gepubliceerd op 22 januari 1998
Ministerieel besluit tot uitvoering van het koninklijk besluit van 20 november 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden
28 NOVEMBER 1997. Ministerieel besluit tot uitvoering van het koninklijk besluit van 20 november 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden
De Minister van Sociale Zaken, Gelet op het koninklijk besluit van 20 november 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Hulp- en voorzorgskas voor zeevarenden;
Gelet op het met redenen omkleed advies van het Basisoverlegcomité van de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden, gegeven op 1 oktober 1996;
Gelet op het advies van de Regeringscommissaris, gegeven op 29 oktober 1996;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 20 augustus 1997;
Gelet op het akkoord van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 20 augustus 1997, Besluit :
Artikel 1.De betrekkingen opgenomen in artikel 1 van het koninklijk besluit van 20 november 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden worden als volgt onderverdeeld : - 1 van de 2 betrekkingen van adjunct-adviseur wordt bezoldigd in de weddeschaal 10 C; - De betrekking van eerstaanwezend directiesecretaris kan bezoldigd worden in de weddeschaal 28 B; - 1 van de 3 betrekkingen van bestuurschef wordt bezoldigd in de weddeschaal 22 B; - 1 van de 7 betrekkingen van klerk wordt bezoldigd in de weddeschaal 30 I; - 2 van de 7 betrekkkingen van klerk worden bezoldigd in de weddeschaal 30 H; - 1 van de 7 betrekkingen van klerk wordt bezoldigd in de weddeschaal 30 F.
Art. 2.In voorkomend geval beletten de ambtenaren die, met toepassing van de verordeningsbepalingen houdende het statuut van het personeel, in overtal zijn opgenomen in de betrekkingen van een weddeschaal, elke bevordering door verhoging in weddeschaal die afhankelijk is van het vacant zijn van een betrekking, zolang de overtallige personeelsbezetting blijft bestaan in vergelijking met het aantal in artikel 1 vastgestelde betrekkingen.
Art. 3.Dit besluit treedt in werking op dezelfde datum als het koninklijk besluit van 20 november 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden.
Brussel, 28 november 1997.
Mevr. M. DE GALAN