← Terug naar "Arrest nr. 26/97 van 6 mei 1997 Rolnummer 949 In zake : de prejudiciële vraag over
artikel 35bis van de gecoördineerde wetten van 3 juni 1970 betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten,
gesteld door de Arbeidsrechtbank te Luik. samengesteld uit de voorzitters
M. Melchior en L. De Grève, en de rechters P. Martens, J. Delruelle(...)"
| Arrest nr. 26/97 van 6 mei 1997 Rolnummer 949 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 35bis van de gecoördineerde wetten van 3 juni 1970 betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten, gesteld door de Arbeidsrechtbank te Luik. samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en L. De Grève, en de rechters P. Martens, J. Delruelle(...) | Arrest nr. 26/97 van 6 mei 1997 Rolnummer 949 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 35bis van de gecoördineerde wetten van 3 juni 1970 betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten, gesteld door de Arbeidsrechtbank te Luik. samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en L. De Grève, en de rechters P. Martens, J. Delruelle(...) |
|---|---|
| ARBITRAGEHOF | ARBITRAGEHOF |
| Arrest nr. 26/97 van 6 mei 1997 | Arrest nr. 26/97 van 6 mei 1997 |
| Rolnummer 949 | Rolnummer 949 |
| In zake : de prejudiciële vraag over artikel 35bis van de | In zake : de prejudiciële vraag over artikel 35bis van de |
| gecoördineerde wetten van 3 juni 1970 betreffende de | gecoördineerde wetten van 3 juni 1970 betreffende de |
| schadeloosstelling voor beroepsziekten, gesteld door de | schadeloosstelling voor beroepsziekten, gesteld door de |
| Arbeidsrechtbank te Luik. | Arbeidsrechtbank te Luik. |
| Het Arbitragehof, | Het Arbitragehof, |
| samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en L. De Grève, en de | samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en L. De Grève, en de |
| rechters P. Martens, J. Delruelle, E. Cerexhe, H. Coremans en A. Arts, | rechters P. Martens, J. Delruelle, E. Cerexhe, H. Coremans en A. Arts, |
| bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van | bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van |
| voorzitter M. Melchior, | voorzitter M. Melchior, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vraag | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag |
| Bij vonnis van 25 maart 1996 in zake M. Arrabal Garcia tegen het Fonds | Bij vonnis van 25 maart 1996 in zake M. Arrabal Garcia tegen het Fonds |
| voor de Beroepsziekten, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof | voor de Beroepsziekten, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof |
| is ingekomen op 2 april 1996, heeft de Arbeidsrechtbank te Luik de | is ingekomen op 2 april 1996, heeft de Arbeidsrechtbank te Luik de |
| volgende prejudiciële vraag gesteld : | volgende prejudiciële vraag gesteld : |
| « Schendt artikel 35bis, derde lid, van de gecoördineerde wetten van 3 | « Schendt artikel 35bis, derde lid, van de gecoördineerde wetten van 3 |
| juni 1970 betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten de | juni 1970 betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten de |
| artikelen 10 en 11 van de Grondwet, gelet op het tweede lid van | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, gelet op het tweede lid van |
| hetzelfde artikel 35bis, door te voorzien in de afschaffing, zonder | hetzelfde artikel 35bis, door te voorzien in de afschaffing, zonder |
| meer, van het voordeel van de schadeloosstelling ten aanzien van de | meer, van het voordeel van de schadeloosstelling ten aanzien van de |
| sociaal-economische factoren, en dit op automatische wijze, wat het | sociaal-economische factoren, en dit op automatische wijze, wat het |
| slachtoffer betreft dat na 31 december 1993 de leeftijd van 65 jaar | slachtoffer betreft dat na 31 december 1993 de leeftijd van 65 jaar |
| bereikt, dit wil zeggen geboren is na 31 december 1928, terwijl de | bereikt, dit wil zeggen geboren is na 31 december 1928, terwijl de |
| bepaling van artikel 35bis, tweede lid, aan de slachtoffers die vóór 1 | bepaling van artikel 35bis, tweede lid, aan de slachtoffers die vóór 1 |
| januari 1929 geboren zijn de status quo garandeert door het behoud van | januari 1929 geboren zijn de status quo garandeert door het behoud van |
| de totale graad die hun vóór 31 december 1993 was toegekend, behalve | de totale graad die hun vóór 31 december 1993 was toegekend, behalve |
| in het geval van een verbetering van hun toestand die een vermindering | in het geval van een verbetering van hun toestand die een vermindering |
| van de fysieke graad verantwoordt ? » | van de fysieke graad verantwoordt ? » |
| II. De feiten en de rechtspleging in het bodemgeschil | II. De feiten en de rechtspleging in het bodemgeschil |
| Het Fonds voor de Beroepsziekten, verwerende partij, heeft ambtshalve | Het Fonds voor de Beroepsziekten, verwerende partij, heeft ambtshalve |
| de totale graad van arbeidsongeschiktheid van M. Arrabal Garcia | de totale graad van arbeidsongeschiktheid van M. Arrabal Garcia |
| herzien, een graad die bij beslissing van 2 juni 1989 op 52 pct. was | herzien, een graad die bij beslissing van 2 juni 1989 op 52 pct. was |
| vastgesteld wegens de beroepsziekte waaraan M. Arrabal Garcia leed. | vastgesteld wegens de beroepsziekte waaraan M. Arrabal Garcia leed. |
| Die graad van 52 pct. was verdeeld in 37 pct. fysieke graad en 15 pct. | Die graad van 52 pct. was verdeeld in 37 pct. fysieke graad en 15 pct. |
| sociaal-economische factoren. | sociaal-economische factoren. |
