← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 37/2004 van 10 maart 2004 Rolnummers 2733 en 2765 In zake
: de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 53, 14°, en 62 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen
1992, gesteld door de Rechtbank van eerste aa Het
Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters P. Mart(...)"
| Uittreksel uit arrest nr. 37/2004 van 10 maart 2004 Rolnummers 2733 en 2765 In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 53, 14°, en 62 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de Rechtbank van eerste aa Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters P. Mart(...) | Uittreksel uit arrest nr. 37/2004 van 10 maart 2004 Rolnummers 2733 en 2765 In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 53, 14°, en 62 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de Rechtbank van eerste aa Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters P. Mart(...) |
|---|---|
| ARBITRAGEHOF | ARBITRAGEHOF |
| Uittreksel uit arrest nr. 37/2004 van 10 maart 2004 | Uittreksel uit arrest nr. 37/2004 van 10 maart 2004 |
| Rolnummers 2733 en 2765 | Rolnummers 2733 en 2765 |
| In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 53, 14°, en | In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 53, 14°, en |
| 62 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de | 62 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de |
| Rechtbank van eerste aanleg te Brugge en de Rechtbank van eerste | Rechtbank van eerste aanleg te Brugge en de Rechtbank van eerste |
| aanleg te Leuven. | aanleg te Leuven. |
| Het Arbitragehof, | Het Arbitragehof, |
| samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters | samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters |
| P. Martens, R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot en L. Lavrysen, | P. Martens, R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot en L. Lavrysen, |
| bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van | bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van |
| voorzitter A. Arts, | voorzitter A. Arts, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging |
| a. Bij vonnis van 24 juni 2003 in zake de n.v. Baby Junior tegen de | a. Bij vonnis van 24 juni 2003 in zake de n.v. Baby Junior tegen de |
| Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof | Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof |
| is ingekomen op 26 juni 2003, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te | is ingekomen op 26 juni 2003, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te |
| Brugge de volgende prejudiciële vraag gesteld : | Brugge de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
| « Houdt artikel 53, 14°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen | « Houdt artikel 53, 14°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen |
| 1992 een schending in van het gelijkheidsbeginsel en het | 1992 een schending in van het gelijkheidsbeginsel en het |
| discriminatieverbod, voorzien in de artikelen 10 en 11 van de | discriminatieverbod, voorzien in de artikelen 10 en 11 van de |
| Grondwet, voor zover het een werkgever die maaltijdcheques toekent aan | Grondwet, voor zover het een werkgever die maaltijdcheques toekent aan |
| zijn personeel, niet toestaat de volledige kostprijs ervan, verminderd | zijn personeel, niet toestaat de volledige kostprijs ervan, verminderd |
| met de werknemersbijdrage (saldo dat overeenstemt met het sociale | met de werknemersbijdrage (saldo dat overeenstemt met het sociale |
| voordeel in hoofde van de werknemer), als beroepskosten af te trekken, | voordeel in hoofde van de werknemer), als beroepskosten af te trekken, |
| terwijl de werkgever die sociale voordelen verschaft in het | terwijl de werkgever die sociale voordelen verschaft in het |
