← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest
van 6 september 2012 in zake de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening tegen Kathleen De Rijck, waarvan
de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op « Schenden de artikelen 102 en 105 van de herstelwet
van 22 januari 1985 houdende sociale bepalinge(...)"
| Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 6 september 2012 in zake de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening tegen Kathleen De Rijck, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op « Schenden de artikelen 102 en 105 van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalinge(...) | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 6 september 2012 in zake de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening tegen Kathleen De Rijck, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op « Schenden de artikelen 102 en 105 van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalinge(...) |
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | GRONDWETTELIJK HOF |
| Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 |
| januari 1989 | januari 1989 |
| Bij arrest van 6 september 2012 in zake de Rijksdienst voor | Bij arrest van 6 september 2012 in zake de Rijksdienst voor |
| Arbeidsvoorziening tegen Kathleen De Rijck, waarvan de expeditie ter | Arbeidsvoorziening tegen Kathleen De Rijck, waarvan de expeditie ter |
| griffie van het Hof is ingekomen op 12 september 2012, heeft het | griffie van het Hof is ingekomen op 12 september 2012, heeft het |
| Arbeidshof te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : | Arbeidshof te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
| « Schenden de artikelen 102 en 105 van de herstelwet van 22 januari | « Schenden de artikelen 102 en 105 van de herstelwet van 22 januari |
| 1985 houdende sociale bepalingen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet | 1985 houdende sociale bepalingen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet |
| in zoverre ze zo worden geïnterpreteerd dat het recht op een uitkering | in zoverre ze zo worden geïnterpreteerd dat het recht op een uitkering |
| voor loopbaanonderbreking niet kan toegekend worden aan werknemers die | voor loopbaanonderbreking niet kan toegekend worden aan werknemers die |
| wel voltijds tewerkgesteld zijn, maar dit ingevolge de cumulatie van | wel voltijds tewerkgesteld zijn, maar dit ingevolge de cumulatie van |
| twee deeltijdse arbeidsbetrekkingen bij twee werkgevers van | twee deeltijdse arbeidsbetrekkingen bij twee werkgevers van |
| respectievelijk 70 % en 30 % van een voltijdse arbeidsbetrekking, in | respectievelijk 70 % en 30 % van een voltijdse arbeidsbetrekking, in |
| acht nemende de omstandigheid dat beide werkgevers op de hoogte waren | acht nemende de omstandigheid dat beide werkgevers op de hoogte waren |
| en akkoord waren met de opsplitsing van een oorspronkelijk voltijdse | en akkoord waren met de opsplitsing van een oorspronkelijk voltijdse |
| tewerkstelling in twee deeltijdse tewerkstellingen ». | tewerkstelling in twee deeltijdse tewerkstellingen ». |
| Die zaak is ingeschreven onder nummer 5478 van de rol van het Hof. | Die zaak is ingeschreven onder nummer 5478 van de rol van het Hof. |
| De griffier, | De griffier, |
| F. Meersschaut | F. Meersschaut |