| Besluit houdende de aanvaardbaarheidscriteria voor PET-scanners voor gebruik in de nucleaire geneeskunde alsook de procedures dienaangaande | Besluit houdende de aanvaardbaarheidscriteria voor PET-scanners voor gebruik in de nucleaire geneeskunde alsook de procedures dienaangaande |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN | FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN |
| Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle | Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle |
| 3 FEBRUARI 2016. - Besluit houdende de aanvaardbaarheidscriteria voor | 3 FEBRUARI 2016. - Besluit houdende de aanvaardbaarheidscriteria voor |
| PET-scanners voor gebruik in de nucleaire geneeskunde alsook de | PET-scanners voor gebruik in de nucleaire geneeskunde alsook de |
| procedures dienaangaande | procedures dienaangaande |
| Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 2001 houdende algemeen | Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 2001 houdende algemeen |
| reglement op de bescherming van de bevolking, van de werknemers en het | reglement op de bescherming van de bevolking, van de werknemers en het |
| leefmilieu tegen het gevaar van de ioniserende stralingen, artikel | leefmilieu tegen het gevaar van de ioniserende stralingen, artikel |
| 51.6.5; | 51.6.5; |
| Overwegende dat aanvaardbaarheidscriteria nodig zijn voor het behoud | Overwegende dat aanvaardbaarheidscriteria nodig zijn voor het behoud |
| of de verbetering van de beeldkwaliteit geproduceerd door de | of de verbetering van de beeldkwaliteit geproduceerd door de |
| PET-scanner, | PET-scanner, |
| Besluit : | Besluit : |
| HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en definities | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en definities |
Artikel 1.De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing op alle |
Artikel 1.De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing op alle |
| PET-scanners die bestemd zijn voor gebruik in de nucleaire | PET-scanners die bestemd zijn voor gebruik in de nucleaire |
| geneeskunde, inclusief de PET-scanners die deel uitmaken van een | geneeskunde, inclusief de PET-scanners die deel uitmaken van een |
| hybride systeem voor medische beeldvorming. | hybride systeem voor medische beeldvorming. |
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
| 1° Algemeen reglement : koninklijk besluit van 20 juli 2001 houdende | 1° Algemeen reglement : koninklijk besluit van 20 juli 2001 houdende |
| algemeen reglement op de bescherming van de bevolking, van de | algemeen reglement op de bescherming van de bevolking, van de |
| werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar van de ioniserende | werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar van de ioniserende |
| stralingen; | stralingen; |
| 2° Afwijking : de afwijking uitgedrukt in percentage en berekend als | 2° Afwijking : de afwijking uitgedrukt in percentage en berekend als |
| volgt : | volgt : |
| Afwijking (%) =gemeten waarde - nominale waarde/nominale waarde* 100 | Afwijking (%) =gemeten waarde - nominale waarde/nominale waarde* 100 |
| 3° CT : Computed Tomography : computertomografie; | 3° CT : Computed Tomography : computertomografie; |
| 4° MRI : Magnetic Resonance Imaging : beeldvorming door magnetische | 4° MRI : Magnetic Resonance Imaging : beeldvorming door magnetische |
| resonantie; | resonantie; |
| 5° ROI : Region Of Interest : regio van interesse; | 5° ROI : Region Of Interest : regio van interesse; |
| 6° PET-scanner : een positron emissie tomograaf die beelden maakt van | 6° PET-scanner : een positron emissie tomograaf die beelden maakt van |
| de ruimtelijke verdeling van radionucliden door de annihilatiestraling | de ruimtelijke verdeling van radionucliden door de annihilatiestraling |
| die vrijkomt bij het verval van positron-emitterende radionucliden, te | die vrijkomt bij het verval van positron-emitterende radionucliden, te |