| bedrijfsrestaurant, de daarmee gepaard gaande kosten wel volledig kan | bedrijfsrestaurant, de daarmee gepaard gaande kosten wel volledig kan |
| aftrekken als beroepskost ? » | aftrekken als beroepskost ? » |
| b. Bij vonnis van 27 juni 2003 in zake de n.v. Krëfel tegen de | b. Bij vonnis van 27 juni 2003 in zake de n.v. Krëfel tegen de |
| Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof | Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof |
| is ingekomen op 17 juli 2003, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te | is ingekomen op 17 juli 2003, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te |
| Leuven de volgende prejudiciële vragen gesteld : | Leuven de volgende prejudiciële vragen gesteld : |
| « Houdt artikel 62 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 | « Houdt artikel 62 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 |
| een schending in van het in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet | een schending in van het in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet |
| vervatte gelijkheidsbeginsel, in zover het belastingplichtigen die | vervatte gelijkheidsbeginsel, in zover het belastingplichtigen die |
| investeren in activa waarvan de gebruiksduur beperkt is, toelaat het | investeren in activa waarvan de gebruiksduur beperkt is, toelaat het |
| gedeelte van de aanschaffings- of beleggingswaarde dat overeenstemt | gedeelte van de aanschaffings- of beleggingswaarde dat overeenstemt |
| met het totale bedrag van de bij de aankoop komende kosten of (...) af | met het totale bedrag van de bij de aankoop komende kosten of (...) af |
| te schrijven, ofwel ineens tijdens het belastbare tijdperk waarin de | te schrijven, ofwel ineens tijdens het belastbare tijdperk waarin de |
| kosten zijn gemaakt, ofwel bij gelijke fracties zonder onderbreking | kosten zijn gemaakt, ofwel bij gelijke fracties zonder onderbreking |
| gespreid over het aantal jaren dat de belastingplichtige bepaalt, | gespreid over het aantal jaren dat de belastingplichtige bepaalt, |
| terwijl het belastingplichtigen die investeren in niet afschrijfbare | terwijl het belastingplichtigen die investeren in niet afschrijfbare |
| activa niet toelaat deze bijkomende kosten op de aankoop op een | activa niet toelaat deze bijkomende kosten op de aankoop op een |
| gelijkaardige wijze in het resultaat op te nemen ? » | gelijkaardige wijze in het resultaat op te nemen ? » |
| « Houdt artikel 53, 14°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen | « Houdt artikel 53, 14°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen |
| 1992 een schending in van het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel | 1992 een schending in van het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel |
| vervat in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet voor zover het een | vervat in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet voor zover het een |
| werkgever die maaltijdcheques toekent aan zijn personeel niet toestaat | werkgever die maaltijdcheques toekent aan zijn personeel niet toestaat |
| de volledige kostprijs ervan, verminderd met de werknemersbijdrage, | de volledige kostprijs ervan, verminderd met de werknemersbijdrage, |
| als beroepskost in te brengen, terwijl de werkgever die sociale | als beroepskost in te brengen, terwijl de werkgever die sociale |
| maaltijden verschaft in het bedrijfsrestaurant de daarmee gepaard | maaltijden verschaft in het bedrijfsrestaurant de daarmee gepaard |
| gaande kost wel volledig kan aftrekken als beroepskost ? » | gaande kost wel volledig kan aftrekken als beroepskost ? » |
| Die zaken, ingeschreven onder de nummers 2733 en 2765 van de rol van | Die zaken, ingeschreven onder de nummers 2733 en 2765 van de rol van |
| het Hof, werden samengevoegd. | het Hof, werden samengevoegd. |
