkeniers van 10 oktober 1997, Vragen en antwoorden, Kamer, |
1997-1998, p. 14319). | 1997-1998, p. 14319). |
B.10.2. De omstandigheid dat de expertisekosten, behalve in het geval | B.10.2. De omstandigheid dat de expertisekosten, behalve in het geval |
van tergend of roekeloos geding, steeds ten laste komen van de | van tergend of roekeloos geding, steeds ten laste komen van de |
instellingen belast met de toepassing van bedoelde verzekering, het | instellingen belast met de toepassing van bedoelde verzekering, het |
feit dat de uit te voeren onderzoeken vrij goed met elkaar te | feit dat de uit te voeren onderzoeken vrij goed met elkaar te |
vergelijken zijn en de omstandigheid dat vóór de invoering van de | vergelijken zijn en de omstandigheid dat vóór de invoering van de |
gekritiseerde wetgeving de aangerekende bedragen zonder aanwijsbare | gekritiseerde wetgeving de aangerekende bedragen zonder aanwijsbare |
redenen sterk verschilden tussen individuele deskundigen en tussen | redenen sterk verschilden tussen individuele deskundigen en tussen |
gerechtelijke arrondissementen, verantwoorden op voldoende wijze | gerechtelijke arrondissementen, verantwoorden op voldoende wijze |
waarom de wetgever de Koning gemachtigd heeft ter zake tarieven vast | waarom de wetgever de Koning gemachtigd heeft ter zake tarieven vast |
te stellen, ongeacht het feit dat die maatregel niet in alle takken | te stellen, ongeacht het feit dat die maatregel niet in alle takken |
van het sociaal recht als regel is gesteld. | van het sociaal recht als regel is gesteld. |
B.11.1. Aangezien het verschil in de wijze van tarifering van de | B.11.1. Aangezien het verschil in de wijze van tarifering van de |
kosten en het ereloon van een deskundige is verantwoord, ziet het Hof | kosten en het ereloon van een deskundige is verantwoord, ziet het Hof |
niet in welk opzicht dat verschil zou kunnen leiden tot discriminatie | niet in welk opzicht dat verschil zou kunnen leiden tot discriminatie |
onder rechtzoekenden. | onder rechtzoekenden. |
B.11.2. Uit het feit dat de medische expertises in het kader van | B.11.2. Uit het feit dat de medische expertises in het kader van |
geschillen met betrekking tot de wetgeving en regelgeving inzake | geschillen met betrekking tot de wetgeving en regelgeving inzake |
verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen | verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen |
onderworpen zijn aan een tarifering door de Koning, mag niet worden | onderworpen zijn aan een tarifering door de Koning, mag niet worden |
besloten dat de kwaliteit van die expertises minder goed zou zijn dan | besloten dat de kwaliteit van die expertises minder goed zou zijn dan |
die van de gemeenrechtelijke deskundigenonderzoeken, noch dat de | die van de gemeenrechtelijke deskundigenonderzoeken, noch dat de |
rechtzoekenden verschillend zouden worden behandeld naar gelang van de | rechtzoekenden verschillend zouden worden behandeld naar gelang van de |
aard van het geschil waarvoor het deskundigenonderzoek wordt verricht. | aard van het geschil waarvoor het deskundigenonderzoek wordt verricht. |
De deskundige is immers een medewerker van het gerecht die onderworpen | De deskundige is immers een medewerker van het gerecht die onderworpen |
is aan de wettelijke verplichtingen waarin de artikelen 962 en | is aan de wettelijke verplichtingen waarin de artikelen 962 en |
volgende van het Gerechtelijk Wetboek voorzien, en die burgerlijk | volgende van het Gerechtelijk Wetboek voorzien, en die burgerlijk |
aansprakelijk kan worden gesteld in geval van foutieve onachtzaamheid; | aansprakelijk kan worden gesteld in geval van foutieve onachtzaamheid; |
zijn opdracht, meer bepaald de kwaliteit van zijn onderzoek, mag niet | zijn opdracht, meer bepaald de kwaliteit van zijn onderzoek, mag niet |
worden beïnvloed door de wijze waarop hij wordt vergoed. | worden beïnvloed door de wijze waarop hij wordt vergoed. |
Te dezen heeft de aangezochte medische deskundige steeds het recht om | Te dezen heeft de aangezochte medische deskundige steeds het recht om |
zijn aanwijzing te weigeren en, indien hij ze aanvaardt, zal hij zijn | zijn aanwijzing te weigeren en, indien hij ze aanvaardt, zal hij zijn |
opdracht volbrengen met inachtneming van de deontologische regels van | opdracht volbrengen met inachtneming van de deontologische regels van |
het medisch beroep en onder toezicht van de rechter, die overigens, | het medisch beroep en onder toezicht van de rechter, die overigens, |
indien hij vindt dat hij niet voldoende werd geïnformeerd, kan | indien hij vindt dat hij niet voldoende werd geïnformeerd, kan |
verzoeken om een aanvullend onderzoek of om een nieuw onderzoek door | verzoeken om een aanvullend onderzoek of om een nieuw onderzoek door |
andere deskundigen. Bovendien kunnen de partijen steeds in onderlinge | andere deskundigen. Bovendien kunnen de partijen steeds in onderlinge |
overeenstemming vragen om de deskundige te vervangen. | overeenstemming vragen om de deskundige te vervangen. |
B.12. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.12. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
Om die redenen, | Om die redenen, |
het Hof | het Hof |
zegt voor recht : | zegt voor recht : |
Artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek en artikel 167, | Artikel 982, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek en artikel 167, |
vierde lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor | vierde lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor |
geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli | geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli |
1994, schenden de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. | 1994, schenden de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. |
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 25 januari 2007. | Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 25 januari 2007. |
De griffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
De voorzitter, | De voorzitter, |
M. Melchior. | M. Melchior. |