| meten met behulp van ongecollimeerde, in coïncidentie geschakelde | meten met behulp van ongecollimeerde, in coïncidentie geschakelde |
| detectoren, waarbij bedoeld detectiesysteem, al of niet bewegend, | detectoren, waarbij bedoeld detectiesysteem, al of niet bewegend, |
| opgebouwd is uit tenminste één ring; | opgebouwd is uit tenminste één ring; |
| 7° Stralingsfysicus : deskundige in de medische stralingsfysica, | 7° Stralingsfysicus : deskundige in de medische stralingsfysica, |
| erkend in het geschikte bevoegdheidsdomein door het Federaal | erkend in het geschikte bevoegdheidsdomein door het Federaal |
| Agentschap voor Nucleaire Controle volgens de procedure van artikel | Agentschap voor Nucleaire Controle volgens de procedure van artikel |
| 51.7 van het algemeen reglement; | 51.7 van het algemeen reglement; |
| 8° Variatiecoëfficiënt : de standaardafwijking gedeeld door het | 8° Variatiecoëfficiënt : de standaardafwijking gedeeld door het |
| gemiddelde van de metingen; | gemiddelde van de metingen; |
| 9° Uniformiteit van de reconstructie : een maat voor de lokale | 9° Uniformiteit van de reconstructie : een maat voor de lokale |
| variatie in systeemrespons onder invloed van een uniforme bron. | variatie in systeemrespons onder invloed van een uniforme bron. |
| HOOFDSTUK II. - Conformiteitbeoordeling | HOOFDSTUK II. - Conformiteitbeoordeling |
Art. 3.Algemene bepalingen. |
Art. 3.Algemene bepalingen. |
| § 1. Actieniveaus en verantwoordelijkheden om te bepalen wanneer de | § 1. Actieniveaus en verantwoordelijkheden om te bepalen wanneer de |
| PET-scanner moet hersteld, vervangen of uit dienst genomen worden, | PET-scanner moet hersteld, vervangen of uit dienst genomen worden, |
| worden bepaald door de stralingsfysicus in geschreven procedures. | worden bepaald door de stralingsfysicus in geschreven procedures. |
| § 2. Na elke onderhoudsinterventie die een mogelijke impact heeft op | § 2. Na elke onderhoudsinterventie die een mogelijke impact heeft op |
| één of meerdere aanvaardbaarheidscriteria, wordt een | één of meerdere aanvaardbaarheidscriteria, wordt een |
| conformiteitbeoordeling met die aanvaarbaarheidscriteria uitgevoerd. | conformiteitbeoordeling met die aanvaarbaarheidscriteria uitgevoerd. |
Art. 4.Jaarlijkse conformiteitbeoordeling. |
Art. 4.Jaarlijkse conformiteitbeoordeling. |
| § 1. De stralingsfysicus stuurt zijn eindverslag aan de exploitant | § 1. De stralingsfysicus stuurt zijn eindverslag aan de exploitant |
| binnen een termijn die 20 werkdagen niet overschrijdt te rekenen vanaf | binnen een termijn die 20 werkdagen niet overschrijdt te rekenen vanaf |
| de datum van het uitvoeren van de complete conformiteitbeoordeling met | de datum van het uitvoeren van de complete conformiteitbeoordeling met |
| alle aanvaarbaarheidscriteria bepaald in hoofdstuk III. | alle aanvaarbaarheidscriteria bepaald in hoofdstuk III. |
| § 2. Wanneer de PET-scanner niet beantwoordt aan één of meerdere | § 2. Wanneer de PET-scanner niet beantwoordt aan één of meerdere |
| aanvaardbaarheidscriteria bepaald in hoofdstuk III, informeert de | aanvaardbaarheidscriteria bepaald in hoofdstuk III, informeert de |
| stralingsfysicus de exploitant onmiddellijk op schriftelijke wijze. De | stralingsfysicus de exploitant onmiddellijk op schriftelijke wijze. De |
| stralingsfysicus bepaalt in dit schrijven de termijnen waarin | stralingsfysicus bepaalt in dit schrijven de termijnen waarin |
| corrigerende maatregelen moeten genomen worden. Deze termijnen mogen | corrigerende maatregelen moeten genomen worden. Deze termijnen mogen |
| in geen geval langer zijn dan drie maanden te rekenen vanaf de | in geen geval langer zijn dan drie maanden te rekenen vanaf de |
| ontvangst door de exploitant van dit schrijven. | ontvangst door de exploitant van dit schrijven. |
| § 3. De exploitant treft de nodige corrigerende maatregelen binnen een | § 3. De exploitant treft de nodige corrigerende maatregelen binnen een |