| Bij beslissing van 14 november 1994, heeft het Fonds voor de | Bij beslissing van 14 november 1994, heeft het Fonds voor de |
| Beroepsziekten de totale graad van arbeidsongeschiktheid vanaf 10 juni | Beroepsziekten de totale graad van arbeidsongeschiktheid vanaf 10 juni |
| 1994 op 62 pct. vastgesteld, zijnde 50 pct. fysieke graad en 12 pct. | 1994 op 62 pct. vastgesteld, zijnde 50 pct. fysieke graad en 12 pct. |
| sociaal-economische factoren. | sociaal-economische factoren. |
| Aangezien M. Arrabal Garcia op 1 juli 1995 de leeftijd van 65 jaar had | Aangezien M. Arrabal Garcia op 1 juli 1995 de leeftijd van 65 jaar had |
| bereikt, heeft het Fonds voor de Beroepsziekten toen het voordeel van | bereikt, heeft het Fonds voor de Beroepsziekten toen het voordeel van |
| de sociaal-economische factoren geschrapt, « overeenkomstig de | de sociaal-economische factoren geschrapt, « overeenkomstig de |
| wettelijke bepalingen », waardoor de totale graad van | wettelijke bepalingen », waardoor de totale graad van |
| schadeloosstelling tot 50 pct. wordt verminderd. | schadeloosstelling tot 50 pct. wordt verminderd. |
| M. Arrabal Garcia aanvaardt de fysieke graad die hem vanaf 10 juni | M. Arrabal Garcia aanvaardt de fysieke graad die hem vanaf 10 juni |
| 1994 wordt toegekend, maar betwist de graad van de sociaal-economische | 1994 wordt toegekend, maar betwist de graad van de sociaal-economische |
| factoren, die hij vanaf dan op 35 pct. wil vastgesteld zien. | factoren, die hij vanaf dan op 35 pct. wil vastgesteld zien. |
| Voor de Rechtbank verklaart het Fonds voor de Beroepsziekten dat de | Voor de Rechtbank verklaart het Fonds voor de Beroepsziekten dat de |
| graad van de sociaal-economische factoren op 15 pct. kan worden | graad van de sociaal-economische factoren op 15 pct. kan worden |
| vastgesteld vanaf 10 juni 1994 tot 1 juli 1995, maar dat vanaf die | vastgesteld vanaf 10 juni 1994 tot 1 juli 1995, maar dat vanaf die |
| laatste datum de sociaal-economische factoren moeten worden geschrapt | laatste datum de sociaal-economische factoren moeten worden geschrapt |
| met toepassing van het nieuwe artikel 35bis van de gecoördineerde | met toepassing van het nieuwe artikel 35bis van de gecoördineerde |
| wetten betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten. | wetten betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten. |
| Die bepaling, die is ingevoegd bij het koninklijk besluit nr. 529 van | Die bepaling, die is ingevoegd bij het koninklijk besluit nr. 529 van |
| 31 maart 1987 en vervolgens is gewijzigd bij artikel 59 van de wet van | 31 maart 1987 en vervolgens is gewijzigd bij artikel 59 van de wet van |
| 30 maart 1994 en bij artikel 39 van de wet van 21 december 1994, omvat | 30 maart 1994 en bij artikel 39 van de wet van 21 december 1994, omvat |
| een derde lid dat voorziet in de eenvoudige afschaffing van het | een derde lid dat voorziet in de eenvoudige afschaffing van het |
| voordeel van de schadeloosstelling voor de sociaal-economische | voordeel van de schadeloosstelling voor de sociaal-economische |
| factoren, en zulks automatisch, voor de getroffenen die na 31 december | factoren, en zulks automatisch, voor de getroffenen die na 31 december |
| 1993 de leeftijd van 65 jaar bereiken, wat het geval is voor de | 1993 de leeftijd van 65 jaar bereiken, wat het geval is voor de |
| eisende partij. Volgens de Rechtbank kan een dergelijke bepaling een | eisende partij. Volgens de Rechtbank kan een dergelijke bepaling een |
| discriminatie inhouden, vermits de getroffenen die geboren zijn vóór 1 | discriminatie inhouden, vermits de getroffenen die geboren zijn vóór 1 |
| januari 1929 de bepaling genieten van artikel 35bis, tweede lid, die | januari 1929 de bepaling genieten van artikel 35bis, tweede lid, die |
| hun de status quo garandeert, door het behoud van de totale graad die | hun de status quo garandeert, door het behoud van de totale graad die |
| hun was toegekend vóór 31 december 1993, behoudens in geval van een | hun was toegekend vóór 31 december 1993, behoudens in geval van een |
| verbetering van hun toestand die een vermindering van de fysieke graad | verbetering van hun toestand die een vermindering van de fysieke graad |
| verantwoordt. | verantwoordt. |
| De Rechtbank is van oordeel dat het mogelijk is dat een dergelijke | De Rechtbank is van oordeel dat het mogelijk is dat een dergelijke |
| discriminatie niet zou kunnen worden verantwoord en stelt bijgevolg de | discriminatie niet zou kunnen worden verantwoord en stelt bijgevolg de |
| hiervoor weergegeven prejudiciële vraag. | hiervoor weergegeven prejudiciële vraag. |
| De Rechtbank zegt bovendien voor recht dat de economische en sociale | De Rechtbank zegt bovendien voor recht dat de economische en sociale |
| factoren die de eisende partij vanaf 10 juni 1994 moet genieten 25 | factoren die de eisende partij vanaf 10 juni 1994 moet genieten 25 |
| pct. bedragen. | pct. bedragen. |
| III. De rechtspleging voor het Hof | III. De rechtspleging voor het Hof |
| Bij beschikking van 2 april 1996 heeft de voorzitter in functie de | Bij beschikking van 2 april 1996 heeft de voorzitter in functie de |
| rechters van de zetel aangewezen overeenkomstig de artikelen 58 en 59 | rechters van de zetel aangewezen overeenkomstig de artikelen 58 en 59 |
| van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof. | van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof. |
| De rechters-verslaggevers hebben geoordeeld dat er geen aanleiding was | De rechters-verslaggevers hebben geoordeeld dat er geen aanleiding was |
