Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Arrest Van Het Grondwettelijk Hof van --
← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 a. Bij arrest van 20 december 2017 in zake T. E.F. tegen G.B. en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 december 2017, heeft het Arb « Schendt artikel 4 wet van 19 maart 2017 tot oprichting van een Begrotingsfonds voor de juridische(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 a. Bij arrest van 20 december 2017 in zake T. E.F. tegen G.B. en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 december 2017, heeft het Arb « Schendt artikel 4 wet van 19 maart 2017 tot oprichting van een Begrotingsfonds voor de juridische(...) Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 a. Bij arrest van 20 december 2017 in zake T. E.F. tegen G.B. en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 december 2017, heeft het Arb « Schendt artikel 4 wet van 19 maart 2017 tot oprichting van een Begrotingsfonds voor de juridische(...)
GRONDWETTELIJK HOF GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6
januari 1989 januari 1989
a. Bij arrest van 20 december 2017 in zake T. E.F. tegen G.B. en a. Bij arrest van 20 december 2017 in zake T. E.F. tegen G.B. en
anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op
22 december 2017, heeft het Arbeidshof te Antwerpen, afdeling 22 december 2017, heeft het Arbeidshof te Antwerpen, afdeling
Antwerpen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : Antwerpen, de volgende prejudiciële vraag gesteld :
« Schendt artikel 4 wet van 19 maart 2017 tot oprichting van een « Schendt artikel 4 wet van 19 maart 2017 tot oprichting van een
Begrotingsfonds voor de juridische tweedelijnsbijstand de artikelen Begrotingsfonds voor de juridische tweedelijnsbijstand de artikelen
10, 11, 13 en 23 van de Grondwet, in samenhang met de artikelen 6 en 10, 11, 13 en 23 van de Grondwet, in samenhang met de artikelen 6 en
13 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en van artikel 13 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en van artikel
47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie in 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie in
zoverre het een financiële drempel oplegt bij het aanvechten van een zoverre het een financiële drempel oplegt bij het aanvechten van een
vonnis of beschikking anders dan een beschikking van toelaatbaarheid vonnis of beschikking anders dan een beschikking van toelaatbaarheid
voor een persoon die in collectieve schuldenregeling zit wegens een voor een persoon die in collectieve schuldenregeling zit wegens een
overmatige schuldenlast waardoor de toegang tot het gerecht voor deze overmatige schuldenlast waardoor de toegang tot het gerecht voor deze
persoon bemoeilijkt wordt terwijl de persoon die een verzoekschrift persoon bemoeilijkt wordt terwijl de persoon die een verzoekschrift
neerlegt om toegelaten te worden tot de collectieve schuldenregeling neerlegt om toegelaten te worden tot de collectieve schuldenregeling
wegens overmatige schuldenlast (in de zin van artikel 1675/4 Ger.W.) wegens overmatige schuldenlast (in de zin van artikel 1675/4 Ger.W.)
deze bijdrage niet moet betalen en ook de vorderingen van de sociaal deze bijdrage niet moet betalen en ook de vorderingen van de sociaal
verzekerde bedoeld in de artikelen 579, 6°, 580, 581 en 582, 1° en 2° verzekerde bedoeld in de artikelen 579, 6°, 580, 581 en 582, 1° en 2°
van het Gerechtelijk Wetboek vrijgesteld worden van betaling van deze van het Gerechtelijk Wetboek vrijgesteld worden van betaling van deze
bijdrage ? ». bijdrage ? ».