| (...) | (...) |
| III. In rechte | III. In rechte |
| (...) | (...) |
| Ten aanzien van de prejudiciële vragen die betrekking hebben op | Ten aanzien van de prejudiciële vragen die betrekking hebben op |
| artikel 53, 14°, van het W.I.B. 1992 | artikel 53, 14°, van het W.I.B. 1992 |
| B.1. Artikel 53, 14°, van het W.I.B. 1992 bepaalt : | B.1. Artikel 53, 14°, van het W.I.B. 1992 bepaalt : |
| « Als beroepskosten worden niet aangemerkt : | « Als beroepskosten worden niet aangemerkt : |
| [...] | [...] |
| 14° sociale voordelen die zijn toegekend aan werknemers, gewezen | 14° sociale voordelen die zijn toegekend aan werknemers, gewezen |
| werknemers of hun rechtverkrijgenden en ten name van de verkrijgers | werknemers of hun rechtverkrijgenden en ten name van de verkrijgers |
| zijn vrijgesteld ingevolge artikel 38, 11°; | zijn vrijgesteld ingevolge artikel 38, 11°; |
| [...] ». | [...] ». |
| Artikel 38, 11°, van hetzelfde Wetboek bepaalt : | Artikel 38, 11°, van hetzelfde Wetboek bepaalt : |
| « Vrijgesteld zijn : | « Vrijgesteld zijn : |
| [...] | [...] |
| 11° de volgende sociale voordelen verkregen door personen die in | 11° de volgende sociale voordelen verkregen door personen die in |
| artikel 30 vermelde bezoldigingen ontvangen of hebben ontvangen, | artikel 30 vermelde bezoldigingen ontvangen of hebben ontvangen, |
| alsmede hun rechtverkrijgenden : | alsmede hun rechtverkrijgenden : |
| a) voordelen waardoor het wegens de wijze van toekenning niet mogelijk | a) voordelen waardoor het wegens de wijze van toekenning niet mogelijk |
| is het door iedere verkrijger werkelijk verkregen bedrag vast te | is het door iedere verkrijger werkelijk verkregen bedrag vast te |
| stellen; | stellen; |
| b) voordelen die, alhoewel individualiseerbaar, niet de aard van een | b) voordelen die, alhoewel individualiseerbaar, niet de aard van een |
| werkelijke bezoldiging hebben; | werkelijke bezoldiging hebben; |
| c) geringe voordelen of gelegenheidsgeschenken verkregen uit hoofde of | c) geringe voordelen of gelegenheidsgeschenken verkregen uit hoofde of |
| naar aanleiding van gebeurtenissen die niet rechtstreeks in verband | naar aanleiding van gebeurtenissen die niet rechtstreeks in verband |
| staan met de beroepswerkzaamheid; | staan met de beroepswerkzaamheid; |
| [...] ». | [...] ». |
| B.2. Nu zowel de maaltijdcheques als de sociale maaltijden verschaft | B.2. Nu zowel de maaltijdcheques als de sociale maaltijden verschaft |
| in het bedrijfsrestaurant, op grond van artikel 38, 11°, van het | in het bedrijfsrestaurant, op grond van artikel 38, 11°, van het |
| W.I.B. 1992, voor de verkrijgers ervan vrijgestelde inkomsten zijn, | W.I.B. 1992, voor de verkrijgers ervan vrijgestelde inkomsten zijn, |
| worden beide categorieën van sociale voordelen, op grond van artikel | worden beide categorieën van sociale voordelen, op grond van artikel |
| 53, 14°, van hetzelfde Wetboek, niet als beroepskosten aangemerkt. | 53, 14°, van hetzelfde Wetboek, niet als beroepskosten aangemerkt. |
| B.3. Artikel 36 van het W.I.B. 1992 bepaalt : | B.3. Artikel 36 van het W.I.B. 1992 bepaalt : |
| « Anders dan in geld verkregen voordelen van alle aard gelden voor de | « Anders dan in geld verkregen voordelen van alle aard gelden voor de |
| werkelijke waarde bij de verkrijger. | werkelijke waarde bij de verkrijger. |
| In de gevallen die Hij bepaalt kan de Koning regels stellen om die | In de gevallen die Hij bepaalt kan de Koning regels stellen om die |
| voordelen op een vast bedrag te ramen. » | voordelen op een vast bedrag te ramen. » |
| Krachtens artikel 18, § 3, 8°, van het koninklijk besluit van 27 | Krachtens artikel 18, § 3, 8°, van het koninklijk besluit van 27 |
| augustus 1993 tot uitvoering van het W.I.B. 1992 wordt het voordeel | augustus 1993 tot uitvoering van het W.I.B. 1992 wordt het voordeel |
