Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 28 oktober 1999
gepubliceerd op 30 oktober 1999

Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 18 december 1998 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee

bron
ministerie van middenstand en landbouw
numac
1999016351
pub.
30/10/1999
prom.
28/10/1999
ELI
eli/besluit/1999/10/28/1999016351/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

28 OKTOBER 1999. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 18 december 1998 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee


De Minister van Landbouw en Middenstand, Gelet op de wet van 12 april 1957 waarbij de Koning wordt gemachtigd maatregelen voor te schrijven ter bescherming van de biologische hulpbronnen van de zee, gewijzigd bij de wetten van 23 februari 1971, 18 juli 1973, 22 april 1999 en 3 mei 1999;

Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijprodukten, gewijzigd bij de wetten van 11 april 1983, 29 december 1990 en 5 februari 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 21 juni 1994 tot het instellen van een visvergunning en houdende tijdelijke maatregelen voor de uitvoering van de communautaire regeling voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 december 1994, 4 mei 1995, 4 augustus 1996, 2 december 1996, 13 september 1998, 3 februari 1999 en 13 mei 1999, inzonderheid artikel 18;

Gelet op het ministerieel besluit van 18 december 1998 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 3 februari 1999, 25 maart 1999, 21 juni 1999, 5 augustus 1999, 29 september 1999 en 13 oktober 1999;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat voor het jaar 1999 vangstbeperkingen moeten vastgesteld worden teneinde de aanvoer te spreiden, is het bijgevolg nodig zonder verwijl behoudsmaatregelen te treffen teneinde de door de EG toegestane vangsten niet te overschrijden;

Overwegende dat de reeds opgelegde aanvullende maatregelen tot een gunstige spreiding van de aanvoer van schol, tong en kabeljauw hebben geleid en dat bijgevolg de maximale vangsten per dag voortaan kunnen verhoogd worden, Besluit :

Artikel 1.In artikel 4, lid 3, van het ministerieel besluit van 18 december 1998 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 21 juni 1999 en 29 september 1999 worden de woorden "14 kg" vervangen door de woorden "19 kg".

Art. 2.Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking van artikel 4 is het vanaf 1 november 1999 tot en met 31 december 1999 verboden dat in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-estuarium) de tongvangst van een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kw of minder een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 17 kg vermenigvuldigd met het motorvermogen van het vissersvaartuig, uitgedrukt in kW. »

Art. 3.Artikel 7 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 25 maart 1999 en 21 juni 1999 wordt aangevuld met het volgend lid : « In de periode van 1 november 1999 tot en met 31 december 1999 mogen de tongvangsten per zeereis van de vissersvaartuigen, in het betrokken i.c.e.s.-gebied de volgende hoeveelheden niet overschrijden : - 12 kg per vol uur aanwezigheid in de i.c.e.s.-gebieden VIIa en VIIf, g ingeval het motorvermogen 221 kW of minder bedraagt; - 24 kg per vol uur aanwezigheid in de i.c.e.s.-gebieden VIIa en VIIf, g ingeval het motorvermogen meer dan 221 kW bedraagt; - 20 kg per vol uur aanwezigheid in de i.c.e.s.-gebieden Vb, VI, VIId, h, j, k ingeval het motorvermogen 221 kW of minder bedraagt; - 40 kg per vol uur aanwezigheid in de i.c.e.s.-gebieden Vb, VI, VIId, h, j, k ingeval het motorvermogen meer dan 221 kW bedraagt; »

Art. 4.In artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 3 februari 1999, 25 maart 1999 en 29 september 1999 worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking van § 1, eerste en 3e lid, is het vanaf 1 november 1999 tot en met 31 december 1999 verboden, dat gedurende een zeereis de scholvangst van een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder een hoeveelheid van 20 kg per vol uur aanwezigheid in de i.c.e.s.-gebieden VIId, e overschrijdt. »; 2° § 2 wordt aangevuld met het volgende lid : « In afwijking van § 2, eerste en 3e lid, is het vanaf 1 november 1999 tot en met 31 december 1999 verboden, dat gedurende een zeereis de scholvangst van een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW een hoeveelheid van 40 kg per vol uur aanwezigheid in de i.c.e.s.-gebieden VIId, e overschrijdt »;

Art. 5.In artikel 15 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 5 augustus 1999 en 29 september 1999, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, leden 4, 5 en 6 worden de woorden "31 december 1999" vervangen door de woorden "31 oktober 1999";2° dezelfde paragraaf wordt aangevuld met de volgende leden : « In de periode van 1 november 1999 tot en met 31 december 1999 is het verboden dat de totale kabeljauwvangst per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 2 000 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die zeereis; In de periode van 1 november 1999 tot en met 31 december 1999 is het verboden dat de totale kabeljauwvangst per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 1 000 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die zeereis;

In afwijking van lid 8 is het verboden dat de kabeljauwaanvoer van een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder, meer dan 6 000 kg per week bedraagt en dit vanaf maandag 1 november 1999 tot en met 31 december 1999. Een week begint op maandag 00.00 uur en eindigt op zondag 24.00 uur. Voor vissersvaartuigen die een zeereis verwezenlijken van meer dan zes vaartdagen blijft de beperking per vaartdag van toepassing. »

Art. 6.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt en treedt buiten werking op 31 december 1999, om 24 uur.

Brussel, 28 oktober 1999.

J. GABRIELS

^