| om artikel 71 of 72 van de organieke wet toe te passen. | om artikel 71 of 72 van de organieke wet toe te passen. |
| Van de verwijzingsbeslissing is kennisgegeven overeenkomstig artikel | Van de verwijzingsbeslissing is kennisgegeven overeenkomstig artikel |
| 77 van de organieke wet bij op 23 april 1996 ter post aangetekende | 77 van de organieke wet bij op 23 april 1996 ter post aangetekende |
| brieven. | brieven. |
| Het bij artikel 74 van de organieke wet voorgeschreven bericht is | Het bij artikel 74 van de organieke wet voorgeschreven bericht is |
| bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 25 april 1996. | bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 25 april 1996. |
| De Ministerraad, Wetstraat 16, 1000 Brussel, heeft een memorie | De Ministerraad, Wetstraat 16, 1000 Brussel, heeft een memorie |
| ingediend bij op 6 juni 1996 ter post aangetekende brief. | ingediend bij op 6 juni 1996 ter post aangetekende brief. |
| Bij beschikkingen van 17 september 1996 en 25 maart 1997 heeft het Hof | Bij beschikkingen van 17 september 1996 en 25 maart 1997 heeft het Hof |
| de termijn waarbinnen het arrest moet worden gewezen, verlengd tot | de termijn waarbinnen het arrest moet worden gewezen, verlengd tot |
| respectievelijk 2 april 1997 en 2 oktober 1997. | respectievelijk 2 april 1997 en 2 oktober 1997. |
| Bij beschikking van 29 januari 1997 heeft het Hof de zaak in | Bij beschikking van 29 januari 1997 heeft het Hof de zaak in |
| gereedheid verklaard en de dag van de terechtzitting bepaald op 19 | gereedheid verklaard en de dag van de terechtzitting bepaald op 19 |
| februari 1997. | februari 1997. |
| Van die beschikking is kennisgegeven aan de Ministerraad en zijn | Van die beschikking is kennisgegeven aan de Ministerraad en zijn |
| advocaat bij op 29 januari 1997 ter post aangetekende brieven. | advocaat bij op 29 januari 1997 ter post aangetekende brieven. |
| Op de openbare terechtzitting van 19 februari 1997 : | Op de openbare terechtzitting van 19 februari 1997 : |
| - is verschenen : | - is verschenen : |
| - Mr. J. Vanden Eynde, advocaat bij de balie te Brussel, voor de | - Mr. J. Vanden Eynde, advocaat bij de balie te Brussel, voor de |
| Ministerraad; | Ministerraad; |
| - hebben de rechters-verslaggevers J. Delruelle en A. Arts verslag | - hebben de rechters-verslaggevers J. Delruelle en A. Arts verslag |
| uitgebracht; | uitgebracht; |
| - is de voornoemde advocaat gehoord; | - is de voornoemde advocaat gehoord; |
| - is de zaak in beraad genomen. | - is de zaak in beraad genomen. |
| De rechtspleging is gevoerd overeenkomstig de artikelen 62 en volgende | De rechtspleging is gevoerd overeenkomstig de artikelen 62 en volgende |
| van de organieke wet, die betrekking hebben op het gebruik van de | van de organieke wet, die betrekking hebben op het gebruik van de |
| talen voor het Hof. | talen voor het Hof. |
| IV. In rechte | IV. In rechte |
| - A - | - A - |
| Memorie van de Ministerraad | Memorie van de Ministerraad |
| A.1. Om het onderwerp te begrijpen van de bepaling bedoeld in de | A.1. Om het onderwerp te begrijpen van de bepaling bedoeld in de |
| prejudiciële vraag, dient men eerst het wettelijk kader en de | prejudiciële vraag, dient men eerst het wettelijk kader en de |
| historische evolutie te schetsen. Daaruit blijkt dat, sinds 1986, maar | historische evolutie te schetsen. Daaruit blijkt dat, sinds 1986, maar |
| meer in het bijzonder sinds 1994, de zorg van de wetgever ter zake | meer in het bijzonder sinds 1994, de zorg van de wetgever ter zake |
| erin bestaat de overheidsuitgaven te beperken of te verminderen en het | erin bestaat de overheidsuitgaven te beperken of te verminderen en het |
| financiële evenwicht te verzekeren van alle stelsels van sociale | financiële evenwicht te verzekeren van alle stelsels van sociale |
| zekerheid van de werknemers en de zelfstandigen. Vanuit die | zekerheid van de werknemers en de zelfstandigen. Vanuit die |
| bekommernis om een algeheel en optimaal beheer van de beschikbare | bekommernis om een algeheel en optimaal beheer van de beschikbare |
| middelen, heeft hij zich voor de schadeloosstelling van de | middelen, heeft hij zich voor de schadeloosstelling van de |
| beroepsziekten evenals van de arbeidsongevallen willen baseren op | beroepsziekten evenals van de arbeidsongevallen willen baseren op |
| principes die met name door het Hof van Cassatie in diens arresten van | principes die met name door het Hof van Cassatie in diens arresten van |
| 13 april 1959, 22 mei 1959 en 22 maart 1962 zijn verankerd. | 13 april 1959, 22 mei 1959 en 22 maart 1962 zijn verankerd. |
| Die principes zijn hoofdzakelijk dat de aantasting van de geschiktheid | Die principes zijn hoofdzakelijk dat de aantasting van de geschiktheid |
| bestaat in het verlies of de vermindering van het economisch | bestaat in het verlies of de vermindering van het economisch |
| potentieel van het slachtoffer, hetwelk wordt beoordeeld op basis van | potentieel van het slachtoffer, hetwelk wordt beoordeeld op basis van |
| de algemene arbeidsmarkt en van het concurrentievermogen, en dat er | de algemene arbeidsmarkt en van het concurrentievermogen, en dat er |
| geen aanleiding is tot schadeloosstelling, in het geval van een louter | geen aanleiding is tot schadeloosstelling, in het geval van een louter |
| fysiologische invaliditeit zonder weerslag op het concurrentievermogen | fysiologische invaliditeit zonder weerslag op het concurrentievermogen |