| van een kosteloos verstrekte hoofdmaaltijd geraamd op 1,09 euro per | van een kosteloos verstrekte hoofdmaaltijd geraamd op 1,09 euro per |
| dag. | dag. |
| B.4. De regeling voor de raming van andere dan in geld verkregen | B.4. De regeling voor de raming van andere dan in geld verkregen |
| voordelen wordt toegepast op de sociale maaltijden verschaft in het | voordelen wordt toegepast op de sociale maaltijden verschaft in het |
| bedrijfsrestaurant, doch niet op de maaltijdcheques (Cass., 28 | bedrijfsrestaurant, doch niet op de maaltijdcheques (Cass., 28 |
| september 2001, rolnr. F990010N). | september 2001, rolnr. F990010N). |
| Daaruit vloeit voort dat de werkgever die sociale maaltijden verschaft | Daaruit vloeit voort dat de werkgever die sociale maaltijden verschaft |
| in het bedrijfsrestaurant de daarmee gepaard gaande kosten die het | in het bedrijfsrestaurant de daarmee gepaard gaande kosten die het |
| sociaal voordeel (geraamd op 1,09 euro per maaltijd per dag) | sociaal voordeel (geraamd op 1,09 euro per maaltijd per dag) |
| overschrijden als beroepskosten kan aftrekken, terwijl de werkgever | overschrijden als beroepskosten kan aftrekken, terwijl de werkgever |
| die maaltijdcheques verschaft de kostprijs daarvan, verminderd met de | die maaltijdcheques verschaft de kostprijs daarvan, verminderd met de |
| werknemersbijdrage, niet als beroepskosten kan aftrekken. | werknemersbijdrage, niet als beroepskosten kan aftrekken. |
| B.5. Het behoort tot de beoordelingsbevoegdheid van de wetgever om | B.5. Het behoort tot de beoordelingsbevoegdheid van de wetgever om |
| werkgevers die niet over een bedrijfsrestaurant beschikken, de | werkgevers die niet over een bedrijfsrestaurant beschikken, de |
| mogelijkheid te bieden hun werknemers door middel van maaltijdcheques | mogelijkheid te bieden hun werknemers door middel van maaltijdcheques |
| een vergelijkbaar sociaal voordeel te verschaffen. | een vergelijkbaar sociaal voordeel te verschaffen. |
| De artikelen 10 en 11 van de Grondwet houden evenwel niet de | De artikelen 10 en 11 van de Grondwet houden evenwel niet de |
| verplichting in voor de wetgever, wanneer hij in die mogelijkheid | verplichting in voor de wetgever, wanneer hij in die mogelijkheid |
| voorziet, dat sociaal voordeel aan de algemeen geldende | voorziet, dat sociaal voordeel aan de algemeen geldende |
| belastingregels te onttrekken, teneinde voor alle werkgevers in een | belastingregels te onttrekken, teneinde voor alle werkgevers in een |
| identieke fiscale behandeling te voorzien. | identieke fiscale behandeling te voorzien. |
| Hoewel de maaltijdcheque slechts in welbepaalde instellingen kan | Hoewel de maaltijdcheque slechts in welbepaalde instellingen kan |
| worden verhandeld en voor de verwerving van welbepaalde | worden verhandeld en voor de verwerving van welbepaalde |
| consumptiegoederen, is de waarde ervan, anders dan de maaltijd in het | consumptiegoederen, is de waarde ervan, anders dan de maaltijd in het |
| bedrijfsrestaurant, in geld uitgedrukt. Het is derhalve redelijk | bedrijfsrestaurant, in geld uitgedrukt. Het is derhalve redelijk |
| verantwoord dat het voordeel ervan niet aan de regeling voor de raming | verantwoord dat het voordeel ervan niet aan de regeling voor de raming |
| van andere dan in geld verkregen voordelen wordt onderworpen. | van andere dan in geld verkregen voordelen wordt onderworpen. |
| B.6. Weliswaar kan het verschil in behandeling, wanneer de kosteloos | B.6. Weliswaar kan het verschil in behandeling, wanneer de kosteloos |
| verstrekte hoofdmaaltijd op een kennelijk onredelijk bedrag wordt | verstrekte hoofdmaaltijd op een kennelijk onredelijk bedrag wordt |
| geraamd, een onverantwoord fiscaal voordeel doen ontstaan voor | geraamd, een onverantwoord fiscaal voordeel doen ontstaan voor |