| zo kort mogelijke termijn. | zo kort mogelijke termijn. |
| De exploitant bezorgt de stralingsfysicus zo snel mogelijk en binnen | De exploitant bezorgt de stralingsfysicus zo snel mogelijk en binnen |
| de vooropgestelde termijnen het bewijs dat de nodige corrigerende | de vooropgestelde termijnen het bewijs dat de nodige corrigerende |
| maatregelen werden uitgevoerd teneinde de vastgestelde gebreken te | maatregelen werden uitgevoerd teneinde de vastgestelde gebreken te |
| verhelpen. | verhelpen. |
| § 4. De stralingsfysicus kan de PET-scanner desgewenst onderwerpen aan | § 4. De stralingsfysicus kan de PET-scanner desgewenst onderwerpen aan |
| een nieuwe conformiteitbeoordeling, teneinde na te gaan of de | een nieuwe conformiteitbeoordeling, teneinde na te gaan of de |
| getroffen corrigerende maatregelen het gebrek hebben verholpen. | getroffen corrigerende maatregelen het gebrek hebben verholpen. |
| § 5. Indien de stralingsfysicus geen bewijs ontvangt dat de nodige | § 5. Indien de stralingsfysicus geen bewijs ontvangt dat de nodige |
| corrigerende maatregelen werden getroffen binnen de vastgelegde | corrigerende maatregelen werden getroffen binnen de vastgelegde |
| termijnen, informeert hij onmiddellijk het Federaal Agentschap voor | termijnen, informeert hij onmiddellijk het Federaal Agentschap voor |
| Nucleaire Controle. | Nucleaire Controle. |
| HOOFDSTUK III. - Aanvaardbaarheidscriteria | HOOFDSTUK III. - Aanvaardbaarheidscriteria |
Art. 5.Logboek. |
Art. 5.Logboek. |
| Elke PET-scanner bezit een logboek dat volgende elementen bevat : | Elke PET-scanner bezit een logboek dat volgende elementen bevat : |
| 1° merk, type en serienummer van het toestel; | 1° merk, type en serienummer van het toestel; |
| 2° datum van installatie; | 2° datum van installatie; |
| 3° software versie; | 3° software versie; |
| 4° resultaten van de voorgaande conformiteitbeoordelingen samen met de | 4° resultaten van de voorgaande conformiteitbeoordelingen samen met de |
| datum en tijdstip; | datum en tijdstip; |
| 5° lijst van de in de kliniek gebruikte radio-isotopen; | 5° lijst van de in de kliniek gebruikte radio-isotopen; |
| 6° onderhoudsinterventies en onderhoudscontract; | 6° onderhoudsinterventies en onderhoudscontract; |
| 7° alle interventies door de stralingsfysicus; | 7° alle interventies door de stralingsfysicus; |
| 8° lijst van de acquisitiesoftware, inclusief deze voor de | 8° lijst van de acquisitiesoftware, inclusief deze voor de |
| conformiteitbeoordeling; | conformiteitbeoordeling; |
| 9° alle relevante foutmeldingen met betrekking tot de werking van het | 9° alle relevante foutmeldingen met betrekking tot de werking van het |
| toestel; | toestel; |
| 10° kwaliteitsprocedures voor de gebruiker. | 10° kwaliteitsprocedures voor de gebruiker. |
Art. 6.Energievenster. |
Art. 6.Energievenster. |
| § 1. De conformiteitbeoordeling van het energievenster wordt dagelijks | § 1. De conformiteitbeoordeling van het energievenster wordt dagelijks |
| uitgevoerd, behalve indien de instructies van de fabrikant de | uitgevoerd, behalve indien de instructies van de fabrikant de |
| meetomstandigheden om de piekwaarde te verkrijgen niet beschrijven. In | meetomstandigheden om de piekwaarde te verkrijgen niet beschrijven. In |
| dat geval wordt een sinogramtest dagelijks uitgevoerd. | dat geval wordt een sinogramtest dagelijks uitgevoerd. |
| § 2. Een meting van het energievenster wordt uitgevoerd met een | § 2. Een meting van het energievenster wordt uitgevoerd met een |
| positronstraler volgens de meetomstandigheden opgenomen in de | positronstraler volgens de meetomstandigheden opgenomen in de |
| instructies van de fabrikant. | instructies van de fabrikant. |
| De resultaten voldoen aan de vereisten van de constructeur. | De resultaten voldoen aan de vereisten van de constructeur. |
| § 3. De meetresultaten worden opgevolgd in de tijd. | § 3. De meetresultaten worden opgevolgd in de tijd. |
Art. 7.Sinogramtest. |
Art. 7.Sinogramtest. |