| van de arbeider op de arbeidsmarkt. | van de arbeider op de arbeidsmarkt. |
| Om de bepaling die het voorwerp uitmaakt van de prejudicile vraag goed | Om de bepaling die het voorwerp uitmaakt van de prejudicile vraag goed |
| te begrijpen, dient men ook te weten dat op basis van alle | te begrijpen, dient men ook te weten dat op basis van alle |
| overwegingen die naar aanleiding van de goedkeuring van de wet van 24 | overwegingen die naar aanleiding van de goedkeuring van de wet van 24 |
| december 1963 werden geformuleerd, het Fonds voor de Beroepsziekten | december 1963 werden geformuleerd, het Fonds voor de Beroepsziekten |
| vanaf 1964 heeft geoordeeld dat de economische weerslag op de | vanaf 1964 heeft geoordeeld dat de economische weerslag op de |
| ongeschiktheid van diegenen die door een beroepsziekte zijn getroffen, | ongeschiktheid van diegenen die door een beroepsziekte zijn getroffen, |
| niet dezelfde omvang kon hebben, terwijl zij hun beroepsactiviteiten | niet dezelfde omvang kon hebben, terwijl zij hun beroepsactiviteiten |
| hadden stopgezet om een rustpensioen te genieten, als tijdens de | hadden stopgezet om een rustpensioen te genieten, als tijdens de |
| periode waarin zij zich als actieve arbeidskrachten op de arbeidsmarkt | periode waarin zij zich als actieve arbeidskrachten op de arbeidsmarkt |
| aanboden, omdat die arbeidsmarkt aan alle oudere personen slechts zeer | aanboden, omdat die arbeidsmarkt aan alle oudere personen slechts zeer |
| beperkte arbeidskansen biedt. Bijgevolg verminderde het Fonds voor de | beperkte arbeidskansen biedt. Bijgevolg verminderde het Fonds voor de |
| Beroepsziekten de weerslag van de economische parameters aanzienlijk, | Beroepsziekten de weerslag van de economische parameters aanzienlijk, |
| telkens wanneer een beslissing moest worden genomen over de graad van | telkens wanneer een beslissing moest worden genomen over de graad van |
| blijvende arbeidsongeschiktheid wegens verslechtering of verbetering | blijvende arbeidsongeschiktheid wegens verslechtering of verbetering |
| van de gezondheidstoestand van de slachtoffers die de pensioenleeftijd | van de gezondheidstoestand van de slachtoffers die de pensioenleeftijd |
| hadden bereikt. | hadden bereikt. |
| Dat standpunt werd aanvankelijk ruimschoots aanvaard door de | Dat standpunt werd aanvankelijk ruimschoots aanvaard door de |
| rechtspraak, maar in de arresten van 29 september 1986 is door het Hof | rechtspraak, maar in de arresten van 29 september 1986 is door het Hof |
| van Cassatie een tegenovergestelde rechtspraak ontwikkeld, waarin werd | van Cassatie een tegenovergestelde rechtspraak ontwikkeld, waarin werd |
| geoordeeld dat de blijvende arbeidsongeschiktheid veroorzaakt door een | geoordeeld dat de blijvende arbeidsongeschiktheid veroorzaakt door een |
| beroepsziekte bestaat in het verlies of de vermindering van de | beroepsziekte bestaat in het verlies of de vermindering van de |
| economische waarde van de getroffene op de algemene arbeidsmarkt; dat | economische waarde van de getroffene op de algemene arbeidsmarkt; dat |
| de omstandigheid dat de getroffene, op het ogenblik dat de | de omstandigheid dat de getroffene, op het ogenblik dat de |
| arbeidsongeschiktheid blijvend wordt of, daarna, een rustpensioen | arbeidsongeschiktheid blijvend wordt of, daarna, een rustpensioen |
| geniet, wettelijk geen element is dat in aanmerking komt ter bepaling | geniet, wettelijk geen element is dat in aanmerking komt ter bepaling |
| van de graad van de blijvende arbeidsongeschiktheid ». | van de graad van de blijvende arbeidsongeschiktheid ». |
| Aan de hand van die verschillende elementen kan het door de wetgever | Aan de hand van die verschillende elementen kan het door de wetgever |
| nagestreefde doel worden geïdentificeerd en samengevat. In 1986 heeft | nagestreefde doel worden geïdentificeerd en samengevat. In 1986 heeft |
| hij de praktijk van het Fonds voor de Beroepsziekten willen | hij de praktijk van het Fonds voor de Beroepsziekten willen |
| legaliseren rekening houdend met de geringe invloed van de economische | legaliseren rekening houdend met de geringe invloed van de economische |
| factoren bij de evaluatie van de graad van ongeschiktheid van | factoren bij de evaluatie van de graad van ongeschiktheid van |
| slachtoffers van 65 jaar en ouder. | slachtoffers van 65 jaar en ouder. |
| In maart 1994, heeft hij, in het algemene kader van de rationalisering | In maart 1994, heeft hij, in het algemene kader van de rationalisering |
| van de sociale zekerheid, het strikt theoretische aspect van de | van de sociale zekerheid, het strikt theoretische aspect van de |
| economische factoren willen vaststellen en ze bijgevolg automatisch | economische factoren willen vaststellen en ze bijgevolg automatisch |
| willen afschaffen bij de evaluatie van de ongeschiktheid van | willen afschaffen bij de evaluatie van de ongeschiktheid van |
| getroffenen van 65 jaar en ouder. | getroffenen van 65 jaar en ouder. |
| In december 1994 heeft hij, in eenzelfde begrotingskader, nadere | In december 1994 heeft hij, in eenzelfde begrotingskader, nadere |
| regels willen stellen bij de in maart 1994 besliste afschaffing door | regels willen stellen bij de in maart 1994 besliste afschaffing door |
| de rechten te erkennen die vóór die wetswijziging waren verkregen; hij | de rechten te erkennen die vóór die wetswijziging waren verkregen; hij |
| heeft dus een stelsel ingevoerd waarbij voor de personen die de | heeft dus een stelsel ingevoerd waarbij voor de personen die de |