| bepaalde belastingplichtigen, doch die raming is vervat in een | bepaalde belastingplichtigen, doch die raming is vervat in een |
| bepaling die niet tot de toetsingsbevoegdheid van het Hof behoort. Het | bepaling die niet tot de toetsingsbevoegdheid van het Hof behoort. Het |
| staat aan de Koning bij het uitoefenen van die bevoegdheid de | staat aan de Koning bij het uitoefenen van die bevoegdheid de |
| artikelen 10 en 11 van de Grondwet na te leven, onder het toezicht van | artikelen 10 en 11 van de Grondwet na te leven, onder het toezicht van |
| de bevoegde rechtscolleges. | de bevoegde rechtscolleges. |
| B.7. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.7. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
| Ten aanzien van de prejudiciële vraag die betrekking heeft op artikel | Ten aanzien van de prejudiciële vraag die betrekking heeft op artikel |
| 62 van het W.I.B. 1992 | 62 van het W.I.B. 1992 |
| B.8. Artikel 62 van het W.I.B. 1992 bepaalt : | B.8. Artikel 62 van het W.I.B. 1992 bepaalt : |
| « Het gedeelte van de aanschaffings- of beleggingswaarde dat | « Het gedeelte van de aanschaffings- of beleggingswaarde dat |
| overeenstemt met het totale bedrag van de bij de aankoop komende | overeenstemt met het totale bedrag van de bij de aankoop komende |
| kosten of van de onrechtstreekse produktiekosten, en de | kosten of van de onrechtstreekse produktiekosten, en de |
| oprichtingskosten mogen worden afgeschreven, ofwel ineens tijdens het | oprichtingskosten mogen worden afgeschreven, ofwel ineens tijdens het |
| belastbare tijdperk waarin de kosten zijn gemaakt, ofwel bij gelijke | belastbare tijdperk waarin de kosten zijn gemaakt, ofwel bij gelijke |
| fracties zonder onderbreking gespreid over het aantal jaren dat de | fracties zonder onderbreking gespreid over het aantal jaren dat de |
| belastingplichtige bepaalt. » | belastingplichtige bepaalt. » |
| Die bepaling voorziet aldus in een uitzondering op de regel dat | Die bepaling voorziet aldus in een uitzondering op de regel dat |
| afschrijvingen als beroepskosten van de belastbare winst kunnen worden | afschrijvingen als beroepskosten van de belastbare winst kunnen worden |
| afgetrokken « voor zover ze noodzakelijk zijn en samengaan met een | afgetrokken « voor zover ze noodzakelijk zijn en samengaan met een |
| waardevermindering die zich in het belastbare tijdperk werkelijk heeft | waardevermindering die zich in het belastbare tijdperk werkelijk heeft |
| voorgedaan » (artikel 61, eerste lid, van het W.I.B. 1992). Die | voorgedaan » (artikel 61, eerste lid, van het W.I.B. 1992). Die |
| uitzondering geldt voor de bij de aankoop komende kosten, dit zijn | uitzondering geldt voor de bij de aankoop komende kosten, dit zijn |
| hoofdzakelijk de registratierechten en notariskosten. | hoofdzakelijk de registratierechten en notariskosten. |
| B.9. De belastbare winst van de ondernemingen wordt vastgesteld | B.9. De belastbare winst van de ondernemingen wordt vastgesteld |
| overeenkomstig de boekhoudkundige regels, tenzij de belastingwet | overeenkomstig de boekhoudkundige regels, tenzij de belastingwet |
| daarvan uitdrukkelijk afwijkt (Cass., 2 oktober 2003, rolnr. | daarvan uitdrukkelijk afwijkt (Cass., 2 oktober 2003, rolnr. |
| F010084N). | F010084N). |
| Volgens die boekhoudkundige regels zijn afschrijvingen enkel mogelijk | Volgens die boekhoudkundige regels zijn afschrijvingen enkel mogelijk |
| op activa waarvan de gebruiksduur beperkt is. | op activa waarvan de gebruiksduur beperkt is. |
| B.10. Doordat artikel 62 van het W.I.B. 1992 over afschrijvingen | B.10. Doordat artikel 62 van het W.I.B. 1992 over afschrijvingen |
| handelt en derhalve enkel op activa met een beperkte gebruiksduur kan | handelt en derhalve enkel op activa met een beperkte gebruiksduur kan |