| § 1. Indien de conformiteitbeoordeling beschreven in artikel 6 niet | § 1. Indien de conformiteitbeoordeling beschreven in artikel 6 niet |
| kan worden uitgevoerd wordt de sinogramtest dagelijks uitgevoerd. In | kan worden uitgevoerd wordt de sinogramtest dagelijks uitgevoerd. In |
| het andere geval wordt de sinogramtest jaarlijks uitgevoerd. | het andere geval wordt de sinogramtest jaarlijks uitgevoerd. |
| § 2. Een meting van het sinogram wordt uitgevoerd met een | § 2. Een meting van het sinogram wordt uitgevoerd met een |
| positronstraler volgens de meetomstandigheden opgenomen in de | positronstraler volgens de meetomstandigheden opgenomen in de |
| instructies van de fabrikant. | instructies van de fabrikant. |
| De resultaten voldoen aan de vereisten van de fabrikant. | De resultaten voldoen aan de vereisten van de fabrikant. |
| § 3. De meetresultaten worden opgevolgd in de tijd. | § 3. De meetresultaten worden opgevolgd in de tijd. |
Art. 8.Uniformiteit van de reconstructie. |
Art. 8.Uniformiteit van de reconstructie. |
| § 1. De conformiteitbeoordeling van de uniformiteit van de | § 1. De conformiteitbeoordeling van de uniformiteit van de |
| reconstructie wordt minstens om de 4 maanden uitgevoerd voor de | reconstructie wordt minstens om de 4 maanden uitgevoerd voor de |
| gebruikte acquisitie modes (2D en/of 3D). | gebruikte acquisitie modes (2D en/of 3D). |
| De stralingsfysicus bepaalt de parameters van de | De stralingsfysicus bepaalt de parameters van de |
| conformiteitbeoordeling bij de ontvangst van de PET-scanner. | conformiteitbeoordeling bij de ontvangst van de PET-scanner. |
| § 2. Men gebruikt een cilinder met een diameter van minstens 20 cm, | § 2. Men gebruikt een cilinder met een diameter van minstens 20 cm, |
| gevuld met een uniform verdeelde activiteit aan positronstraler (68Ge | gevuld met een uniform verdeelde activiteit aan positronstraler (68Ge |
| of 18F) opdat eenzelfde statistiek zou worden bekomen als bij de | of 18F) opdat eenzelfde statistiek zou worden bekomen als bij de |
| initiële meting. | initiële meting. |
| § 3. Er wordt een emissiescan van tenminste 2 bedposities opgenomen | § 3. Er wordt een emissiescan van tenminste 2 bedposities opgenomen |
| evenals een scan die attenuatiecorrectie mogelijk maakt. | evenals een scan die attenuatiecorrectie mogelijk maakt. |
| § 4. Het voor attenuatie gecorrigeerde beeld wordt gereconstrueerd met | § 4. Het voor attenuatie gecorrigeerde beeld wordt gereconstrueerd met |
| hetzelfde reconstructieprotocol als datgene gebruikt in de klinische | hetzelfde reconstructieprotocol als datgene gebruikt in de klinische |
| beeldvorming. | beeldvorming. |
| Dit beeld wordt visueel gecontroleerd op non-uniformiteit. | Dit beeld wordt visueel gecontroleerd op non-uniformiteit. |
| § 5. Op elke snede, behalve de 3 sneden aan elk uiteinde van de scan, | § 5. Op elke snede, behalve de 3 sneden aan elk uiteinde van de scan, |
| bepaalt men een circulaire ROI met diameter gelijk aan 85 % van de | bepaalt men een circulaire ROI met diameter gelijk aan 85 % van de |
| diameter van de verdeling van de activiteit in de cilinder. Men | diameter van de verdeling van de activiteit in de cilinder. Men |
| bepaalt het gemiddelde en de standaardafwijking van de ROI van elke | bepaalt het gemiddelde en de standaardafwijking van de ROI van elke |
| snede en het gemiddelde van alle ROI's. | snede en het gemiddelde van alle ROI's. |
| § 6. De afwijking tussen het gemiddelde van elke snede en het | § 6. De afwijking tussen het gemiddelde van elke snede en het |
| gemiddelde van alle ROI's is < 10 % . | gemiddelde van alle ROI's is < 10 % . |
| § 7. Het axiale profiel van de variatiecoëfficiënt is < 10 % in | § 7. Het axiale profiel van de variatiecoëfficiënt is < 10 % in |
| vergelijking met degene bekomen onder dezelfde omstandigheden bij de | vergelijking met degene bekomen onder dezelfde omstandigheden bij de |
| ontvangst van het toestel. | ontvangst van het toestel. |