b. Bij arrest van 18 december 2017 in zake N. P.K. tegen J. V.C. en b. Bij arrest van 18 december 2017 in zake N. P.K. tegen J. V.C. en
anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op
22 december 2017, heeft het Arbeidshof te Brussel de volgende 22 december 2017, heeft het Arbeidshof te Brussel de volgende
prejudiciële vragen gesteld : prejudiciële vragen gesteld :
« Schenden de art. 4 § 2 en 7 van de wet van 19 maart 2017 tot « Schenden de art. 4 § 2 en 7 van de wet van 19 maart 2017 tot
oprichting van een Begrotingsfonds voor de juridische oprichting van een Begrotingsfonds voor de juridische
tweedelijnsbijstand, tweedelijnsbijstand,
- meer bepaald de § 2 eerste lid, dat bij elke rolzetting een - meer bepaald de § 2 eerste lid, dat bij elke rolzetting een
bijdrageplicht oplegt, bijdrageplicht oplegt,
- tweede lid, 4°, dat voorziet in een vrijstelling bij een vordering - tweede lid, 4°, dat voorziet in een vrijstelling bij een vordering
op grond van art. 1675/4 Ger. W. in samenhang met op grond van art. 1675/4 Ger. W. in samenhang met
- art. 7, dat voorziet in de vereffening als procedurekost, - art. 7, dat voorziet in de vereffening als procedurekost,
- in samenhang met art. 1017 Ger. W. dat deze kosten ten laste legt - in samenhang met art. 1017 Ger. W. dat deze kosten ten laste legt
van de in het ongelijk gestelde partij, van de in het ongelijk gestelde partij,
rekening houdend met art. 1675/14 § 2 Ger. W. dat voorziet in de rekening houdend met art. 1675/14 § 2 Ger. W. dat voorziet in de
blijvende saisine van de arbeidsrechtbank, blijvende saisine van de arbeidsrechtbank,
de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet,
doordat in graad van eerste aanleg geen bijdrage verschuldigd is en doordat in graad van eerste aanleg geen bijdrage verschuldigd is en
moet worden vereffend bij een tussentijdse gebeurtenis, die een moet worden vereffend bij een tussentijdse gebeurtenis, die een
ingrijpen van de schuldbemiddelingsrechter noodzakelijk maakt, terwijl ingrijpen van de schuldbemiddelingsrechter noodzakelijk maakt, terwijl
in graad van hoger beroep door de appellant deze bijdrage wel in graad van hoger beroep door de appellant deze bijdrage wel
verschuldigd is, indien hij m.b.t. dezelfde vraag omwille van een verschuldigd is, indien hij m.b.t. dezelfde vraag omwille van een
gewijzigde situatie een hervorming van het vonnis van de eerste gewijzigde situatie een hervorming van het vonnis van de eerste
rechter beoogt en deze bijdrage dient vereffend te worden op basis van rechter beoogt en deze bijdrage dient vereffend te worden op basis van
wie in het gelijk gesteld is, terwijl in een collectieve wie in het gelijk gesteld is, terwijl in een collectieve
schuldenregeling de voortgang van de procedure beoordeeld wordt en de schuldenregeling de voortgang van de procedure beoordeeld wordt en de
wederpartij bij een voldoening aan de vraag van appellant daarom nog wederpartij bij een voldoening aan de vraag van appellant daarom nog
niet in het ongelijk gestelde partij is ? niet in het ongelijk gestelde partij is ?
Schenden de art. 4 en 7 van de wet van 19 maart 2017 tot oprichting Schenden de art. 4 en 7 van de wet van 19 maart 2017 tot oprichting
van een Begrotingsfonds voor de juridische tweedelijnsbijstand de van een Begrotingsfonds voor de juridische tweedelijnsbijstand de
artikelen 10, 11, 13 en 23 van de Grondwet, in samenhang met de artikelen 10, 11, 13 en 23 van de Grondwet, in samenhang met de
artikelen 6 en 13 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens artikelen 6 en 13 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens
en van artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese en van artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese
Unie in zoverre ze de toegang tot de rechter beperken door een Unie in zoverre ze de toegang tot de rechter beperken door een
bovenmatige financiële drempel in te voeren voor een schuldenaar, die bovenmatige financiële drempel in te voeren voor een schuldenaar, die
beroep aantekent in een procedure van collectieve schuldenregeling, beroep aantekent in een procedure van collectieve schuldenregeling,
niettegenstaande hij een overmatige schuldenlast heeft en de bijdrage niettegenstaande hij een overmatige schuldenlast heeft en de bijdrage
dient te financieren vanuit een minimaal leefgeld en deze bijdrage dient te financieren vanuit een minimaal leefgeld en deze bijdrage
niet in de eindbeslissing kan worden vereffend zonder hem opnieuw in niet in de eindbeslissing kan worden vereffend zonder hem opnieuw in
zijn vermogen te raken, terwijl er in de gevallen vermeld in art. 4 § zijn vermogen te raken, terwijl er in de gevallen vermeld in art. 4 §
2, 2° tot 4° geen bijdrage verschuldigd is ? ». 2, 2° tot 4° geen bijdrage verschuldigd is ? ».
Die zaken, ingeschreven onder de nummers 6801 en 6802 van de rol van Die zaken, ingeschreven onder de nummers 6801 en 6802 van de rol van
het Hof, werden samengevoegd. het Hof, werden samengevoegd.
De griffier, De griffier,
F. Meersschaut F. Meersschaut
^