| worden toegepast, doet die bepaling een verschil in behandeling | worden toegepast, doet die bepaling een verschil in behandeling |
| ontstaan tussen de belastingplichtigen die in activa met beperkte | ontstaan tussen de belastingplichtigen die in activa met beperkte |
| gebruiksduur investeren en de belastingplichtigen die in activa met | gebruiksduur investeren en de belastingplichtigen die in activa met |
| onbeperkte gebruiksduur investeren. Zij heeft immers tot gevolg dat | onbeperkte gebruiksduur investeren. Zij heeft immers tot gevolg dat |
| enkel de eerstgenoemden de bijkomende aankoopkosten als beroepskosten | enkel de eerstgenoemden de bijkomende aankoopkosten als beroepskosten |
| kunnen aftrekken. | kunnen aftrekken. |
| B.11. Aangezien, enerzijds, de bijkomende aankoopkosten deel uitmaken | B.11. Aangezien, enerzijds, de bijkomende aankoopkosten deel uitmaken |
| van de aanschaffingsprijs en, anderzijds, de waarde van activa met een | van de aanschaffingsprijs en, anderzijds, de waarde van activa met een |
| onbeperkte gebruiksduur in normale omstandigheden niet vermindert, is | onbeperkte gebruiksduur in normale omstandigheden niet vermindert, is |
| het objectief en pertinent dat de bijkomende aankoopkosten van activa | het objectief en pertinent dat de bijkomende aankoopkosten van activa |
| met een onbeperkte gebruiksduur niet voor afschrijving in aanmerking | met een onbeperkte gebruiksduur niet voor afschrijving in aanmerking |
| komen en derhalve niet als beroepskosten kunnen worden afgetrokken. | komen en derhalve niet als beroepskosten kunnen worden afgetrokken. |
| B.12. Het verschil in behandeling doet geen onevenredige gevolgen | B.12. Het verschil in behandeling doet geen onevenredige gevolgen |
| ontstaan. Niets belet immers dat activa die niet kunnen worden | ontstaan. Niets belet immers dat activa die niet kunnen worden |
| afgeschreven het voorwerp uitmaken van een waardevermindering, zijnde | afgeschreven het voorwerp uitmaken van een waardevermindering, zijnde |
| een correctie op de aanschaffingswaarde om rekening te houden met al | een correctie op de aanschaffingswaarde om rekening te houden met al |
| dan niet definitief aan te merken ontwaardingen bij het afsluiten van | dan niet definitief aan te merken ontwaardingen bij het afsluiten van |
| het boekjaar (artikel 45, tweede lid, van het koninklijk besluit van | het boekjaar (artikel 45, tweede lid, van het koninklijk besluit van |
| 30 januari 2001 tot uitvoering van het Wetboek van vennootschappen), | 30 januari 2001 tot uitvoering van het Wetboek van vennootschappen), |
| die in mindering komt van de belastbare winst. | die in mindering komt van de belastbare winst. |
| B.13. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.13. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
| Om die redenen, | Om die redenen, |
| het Hof | het Hof |
| zegt voor recht : | zegt voor recht : |
| Artikel 53, 14°, in samenhang gelezen met artikel 36, van het Wetboek | Artikel 53, 14°, in samenhang gelezen met artikel 36, van het Wetboek |
| van de inkomstenbelastingen 1992, en artikel 62 van hetzelfde Wetboek | van de inkomstenbelastingen 1992, en artikel 62 van hetzelfde Wetboek |
| schenden niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | schenden niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. |
| Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig | Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig |
| artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
| Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 10 maart 2004. | Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 10 maart 2004. |
| De griffier, | De griffier, |
| P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
| De voorzitter, | De voorzitter, |
| A. Arts. | A. Arts. |