| § 8. De resultaten worden opgevolgd in de tijd. | § 8. De resultaten worden opgevolgd in de tijd. |
Art. 9.Kwantificatie. |
Art. 9.Kwantificatie. |
| § 1. De conformiteitbeoordeling van de kwantificatie wordt minstens om | § 1. De conformiteitbeoordeling van de kwantificatie wordt minstens om |
| de vier maanden uitgevoerd met het meest gebruikte radio-isotoop. Voor | de vier maanden uitgevoerd met het meest gebruikte radio-isotoop. Voor |
| alle andere radio-isotopen die gebruikt worden voor kwantificatie, | alle andere radio-isotopen die gebruikt worden voor kwantificatie, |
| gebeurt dit jaarlijks. | gebeurt dit jaarlijks. |
| § 2. Men gebruikt een cilinder met een diameter van minstens 20 cm, | § 2. Men gebruikt een cilinder met een diameter van minstens 20 cm, |
| gevuld met een uniform verdeelde activiteit aan positronstraler opdat | gevuld met een uniform verdeelde activiteit aan positronstraler opdat |
| een eenzelfde statistiek zou worden bekomen als in de klinische | een eenzelfde statistiek zou worden bekomen als in de klinische |
| beeldvorming. | beeldvorming. |
| § 3. Men gebruikt hetzelfde acquisitie- en reconstructieprotocol als | § 3. Men gebruikt hetzelfde acquisitie- en reconstructieprotocol als |
| gebruikt in klinische kwantificatie. | gebruikt in klinische kwantificatie. |
| § 4. Op elke snede, behalve de 3 sneden aan elk uiteinde van de scan, | § 4. Op elke snede, behalve de 3 sneden aan elk uiteinde van de scan, |
| bepaalt men een circulaire ROI met diameter gelijk aan 85 % van de | bepaalt men een circulaire ROI met diameter gelijk aan 85 % van de |
| diameter van de verdeling van de activiteit in de cilinder. | diameter van de verdeling van de activiteit in de cilinder. |
| § 5. De afwijking in gemiddelde activiteitconcentratie in het volume | § 5. De afwijking in gemiddelde activiteitconcentratie in het volume |
| bepaald door de ROI's beschreven in artikel 9, § 4 en de werkelijke | bepaald door de ROI's beschreven in artikel 9, § 4 en de werkelijke |
| activiteitsconcentratie is ? 10 %. | activiteitsconcentratie is ? 10 %. |
| § 6. De resultaten worden opgevolgd in de tijd. | § 6. De resultaten worden opgevolgd in de tijd. |
Art. 10.Uitlijning van hybride systemen. |
Art. 10.Uitlijning van hybride systemen. |
| § 1. De conformiteitbeoordeling van de uitlijning van hybride systemen | § 1. De conformiteitbeoordeling van de uitlijning van hybride systemen |
| wordt minstens om de vier maanden uitgevoerd. | wordt minstens om de vier maanden uitgevoerd. |
| § 2. Men gebruikt een fantoom dat zowel op het PET- als het CT- of | § 2. Men gebruikt een fantoom dat zowel op het PET- als het CT- of |
| MRI-beeld wordt weergegeven, met objecten die een afwijking van één | MRI-beeld wordt weergegeven, met objecten die een afwijking van één |
| pixel kunnen weergeven. | pixel kunnen weergeven. |
| § 3. De uitlijning wordt visueel geverifieerd en is conform de | § 3. De uitlijning wordt visueel geverifieerd en is conform de |
| specificaties van de fabrikant. | specificaties van de fabrikant. |
| HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen | HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen |
Art. 11.De overtredingen van dit besluit worden opgespoord, vervolgd |
Art. 11.De overtredingen van dit besluit worden opgespoord, vervolgd |
| en gestraft overeenkomstig de bepalingen van de wet van 15 april 1994 | en gestraft overeenkomstig de bepalingen van de wet van 15 april 1994 |
| betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu | betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu |
| tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en | tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en |
| betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle. | betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle. |
| Brussel, 3 februari 2016. | Brussel, 3 februari 2016. |
| De Directeur-generaal, | De Directeur-generaal, |
| Jan Bens | Jan Bens |