| leeftijd van 65 jaar vóór die wetswijziging hebben bereikt, de | leeftijd van 65 jaar vóór die wetswijziging hebben bereikt, de |
| economische factoren enkel zullen kunnen worden gewijzigd indien | economische factoren enkel zullen kunnen worden gewijzigd indien |
| bovendien hun fysieke invaliditeit is afgenomen. | bovendien hun fysieke invaliditeit is afgenomen. |
| A.2. De aan het Hof gestelde prejudiciële vraag komt neer op de vraag | A.2. De aan het Hof gestelde prejudiciële vraag komt neer op de vraag |
| naar een analyse van die laatste wetswijziging van december 1994 en | naar een analyse van die laatste wetswijziging van december 1994 en |
| een toetsing aan de in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet | een toetsing aan de in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet |
| ingeschreven beginselen, namelijk de gelijkheid en de | ingeschreven beginselen, namelijk de gelijkheid en de |
| niet-discriminatie tussen de personen die al dan niet de leeftijd van | niet-discriminatie tussen de personen die al dan niet de leeftijd van |
| 65 jaar hebben bereikt op 31 december 1993. | 65 jaar hebben bereikt op 31 december 1993. |
| A.3. Om dat verschil in behandeling te beoordelen dient eerst te | A.3. Om dat verschil in behandeling te beoordelen dient eerst te |
| worden herinnerd aan de algemene definities die het Hof in zijn | worden herinnerd aan de algemene definities die het Hof in zijn |
| rechtspraak aan de beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie | rechtspraak aan de beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie |
| heeft gegeven. | heeft gegeven. |
| Het Hof beperkt zich tot de toetsing van het objectieve karakter van | Het Hof beperkt zich tot de toetsing van het objectieve karakter van |
| het onderscheid, het adequate karakter van de maatregelen ten aanzien | het onderscheid, het adequate karakter van de maatregelen ten aanzien |
| van het nagestreefde doel en het bestaan van een redelijke verhouding | van het nagestreefde doel en het bestaan van een redelijke verhouding |
| tussen de aangewende middelen en het beoogde doel. Het komt het Hof | tussen de aangewende middelen en het beoogde doel. Het komt het Hof |
| niet toe na te gaan of dat doel ook door andere wettelijke maatregelen | niet toe na te gaan of dat doel ook door andere wettelijke maatregelen |
| kon worden bereikt. | kon worden bereikt. |
| Wat betreft de objectiviteit van het aangewende criterium en het | Wat betreft de objectiviteit van het aangewende criterium en het |
| adequate karakter ervan, in een redelijke verhouding met het door de | adequate karakter ervan, in een redelijke verhouding met het door de |
| wetgever nagestreefde essentiële doel van financiële sanering en | wetgever nagestreefde essentiële doel van financiële sanering en |
| inachtneming van de verkregen rechten, dient eerst te worden herinnerd | inachtneming van de verkregen rechten, dient eerst te worden herinnerd |
| aan het arrest nr. 88/93 van 22 december 1993. In dat arrest heeft het | aan het arrest nr. 88/93 van 22 december 1993. In dat arrest heeft het |
| Hof aangenomen dat de wetgever een onderscheid maakt tussen de | Hof aangenomen dat de wetgever een onderscheid maakt tussen de |
| categorieën van ambtenaren op basis van hun leeftijd, rekening houdend | categorieën van ambtenaren op basis van hun leeftijd, rekening houdend |
| met de noodzaak de financiële situatie van de R.T.B.F. te saneren. | met de noodzaak de financiële situatie van de R.T.B.F. te saneren. |
| Een dergelijke rechtspraak kan worden toegepast in de zaak die thans | Een dergelijke rechtspraak kan worden toegepast in de zaak die thans |
| aan het Hof is voorgelegd. Door erin te voorzien dat de graad van | aan het Hof is voorgelegd. Door erin te voorzien dat de graad van |
| blijvende arbeidsongeschiktheid die op 31 december 1993 aan een door | blijvende arbeidsongeschiktheid die op 31 december 1993 aan een door |
| een beroepsziekte getroffene die de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt | een beroepsziekte getroffene die de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt |
| vóór 1 januari 1994 slechts kan worden verminderd indien de fysieke | vóór 1 januari 1994 slechts kan worden verminderd indien de fysieke |
| invaliditeit is afgenomen, heeft de wetgever een objectief criterium | invaliditeit is afgenomen, heeft de wetgever een objectief criterium |
| aangewend in een redelijk verband van evenredigheid met het doel van | aangewend in een redelijk verband van evenredigheid met het doel van |
| begrotingssanering en het zoeken naar een financieel evenwicht van de | begrotingssanering en het zoeken naar een financieel evenwicht van de |
| sociale zekerheid, met inachtneming van de rechten die door de | sociale zekerheid, met inachtneming van de rechten die door de |
| getroffenen van 65 jaar waren verkregen op het ogenblik waarop de | getroffenen van 65 jaar waren verkregen op het ogenblik waarop de |
| betwiste beslissing werd genomen. | betwiste beslissing werd genomen. |
| Er dient eveneens een parallel te worden gemaakt met het arrest nr. | Er dient eveneens een parallel te worden gemaakt met het arrest nr. |
| 25/90 van het Hof. Uit die parallel blijkt « dat door erover te waken | 25/90 van het Hof. Uit die parallel blijkt « dat door erover te waken |
| dat, in tegenstelling tot de in Uw arrest nr. 25/90 onderzochte wet | dat, in tegenstelling tot de in Uw arrest nr. 25/90 onderzochte wet |
| waarvan hiervoor sprake, het beginsel van de rechtszekerheid in acht | waarvan hiervoor sprake, het beginsel van de rechtszekerheid in acht |
| wordt genomen, waarbij het verkregen recht van de getroffenen die op | wordt genomen, waarbij het verkregen recht van de getroffenen die op |
| 31 december 1993 vijfenzestig jaar oud zijn behouden blijft, en | 31 december 1993 vijfenzestig jaar oud zijn behouden blijft, en |
| waarbij het ogenblik wordt vastgesteld waarop ze effect sorteert door | waarbij het ogenblik wordt vastgesteld waarop ze effect sorteert door |
| een verschil te maken tussen het recht van die getroffenen en dat van | een verschil te maken tussen het recht van die getroffenen en dat van |
| de getroffenen die vanaf 1 januari 1994 de leeftijd van vijfenzestig | de getroffenen die vanaf 1 januari 1994 de leeftijd van vijfenzestig |
| jaar bereiken, voor wie nieuwe rechtsverhoudingen worden vastgesteld, | jaar bereiken, voor wie nieuwe rechtsverhoudingen worden vastgesteld, |
| de wet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet heeft geschonden, | de wet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet heeft geschonden, |
| behalve indien men ervan uitgaat, wat niet kan worden aanvaard, dat de | behalve indien men ervan uitgaat, wat niet kan worden aanvaard, dat de |
| wetgever in een stelsel van maatschappelijke schadeloosstelling de | wetgever in een stelsel van maatschappelijke schadeloosstelling de |
| voorwaarden ervan niet zou kunnen wijzigen of dat slechts zou kunnen | voorwaarden ervan niet zou kunnen wijzigen of dat slechts zou kunnen |
| doen voor zover hij geen enkel onderscheid van welke aard dan ook | doen voor zover hij geen enkel onderscheid van welke aard dan ook |
| maakt, zodat de verdediging van de verkregen rechten nooit zou kunnen | maakt, zodat de verdediging van de verkregen rechten nooit zou kunnen |
| worden behouden ». De lering uit het arrest van het Europees Hof voor | worden behouden ». De lering uit het arrest van het Europees Hof voor |
| de Rechten van de Mens van 20 november 1995, in de zaak die ten | de Rechten van de Mens van 20 november 1995, in de zaak die ten |
| grondslag heeft gelegen aan het arrest nr. 25/90 van het Arbitragehof, | grondslag heeft gelegen aan het arrest nr. 25/90 van het Arbitragehof, |
| bevestigt dat standpunt. | bevestigt dat standpunt. |
| Tot slot kan men ervan uitgaan dat de wetgever de theorie van de | Tot slot kan men ervan uitgaan dat de wetgever de theorie van de |
| verkregen rechten heeft willen bevestigen en slechts voor de toekomst | verkregen rechten heeft willen bevestigen en slechts voor de toekomst |
| nieuwe objectieve categorieën van rechtsverhoudingen heeft willen | nieuwe objectieve categorieën van rechtsverhoudingen heeft willen |
| vaststellen. Die bekommernis heeft hem ertoe gebracht in december 1994 | vaststellen. Die bekommernis heeft hem ertoe gebracht in december 1994 |
| een te algemeen stelsel dat hij bij de wet van 30 maart 1994 had | een te algemeen stelsel dat hij bij de wet van 30 maart 1994 had |
| ingevoerd, te wijzigen. | ingevoerd, te wijzigen. |
| De betwiste bepaling, die in het tweede en derde lid ervan een | De betwiste bepaling, die in het tweede en derde lid ervan een |
| objectief onderscheid invoert tussen de door een beroepsziekte | objectief onderscheid invoert tussen de door een beroepsziekte |
| getroffenen die al dan niet de leeftijd van 65 jaar hebben bereikt op | getroffenen die al dan niet de leeftijd van 65 jaar hebben bereikt op |
| 31 december 1993, schendt bijgevolg niet de artikelen 10 en 11 van de | 31 december 1993, schendt bijgevolg niet de artikelen 10 en 11 van de |
| Grondwet, noch artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van | Grondwet, noch artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van |
| de Mens. | de Mens. |
| - B - | - B - |
| B.1. Artikel 35bis, eerste tot derde lid, van de gecoördineerde wetten | B.1. Artikel 35bis, eerste tot derde lid, van de gecoördineerde wetten |
| betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten bepaalt : | betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten bepaalt : |
| « Ingeval de graad van blijvende arbeidsongeschiktheid wordt | « Ingeval de graad van blijvende arbeidsongeschiktheid wordt |
| vastgesteld, gewijzigd of bevestigd na de leeftijd van 65 jaar, wordt | vastgesteld, gewijzigd of bevestigd na de leeftijd van 65 jaar, wordt |
| bij de evaluatie van deze graad geen rekening gehouden met de | bij de evaluatie van deze graad geen rekening gehouden met de |
| vermindering van het normale vermogen tot verdienen veroorzaakt door | vermindering van het normale vermogen tot verdienen veroorzaakt door |
| de feitelijke beperking van de arbeidsmogelijkheden op de | de feitelijke beperking van de arbeidsmogelijkheden op de |
| arbeidsmarkt. | arbeidsmarkt. |
| Nochtans kan de graad van blijvende arbeidsongeschiktheid die op 31 | Nochtans kan de graad van blijvende arbeidsongeschiktheid die op 31 |
| december 1993 toegekend was aan een slachtoffer van een beroepsziekte | december 1993 toegekend was aan een slachtoffer van een beroepsziekte |
| die de leeftijd van 65 jaar bereikt heeft vóór 1 januari 1994 slechts | die de leeftijd van 65 jaar bereikt heeft vóór 1 januari 1994 slechts |
| verminderd worden indien de lichamelijke arbeidsongeschiktheid | verminderd worden indien de lichamelijke arbeidsongeschiktheid |
| verminderd is. | verminderd is. |
| Indien de getroffene na 31 december 1993 de leeftijd van 65 jaar | Indien de getroffene na 31 december 1993 de leeftijd van 65 jaar |
| bereikt, wordt de vermindering van het normale vermogen tot verdienen, | bereikt, wordt de vermindering van het normale vermogen tot verdienen, |
| veroorzaakt door de feitelijke beperking van de arbeidsmogelijkheden | veroorzaakt door de feitelijke beperking van de arbeidsmogelijkheden |
| op de arbeidsmarkt, van ambtswege niet meer vergoed vanaf de eerste | op de arbeidsmarkt, van ambtswege niet meer vergoed vanaf de eerste |
| dag van de maand die volgt op die waarin de gerechtigde de leeftijd | dag van de maand die volgt op die waarin de gerechtigde de leeftijd |
| van 65 jaar bereikt. » | van 65 jaar bereikt. » |
| De bepalingen vervat in het eerste en het derde lid zijn ingevoerd bij | De bepalingen vervat in het eerste en het derde lid zijn ingevoerd bij |
| artikel 59 van de wet van 30 maart 1994; de bepaling vervat in het | artikel 59 van de wet van 30 maart 1994; de bepaling vervat in het |
| tweede lid is ingevoerd bij artikel 39 van de wet van 21 december | tweede lid is ingevoerd bij artikel 39 van de wet van 21 december |
| 1994. | 1994. |
| B.2. Uit het vonnis waarin de prejudiciële vraag aan het Hof is | B.2. Uit het vonnis waarin de prejudiciële vraag aan het Hof is |
| gesteld, blijkt dat het aan de verwijzende rechter voorgelegde geschil | gesteld, blijkt dat het aan de verwijzende rechter voorgelegde geschil |
| betrekking heeft op een persoon die geboren is op 1 juli 1930 en die | betrekking heeft op een persoon die geboren is op 1 juli 1930 en die |
| niet de leeftijd van 65 jaar had bereikt op het ogenblik waarop de | niet de leeftijd van 65 jaar had bereikt op het ogenblik waarop de |
| beslissing werd genomen die hij aanvecht voor de Arbeidsrechtbank te | beslissing werd genomen die hij aanvecht voor de Arbeidsrechtbank te |
| Luik en aan wie van ambtswege de schadeloosstelling betreffende de « | Luik en aan wie van ambtswege de schadeloosstelling betreffende de « |
| sociaal-economische factoren » ontzegd wordt, met toepassing van het | sociaal-economische factoren » ontzegd wordt, met toepassing van het |
| derde lid van artikel 35bis. Het Hof beperkt zijn onderzoek tot die | derde lid van artikel 35bis. Het Hof beperkt zijn onderzoek tot die |
| bepaling. | bepaling. |
| B.3. De wet van 30 maart 1994 heeft een verschil in behandeling | B.3. De wet van 30 maart 1994 heeft een verschil in behandeling |
| ingesteld onder de getroffenen van beroepsziekten naargelang zij de | ingesteld onder de getroffenen van beroepsziekten naargelang zij de |
| leeftijd van 65 jaar hebben bereikt vóór 1 januari 1994 of na 31 | leeftijd van 65 jaar hebben bereikt vóór 1 januari 1994 of na 31 |
| december 1993. Voor de eerste categorie van betrokkenen zal de | december 1993. Voor de eerste categorie van betrokkenen zal de |
| vermindering van het normale vermogen tot verdienen veroorzaakt door | vermindering van het normale vermogen tot verdienen veroorzaakt door |
| de feitelijke beperking van de arbeidsmogelijkheden op de arbeidsmarkt | de feitelijke beperking van de arbeidsmogelijkheden op de arbeidsmarkt |
| enkel buiten beschouwing blijven voor de vaststelling van de graad van | enkel buiten beschouwing blijven voor de vaststelling van de graad van |
| permanente arbeidsongeschiktheid, wanneer die graad is vastgesteld, | permanente arbeidsongeschiktheid, wanneer die graad is vastgesteld, |
| gewijzigd of bekrachtigd na de leeftijd van 65 jaar. Voor de tweede | gewijzigd of bekrachtigd na de leeftijd van 65 jaar. Voor de tweede |
| categorie zal de vermindering van het normale vermogen tot verdienen | categorie zal de vermindering van het normale vermogen tot verdienen |
| veroorzaakt door de feitelijke beperking van de arbeidsmogelijkheden | veroorzaakt door de feitelijke beperking van de arbeidsmogelijkheden |
| op de arbeidsmarkt van ambtswege niet meer worden vergoed vanaf de | op de arbeidsmarkt van ambtswege niet meer worden vergoed vanaf de |
| eerste dag van de maand volgend op die waarin de betrokkene de | eerste dag van de maand volgend op die waarin de betrokkene de |
| leeftijd van 65 jaar bereikt. | leeftijd van 65 jaar bereikt. |
| B.4. Uit de parlementaire voorbereiding van de wet van 30 maart 1994 | B.4. Uit de parlementaire voorbereiding van de wet van 30 maart 1994 |
| houdende sociale bepalingen, waarvan artikel 59 dat onderscheid heeft | houdende sociale bepalingen, waarvan artikel 59 dat onderscheid heeft |
| ingevoerd, blijkt dat de wetgever, met het oog op het streven naar een | ingevoerd, blijkt dat de wetgever, met het oog op het streven naar een |
| financieel evenwicht in de sociale zekerheid, de schadeloosstelling | financieel evenwicht in de sociale zekerheid, de schadeloosstelling |
| voor de vermindering van het normale vermogen tot verdienen, | voor de vermindering van het normale vermogen tot verdienen, |
| veroorzaakt door de feitelijke beperking van de arbeidsmogelijkheden | veroorzaakt door de feitelijke beperking van de arbeidsmogelijkheden |
| op de arbeidsmarkt na de leeftijd van 65 jaar, heeft willen beperken | op de arbeidsmarkt na de leeftijd van 65 jaar, heeft willen beperken |
| om reden dat na die leeftijd « zij slechts in zeer beperkte mate | om reden dat na die leeftijd « zij slechts in zeer beperkte mate |
| beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt » (Gedr. St., Senaat, 1993-1994, | beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt » (Gedr. St., Senaat, 1993-1994, |
| nr. 980-2, p. 75). | nr. 980-2, p. 75). |
| De voor de maatregel gegeven verantwoording lijkt niet onredelijk. | De voor de maatregel gegeven verantwoording lijkt niet onredelijk. |
| Indien het verantwoord is dat in de sector van de beroepsziekten de | Indien het verantwoord is dat in de sector van de beroepsziekten de |
| schadeloosstelling wordt verbonden met de lichamelijke ongeschiktheid, | schadeloosstelling wordt verbonden met de lichamelijke ongeschiktheid, |
| maar ook met de economische ongeschiktheid van het slachtoffer, kan | maar ook met de economische ongeschiktheid van het slachtoffer, kan |
| tevens worden verantwoord dat de economische ongeschiktheid niet | tevens worden verantwoord dat de economische ongeschiktheid niet |
| langer in aanmerking wordt genomen na de leeftijd van 65 jaar. | langer in aanmerking wordt genomen na de leeftijd van 65 jaar. |
| B.5. Het bij de wet van 30 maart 1994 ingestelde verschil in | B.5. Het bij de wet van 30 maart 1994 ingestelde verschil in |
| behandeling werd nog vergroot door de wet van 21 december 1994, die | behandeling werd nog vergroot door de wet van 21 december 1994, die |
| het stelsel van de eerste categorie van getroffenen verzacht in | het stelsel van de eerste categorie van getroffenen verzacht in |
| zoverre de graad van permanente arbeidsongeschiktheid die hun op 31 | zoverre de graad van permanente arbeidsongeschiktheid die hun op 31 |
| december 1993 is toegekend, enkel kan worden verlaagd als de | december 1993 is toegekend, enkel kan worden verlaagd als de |
| lichamelijke ongeschiktheid is afgenomen. | lichamelijke ongeschiktheid is afgenomen. |
| De wetgever heeft zich immers het verbod opgelegd de | De wetgever heeft zich immers het verbod opgelegd de |
| schadeloosstelling betreffende de « sociaal-economische factoren » te | schadeloosstelling betreffende de « sociaal-economische factoren » te |
| beperken voor de personen die de leeftijd van 65 jaar hadden bereikt | beperken voor de personen die de leeftijd van 65 jaar hadden bereikt |
| vóór de inwerkingtreding van de wet, behoudens ingeval hun | vóór de inwerkingtreding van de wet, behoudens ingeval hun |
| lichamelijke invaliditeit verminderd is. | lichamelijke invaliditeit verminderd is. |
| Uit de parlementaire voorbereiding van artikel 39 van de wet van 21 | Uit de parlementaire voorbereiding van artikel 39 van de wet van 21 |
| december 1994 blijkt dat de wetgever de binnen het oude stelsel | december 1994 blijkt dat de wetgever de binnen het oude stelsel |
| verkregen rechten heeft willen behouden voor personen die de leeftijd | verkregen rechten heeft willen behouden voor personen die de leeftijd |
| van 65 jaar hebben bereikt vóór 1 januari 1994 (Gedr. St., Senaat, | van 65 jaar hebben bereikt vóór 1 januari 1994 (Gedr. St., Senaat, |
| 1994-1995, nr. 1218-2, p. 9). | 1994-1995, nr. 1218-2, p. 9). |
| B.6. De wetgever vermag te oordelen of een wetswijziging gepaard dient | B.6. De wetgever vermag te oordelen of een wetswijziging gepaard dient |
| te gaan met overgangsmaatregelen. Hij kan met name rekening houden met | te gaan met overgangsmaatregelen. Hij kan met name rekening houden met |
| de legitieme verwachtingen van de personen wier situatie was | de legitieme verwachtingen van de personen wier situatie was |
| vastgesteld vóór de inwerkingtreding van de nieuwe wet. In het | vastgesteld vóór de inwerkingtreding van de nieuwe wet. In het |
| bijzonder wanneer hij een leeftijdsgrens invoert in een aangelegenheid | bijzonder wanneer hij een leeftijdsgrens invoert in een aangelegenheid |
| waarin er tot dusver geen bestond, vermag hij de personen die die | waarin er tot dusver geen bestond, vermag hij de personen die die |
| leeftijd reeds voordien hadden bereikt, te laten ontkomen aan de | leeftijd reeds voordien hadden bereikt, te laten ontkomen aan de |
| nadelige gevolgen van de nieuwe bepaling. Het verschil in behandeling | nadelige gevolgen van de nieuwe bepaling. Het verschil in behandeling |
| dat hij op grond van een dergelijk criterium invoert, is redelijk | dat hij op grond van een dergelijk criterium invoert, is redelijk |
| verantwoord. | verantwoord. |
| B.7. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.7. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
| Om die redenen, | Om die redenen, |
| het Hof | het Hof |
| zegt voor recht : | zegt voor recht : |
| Artikel 35bis, derde lid, van de gecoördineerde wetten van 3 juni 1970 | Artikel 35bis, derde lid, van de gecoördineerde wetten van 3 juni 1970 |
| betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten, schendt niet de | betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten, schendt niet de |
| artikelen 10 en 11 van de Grondwet, door te voorzien in de | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, door te voorzien in de |
| afschaffing, van ambtswege, van het voordeel van de schadeloosstelling | afschaffing, van ambtswege, van het voordeel van de schadeloosstelling |
| ten aanzien van de sociaal-economische factoren wat de personen | ten aanzien van de sociaal-economische factoren wat de personen |
| betreft die na 31 december 1993 de leeftijd van 65 jaar bereiken. | betreft die na 31 december 1993 de leeftijd van 65 jaar bereiken. |
| Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig |
| artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januariri 1989 op het | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januariri 1989 op het |
| Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 6 mei 1997. | Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 6 mei 1997. |
| De griffier, | De griffier, |
| L. Potoms. | L. Potoms. |
| De voorzitter, | De voorzitter, |
| M. Melchior. | M. Melchior. |